1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten

Paritair (sub-)Comité nr.:
224.00.00-00.00

Bijwerking: 25/06/2009
Geldig vanaf: 01/06/2009
Geldig tot: 31/12/2011

Rechthebbenden

  • Openbare vervoermiddelen: alle bedienden
  • Privé-vervoermiddelen: alle bedienden wiens jaarlijkse brutobezoldiging niet meer dan 50.112,92 euro op 1 mei 2011 bedraagt (verhoging zoals de lonen)

Vervoermiddelen

alle openbare- en privé-vervoermiddelen

Bedrag

  • Spoorweg: volgens schaal van de N.A.R.
  • Andere openbare vervoermiddelen:
  • Prijs in verhouding met afstand: volgens schaal voor een overeenstemmende afstand.
  • afstand minder dan  3 km: forfaitaire vergoeding gelijk aan één derde van het bedrag voor 3 km voorkomend in de schaal.
  • Privé vervoermiddelen: volgens schaal van de N.A.R. privé-vervoer
  • Fiets: 140% van de schaal van NMBS voor één maand.

                    Afstand minder dan  3 km: forfaitaire vergoeding gelijk aan één derde van het bedrag voor 3 km.

Afstand

  • Spoorweg + Fiets: geen minimum afstand
  • Andere openbare vervoermiddelen + Privé vervoermiddelen: Minimum 1 km.

 

In het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen werd op 19 juni 2009 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de vervoerskosten. Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 3 augustus 2012 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 6 november 2012.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO en vervolgens een samenvatting.

Tekst van de CAO van 19 juni 2009

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied 

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen en op de bedienden die zij tewerkstellen en waarvan de jaarlijkse brutobezoldigin, berekend volgens de criteria van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen zoals deze golden voor 1 april 2001 (opgenomen in bijlage 1 bij deze collectieve arbeidsovereenkomst), niet meer bedraagt dan 48.486,47 EURO. Deze loongrens is niet van toepassing op de bedienden die gebruik maken van het gemeenschappelijk openbaar vervoer.

Deze loongrens is gekoppeld aan het viermaandelijks gemiddelde van de gezondheidsindex van april 2009 (111,36, basis 2004 = 100) en wordt aangepast volgens de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1997 betreffende de koppeling van de wedden aan het prijsindexcijfer bij comsumptie.

Onder "bedienden" wordt verstaan: de mannelijke en vrouwelijke bedienden bedoeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001 houdende de functieclassificatie voor bedienden.

HOOFDSTUK II - Gemeenschappelijk openbaar vervoer

Artikel 2

§1. -De tussenkomst van de werkgever in de prijs van het gemeenschappelijk openbaar vervoer wordt berekend en terugbetaald overeenkomstig de bepalingen van hoofdstukken III tot en met VIII van de CAO nr. 19 octies betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers gesloten in de NAR op 20 februari 2009.

§2. -Wanneer de bediende houder is van een abonnement kan hij ook de tegemoetkoming genieten voor de afwezigheidsdagen voor zover deze dagen vallen in de geldigheidsperiode van het abonnement en hij de terugbetaling ervan niet kan bekomen.

§3. -In afwijking van art.4 van CAO nr.19octies wordt, voor wat betreft het gemeenschappelijk openbaar vervoer met uitzondering van het treinvervoer, de tussenkomst van de werkgever berekend voor verplaatsingen vanaf 1km, overeenkomstig de bepalingen van art.4a en 4b van CAO nr. 19octies. Wanneer de afstand minder dan 3km bedraagt wordt, wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, per kilometer een forfaitaire vergoeding toegekend gelijk aan één derde van het bedrag voor 3 km voorkomend in het barema opgenomen in art.3 van CAO 19octies, zonder evenwel 75% van de werkelijke vervoerprijs te overschrijden.  Wanneer de prijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, is art. 4b van de CAO nr. 19octies van toepassing.

§4. -De ondertekenende partijen bevelen de ondernemingen aan om de mogelijkheid van de derdebetalersregeling te onderzoeken.

HOOFDSTUK III - Privé-vervoer

Artikel 3

§1. -Met uitzodering van de tussenkomst voor het fietsgebruik zoals bepaald in art.4 van deze CAO wordt de bijdrage van de werkgever in de kosten van het privé-vevoer van de bedienden berekend op basis van de tabel opgenomen inbijlage 2 van deze CAO.

§2. -Deze tabel neemt de maandelijkse bijdrage over van het barema vastgesteld in de bijlage van CAO nr. 19octies (gemiddelde van 60%). Voor de afstanden van minder dan 3 kilometer, wordt per kilometer een forfaitaire vergoeding toegekend gelijk aan 1/3e van het bedrag voor 3km voorkomend in voornoemd barema.

§3. -Deze tabel wordt geïndexeerd op 1 mei 2010 met het percentage waarmee de lonen overeenkomstig de CAO van 17 juli 1997 gesloten in het paritair comité voor de bedienden van de non-ferro metalen betreffende de koppeling van de lonen aan het prijsindexcijfer bij consumptie worden geïndexeerd op deze datum.

Artikel 4

§1. -Wanneer de bediende gedurende een gehele kalendermaand gebruik maakt van de fiets voor de volledige afstand tussen zijn verblijfplaats en de onderneming wordt de tegemoetkoming van de onderneming berekend op 140% van de prijs van de treinkaart op maandbasis.

Wanneer deze afstand minder dan 3 km bedraagt, wordt per kilometer een forfaitaire vergoeding toegekend gelijk aan één derde van het bedrag voor 3 kilometer voorkomend in het barema.

Indien de werkgever vanwege de bediende misbruik van het stelsel voorzien door dit artikel zou vaststellen, behoudt hij zich het recht voor zijn tegemoetkoming te beperken tot dit voorzien bij artikel 3 van deze CAO.

§2. -Indien blijkt dat de regeling voorzien in §1 van dit artikel tot misbruiken leidt, kan de meest gerede partij deze opnieuw bespreekbaar maken op het niveau van het paritair comité.

Artikel 5

Wanneer de verplaatsing voor een gedeelte of voor de gehele afstand met de fiets gebeurt, wordt de tegemoetkoming van de onderneming beschouwd als een fietsvergoeding.

De werkgever bevestigt jaarlijks, op vraag van de werknemer, de nodige gegevens die het de werknemer mogelijk maken zijn fietsgebruik aan te tonen. Deze gegevens hebben betrekking op de in aanmerking genomen afstand, het aantal gewerkte dagen en de betaalde vergoeding.

Artikel 6

Voor de toepassing van artikel 3 en 4 wordt de berekening van de afstand, in gemeenschappelijk overleg, bepaald in elke onderneming om rekening te houden met de geografische bijzonderheden.

Artikel 7

De tegemoetkoming van de onderneming wordt slechts toegekend voor de dagen van aanwezigheid op het werk.

Artikel 8

De werkgever kan overgaan tot de verificaties die hij noodzakelijk acht om zijn tegemoetkoming te rechtvaardigen en kan van de werknemer alle documenten bekomen die hiervoor nuttig zijn. 

Artikel 9

De tegemoetkoming wordt minstens eenmaal per maand vereffend.

HOOFDSTUK IV - Combinatie openbaar en privé-vervoermiddel 

Artikel 10

Ingeval de bediende tegelijk gebruik maakt van een openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel en van een privé-vervoermiddel zal de tussenkomst voor het openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel en van een privé-vervoermiddel zal de tussenkomst voor het openbaar vervoermiddel berekend worden overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk 2 van deze CAO en de tussenkomst voor het privé-vervoermiddel overeenkomstig hoofdstuk 3 van deze CAO.

HOOFDSTUK V - Vervoer georganiseerd door de onderneming

Artikel 11

Wanneer het vervoer door de onderneming wordt georganiseerd, voor een gedeelte of voor de gehele afstand, met of zonder financiële deelneming van de werknemer, wordt de tegemoetkoming, berekend op basis van de gehele afstand tussen de verblijfplaats en de onderneming volgens de bepaling van deze collectieve arbeidsovereenkomst, verminderd met de kosten die de onderneming draagt voor het vervoer dat zij organiseert.

Deze operatie kan tot geen negatief resultaat leiden.

HOOFDSTUK VI - Gunstiger regelingen op bedrijfsniveau

Artikel 12

Gunstiger regelingen die voordien die voordien op bedrijfsniveau bestonden blijven in de bestaande vorm behouden voor de betrokken werknemers.

Hoofdstuk VII - Inwerkingtreding en duur

Artikel 13

Deze overeenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juni 2009 en is gesloten voor een onbepaalde duur, met uitzondering van artikelen 2 §4 en 3 §3 die buiten werking treden op 31 december 2010.

Zij kan door een van de patijen worden opgezegd met een opzegging van 3 maanden betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het paritair comité en aan elk van de ondertekenende partijen.

Vanaf 1 juni 2009 vervangt zij de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, gesloten in het paritair comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende de vervoerskosten.

Zij vervangt de bepalingen van hoofdstuk 10, mobiliteit, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2009, gesloten in het paritair comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende het protocol van sectoraal akkoord 2009-2010.

Bijlage 1 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen betreffende de vervoerskosten

Criteria voor de berekening van het bedrag van de loongrens toepasselijk op het bediendepersoneel, vermeld in artikel 1 van huidige collectieve arbeidsovereenkomst.

De raming van de jaarlijkse brutobezoldiging moet omvatten:

1.   de vaste elementen: de maandelijkse brutowedde, inbegrepen de eventuele bijkomende wedden, zoals ondermeer de vergoeding voor de kennis en het gebruik van beide landstalen, hierbij rekening gehouden met het beweeglijk gedeelte toegekend in functie van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Het jaarlijks brutobedrag wordt bekomen door de vaste elementen, die betrekking hebben op de eerste maand waarvoor het sociaal abonnement wordt gevraagd, te vermenigvuldigen met 12, zelfs indien de bediende geen 12 maanden werkt.

2.   de veranderlijke elementen

      a)   per maand: commissieloon, premies, overuren, enz.

Hier gelden de brutocijfers voor de laatste 12 maanden. Indien de bediende geen 12 maanden heeft gewerkt, wordt het in aanmerking te nemen bedrag bekomen door het maandgemiddelde voor de effectief gewerkte maanden, te vermenigvuldigen met 12;

      b)   per jaar: commissielonen, premies, 13de maand en andere toelagen die sommige werkgevers eens of meermaals per jaar aan hun personeel toekennen, ingevolge overeenkomst of gebruik.

De brutobedragen toegekend gedurende de laatste 12 maanden moeten bij de jaarlijkse brutobedragen, waarvan sprake onder 1. en 2. a), worden gevoegd.

De raming van de jaarlijkse brutobezoldiging moet niet omvatten:

1.   de toelagen van sociale aard, zoals: haard- en standplaatstoelage, kindergeld, vakantiegeld;

2.   de bedragen toegekend als vergoeding voor bepaalde kosten (reiskosten, representatiegelden, enz);

3.   pensioenen van allerlei aard.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
19/06/2009
Registratienr
95491
Geldig van
01/06/2009
Geldig tot
01/05/2011
Neerleggingsdatum
27/07/2009
Registratiedatum
04/11/2009
Onderwerp
financiële bijdrage in de vervoerskosten
BS Bericht van neerlegging
30/11/2009
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
03/08/2012
Gepubliceerd in het B.St. van
06/11/2012
Keywords
VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN

Historiek
01/01/2024 31/12/2050 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels
01/01/2022 31/12/2023 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels
01/07/2019 31/12/2021 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels
01/05/2017 30/06/2019 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/05/2015 30/04/2017 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/05/2014 30/04/2015 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/05/2014 30/04/2014 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/05/2013 30/04/2014 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/01/2012 30/04/2013 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/06/2009 31/12/2011 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
17/12/2001 31/05/2009 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten
01/01/1999 16/12/2001 1201 Tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten