In het Paritair Comité voor de kappersbedrijf en de schoonheidszorgen werd op 25 april 2005 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de toekenning van de kwalificatiepremie. Ze werd neergelegd op de Griffie van de dienst der collectieve arbeidsovereenkomsten en geregistreerd op 13 mei 2005 onder het nr. 74703/CO/314. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 27 mei 2005.

Ze heft de collectieve arbeidsovereenkomst van de 26 april 2004 op geregistreerd onder het nummer 71970/CO/314.

Ze werd aangepast door een CAO van 27 juni 2005. Ze werd neergelegd op de Griffie van de dienst der collectieve arbeidsovereenkomsten en geregistreerd op 28 juli 2005 onder het nr. 75840/CO/314. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 18 augustus 2005.

In hetzelfde Paritair Comité werd op 10 maart 2003 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot vaststelling van de werkgeversbijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor het kappersbedrijf en de schoonheids­zorgen" tot financiering van de kwalificatiepremie. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd algemeen verbindend verklaard door een Koninklijk Besluit van 23 december 2003 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 maart 2004.

Wij geven u hierna de twee teksten van deze CAO’s.

A. Tekst van de C.A.O. van 25 april 2005

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen.

Onder werknemers wordt verstaan de arbeiders, arbeidsters en de bedienden.

Artikel 2

In uitvoering van  de CAO van 25 april 2005 houdende maatregelen ter bervordering van de werkgelegenheid, de bepaling van de classificatie en de eraan verbonden loon-en arbeidsvoorwaarden, meer bepaald artikel 38,  betreffende de invoering van de kwalificatiepremie, wordt de premie vanaf 1 juli 2005 vastgelegd op:

1/3 van de bruto eindjaarspremie voor de volledige premie;

1/6 van de bruto eindjaarspremie voor de gedeeltelijke premie.

Artikel 3

De kwalificatiepremie kan worden toegekend aan alle werknemers met uitzondering van de werknemers die tewerkgesteld worden zijn onder de classificatie 1a.

Artikel 4

Voor het toekennen van de kwalificatiepremie zal worden nagegaan of de werknemer het vastgelegde quotum aa crédits heeft behaald bij geaccrediteerde vormingsverstrekkers.

De crédits worden geregistreerd op de kwalificatiekaart met ingang van 1 januari 2004.

Artikel 5

Binnen het Fonds voor Bestaanszekerheid zal voor elke deelsector een Accréditatie Commissie worden opgericht. De voorzitters van de drie commissies worden aangesteld door de Raad van Beheer van het FBZ. Zij zullen lid zijn van de Raad of door de Raad worden aangesteld. De voorzitter en de ondervoorzitter van de Raad van Beheer van het FBZ kunnen niet in aanmerking komen voor deze functie. 

Eens benoemd zal de voorzitter van de commissie deze, op voordracht van de sociale partners, samenstellen.

Elk van de commissies zal zich laten adviseren door een door haar opgerichte en samengestelde Technische Commissie.

Op voordracht van de Technische Commissie erkent de Accreditatiecommissie de kandidaat vormingsverstrekkers en bepaalt de aantal toe te kennen credits voor een opleiding.

Artikel 6

Het FBZ wordt belast met de uitvoering en de uitbetaling van de kwalificatiepremie.

Commentaar: Zie ook onze omzendbrief  hoofdstuk 19

Artikel 7

Alle conflicten in verband met de kwalificatiepremie zullen worden behandeld door het verzoeningsbureau van  het Paritair Comité 314.

Artikel 8

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de CAO van 26 april 2004 op bettreffende  de toekenning van de kwalificatiepremie, regeristreerd onder het nummer 71970/CO/314. zij treedt in werking op 1 oktober 2003. (lees: 01/01/2004 - cf. CAO 27/06/2005)

Zij wordt afgesloten voor onbepaalde tijd en kan worden opgezegd door elk van de partijen mits een opzegtermijn van drie maanden wordt nageleefd, betekent bij een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité 314.

B. Tekst van de CAO van de 10 maart 2003 (werkgeversbijdrage kwalificatie premie)

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en op de werkgevers van de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het kapperbedrijf  en de schoonheidszorgen.

Onder werknemers verstaat men de arbeiders, de arbeidsters en de bedienden.

Artikel 2

In uitvoering van de wet bettrefende de bevordering van de werkgelegenheid en de preventieve vrijwarring van de concurrentiekracht van 26 juli 1996 en van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1991 tot instelling van een fonds voor bestaanszekerheid en ter vastelling zijn statuten , wordt vanaf 1 oktober 2003  het bedrag hierna wordt vastgelegd.

Artikel 3

Bovenvermelde werkgeversbijdrage wordt vanaf  1 oktober 2003 vastgelegd op 1,50% van de brutoloonmassa.

Artikel 4

In toepassing van het artikel 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1991 ter instelling van en fonds voor bestaanszekerheid en ter vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 november 1991, wordt de bijdrage bedoeld in artikel 3 geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

Artikel 5

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2003.

Zij wordt afgesloten voor onbepaalde tijd en kan worden opgezegd door elk van de partijen mits een vooropzeg van drie maanden betekend bij een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritait comité voor het kapperbedrijf en de schoonheidszorgen.