1804 Humanisering van de arbeid

Paritair (sub-)Comité nr.:
124.00.00-00.00

Bijwerking: 13/04/2022
Geldig vanaf: 09/11/2017

In het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf gelden er specifieke voorschriften met betrekking tot het aantal, de inrichting, de uitrusting, het onderhoud etc... van de sociale voorzieningen (kleedkamers, refters, wasplaatsen, toiletten, specifieke bouwplaatssituaties, dranken). 

In het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf werd op 10 maart 2016 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de humanisering van de arbeid (nr. 133006/CO/124). Zij werd gewijzigd door een cao van 9 november 2017 (nr. 142851/CO/124). 

De tekst van deze cao moet uitgehangen worden op een voor alle arbeid(st)ers goed zichtbare en toegankelijke plaats! 

1. Gemeenschappelijke bepalingen

Plaats

Op de bouwplaatsen en in de arbeidsplaatsen van de bouwsector worden de sociale voorzieningen (kleedkamers, refters, wasplaatsen, toiletten, verpozingslokalen) ondergebracht in één of meer lokalen die volledig van de werkpost zijn gescheiden.

De kleedkamers en wasplaatsen moeten in één lokaal of in aangrenzende lokalen die met elkaar in verbinding staan, worden ingericht.

Het aantal sociale voorzieningen staat in functie tot het aantal gelijktijdig tewerkgestelde arbeid(st)ers.

Onderaannemers

Onverminderd de bepalingen van artikel 29 van de wet betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, maakt de hoofdaannemer schriftelijke afspraken met de onderaannemer(s) omtrent de installatie, het gebruik en het onderhoud van de sociale voorzieningen.

De hoofdaannemer zal de onderaannemer op de hoogte brengen als hij zich niet of gebrekkig houdt aan de afspraken. Indien de onderaannemer hier geen gevolg aan geeft, zal de hoofdaannemer, en op kosten van de onderaannemer, zelf instaan voor de uitvoering van deze afspraken.

Constructie

De sociale voorzieningen mogen opgericht worden met uitneembare of verplaatsbare vaste constructies. Ze moeten bestand zijn tegen klimatologische invloeden zoals wind, regen, sneeuw, warmte, koude,...

De wanden moeten uit hard, isolerend materiaal zijn vervaardigd.

De vloer en de muren moeten effen en waterdicht zijn, zodat ze op een hygiënische manier kunnen onderhouden worden.

Tevens zijn de sociale voorzieningen stevig en stabiel opgesteld.

Inrichting

De lokalen moeten aan alle normen inzake welzijn voldoen. Ze moeten degelijk verlucht en verlicht worden en de temperatuur moet 20° C bedragen.

In de lokalen van de stortbaden moet de temperatuur 22° C bedragen.

Uitrusting

De lokalen moeten op slot kunnen gedaan worden en de deur moet naar buiten opengaan. Enkel meubilair dat aan het eigenlijk gebruik beantwoordt, mag zich in de lokalen bevinden.

Onderhoud

Eén of meer personen moeten door de werkgever aangeduid worden voor het onderhoud van de sociale voorzieningen.

De sociale voorzieningen moeten minstens éénmaal per dag gereinigd worden en dit volgens de voorschriften van de fabrikant, onder andere wat betreft schoonmaakmethodes, -middelen en -producten.

Bij ploegenarbeid worden de sociale voorzieningen gereinigd vóór iedere ploegwisseling.

Het afval moet dagelijks zorgvuldig opgeborgen en verwijderd worden overeenkomstig de van toepassing zijnde regelgeving.

Tabaksrook

Conform de wettelijke bepalingen is er een absoluut rookverbod in de sociale voorzieningen.

Toegangen

De inplanting en de toegangsmogelijkheden van de sociale voorzieningen worden bepaald na advies van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer.

Indien het een tijdelijke of mobiele bouwplaats betreft, dienen de inplanting en de toegangsmogelijkheden van de sociale voorzieningen door de veiligheidscoördinator te worden opgenomen in het veiligheids- en gezondheidsplan en dit na advies van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer.

De sociale voorzieningen moeten ingericht worden vanaf de aanvang van de bouwwerken.

De toegang tot de sociale voorzieningen wordt vrijgehouden.

Verlichting

Indien het natuurlijk licht onvoldoende is, moeten de sociale voorzieningen uitgerust worden met een aangepaste kunstmatige verlichting.

De sociale voorzieningen zijn tevens uitgerust met een voldoende sterke noodverlichting.

Brandbeveiliging

Een voldoende en aangepaste uitrusting voor de brandbestrijding moet aangebracht worden in de sociale voorzieningen.

Gebruik

De sociale voorzieningen worden gebruikt op een hygiënische wijze overeenkomstig de bestemming waarvoor ze bedoeld zijn.

In die zin wordt er op gewezen dat het verboden is :

  • materiaal of materieel te stapelen in de sociale voorzieningen;
  • kleding of toiletartikelen elders dan in de kleedkamer op te bergen;- pakken, tassen of voedselpakketten elders dan in de refters of kleedkamers te plaatsen;
  • te eten op de arbeidsplaatsen, in de burelen of de lokalen die erbij horen;
  • de sociale voorzieningen of hun bijhorigheden vrijwillig te bevuilen of te beschadigen of er aan verspilling te doen.

De arbeid(st)ers zijn verplicht :

  • de wasgelegenheden te gebruiken vóór de maaltijden en na de dagtaak;
  • vooraleer naar de refter te gaan, de handen te wassen en van kledij te veranderen wanneer deze met giftige, besmettende of bijzonder vervuilende stoffen is doordrenkt;
  • indien er gevaar bestaat voor aantasting van de huid door giftige, besmettende of bijzonder bevuilende stoffen, na advies van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, te voorzien in adequate hygiëne (een stortbad te nemen bij het einde van de werkdag,...).

Voorzorgen te nemen gedurende de rustpauze van de arbeid(st)ers

Het is verboden te pauzeren in gevaarlijke of ongezonde plaatsen (bijvoorbeeld : daken, steigers, nabij putten, uitgravingen, machines,...).

De arbeid(st)ers zijn verplicht de voorzieningen die hen ter beschikking worden gesteld te gebruiken en de richtlijnen die hen verstrekt worden door de bevoegde verantwoordelijke(n) na te leven.

2. Specifieke voorschriften per sociale voorziening 

3. Overleg met het comité voor preventie en bescherming op het werk

Iedere werkgever moet voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst voorafgaandelijk het advies vragen aan het comité voor preventie en bescherming op het werk of, bij ontstentenis, aan de vakbondsafvaardiging. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging raadpleegt de werkgever zelf zijn arbeid(st)ers omtrent de toepassing van de bepalingen van deze overeenkomst.

Dit geldt inzonderheid voor al de bepalingen waar het advies van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer gevraagd wordt.

Tevens verstrekt de werkgever alle informatie aan het comité PBW of, bij ontstentenis, aan de vakbondsafvaardiging, betreffende de maatregelen die getroffen worden in toepassing van dit besluit.

4. Geldigheidsduur

De cao treedt in werking op 1 april 2016 en wordt gesloten voor een onbepaalde tijd. De wijzigingen voorzien door de cao van 9 november 2017 treden in werking op 9 november 2017. 

 

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
09/11/2017
Registratienr
142851
Geldig van
09/11/2017
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
13/11/2017
Registratiedatum
24/11/2017
Onderwerp
wijziging van de cao van 10 maart 2016 betreffende de humanisering van de arbeid
BS Bericht van neerlegging
04/12/2017
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
13/06/2018
Gepubliceerd in het B.St. van
05/07/2018
Keywords
-

Datum CAO
10/03/2016
Registratienr
133006
Geldig van
01/04/2016
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
24/03/2016
Registratiedatum
27/05/2016
Onderwerp
humanisering van de arbeid
BS Bericht van neerlegging
16/06/2016
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
02/05/2017
Gepubliceerd in het B.St. van
18/05/2017
Keywords
ARBEIDSDUURMODALITEITEN, WELZIJN OP HET WERK, ZIEKTE/ONGEVAL/OVERLIJDEN, WERKING ONDERNEMING/OVERLEGORGANEN

Historiek
09/11/2017 31/12/2999 1804 Humanisering van de arbeid
01/04/2016 08/11/2017 1804 Humanisering van de arbeid
01/02/2005 31/03/2016 1804 Humanisering van de arbeid
22/09/1984 31/01/2005 1804 Humanisering van de arbeid