070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2008 - Praktische toepassingsregels.

Paritair (sub-)Comité nr.:
124.00.00-00.00

Bijwerking: 26/05/2008
Geldig vanaf: 01/01/2008
Geldig tot: 31/12/2008

Hieronder geven wij U in een eerste punt (A) de richtlijnen in verband met de speciale attesten die aan de werklieden moeten overhandigd worden en die in een bericht aan de werkgevers van het Fonds voor Bestaanszekerheid van de werklieden in het bouwbedrijf zijn verschenen.

Commentaar : De werkgevers, die NIET bij het erkende sociaal secretariaat Groep S vzw aangesloten zijn, ontvangen RECHTSTREEKS VAN HET FONDS VOOR BESTAANSZEKERHEID VAN DE WERKLIEDEN UIT HET BOUWBEDRIJF het bovenvermeld bericht evenals de formulieren die aan de werknemers moeten overhandigd worden. Zij dienen zelf alle formaliteiten betreffende de inhaalrustdagen uit te voeren.

In een tweede punt (B) geven wij de gevolgen van de schorsing op de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. In een derde punt (C) geven wij een toelichting betreffende de leerlingen en in een laatste punt (D) geven wij de praktische schikkingen voor de RSZ- aangiften. (Dit laatste punt betreft uitsluitend de aangeslotenen bij het erkende sociaal secretariaat Groep S vzw.)

A. Richtlijnen in verband met de attesten

I. ALGEMENE BEPALINGEN

Voor het jaar 2008 worden er, in het kader van de arbeidsduurvermindering, 12 rustdagen toegekend aan de arbeiders van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf ressorteren. Deze rustdagen situeren zich op volgende data: vier afzonderlijke dagen, met name 25 maart, 26 maart, 31 oktober en 10 november  2008 en de hoofdperiode van acht dagen in de eindejaarsperiode: 22, 23, 24, 26, 29, 30 en 31 december 2008 en 2 januari 2009.

De vergoeding voor deze rustdagen is ten laste van het Fonds voor Bestaanszekerheid van de Werklieden uit het Bouwbedrijf (F.B.Z.) en wordt betaald door de uitbetalingsinstellingen van de voordelen van bestaanszekerheid.

De vergoedingen voor de rustdagen worden enkel uitbetaald aan de arbeiders die aan hun uitbetalingsinstelling (i.c. de syndicale organisaties of de Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen) het formulier “Rustdagen 2008” overhandigen dat door het F.B.Z. werd opgemaakt.

De formulieren “Rustdagen 2008” worden in december door het Fonds voor Bestaanszekerheid opgemaakt op basis van:

  • Ofwel de Dmfa-aangiftes met betrekking tot het 3de kwartaal 2008 die door de werkgever of door zijn sociaal secretariaat werden ingediend bij de R.S.Z. ;
  • Ofwel de “DIMONA”-aangiftes die door de werkgever bij de R.S.Z. werden gedaan voor de arbeiders die werden aangeworven in het 4de kwartaal 2008.

Indien de arbeider voltijds wordt tewerkgesteld, geven deze formulieren recht op een vergoeding voor minimum 8 rustdagen (de dagen van de hoofdperiode) en maximum 12 dagen (de hoofdperiode en de afzonderlijke rustdagen die binnen de arbeidsovereenkomst vallen).

In geval van een deeltijdse tewerkstelling, wordt het aantal vergoedingen waarop hij recht heeft, berekend in evenredigheid met het aantal uren dat hij normaal gezien presteert.

II. PRAKTISCHE MODALITEITEN

1) BEPALINGEN I.V.M. HET AFLEVEREN VAN DE FORMULIEREN DOOR DE WERKGEVER

U moet deze formulieren afleveren aan :

  • alle arbeiders die momenteel in dienst zijn van uw onderneming ;
  • de arbeiders van wie de arbeidsovereenkomst werd beëindigd ingevolge ontslag na 22 oktober 2008 behalve omwille van dringende redenen, op voorwaarde dat zij op 22 december 2008 nog volledig werkloos zijn.

De formulieren mogen niet worden overhandigd aan :

  • de arbeiders die zelf hun arbeidsovereenkomst hebben opgezegd ;
  • de arbeiders die werden ontslagen voor 23 oktober 2008 ;
  • de arbeiders die werden ontslagen na 22 oktober 2008, maar die op 22 december 2008 niet meer volledig werkloos zijn ;
  • de arbeiders die op 22 december 2008 begunstigde zijn van het brugpensioen-bouw of van de begeleidende maatregelen.

In deze gevallen moet U het formulier terugzenden naar het F.B.Z. met vermelding (in rubriek V van het formulier) van de datum waarop de arbeidsovereenkomst werd beëindigd. Het F.B.Z. zal dan nagaan of de arbeider aanspraak kan maken op een vergoeding voor een of meer van de afzonderlijke rustdagen en, desgevallend, een formulier aan de arbeider toezenden dat hem recht verleent op een vergoeding voor deze dagen.

2) CONTROLE VAN DE GEGEVENS OP DE VOORBEREKENDE FORMULIEREN

Zoals U kunt vaststellen, zijn de formulieren in de meeste gevallen voorberekend, zowel wat het aantal dagen betreft waarop de arbeider recht heeft, als wat de overeenstemmende vergoeding betreft.

De gegevens die aan de basis liggen van de berekening zijn afkomstig van aangiften die door de werkgever of zijn sociaal secretariaat bij de R.S.Z. werden gedaan. Het gaat om :

  • de datum van indiensttreding die met de Dimona-aangifte wordt meegedeeld ;
  • de beroepsgeschooldheid van de arbeider die door het Fonds voor Bestaanszekerheid (F.B.Z.) wordt bepaald op basis van de DMFA-aangifte ;
  • het aantal normaal gespresteerde uren voor de arbeiders die deeltijds werken (gegeven dat door de werkgever middels de Dmfa-aangifte wordt meegedeeld)

Indien U vaststelt dat deze gegevens niet exact zijn, moet U desgevallend uw aangifte bij de R.S.Z. rechtzetten en het formulier terugzenden naar het F.B.Z. met vermelding van de juiste gegevens. Het F.B.Z. zal dan later een aangepast formulier laten geworden.

Het aantal vergoedingen werd vastgesteld in functie van de datum van indiensttreding, uitgaande van het principe dat de arbeider recht heeft op een vergoeding voor de rustdagen die binnen de arbeidsovereenkomst vallen, indien hij op deze dagen:

  1. zou moeten hebben gewerkt ;
  2. tijdelijk werkloos is geweest omwille van slecht weer of om economische of technische redenen ;
  3. ziek is geweest, op voorwaarde dat hij voorafgaand effectieve prestaties in de bouwnijverheid heeft gehad in 2008.

Een voltijds tewerkgestelde arbeider heeft voor elke rustdag waarop hij in toepassing van bovenstaande regels aanspraak kan maken, recht op een volledige vergoeding.

Voor deeltijdse arbeiders wordt het aantal vergoedingen vastgesteld rekening houdend met de gemiddelde wekelijkse prestatie van de arbeider.

Voorbeeld : arbeider die het hele jaar 2008 werd tewerkgesteld in een arbeidsregeling van 20 u./week heeft recht op 12 x 20/40 vergoedingen = 6 vergoedingen.

AANDACHT :

De arbeiders van wie de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst is (wederzijdse instemming, beroepsziekte, arbeidsongeval, loopbaanonderbreking, beroepsopleiding, tijdskrediet, hechtenis, ongerechtvaardigde afwezigheid, onbetaald verlof) hebben geen recht op een vergoeding voor de rustdagen die vallen binnen de periode van schorsing van de arbeidsovereenkomst. In dat geval moet U het formulier terugzenden naar het F.B.Z. met vermelding van de reden en de periode van de schorsing van de arbeidsovereenkomst (rubriek V van het formulier). Het F.B.Z. zal dan een aangepast formulier laten geworden, waarop het juiste aantal dagvergoedingen wordt vermeld waarop de arbeider aanspraak kan maken.

Het overeenstemmende bedrag wordt vastgesteld in functie van de beroepsgeschooldheid van de arbeider, volgens het barema dat op het formulier is afgedrukt.

3) INVULLEN VAN DE FORMULIEREN DIE NIET WERDEN VOORBEREKEND

In sommige gevallen beschikt het F.B.Z. niet over alle nodige inlichtingen om het aantal vergoedingen en/of het overeenstemmende bedrag te berekenen. U moet dan zelf de berekening maken en het formulier verder aanvullen.

Berekening van het AANTAL VERGOEDINGEN

Algemene regel :

De arbeider heeft recht op een vergoeding voor alle rustdagen die binnen zijn arbeidsovereenkomst vallen.

Een voltijds tewerkgestelde arbeider heeft voor elke rustdag recht op een volledige vergoeding.

Een arbeider, tewerkgesteld in een stelsel van verminderde arbeidsduur, heeft recht op een aantal vergoedingen dat in verhouding staat tot het aantal uren dat hij normaal gezien zou hebben gepresteerd op de rustdagen.

Voorbeeld : arbeider die het hele jaar 2008 werd tewerkgesteld in een arbeidsregeling van 15,50 u./week heeft recht op 12 x 15,50/40 vergoedingen = 4,65 vergoedingen.  

Uitzonderingen :

  1. De arbeider heeft geen recht op een vergoeding voor de rustdagen die vallen in een periode waarin de uitvoering van de arbeidsovereenkomst is geschorst (wederzijdse instemming, beroepsziekte, arbeidsongeval, loopbaanonderbreking, beroepsopleiding, tijdskrediet, hechtenis, ongerechtvaardigde afwezigheid, onbetaald verlof) ;
  2. Indien de arbeider, na een periode van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte die een aanvang nam voor 1.1.2008, het werk hervat in de loop van 2007, dan heeft hij enkel recht op een vergoeding voor de rustdagen die zich na de datum van werkhervatting situeren ;
  3. De arbeider die werd ontslagen na 22 oktober 2008 en die op 22 december 2008 nog volledig werkloos is, heeft eveneens recht op de vergoedingen voor de afzonderlijke rustdag van 10 november 2008 en voor de rustdagen van de hoofdperiode, indien hij met de werkgever verbonden was met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur (uitgezonderd indien hij begunstigde is van het brugpensioen of van de begeleidende maatregelen);
  4. Indien de arbeider door een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur van minstens drie maanden verbonden was die werd beëindigd na 22 oktober 2008 en hij op 22 december 2008 nog volledig werkloos is, dan heeft hij recht op een vergoeding voor een aantal rustdagen in verhouding tot de duur van zijn arbeidsovereenkomst: elke maand tewerkstelling geeft recht op een rustdag.

        Voorbeeld: arbeidsovereenkomst van bepaalde duur van 1.6.2008 tot 30.11.2008

        (totale duur = 6 maanden)

        arbeider heeft recht op 6 rustdagen

N.B. :   de duur van de arbeidsovereenkomst moet worden vastgesteld met inachtname van de volgende regels :

  • de maand van aanvang van de arbeidsovereenkomst wordt meegeteld, indien de aanvangsdatum zich situeert voor de 16de van de maand ;
  • de maand van beëindiging van de arbeidsovereenkomst wordt meegeteld, indien de einddatum zich situeert na de 15de van de maand.

Vaststelling van het BEDRAG van de rustdagen

Het totale bedrag “rustdagen” wordt bekomen door het aantal vergoedingen warop de arbeider recht heeft (rubriek II van het formulier) te vermenigvuldigen met het dagbedrag dat overeenstemt met de beroepsgeschooldheid van de arbeider (cfr barema onder rubriek III op het formulier).

Een voltijds tewerkgestelde arbeider heeft voor elke rustdag waarop hij in toepassing van bovenstaande regels kan aanspraak maken, recht op een volledige dagvergoeding, volgens het op het formulier afgedrukte barema.

Een arbeider, tewerkgesteld in een stelsel van verminderde arbeidsduur, heeft recht op een vergoeding die in verhouding staat tot het aantal uren dat hij normaal gezien zou hebben gepresteerd op de rustdagen waarop hij aanspraak kan maken in toepassing van bovenstaande regels.

III. BEPALINGEN I.V.M. ARBEIDERS AANGEWORVEN NA 30.09.2008

Voor de arbeiders die na 30.09.2008 worden aangeworven, worden de formulieren voor de rustdagen opgemaakt op basis van de “DIMONA”-aangifte bij de R.S.Z., die U moet doen bij elke nieuwe aanwerving van een bouwvakarbeider.

Indien U heeft nagelaten een “DIMONA”-aangifte te doen voor de aanwervingen van het 4de kwartaal 2008, dan vragen wij U dit zo spoedig mogelijk in orde te brengen.

IV. BEPALINGEN I.V.M. DE ARBEIDERS DIE DE ONDERNEMING HEBBEN VERLATEN

U ontvangt geen formulieren voor de arbeiders die de onderneming hebben verlaten voor 1.10.2008. U moet voor deze arbeiders geen administratieve formaliteiten vervullen.

Het F.B.Z. zal aan de hand van de gegevens over indiensttreding en uitdiensttreding waarover het beschikt, nagaan of de arbeider in kwestie aanspraak kan maken op een vergoeding voor de afzonderlijke rustdagen van 25 maart, 26 maart, 31 oktober en 10 november 2008 en, desgevallend, een formulier aan de arbeider verzenden dat hem recht verleent op een vergoeding voor deze dagen.

V. BEPALINGEN I.V.M. DE LEERJONGENS

  1. Personen met een middenstandsleercontract hebben geen recht op de vergoedingen voor de rustdagen ten laste van het Fonds voor Bestaanszekerheid.
  2. Industriële leerlingen kunnen onder bepaalde voorwaarden een vergoeding bekomen van het Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid, Koningsstraat 45 (bus 11) te 1000 Brussel. Voor alle bijkomende inlichtingen verwijzen wij U naar deze organisatie.
  3. Personen die verbonden zijn met een bijzondere leerovereenkomst voor omscholing van mindervaliden hebben recht op een vergoeding voor de rustdagen ten laste van het Fonds voor Bestaanszekerheid.

Het formulier voor de “Rustdagen 2008” zal evenwel slechts worden opgemaakt nadat een kopie van de bijzondere leerovereenkomst, opgemaakt door het Rijksfonds voor Sociale Reclassering van de Minder-validen, aan het Fonds voor Bestaanszekerheid wordt toegezonden.

B. Gevolgen van de schorsing op de uitvoering van de arbeidsovereenkomst

Tijdelijke werkloosheid

De bouwvakarbeiders die recht hebben op de vergoeding voor de rustdagen, kunnen in geen enkel geval aanspraak maken op werkloosheidsuitkeringen wegens schorsing van de arbeidsovereenkomst omwille van tijdelijke werkloosheid (weerverlet, economische of technische reden) tijdens de rustdagen of de inhaalrustdagen.

De bouwvakarbeiders kunnen niet op tijdelijke werkloosheid geplaatst worden alvorens alle inhaalrustdagen werden genomen.

De 12 rustdagen verlengen in geen enkel geval een reeds aangekondigde periode van tijdelijke werkloosheid.

Opzeggingstermijn

De door de werkgever betekende opzeggingstermijn wordt niet geschorst door de rustdagen 25 maart, 26 maart, 31 oktober en 10 november 2008. Op deze regel is een uitzondering nl. de door de werkgever gegeven opzeggingstermijn aan de werklieden die minder dan 6 maanden in dienst zijn. Aangezien deze 3 werkdagen bedraagt, kan die opzeggingstermijn niet lopen tijdens de rustdagen.

Voor wat de hoofdperiode in de eindejaarsperiode betreft, nl. op 22, 23, 24, 26, 29, 30 en 31 december 2008 en 2 januari 2009, bepaalt de CAO van 25 oktober 2007 dat de door de werkgever gegeven opzeggingstermijn geschorst wordt. In dat verband verwijzen wij naar onze omzendbrief Hfdst.15.2 over de opzeggingstermijnen.

Brugpensioen

De bouwvakarbeiders die tijdens de rustdagen aanspraak zouden kunnen maken op het brugpensioen "bouw" worden daartoe gerechtigd vanaf het theoretisch einde van de arbeidsovereenkomst, maar zullen pas effectief tot het stelsel toetreden na de periode gedekt door de rustdagen. Voor de hoofdperiode is dat automatisch zo omdat de opzeggingstermijn door de werkgever gegeven, tijdens die periode geschorst wordt.

Gewaarborgd loon

Tijdens de 12 rustdagen die gedekt zijn door de vergoeding, kunnen de bouwvakarbeiders geen aanspraak maken op gewaarborgd loon in geval van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval. Een arbeider wiens arbeidsongeschiktheid begint vóór of tijdens de rustdagen, kan enkel recht hebben op gewaarborgd loon vóór de dagen arbeidsongeschiktheid die zich situeren voor en/of na de rustdagen.

Feestdagen

Voor de betaling van de feestdagen van Kerstmis en Nieuwjaar dient er een onderscheid gemaakt te worden naargelang de situatie waarin de arbeider zich bevind vóór de rustdagen :

  • de arbeiders die vóór de rustdagen aan het werk of in tijdelijke werkloosheid waren, hebben ten laste van hun werkgever recht op de betaling van deze feestdagen ;
  • de arbeiders voor wie de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst is om een andere reden dan tijdelijke werkloosheid, behouden daarentegen het recht op de betaling van die feestdagen volgens de algemene regeling inzake de feestdagen.

Kort verzuim

Daar de bouwvakarbeider niet aanwezig moet zijn en een vergoeding ontvangt voor de rustdagen, worden de dagen afwezigheid waarvan sprake in art. 30 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, niet toegekend of bezoldigd.

C. Aanverwant probleem : de leerlingen

a)  Leerlingen - middenstand

De leerlingen "Middenstand", die met hun werkgever verbonden zijn door een leerovereenkomst of door een erkende leerverbintenis, hebben geen recht op de inhaalrustdagen ten laste van het Fonds voor Bestaanszekerheid. De normale leerlingenvergoeding is ten laste van de werkgever.

b)  Leerlingen - industriële leerovereenkomst

Onder bepaalde voorwaarden kunnen deze leerlingen een vergoeding bekomen van het Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid, Koningstraat 45 (bus 11) te 1000 BRUSSEL. Voor alle bijkomende inlichtingen verwijzen wij naar dit organisme (tel. 02/219.43.77).

Enkel de leerlingen die op 23 december 2008 nog in een bouwbedrijf zijn, hebben recht op 1 rustdag per maand opleiding.

Het FVB zal vooraf ingevulde documenten ter certificering aan de betrokken erkende patroons overmaken. Van zodra het FVB de ondertekende documenten terugkrijgt, worden de inhaalrustdagen van de industriële leerlingen uitbetaald.

De rustdagen voor de industriële leerlingen die tijdens het jaar hun leerovereenkomst met succes hebben beëindigd en met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur werden aangeworven, worden geregeld zoals voor de andere bouwvakarbeiders.

De industriële leerlingen die tijdens het jaar hun opleiding voortijdig stopzetten, hebben geen recht op rustdagen.

c)  Leerlingen - bijzondere leerovereenkomst minder-validen

Personen die verbonden zijn met een bijzondere leerovereenkomst voor omscholing van minder-validen hebben recht op een vergoeding voor de rustdagen ten laste van het Fonds voor Bestaanszekerheid. Het formulier voor de "Rustdagen 2008" zal evenwel slechts worden opgemaakt nadat een kopie van de bijzondere leerovereenkomst, opgemaakt door het Fonds voor Sociale Integratie van de Personen met Handicap of door het Fonds Communautaire pour l'Intégration Sociale et Professionnelle de la Personne Handicapée), aan het Fonds voor Bestaanszekerheid wordt toegezonden.

d)  Leerlingen - alternerend leren

 Deze leerlingen, die naast hun deeltijdse leerplicht een overeenkomst met een werkgever hebben in het kader van het stelsel alternerend leren en werken, worden zowel naar het arbeidsrecht als het sociaal zekerheidsrecht als arbeider beschouwd. Daar zij geen voltijdse betrekking hebben, worden zij uiteraard beschouwd als deeltijdse arbeider. Zij hebben dan ook recht op het attest van het Fonds voor Bestaanszekerheid van de Werklieden uit het Bouwbedrijf, zoals de arbeiders verbonden door een deeltijdse arbeidsovereenkomst.

D. Praktische schikkingen

In verband met de aangifte van deze inhaalrustdagen aan de RSZ dienen de aangeslotenen van het erkende sociaal secretariaat GROEP S - Sociaalg vzw geen bijzondere schikkingen te treffen. Ze dienen enkel op de prestatieopgaven deze dagen met de letters "K.S." te vermelden. De attesten die wij hen overmaken dienen door hen zo spoedig mogelijk aan de betrokken werklieden overhandigd te worden.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
25/10/2007
Registratienr
85899
Geldig van
01/01/2008
Geldig tot
02/01/2009
Neerleggingsdatum
13/11/2007
Registratiedatum
29/11/2007
Onderwerp
arbeidsduurvermindering
BS Bericht van neerlegging
18/12/2007
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
24/07/2008
Gepubliceerd in het B.St. van
09/09/2008
Keywords
ARBEIDSDUURVERMINDERING, BETAALDE VERLOFDAG (GEEN ADV- OF COMPENSATIEDAG) EN FEESTDAG, ARBEIDSDUURMODALITEITEN, TIJDELIJKE ARBEID EN UITZENDARBEID, WERKLOOSHEID (ANDERE DAN ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN), OPZEGGING/ONTSLAG

Historiek
01/01/2021 31/12/2021 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2021 - Praktische toepassingsregels
01/01/2020 31/12/2020 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2020 - Praktische toepassingsregels
01/01/2019 31/12/2019 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2019 - Praktische toepassingsregels
01/01/2018 31/12/2018 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2018 - Praktische toepassingsregels
01/01/2017 31/12/2017 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2017 - Praktische toepassingsregels
01/01/2016 31/12/2016 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2016 - Praktische toepassingsregels
01/01/2015 31/12/2015 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2015 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2014 31/12/2014 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2014 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2013 31/12/2013 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2013 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2012 31/12/2012 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2012 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2011 31/12/2011 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2011 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2010 31/12/2010 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2010 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2009 31/12/2009 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2009 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2008 31/12/2008 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2008 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2007 31/12/2007 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2007 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2006 31/12/2006 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2006 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2005 31/12/2005 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2005 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2002 31/12/2004 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2002 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2001 31/12/2001 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2001 - Praktische toepassingsregels.
01/01/2000 31/12/2000 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 2000 - Praktische toepassingsregels.
01/01/1999 31/12/2000 070102 Stelsel van arbeidsduurvermindering voor het jaar 1999. Praktische toepassingsregels.