1903 Risicogroepen

Paritair (sub-)Comité nr.:
202.00.00-00.00

Bijwerking: 24/03/2021
Geldig vanaf: 01/01/2002
Geldig tot: 31/12/2005

Bijdrage: 0,15%
 
Inbegren in bijdragen FBZ: ja
 
Geïnd door: RSZ

In het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven werden voor de jaren 2002, 2003 en 2004 CAO’s gesloten tot instelling van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten. Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 18 november 1994 en gepubliceerd in het Staatsblad van 20 januari 1995 (CAO’s van 4.7.2002, 9.12.2002 en 13.11.2003).

 

Wij geven u hierna de tekst van deze CAO’s.

 

A. Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2002 betreffende de bijdrage voor het sociaal fonds  : 2002

HOOFSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor Middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01).

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder bedienden verstaan: de mannelijke en vrouwelijke bedienden.

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst verlengt de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 juli 1999 gesloten in het Paritair Comité 202 Groep C, inmiddels van naam veranderd in Paritair Subcomité voor de Middelgrote Levensmiddelenbedrijven of Paritair subcomité 202.01, betreffende de bijdrage voor het sociaal fonds.

HOOFDSTUK II – Bijdrage voor het sociaal fonds

Artikel 3

De totale bijdrage voor het Sociaal Fonds voor Bestaanszekerheid wordt behouden op 0,60 %. De bijdragen worden geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid volgens zijn eigen inningsmodaliteiten.

3.1. De bijdrage van de werkgevers ten voordele van de tewerkstelling van risicogroepen wordt vastgesteld op 0,15 % van het volledige loon der bedienden bedoeld in artikel 23 van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers.

         De bijdrage van 0,15 %  zal als volgt bestemd worden:

-     0,05 % van de loonmassa voor de toekenning aan de werknemers van de sector van een premie voor de opvang van kinderen op jonge leeftijd;

-     0,10 % van de loonmassa voor de beroepsopleiding.

3.2. De bijdrage voorzien voor de financiering van de werking van de régionale overlegorganen wordt vastgesteld op 0,45 %.

Artikel 4

Het Sociaal Fonds nr. 202.01 opgericht binnen het Paritair Subcomité voor de Middelgrote Levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01) wordt belast met de vaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten voor de aanwending van de opbrengst van de bijdrage.

HOOFDSTUK III - Slotbepalingen

Artikel 5

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor bepaalde duur: ze treedt in werking op 1 januari 2002 en is gesloten voor de période tot en met 31 december 2002.

 

B. Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 2002 betreffende de bijdrage voor het sociaal fonds  : 2003

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01).

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder bedienden verstaan: de mannelijke en vrouwelijke bedienden.

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst verlengt de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2002 gesloten in het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven of Paritair Subcomité 202.01, betreffende de bijdrage voor het Sociaal Fonds.

HOOFDSTUK II - Bijdrage voor het Sociaal Fonds

Artikel 3

De totale bijdrage voor het Sociaal Fonds voor Bestaanszekerheid wordt behouden op 0,60 %. De bijdragen worden geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid volgens zijn eigen inningsmodaliteiten.

3.1.   De bijdrage van de werkgevers ten voordele van de tewerkstelling van risicogroepen wordt vastgesteld op 0,15 % van het volledige loon der bedienden bedoeld in artikel 23 van de Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. De bijdrage van 0,15 % zal als volgt bestemd worden:

-      0,05 % van de loonmassa voor de toekenning aan de werknemers van de sector van een premie voor de opvang van kinderen op jonge leeftijd;

-      0,10 % van de loonmassa voor de beroepsopleiding.

3.2.   De bijdrage voorzien voor de financiering van de werking van de regionale overlegorganen wordt vastgesteld op 0,45 %.

Artikel 4

Het Sociaal Fonds nr. 202.01 opgericht binnen het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01) wordt belast met de vaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten voor de aanwending van de opbrengst van de bijdrage.

HOOFDSTUK III - Slotbepalingen

Artikel 5

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor bepaalde duur: ze treedt in werking op 1 januari 2003 en is gesloten voor de periode tot en met 31 december 2003.

 

C. Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2003 betreffende de bijdrage voor het sociaal fonds  : 2004

 

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01). Onder "bedienden" wordt verstaan de mannelijke en vrouwelijke bedienden.

HOOFDSTUK II - Bijdrage voor het Sociaal Fonds

Artikel 2

§1        Vanaf 1 januari 2004 wordt de totale bijdrage voor het Sociaal Fonds voor de Bestaanszekerheid (hierna genoemd Sociaal Fonds nr. 202.01), opricht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juni 1994 en 5 september 1994, afgesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, tot instelling van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vastelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 18 november 1994, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 30 januari 1995 (geregistreerd onder nummer 36482/CO/202), op 0,60 % gebracht.

§2        De bijdragen worden geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid volgens zijn eigen inningsmodaliteiten.

Artikel 3

§1        Vanaf 1 januari 2004 wordt de bijdrage van de werkgevers ten voordele van de tewerkstelling van risicogroepen vastgesteld op 0,15 % van het volledige loon der bedienden bedoeld in artikel 23 van de Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers.

§2        De bijdrage van 0,15 % zal als volgt bestemd worden:

-      0,05 % van de loonmassa voor de toekenning aan de werknemers van de sector van een premie voor de opvang van kinderen op jonge leeftijd;

-      0,10 % van de loonmassa voor de beroepsopleiding.

Artikel 4

Vanaf 1 januari 2004 wordt de bijdrage voorzien voor de financiering van de werking van de regionale overlegorganen vastgesteld op 0,45 %.

Artikel 5

Het Sociaal Fonds nr. 202.01 opgericht binnen het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelen­bedrijven wordt belast met de vaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten voor de aanwending van de opbrengst van de bijdrage.

HOOFDSTUK III - Opheffingsbepalingen

Artikel 6

§1        De collectieve arbeidsovereenkomst van 4 juli 2002, afgesloten in het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven, betreffende de bijdrage aan het Sociaal Fonds, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 16 juni 2003, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 oktober 2003 (geregistreerd onder nummer 64134), is verlengd.

§2        De collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 2002, afgesloten in het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven, betreffende de bijdrage aan het Sociaal Fonds, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 25 juni 2003, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 oktober 2003 (geregistreerd onder nummer 65730), is verlengd.

HOOFDSTUK IV - Duur

Artikel 7

Deze collectieve Arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2004 en is gesloten voor de periode tot en met 31 december 2004.


Historiek
01/01/2021 31/12/2022 1903 Risicogroepen
01/01/2019 31/12/2020 1903 Risicogroepen
01/01/2017 31/12/2018 1903 4802 Tewerkstelling en vorming van de risicogroepen
01/01/2017 31/12/2016 1903 4802 Tewerkstelling en vorming van de risicogroepen
01/01/2015 31/12/2016 1903 4802 Tewerkstelling en vorming van de risicogroepen
01/01/2015 31/12/2014 1903 4802 Tewerkstelling en vorming van de risicogroepen
01/01/2013 31/12/2014 1903 4802 Tewerkstelling en vorming van de risicogroepen
01/01/2011 31/12/2012 1903 4802 Risicogroepen
01/01/2011 31/12/2010 1903 4802 Risicogroepen
01/01/2009 31/12/2010 1903 4802 Risicogroepen
01/01/2007 31/12/2008 1903 4802 Risicogroepen
01/01/2005 31/12/2006 1903 4802 Risicogroepen
01/01/2002 31/12/2005 1903 Risicogroepen
01/01/2002 31/12/2004 1903 4802 Risicogroepen
01/01/1999 31/12/2001 1903 4802 Risicogroepen