2601 26 Werkzekerheid

Paritair (sub-)Comité nr.:
325.00.00-00.00

Bijwerking: 23/03/2007
Geldig vanaf: 01/01/2005
Geldig tot: 31/12/2006

In het Paritair Comité voor de openbare kredietinstellingen werd op 30 maart 2006 een protokol akkoord 2005-2006 gesloten. Zij werd neergelegd op de Griffie van de dienst der collectieve arbeidsbetrekingen en geregistreed op 16 mei 2006 onder het nummer 79779/CO/325. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 11 januari 2007.

Dit sectoraal akkoord werkt die van 12 mei 2003 die onder n°67705 wordt geregistreerd.

Hierna volgt een uittreksel uit het hierboven genoemde raamakkoord inzake de werkzekerheid.

Tekst van de CAO

 

Inleiding en toepassingsgebied

Binnen het kader van de wet houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg van 3 juli 2005 en van de réglementaire bepalingen die deze wet zullen uitvoeren, is het volgende overeengekomen in het Paritair Comité voor de openbare kredietinstellingen.

Onverminderd de regelingen die in de ondernemingen bestaan en gunstiger kunnen uitvallen, geldt de volgende collectieve arbeidsovereenkomst voor de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de openbare kredietinstellingen, en voor hun personeel.

Beschikkingen

Hoofdstuk I. Tewerkstellingspolitiek en werkzekerheid

Art. 1. Het behoud van de tewerkstelling blijft een vast gegeven in de sociale politiek van de ondernemingen van de sector. Deze zullen dan ook hun traditionele tewerkstellingspolitiek voortzetten, evenwel rekening houdend met de zich wijzigende omstandigheden, zoals bij herstructureringen en fusies, en met de verscherpte concurrentieomgeving, die nieuwe belemmeringen kunnen invoeren in het streven naar een maximale consolidatie van de tewerkstelling.

Binnen deze context, zal naar het optimaal behoud van de bestaande activiteiten in de sector en van de lokale werkgelegenheid worden gezocht. Een voluntaristisch beleid zal worden gevolgd om het behoud van de werkgelegenheid te kunnen verwezenlijken voor het personeel van de bedreigde ondernemingen van de sector.

In dit kader spreken de betrokken ondernemingen onderling af een maximale synergie na te streven. De resultaten ervan worden éénmaal per jaar besproken in de Vaste Commissie voor de Werkgelegenheid van de sector overeenkomstig de punten 1.3 en 1.4 van het addendum nr. 3 betreffende de toepassing van artikel 8 van de raam-CAO gesloten op 23 april 1987 in de OKI-sector. De werknemers van de betrokken ondernemingen blijven integraal hun oorspronkelijk personeelsstatuut behouden.

Binnen de mogelijkheden van iedere onderneming, zullen de inspanningen gaan naar de vorming en de training van het personeel alsook naar het behoud, de herziening en de uitbreiding van de arbeidsbevorderende en arbeidsherverdelende maatregelen.

Art. 2. Indien, overeenkomstig de procédure van de CAO nr. 9 van 9 maart 1972 van de N.A.R., wordt vastgesteld dat de realisatie van de doelstelling inzake het behoud van de tewerkstelling een ernstig probleem zou vormen voor de toekomst van de onderneming, verbinden de betrokken ondertekenaars zich ertoe samen te zoeken naar mogelijke oplossingen en modaliteiten van sociale begeleiding door middel van een sociaal overleg binnen de onderneming, dat wordt omgezet in een collectieve arbeidsovereenkomst op bedrijfsvlak.

Dit zoeken naar oplossingen en begeleidingsmaatregelen zal o.m. kunnen gebeuren door:

- de stopzetting gedurende 6 maanden van de aanwerving van nieuw personeel in functies die door de restrictiemaatregelen zijn getroffen in de diensten waarin deze maatregelen van toepassing zijn;

- de beperking van de aanwervingen voor de diensten die niet zijn getroffen, door de natuurlijke uittredingen te compenseren door de overplaatsingen van een dienst naar een andere en mutaties van de ene onderneming naar de andere binnen de sector, in de mate dat de kwalificatie, de competenties of een eventuele omscholing van het betrokken personeel het toelaten;

- het opzetten van een tewerkstellingsbeleid dat op bedrijfsvlak ondersteund wordt door herklasseringsplannen, door tijdens de looptijd van deze plannen vormings- en omscholingsacties te organiseren, die aan het personeel dat de nodige capaciteiten heeft, de mogelijkheid bieden om van een dienst naar een andere of van de ene onderneming naar de andere binnen de sector over te schakelen; de bedrijven van de sector waar functies vacant zijn delen deze vacatures mee aan de andere bedrijven van de sector op hetzelfde ogenblik als hun publicatie naar de buitenwereld;

- de onderhandeling in bepaalde gevallen over een systeem van vervroegde uittreding.

Bij gebrek aan een overeenkomst over de oplossingen die respectievelijk door de betrokken partijen op dit niveau worden in het vooruitzicht gesteld, zal het probleem aan het Paritair Comité worden voorgelegd dat binnen een maximumtermijn van drie maanden alle middelen te zijner beschikking zal uitputten.

Het niet-naleven van de procédure zal de nietigheid tot gevolg hebben van de beslissingen die in dit kader werden genomen, en dit zal zich vertalen in het behoud van de persoon in de onderneming.

Art. 3. Indien uit de evaluatie van de maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling en de herverdeling van de arbeidstijd blijkt dat bijkomende initiatieven noodzakelijk zijn, komen de partijen overeen deze maatregelen te onderzoeken.

Art. 4. De bepalingen van de artikels 2 en 3 zijn niet van toepassing op de gevallen van individuele afdanking die verband houden met de uitvoering van de arbeidsovereenkomst.

Art. 5. De OKI's bevestigen hun voornemen hun traditionele politiek inzake zekerheid van tewerkstelling voort te zetten.

Indien de werkgever toch een individuele afdanking zou overwegen in verband met de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, is de volgende procédure van toepassing.

De werkgever licht de werknemer schriftelijk in over disciplinaire of professionele tekortkomingen die, hetzij eenmalig, hetzij bij herhaling of bij niet verbetering, of in combinatie met andere elementen, tot afdanking kunnen leiden.

Deze kennisgevingen met de schriftelijk vastgestelde feiten en de directe bewijsstukken tot staving van die feiten, maken deel uit van het ontslagdossier.

Indien de werkgever, in het raam van deze procédure en buiten de proefperiode, overweegt een bij arbeidsovereenkomst tewerkgestelde werknemer te ontslaan om een andere dan een dwingende reden, ontbiedt hij schriftelijk de werknemer op een onderhoud dat binnen drie tot vijf werkdagen, de zaterdag uitgesloten, moet plaatshebben. Hij bezorgt de werknemer een kopie van de oproeping die bestemd is voor de vakbondsafgevaardigde van zijn keuze teneinde zich door deze laatste op het onderhoud te laten bijstaan.

De werknemer die het voorwerp uitmaakt van deze procédure, ontvangt het ontslagdossier samen met de oproeping.

De definitieve beslissing van de werkgever zal worden medegedeeld binnen drie werkdagen, de zaterdag uitgesloten, volgend op dit onderhoud of op de voor dat onderhoud voorziene datum indien de werknemer niet is opgedaagd.

Bij beslissing tot afdanking krijgt de ontslagen werknemer de schriftelijke motivering van de afdanking.

In elk geval stelt de werkgever, voor betekening aan de betrokken werknemer, de vakbondsafvaardiging in kennis van de voorgenomen contractverbrekingen en van de redenen hiervoor en dit volgens de in iedere OKI bestaande of overeen te komen modaliteiten.

De bepalingen van deze procédure worden omgezet in de in de ondernemingen bestaande reglementen voor 31 december 2006.

Conflicten aangaande de naleving van deze procédure worden voorgelegd aan het Paritair comité.

De niet-naleving van de procédure beschreven in dit artikel, leidt tot de betaling, bovenop de ontslagvergoeding berekend op basis van de schaal Claeys, van een forfaitaire schadevergoeding gelijk aan 6 of 9 maanden loon, naargelang de anciënniteit van de werknemer begrepen is tussen 1 en 5 jaar of 5 jaar overschrijdt.

(...)

Hoofdstuk VI. Uitwerking en geldigheidsduur

Art. 24. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2005.

Behoudens anders bepaald, neemt ze een einde op 31 december 2006.

De artikels 1, 5, (...) van deze collectieve arbeidsovereenkomst zullen, behoudens opzegging door één van de partijen drie maanden voor het verstrijken van voormelde geldigheidsduur, stilzwijgend worden verlengd voor opeenvolgende périodes van drie jaar.

Punt 5 van Hoofdstuk I van de sector CAO van 12 mei 2003 wordt opgeheven op datum van inwerkingtreding van onderhavige CAO.

Opgemaakt te Brussel, op 30 maart 2006, in het Nederlands en in het Frans, beideteksten hebben rechtsgeldigheid, in zes exemplaren waarvan één voor elke ondertekenaar van de overeenkomst en één voor de griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Fédérale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
30/03/2006
Registratienr
79779
Geldig van
01/01/2005
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
21/04/2006
Registratiedatum
16/05/2006
Onderwerp
sectoraal akkoord 2005-2006
BS Bericht van neerlegging
09/06/2006
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
21/11/2006
Gepubliceerd in het B.St. van
11/01/2007
Keywords
LONEN, EENMALIGE PREMIE, VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN, BETAALDE VERLOFDAG (GEEN ADV- OF COMPENSATIEDAG) EN FEESTDAG, DEELTIJDSE ARBEID, TIJDSKREDIET/LOOPBAANVERMINDERING, LANDINGSBANEN, OPLEIDING (EXCL. SYNDICALE VORMING), OUDERE WERKNEMERS-EXCL.AANV. PENSIOEN, BRUGPENSIOEN(SWT),TIJDSKREDIET, WELZIJN OP HET WERK, OPZEGGING/ONTSLAG, SYNDICALE AFVAARDIGING, WERKING ONDERNEMING/OVERLEGORGANEN

Historiek
01/01/2023 31/12/2050 2601 Werkzekerheid
01/01/2021 31/12/2022 2601 Werkzekerheid
01/01/2019 31/12/2020 2601 Werkzekerheid
01/01/2017 31/12/2018 2601 Werkzekerheid
01/01/2015 31/12/2016 2601 Werkzekerheid
01/01/2013 31/12/2014 2601 Werkzekerheid
01/01/2009 31/12/2010 2601 Werkzekerheid
01/01/2007 31/12/2008 2601 Werkzekerheid
01/01/2005 31/12/2006 2601 26 Werkzekerheid
01/01/2004 31/12/2004 2601 26 Werkzekerheid