0401 Loonvoorwaarden

Paritair (sub-)Comité nr.:
209.00.00-01.00

Bijwerking: 12/08/2009
Geldig vanaf: 01/07/2009
Geldig tot: 31/12/2009

In het Paritair Comité voor de bedienden van de metaalfabrikatennijverheid werd op 24 september 2007 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het nationaal akkoord 2007-2008.  Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 18 september 2008 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 9 december 2008.

Wij geven u hierna de nuttige bepalingen betreffende de loonvoorwaarden.  Voor de evolutie van de minimumwedden verwijzen wij u naar onze sectorale documentatie Hfdst. 0402.

Artikel 1 - Toepassingsgebied

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en hun werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bedienden die behoren tot het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, met uitzondering van de bepalingen inzake de koopkracht (artikel 2), de functieclassificatie (artikels 6 en 15), (...) die enkel van toepassing zijn op de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden.

Artikel 2 - Koopkracht

 

§1. Enveloppe op ondernemingsvlak

 

A. Voor de ondernemingen die geen eigen loonbarema toepassen of voor de ondernemingen die enkel de nationale minimum weddeschaal toepassen

Met ingang van 1 juli 2007 wordt aan de ondernemingen een overdraagbaar budget van 0,70 % van de loonmassa van de bedienden ter beschikking gesteld.  Over de aanwending ervan kan enkel op ondernemingsvlak onderhandeld worden.

Voor de toepassing van dit punt wordt onder loonmassa begrepen de totaliteit van de bruto wedden (met inbegrip van de eindejaarspremies, ploegenpremies, overloon, enz.) en bijhorende sociale lasten (sociale zekerheidsbijdragen van de werkgever en andere sociale lasten) van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden.

Deze enveloppe mag aangewend worden voor de financiering van bijkomende voordelen, loonsverhogingen of andere verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden.

De loonsverhogingen zijn eveneens van toepassing op de niet in procent uitgedrukte ploegen- en productiepremies, tenzij hierover op ondernemingsvlak andersluidende conventionele afspraken bestaan in een collectieve arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement.

Om na te gaan of de enveloppe van 0,70 % niet wordt overschreden, wordt volgende berekening gemaakt:

- in de eerste plaats mag het recurrent effect op de gemiddelde maandloonkost van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden niet hoger zijn dan 0,70 %

- in de tweede plaats mag de loonmassa voor de periode gaande van 1 januari 2007 tot 31 december 2008 ingevolge de toekenning van de enveloppe niet stijgen met meer dan 0,70 %.

 

B. Voor ondernemingen die een eigen loonbarema toepassen

Met ingang van 1 juli 2007 wordt aan de ondernemingen een overdraagbaar budget van 0,35 % van de loonmassa van de bedienden ter beschikking gesteld.  Over de aanwending ervan kan enkel op ondernemingsvlak onderhandeld worden.

Voor de toepassing van dit punt wordt onder loonmassa begrepen de totaliteit van de bruto wedden (met inbegrip van de eindejaarspremies, ploegenpremies, overloon, enz) en bijhorende sociale lasten (sociale zekerheidsbijdragen van de werkgever en andere sociale lasten) van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden).

Deze enveloppe mag aangewend worden voor de financiering van bijkomende voordelen, loonsverhogingen of andere verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden.

De loonsverhogingen zijn eveneens van toepassing op de niet in procent uitgedrukte ploegen- en productiepremies, tenzij hierover op ondernemingsvlak andersluidende conventionele afspraken bestaan in een collectieve arbeidsovereenkomsten of in het arbeidsreglement.

Om na te gaan of de enveloppe van 0,35 % niet wordt overschreden, wordt volgende berekening gemaakt:

- in de eerste plaats mag het recurrent effect op de gemiddelde maandloonkost van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden niet hoger zijn dan 0,35 %

- in de tweede plaats mag de loonmassa voor de periode gaande van 1 januari 2007 tot 31 december 2008 ingevolge de toekenning van de enveloppe niet stijgen met meer dan 0,35%.

C. Definitie van loonbarema

Onder loonbarema wordt verstaan:

a. hetzij een paritair afgesproken collectief systeem van periodieke automatische loonsverhogingen op basis van een vaste loonschaal, voor zover dit reeds bestond voor 1 januari 2007

b. hetzij een paritair afgesproken systeem van onbepaalde duur van periodieke automatische loonsverhogingen voor alle bedienden, voor zover dit reeds bestond voor 1 januari 2007.  Dit systeem moet bevestigd worden door de betrokken partijen voor zover er geen collectieve arbeidsovereenkomst terzake bestaat op ondernemingsvlak

c. hetzij een collectief systeem dat op basis van het gebruik in de onderneming wordt toegepast, maar waarover geen paritaire afspraken bestaan, en dat voorziet in periodieke automatische loonsverhogingen op basis van een vaste loonschaal, voor zover dit reeds bestond voor 1 januari 2007

d. in de ondernemingen waar door feitelijke omstandigheden uit het verleden verschillende collectieve verloningsystemen bestaan, zal met deze verschillen rekening gehouden worden

e. indien er betwisting is omtrent het al dan niet bestaan van loonbarema's, wordt dit voorgelegd aan het gewestelijk verzoeningsbureau

f. als bijlage 1 bij deze collectieve arbeidsovereenkomst bevindt zich een checklist om vast te stellen of een verloningssysteem een loonbarema is in de zin van punten a, b of c hierboven.

 

D. Bijkomende enveloppe voor ondernemingen die niet gebonden waren door de buiten paritair comité gesloten collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005

 

Bijkomende enveloppe

Aan de ondernemingen, die niet gebonden waren door de buiten paritair comité gesloten collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005 wordt vanaf 1 juli 2007 een bijkomende enveloppe van 0,35 % van de loonmassa van de bedienden ter beschikking gesteld.  Deze enveloppe komt bovenop de enveloppe voorzien in punten A. of B. van deze §.

Onder loonmassa wordt begrepen de totaliteit van de bruto wedden (met inbegrip van de eindejaarspremies, ploegenpremies, overloon, enz.) en bijhorende sociale lasten (sociale zekerheidsbijdragen van de werkgever en andere sociale lasten) van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden).

Deze bijkomende enveloppe mag aangewend worden voor de financiering van bijkomende voordelen, loonsverhogingen of andere verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden.

De loonsverhogingen zijn eveneens van toepassing op de niet in procent uitgedrukte ploegen- en productiepremies, tenzij hierover op ondernemingsvlak andersluidende conventionele afspraken bestaan in een collectieve arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement.

Om na te gaan of de bijkomende enveloppe van 0,35 % niet wordt overschreden, wordt volgende berekening gemaakt:

- in de eerste plaats mag het recurrent effect op de gemiddelde maandloonkost van de gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden niet hoger zijn dan 0,35 %

- in de tweede plaats mag de loonmassa voor de periode gaande van 1 januari 2007 tot 31 december 2008 ingevolge de toekenning van de enveloppe niet stijgen met meer dan 0,35 %.

 

Toepassing van de bijkomende enveloppe voor ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 B. en C.

In ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 B. en C. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst waar het niveau van het aanvullend pensioen georganiseerd op hun vlak op 1 juli 2007 minstens evenwaardig is aan het niveau bepaald op sectorvlak (1 %) en die met ingang van 1 januari 2006 vrijwillig collectieve voordelen hebben toegekend die minstens gelijkwaardig zijn aan de in artikel 5 van de buiten paritair comité gesloten collective arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005 bepaalde enveloppe van 0,35 %, moet deze bijkomende enveloppe van 0,35 % niet toegepast worden.

In ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 B. en C. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst waar het niveau van het aanvullend pensioen georganiseerd op hun vlak op 1 juli 2007 niet minstens evenwaardig is aan het niveau bepaald op sectorvlak (1 %) wordt met ingang van 1 juli 2007 de bijkomende enveloppe omgezet in een verhoging met 0,50 % van het aanvullend pensioen georganiseerd op hun vlak.  Indien in deze ondernemingen met ingang van 1 januari 2006 vrijwillig collectieve voordelen werden toegekend die minstens gelijkwaardig zijn aan de in artikel 5 van de buiten paritair comité gesloten collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005 bepaalde enveloppe van 0,35 %, wordt de van toepassing zijnde enveloppe bedoeld onder A. of B. van deze § daarenboven verminderd met 0,35 %.

 

Toepassing van de bijkomende enveloppe voor ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 A.

In ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 A. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, die met ingang van 1 januari 2006 vrijwillig een bijkomend aanvullend pensioen hebben ingericht conform artikel 4 van de buiten paritair comité gesloten collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005 is de bijkomende enveloppe niet van toepassing.

In ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 A. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst die met ingang van 1 januari 2006 vrijwillig collectieve voordelen hebben toegekend die minstens gelijkwaardig zijn aan de in artikel 5 van de buiten paritair comité gesloten collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005 bepaalde enveloppe van 0,35 %, zonder echter een bijkomend aanvullend pensioen in te stellen conform artikel 4 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt met ingang van 1 juli 2007 de bijkomende enveloppe omgezet in een verhoging met 0,50 % van het aanvullend pensioen.  Daarenboven wordt de van toepassing zijnde enveloppe bedoeld onder A. of B. van deze § verminderd met 0,35 %.

In ondernemingen bedoeld in artikel 4, §2 A. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst die met ingang van 1 januari 2006 geen vrijwillig collectieve voordelen hebben toegekend die minstens gelijkwaardig zijn aan de in artikel 5 van de buiten paritair comité gesloten collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005 bepaalde enveloppe van 0,35 %, noch een bijkomend aanvullend pensioen ingesteld hebben conform atikel 4 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, wordt met ingang van 1 juli 2007 de bijkomende enveloppe omgezet in een verhoging met 0,50 % van het aanvullend pensioen.

Verplichting van bewijsvoering

Om van de vrijstelling en/of de vermindering te kunnen genieten moeten de bedoelde ondernemingen aan het nationaal paritair comité het bewijs voorleggen dat zij vrijwillig een bijkomend aanvullend pensioen hebben ingericht conform artikel 4 van genoemde collectieve arbeidsovereenkomst of vrijwillig collectieve voordelen hebben toegekend die minstens gelijkwaardig zijn aan de bepaalde enveloppe van 0,35 % van artikel 5 van genoemde collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de sociale programmatie 2005-2006 van 10 november 2005.

Het nationaal paritair comité zal zich unaniem uitspreken over het geleverde bewijs.

Zonder dit bewijs zullen de bedoelde ondernemingen de bijkomende enveloppe van 0,35 % moeten toepassen.

 

E. Procedure voor onderhandeling over de ondernemingsenveloppe

De procedure voor de ondernemingsonderhandelingen over de besteding van het overdraagbaar budget verloopt in 2 stappen:

- voorafgaandelijk en voor 30 september 2007 moeten op ondernemingsvlak zowel de werkgever als alle in de vakbondsafvaardiging voor bedienden vertegenwoordigde vakbonden akkoord zijn om onderhandelingen te voeren over de besteding van het overdraagbaar budget van de enveloppe.  Indien dit niet het geval is worden de effectieve bruto maandwedden van de bedienden verhoogd volgens de modaliteiten bepaald in punt F. van deze §.

In de multizetelondernemingen wordt de beslissing genomen op groepsniveau.  Deze beslissing heeft niet alleen betrekking op het al dan niet onderhandelen, maar ook op het niveau waar deze onderhandelingen zullen gevoerd worden.

- Indien besloten wordt tot ondernemingsoverleg over de besteding van het overdraagbaar budget van de enveloppe, moet dit overleg ten laatste op 31 oktober 2007 leiden tot een collectieve arbeidsovereenkomst.  De afgesproken besteding van de enveloppe gaat in op 1 juli 2007.

Indien er dan geen collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten, worden de effectieve bruto maandweddes van de bedienden verhoogd volgens de modaliteiten bepaald in punt F. van deze §.

- In ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging voor bedienden dient een eventuele onderhandelig uit te monden in een collectieve arbeidsovereenkomst.

F. Suppletieve regeling

Indien geen ondernemingsoverleg wordt aangegaan omtrent de enveloppe of het overleg op ondernemingsvlak niet uitmondt in een collectieve arbeidsovereenkomst voor 31 oktober 2007, worden vanaf 1 juli 2007 alle effectieve bruto maandweddes van de bedienden verhoogd met 0,7 % in de ondernemingen bedoeld in punt A. van deze §, of met 0,35 % in de ondernemingen bedoeld in punt B. van deze § en in voorkomend geval met de bijkomende 0,35 % in de ondernemingen bedoeld in punt D. van deze §.

Deze weddeverhogingen zijn eveneens van toepassing op de niet in procent uitgedrukte ploegen- en productiepremies, tenzij hierover op ondernemingsvlak andersluidende conventionele afspraken bestaan in een collectieve arbeidsovereenkomsten of in het arbeidsreglement.

 

§2. Weddeverhoging

 

A. Voor de ondernemingen die geen eigen loonbarema toepassen of voor de ondernemingen die enkel de nationale minimum weddeschaal toepassen

Op 1 oktober 2008 worden alle effectieve bruto maandweddes van de bedienden verhoogd met 0,4 %, weliswaar te verhogen of te verminderen met het verschil tussen de som van de reële indexeringen en de verwachte inflatie van 3,9 % tijdens 2007 en 2008.

Indien dit saldo nul of negatief is, wordt er op 1 oktober 2008 geen loonsverhoging toegepast.

Indien dit saldo 0,4 % overschrijdt, wordt vanaf 1 oktober 2008 het deel dat de 0,4 % overschrijdt, gebruikt voor een verhoging van de bijdrage aan het sectoraal aanvullend pensioenstelsel met maximum 0,2 %, verhoogd met een coëfficiënt van 1,5.

Het eventuele saldo, na aanwending van het deel voor het sectoraal aanvullend pensioenstelsel, zoals beschreven in voorgaande alinea, zal op 1 oktober 2008 aangewend worden voor een verhoging van de effectieve bruto maandweddes van de bedienden.

In ondernemingen waar het niveau van het aanvullend pensioen op ondernemingsvlak op 1 oktober 2008 minstens evenwaardig is aan het niveau bepaald op sectorvlak kan het volledige saldo aangewend worden voor een verhoging van de brutomaandweddes van de bedienden, conform de bepalingen van artikel 4, §4 C. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

Deze weddeverhogingen zijn eveneens van toepassing op de niet in procent uitgedrukte ploegen- en productiepremies, tenzij hierover op ondernemingsvlak andersluidende conventionele afspraken bestaan in een collectieve arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement.

De weddeverhoging en de verhoging van de bijdrage aan het sectoraal aanvullend pensioenstelsel, alsmede de verdere modaliteiten, zullen in voorkomend geval worden opgenomen in een collectieve arbeidsovereenkomst te sluiten voor 31 oktober 2008.

 

B. Voor ondernemingen die een eigen loonbarema toepassen

Op 1 oktober 2008 worden alle effectieve bruto maandweddes van de bedienden verhoogd met 0,25 %, weliswaar te verhogen of te verminderen met het verschil tussen de som van de reële indexeringen en de verwachte inflatie van 3,9 % tijdens 2007 en 2008.

Indien dit saldo nul of negatief is, wordt er op 1 oktober 2008 geen loonsverhoging toegepast.

Indien dit saldo 0,25 % overschrijdt, wordt vanaf 1 oktober 2008 het deel dat de 0,25 % overschrijdt, gebruikt voor een verhoging van de bijdrage aan het sectoraal aanvullend pensioenstelsel met maximum 0,2 %, verhoogd met een coëfficiënt van 1,5.

Het eventuele saldo, na aanwending van het deel voor het sectoraal aanvullend pensioenstelsel, zoals beschreven in voorgaande alinea, zal op 1 oktober 2008 aangewend worden voor een verhoging van de effectieve bruto maandweddes van de bedienden.

In ondernemingen waar het niveau van het aanvullend pensioen op ondernemingsvlak op 1 oktober 2008 minstens evenwaardig is aan het niveau bepaald op sectorvlak kan het volledige saldo aangewend worden voor een verhoging van de brutomaandweddes van de bedienden, conform de bepalingen van artikel 4, §4 C. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

De weddeverhogingen zijn eveneens van toepassing op de niet in procent uitgedrukte ploegen- en productiepremies, tenzij hierover op ondernemingsvlak andersluidende conventionele afspraken bestaan in een collectieve arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement.

De weddeverhoging en de verhoging van de bijdrage aan het sectoraal aanvullend pensioenstelsel, alsmede de verdere modaliteiten, zullen in voorkomend geval worden opgenomen in een collectieve arbeidsovereenkomst te sluiten voor 31 oktober 2008.

Artikel 3 - Uitzonderingen

Het artikel 2 hierboven is niet van toepassing op de ondernemingen die reeds door een akkoord gedekt zijn voor de jaren 2007 en 2008.  De gewestelijke verzoeningscomité's zijn bevoegd om de eventuele toepassingsmoeilijkheden te regelen.

Deze bepalingen zijn evenmin van toepassing op de ondernemingen die zich in de economische onmogelijkheid bevinden deze voordelen toe te passen.  De gewestelijke verzoeningscomités zijn belast met de bepaling van de ondernemingen die zich volledig of gedeeltelijk in deze toestand bevinden.  Zij dienen daarbij rekening te houden met duidelijk aanwijsbare feiten en de toestand van de onderneming.

Ondernemingen getroffen door een ingrijpende reorganisatie en/of herstructurering kunnen zich tot de gewestelijke verzoeningscomité's wenden om, op aanwijsbare feiten, een afwijking of een herschikking van deze voordelen te bekomen.

(...)

Artikel 6 - Nationale minimum weddeschaal

 

§1. Motivatie

De ondertekenende partijen nemen kennis van de "Nota aan de voorzitters van de paritaire comités en aan de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties" met betrekking tot de leeftijdsgebonden barema's van de Minister van Werk van 16 februari 2007.

 

§2. Onmiddelijke en definitieve afschaffing van de loonbarema's gebaseerd op leeftijd

- De nationale minimum weddeschaal die op basis van een leeftijdscriterium evolueert, wordt afgeschaft en vanaf 1 juli 2007 vervangen door een nieuwe nationale minimum weddeschaal op basis van de beroepsloopbaan, zoals opgenomen als bijlage 4 bij onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

- De ondernemingsbarema's die op basis van een leeftijdscriterium evolueren worden afgeschaft en vervangen vanaf 1 oktober 2007.

- Ondernemingen worden aanbevolen om op hun vlak te kiezen voor een onmiddellijke en definitieve bedrijfsregeling die niet meer gebaseerd is op leeftijd.  Indien deze bestaande bedrijfsregeling paritair werd afgesproken, kunnen zij voor 1 oktober 2007 een nieuwe bedrijfsregeling afspreken met de vakbondsafvaardiging voor bedienden.  Doen zij dit niet dan vallen ze onder de overgangsmaatregel zoals bepaald in §3.

 

§3. Overgangsmaatregel

Bij wijze van overgang tot 31 december 2008, wordt de bestaande nationale minimum weddeschaal op basis van leeftijd, zoals ingesteld door de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 1993, vanaf 1 juli 2007 vervangen door een nieuwe nationale minimum weddeschaal op basis van de beroepsloopbaan, zoals opgenomen als bijlage 4 bij onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

Bij wijze van overgang tot 31 december 2008, wordt in de ondernemingsbarema's die op basis van een leeftijdscriterium evolueren, binnen dezelfde loonschaal, vanaf 1 juli 2007, het leeftijdscriterium vervangen door het criterium beroepsloopbaan, volgens de principes zoals hieronder beschreven.

Onder beroepsloopbaan wordt verstaan het beroepsverleden van de betrokken bediende binnen of buiten de sector als werknemer of als zelfstandige, waarbij ook rekening gehouden zal worden met gelijkstellingen voor periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst, periodes van werkloosheid en van ziekte en studies.

Deeltijdse arbeid wordt gelijkgesteld met voltijdse arbeid voor de berekening van de beroepsloopbaan.

De nuttige beroepsloopbaan voor de functies opgenomen in de nationale minimum weddeschaal begint te lopen vanaf de leeftijd van 21 jaar.

Bedienden die in 2007 reeds een loonsverhoging ontvangen hebben door toepassing van deze intussen afgeschafte barema's, kunnen pas aanspraak maken op een loonsverhoging door toepassing van deze nieuwe barema's vanaf 2008.

 

§4. Nieuwe regeling vanaf 1 januari 2009

De overgangsmaatregel van toepassing tot 31 december 2008 zoals opgenomen in de vorige § wordt vanaf 1 januari 2009 vervangen door een nieuwe regeling.

De sociale partners van de sector of in de onderneming zullen, ieder op hun vlak, besprekingen voeren tijdens de duurtijd van onderhavig nationaal akkoord teneinde te komen tot een definitieve en duurzame oplossing die moet ingaan vanaf 1 januari 2009, waarbij de sociale en budgettaire neutraliteit zal gerespecteerd worden.

 

Commentaar: de overgangsmaatregel  voor de invoering van een nieuwe nationale minimum weddeschaal en ondernemingsbarema's wordt verlengd tot 31 december 2009. (CAO 12/06/2009 - nr. 93268/CO/209).

§5. Evaluatie

De sociale partners zullen op sectorvlak in de loop van het 4de kwartaal 2008 de toepassing van dit artikel in de sector en op ondernemingsvlak evalueren en zullen de nodige maatregelen nemen om de sluitende overgang tussen de overgangsmaatregel en de nieuwe regeling te realiseren.

(...)

 

Artikel 17 - Sociale vrede

De sociale vrede zal verzekerd zijn tijdens de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Bijgevolg zal op provinciaal, subgewestelijk of ondernemingsvlak geen enkele eis van algemene of collectieve aard gesteld of ondersteund worden die van aard zou zijn de verbintenissen van de ondernemingen voorzien in deze collectieve arbeidsovereenkomst, uit te breiden.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd gesloten in een geest van wederzijdse rechten en verplichtingen.

Bijgevolg is de naleving van de verplichtingen van elk van de partijen afhankelijk van de eerbiediging door de andere ondertekenaars van hun verplichtingen.

Artikel 18 - Duur

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur vanaf 1 januari 2007, behalve de artikels 6 (...) die gesloten worden voor bepaalde duur van 1 januari 2007 tot 31 december 2008, tenzij een andere duur werd bepaald.

De bepalingen van onbepaalde duur kunnen slechts opgezegd worden mits aangetekend schrijven aan de Voorzitter van het paritair comité en met respect van een opzeggingstermijn van 6 maanden.

Artikel 19 - Algemeen verbindend verklaring

Partijen verzoeken de Koning om deze collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend te verklaren door een koninklijk besluit.

 

Bijlage 1 aan de collectieve arbeidsovereenkomst houdende het nationale akkoord 2007-2008 van 24 september 2007

 

Check list om te bepalen of een ondernemingssysteem een barema is in de zin van het nationaal akkoord (artikel 2 §2 C.)

1. Een paritair afgesproken collectief systeem van periodieke automatische loonsverhogingen op basis van een vaste loonschaal, voor zover dit reeds bestond voor 1 januari 2007

 

   JA NEE 
 Is het systeem paritair afgesproken (ondernemingsovereenkomst, CAO, arbeidsreglement, ...) ?    
 Is het systeem een collectief systeem ?    
 Voorziet het systeem periodieke automatische loonsverhogingen ?    
 Is er een vaste loonschaal ?    
 Bestaat het systeem reeds van voor 1 januari 2007 ?    

Indien JA op alle vragen is het systeem een loonbarema bedoeld door het nationaal akkoord.

 

2. Een paritair afgesproken systeem van onbepaalde duur van periodieke automatische loonsverhogingen voor alle bedienden, voor zover dit reeds voor 1 januari 2007 bestond. Dit systeem moet bevestigd worden door de betrokken partijen voor zover er geen CAO terzake bestaat op ondernemingsvlak

 

   JA NEE 
 Is het systeem paritair afgesproken (ondernemingsovereenkomst, CAO, arbeidsreglement,...) ?    
 Is het systeem van onbepaalde duur ?    
 Voorziet het systeem periodieke automatische loonsverhogingen ?    
 Zijn deze loonsverhogingen van toepassing op alle gebaremiseerde bedienden ?    
 Indien het systeem niet vastgelegd is bij CAO, werd het systeem bevestigd door de betrokken partijen ?    
 Bestaat het systeem reeds van voor 1 januari 2007 ?    

 

Indien JA op alle vragen is het systeem een loonbarema bedoeld door het nationaal akkoord.

3. Een collectief systeem dat op basis van het gebruik in de onderneming wordt toegepast, maar waarvoor geen paritaire afspraken bestaan en dat voorziet in periodieke automatische loonsverhogingen op basis van een vaste loonschaal, voor zover dit reeds voor 1 januari 2007 bestond

 

   JA NEE 
 Bestaat er een gebruik in de onderneming om periodieke automatische loonsverhogingen te geven ?    
 Is er een vaste loonschaal ?    
 Is het systeem collectief ?    
 Bestaat het gebruik reeds van voor 1 januari 2007 ?    

 

Indien JA op alle vragen is het systeem een loonbarema bedoeld door het nationaal akkoord.

(...)

Bijlage 4 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2007 houdende het nationaal akkoord 2007-2008 (artikel 6)

Nationale minimumweddeschaal voor bedienden vanaf 1 juli 2007

(...)

Commentaar: voor de evolutie van de minimumwedden verwijzen wij u naar onze sectorale documentatie Hfdst. 0402.

 


Historiek
01/07/2022 31/12/2022 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2022 30/06/2022 0401 Loonvoorwaarden
01/07/2021 31/12/2021 0401 Loonvoorwaarden
01/07/2020 30/06/2021 0401 Loonvoorwaarden
01/07/2019 30/06/2020 0401 Loonvoorwaarden
01/07/2018 30/06/2019 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2017 30/06/2018 0401 Loonvoorwaarden
01/07/2016 31/12/2016 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2017 31/12/2016 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2016 30/06/2016 0401 Loonvoorwaarden
01/04/2014 31/12/2015 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2014 31/03/2014 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2011 31/12/2013 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2011 31/12/2010 0401 Loonvoorwaarden
01/07/2009 31/12/2009 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2007 30/06/2009 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2005 31/12/2006 0401 02 Lonvoorwaarden - Werkgevers aangesloten bij AGORIA
01/01/2003 31/12/2006 0401 01 Loonvoorwaarden - Niet AGORIA leden
01/01/2001 31/12/2002 0401 Loonvoorwaarden
01/01/1999 31/12/2000 0401 Loonvoorwaarden