0401 Loonvoorwaarden
Paritair (sub-)Comité nr.:
107.00.00-00.00
Bijwerking: 28/05/2004
Geldig vanaf: 01/01/2003
Geldig tot: 31/12/2004
In het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, kleermaaksters en naaisters werd op 10 juni 2003 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de lonen en arbeidsvoorwaarden. Zij werd neergelegd op de Griffie van de dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 28 november 2003 onder het nr. 68671/CO/107; het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 11 december 2003.
Wij geven u hierna de bepalingen inzake de loonvoorwaarden uit de CAO gesloten op 10 juni 2003. Voor de evolutie van de minimumlonen verwijzen wij u naar onze omzendbrief Hfdst. 4.2.
HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied
Artikel 1
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de werklieden en werksters van de ondernemingen ressorterend onder het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters.
Deze CAO vervangt de CAO van 10 juni 1999 betreffende de arbeidsvoorwaarden voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters (paritair comité 107).
HOOFDSTUK II - Lonen
Artikel 2
A. Jongeren van 16 tot 18 jaar
De minderjarigen en de leerlingen verbonden met een arbeidsovereenkomst hebben recht op loon volgens de percentages opgenomen in de navolgende tabel en schommelend volgens de leeftijd op basis van loonniveau 1.
B. Jongeren van 18 tot 21 jaar
Vanaf de leeftijd van 18 jaar ontvangt de jonge werknemer en de leerling verbonden met een arbeidsovereenkomst gedurende een aanloopstage van 1 jaar (uitgedrukt in voltijdse equivalenten) het percentage van het functieloon, opgenomen in onderstaande tabel. Nadien krijgt hij/zij het volledige functieloon voorzien in artikel 4.
Tabel jongerenbarema's
21 jaar............................ 100 %
20 jaar............................. 94 %
19 jaar............................. 88 %
18 jaar............................. 82 %
17 jaar............................. 76 %
16 jaar............................. 70 %
Artikel 3
Vanaf de leeftijd van 18 jaar wordt een aanloopstage van minstens 12 maanden, verworven in andere bij deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde ondernemingen, in aanmerking genomen voor het verwerven van het volledige functieloon.
Zij wordt bewezen door verklaringen afgeleverd door de werkgevers en overhandigd op het ogenblik van hun indiensttreding.
Artikel 4
De lonen bedragen op 1/06/2003 [indexschijf : (...)]:
|
|
|
EUR |
|
|
|
|
|
Niveau 1 |
Helpers(sters) en afwerkers(sters) |
8,0711 |
|
Niveau 1bis |
Helpers(sters) en afwerkers(sters) na 3 jaar anciënniteit |
8,4834 |
|
Niveau 2 |
Werklieden en werksters (de assistenten) |
8,9522 |
|
Niveau 3 |
Geschoolde werklieden en werksters |
9,5717 |
|
Niveau 4 |
Goedgeschoolde werklieden en werksters (keurwerkers) |
9,8828 |
|
Niveau 5 |
Taille-werkman en taille-werkster |
10,1938 |
De werkelijk uitbetaalde lonen en de baremieke minimumlonen van de werklieden en werksters vanaf 21 jaar en van de jongeren met bewezen aanloopstage van minstens 12 maanden worden op 1/09/2003 met 0,0744 EUR/uur verhoogd en op 1/05/2004 met 0,0744 EUR/uur.
Commentaar : Voor de evolutie van de lonen, zie onze omzendbrief Hfdst.4.2.
HOOFDSTUK III - Huisarbeid
Artikel 5
Het maakloon wordt berekend door het aantal uren vereist voor de uitvoering van elk stuk te vermenigvuldigen met het uurloon overeenstemmend met één van de functies vermeld in artikel 4 van de CAO.
Artikel 6
Het globale loon van de huisarbeiders en -arbeidsters wordt bij elke uitbetaling met 10 % verhoogd als schadeloosstelling voor de algemene kosten welke te hunnen laste vallen (verwarming, verlichting, enz.). Deze vergoeding wordt op 15 % gebracht wanneer de huisarbeiders en -arbeidsters zelf de kleine benodigdheden (garen, koordzijden, enz.) leveren.
Artikel 7
Onverminderd de bepalingen van de wet van 26 januari 1951 en 4 augustus 1978 betreffende het bijhouden van de sociale documenten worden de in artikel 6 bedoelde vergoedingen bij elke uitbetaling afzonderlijk in het loonboekje ingeschreven.
De in artikel 5 bepaalde uren voor uitvoering van elk kledingstuk moeten schriftelijk worden vastgelegd bij het afsluiten van de arbeidsovereenkomst.
(...)
HOOFDSTUK VII - Slotbepalingen
Artikel 14
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2003 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2004.
Zij wordt van jaar tot jaar stilzwijgend verlengd, indien zij voor de jaarlijkse vervaldag niet door één van de ondertekenende partijen wordt opgezegd, met een opzegging van drie maanden, bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de meesterkleermakers, de kleermaaksters en naaisters en aan de daarin vertegenwoordigde organisaties.
Historiek | ||
---|---|---|
01/01/2023 | 31/12/2024 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2021 | 31/12/2022 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2019 | 31/12/2020 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2017 | 31/12/2018 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2015 | 31/12/2016 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2013 | 31/12/2014 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2011 | 31/12/2012 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2007 | 31/12/2010 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2005 | 31/12/2006 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2003 | 31/12/2004 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2001 | 31/12/2002 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/1999 | 31/12/2000 | 0401 Loonvoorwaarden |