In het Paritair Comité voor de Bedienden van de Ijzernijverheid werd op 11 april 2003 een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten tot bepaling van de inspanningen voor 2003-2004 ten gunste van de risicogroepen. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 22 mei 2003 onder het nr. 66.287/CO/210. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 5 juni 2003.

Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een Koninklijk Besluit van 24 augustus 2005 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 28 november 2005.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.

Tekst CAO van 11 april 2003

HOOFDSTUK 1 - ONDERWERP

Onderhavige overeenkomst is afgesloten in uitvoering van het sectoraal akkoord van 11 april 2003 en van de bepalingen betreffende de risicogroepen en de jongeren op wie een inschakelingsparcours van toepassing is, van de wet houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2003-2004.

HOOFDSTUK 2 - TOEPASSINGSGEBIED

Onderhavige overeenkomst is van toepassing in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de Bedienden van de Staalindustrie (PC nr 210) vallen en voor hun gebaremiseerde werknemers en werkneemsters onder bediendencontract.

HOOFDSTUK 3 - MODALITEITEN

3.1. Het sectoraal akkoord van 11 april 2003 en de wet houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2003-2004 voorzien de verplichting voor de werkgevers om in 2003 en 2004 een inspanning toe te staan, bestemd voor personen die risicogroepen behoren of waarop een inschakelingsparcours van toepassing is.

3.2. Deze inspanning moet evenwaardig zijn aan 0,10 % van het geheel van de bezoldigingen aan de sociale zekerheid van het personeel onder bediendencontract.

3.3. In toepassing van het sectoraal akkoord van 11 april 2003 worden de concrete modaliteiten van de initiatieven ten gunste van risicogroepen vastgelegd op het niveau van de ondernemingen in akkoord met de vakbondsafvaardiging.

3.4. Het akkoord waarvan sprake onder 3.3. legt verplicht het begrip van de bedoelde risicogroepen vast.

3.5. Het akkoord bepaalt eveneens de weerhouden initiatieven die gekozen worden uit de hierna als voorbeeld opgesomde actiethema's :

- verlenging van de initiatieven toegepast door de ondernemingsakkoorden voor de vorige jaren en de periode 2001-2002;

- kwalificerende opleiding van tewerkgestelde werknemers teneinde hun beroepskennis aan te passen en bij te scholen in functie van de toekomstvereisten en hierdoor hun job veilig te stellen;

- ander initiatief dat aangepast is aan de specifieke toestand in elke onderneming.

3.6. Het akkoord houdt een verbintenis in om aan deze initiatieven een budget te besteden dat voor 2003 en 2004 0,10 % van de bezoldigingen aangegeven bij de RSZ voor elk van de bedoelde jaren.

3.7. De verbinden zich ertoe elk jaar een evaluatieverslag en een financieel overzicht op te stellen en neer te leggen bij de van de Dienst Collectieve Betrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid.

3.8. Een exemplaar van de afgesloten overeenkomsten alsook van het evaluatieverslag en van het financieel overzicht worden opgestuurd aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor de Bedienden van de Staalindustrie en aan de nationale verantwoordelijken van de ondertekenende organisaties.

HOOFDSTUK 4 - TOEPASSINGSDUUR

Onderhavige overeenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde duur. Ze wordt van kracht op 1 januari 2003 en eindigt op 31 december 2004.