In het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid werd op 5 december 2003 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de vorming van de syndicale afgevaardigden in de sector van de klein- en industriële bakkerijen en van de kleinbanketbakkerijen. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 10 augustus 2005 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 13 oktober 2005.

We geven U hierna de integrale tekst van deze CAO.

Tekst van de CAO

I. Toepassingsgebied

Artikel 1

§1 Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders van de bakkerijen, de banketbakkerijen die "verse" producten vervaardigen voor onmiddellijke consumptie met zeer beperkte houdbaarheid en de verbruikszalen bij een banketbakkerij.

§ 2 Met arbeiders worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld.

II. Begunstigden

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing wanneer cursussen of seminaries ingericht worden door de meest representatieve organisaties van de werknemers, vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, ter vervolmaking van de economische, sociale en technische kennis van de leden der vertegenwoordigingsorganen van de werknemers.

Het aantal begunstigden bedoeld door deze collectieve arbeidsovereenkomst mag het totale aantal van de arbeiders die in de onderneming, hetzij de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk en de syndicale afvaardiging, over effectieve mandaten beschikken, niet overschrijden.

Indien dit door de omstandigheden gewettigd is, kunnen sommige syndicale afgevaardigden of militanten, personeelsleden van de onderneming, aangewezen door de werknemersorganisaties van deze collectieve arbeidsovereenkomst genieten, in plaats van de begunstigden waarvan hierboven sprake.

III. Organisatie

Artikel 3

De werknemersorganisaties die cursussen en seminaries inrichten zullen tenminste twee weken op voorhand het ondernemingshoofd verwittigen van de aanwijzingen en de deelneming van sommige arbeiders aan de cursussen of seminaries, wanneer deze cursussen of seminaries samenvallen met de normale werkuren.

Zij zullen eveneens het Waarborg- en sociaal fonds verwittigen en voor elke ingerichte vorming een overzicht bezorgen waarin het onderwerp van de vorming, de naam van de onderneming, het RSZ-nummer, het adres, de namen van de deelnemers, de datum waarop de vorming heeft plaatsgevonden en het te betalen bedrag worden opgenomen. Bij het overzicht wordt tevens de aanwezigheidslijst gevoegd, gehandtekend door de aanwezige deelnemers.

De partijen geven toe dat de aanwijzingen waarvan hierboven sprake de doeltreffende werking van de betrokken onderneming niet mag belemmeren en dat de vormingsperiodes in de mate van het mogelijke worden vastgesteld op data die niet samenvallen met de traditionele periode(s) van hoogseizoen in de sectoren waartoe de ondernemingen behoren.

IV. Duur van de afwezigheid

Artikel 4

§ 1 De meest representatieve organisaties van de werknemers, vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, beschikken over een krediet van 6 dagen per jaar en per effectief mandaat in de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk en de syndicale afvaardiging. Het vormingsjaar loopt van 1 augustus tot 31 juli.

§ 2 De mandaten bedoeld in de eerste alinéa, dienen niet noodzakelijk te worden uitgeoefend om in aanmerking te komen voor de vaststelling van het aantal kredietdagen waarop de representatieve werknemersorganisaties per jaar recht hebben.

§ 3 Voor de arbeiders tewerkgesteld tijdens de nacht geldt de volgende regeling :

• Vrijstelling van de prestaties met behoud van loon de nacht die volgt op elke vormingsdag.
• Vrijstelling van prestaties met behoud van loon de nacht die onmiddellijk de vorming voorafgaat. In geval de vorming gedurende meerdere opeenvolgende dagen georganiseerd wordt geldt deze vrijstelling voor de nacht die deze opeenvolgende dagen onmiddellijk voorafgaat.
• Er wordt slechts één vrijstelling verrekend op het vormingskrediet per effectieve vormingsdag.

§ 4 Het aantal vormingsdagen voorzien door de huidige overeenkomst voor de verschillende afgevaardigden van eenzelfde onderneming kan geglobaliseerd worden : eenzelfde werknemer aangeduid om deel te nemen aan de vormingsdagen, zal echter in totaal slechts kunnen genieten van maximum 18 dagen per jaar.

V. Financiering van de syndicale vorming

Artikel 5

§ 1. Ten einde de financiering van de syndicale vorming te verzekeren, storten de werkgevers waarvan sprake in artikel 1 elk jaar op de door de beheerraad van het Fonds vastgestelde rekening van het Waarborg- en Sociaal

Fonds van de bakkerij, banketbakkerij en verbruikszalen bij een banketbakkerij, een bijdrage van 61,98€ per effectief arbeidersmandaat in de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk en de syndicale afvaardiging.

§ 2. De bijdrage voorzien in §1 bedraagt 90€ vanaf 1 januari 2007. De raad van beheer van het Waarborg- en Sociaal fonds legt om de twee jaar deze bijdrage vast in functie van de evolutie van de lonen van de sector.

Artikel 6

De bijdragen worden geïnd en gevorderd en het product wordt beheerd door het Fonds, volgens de bepalingen van artikel 18 van de statuten.

Artikel 7

De representatieve werknemersorganisaties vertegenwoordigd in de het paritair comité, delen elk jaar ten laatste op 31 december aan het Fonds hun aantal effectieve leden in de ondernemingsraden, de comités voor preventie en bescherming op het werk en de syndicale afvaardigingen in elke onderneming, mede.

Artikel 8

Ter aanvulling van de in artikel 5 bedoelde bijdrage van de ondernemingen wordt elk jaar door de algemene begroting van het Sociaal Fonds een bedrag ter beschikking gesteld voor de financiering van de syndicale vorming.

VI. Terugbetaling van de loon- en organisatiekosten

Artikel 9

§1. De werkgevers waarvan sommige arbeiders syndicale cursussen of seminaries volgen, betalen de lonen die betrekking hebben op de afwezigheidsdagen voor syndicale vorming op dezelfde wijze als voorzien door de wet en de uitvoeringsbesluiten betreffende de betaling der feestdagen, en bekomen de terugbetaling ervan door het Sociaal Fonds.

§ 2. De aanvraag tot terugbetaling moet worden ingediend tegen uiterlijk 31 december van het jaar dat volgt op het jaar waarin de vorming is doorgegaan.

Artikel 10

De werknemersorganisaties bekomen, mits verrechtvaardiging, van het Sociaal Fonds de terugbetaling van de organisatiekosten van de vormingsactiviteiten voor de arbeiders waarvan sprake in art. 2.

Artikel 11

Elke werknemersorganisatie beschikt per vormingsjaar over een krediet aan vormingsdagen op basis van haar aantal effectieve mandaten in de sector

VII. Verhaalprocedure

Artikel 12

leder geschil betreffende de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst mag op aanvraag van de meest gerede partij voorgelegd worden aan de raad van bestuur van het Waarborg- en Sociaal Fonds van de bakkerij, banketbakkerij en verbruikszalen bij een banketbakkerij.

VIII. Geldigheidsduur

Artikel 13

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomsten van 5.12.2003, betreffende de vorming van de syndicale afgevaardigden in de bakkerijen en banketbakkerijen, algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 10.8.2005 ( Belgisch Staatsblad van 13.10.2005).

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde duur en treedt in voege op 1 augustus 2006.

Zij kan opgezegd worden met een vooropzeg van drie maanden per een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité van de voedingsnijverheid en aan de organisaties vertegenwoordigd in het bovengenoemd paritair comité.