02 Bevoegdheid van het paritair comité

Paritair (sub-)Comité nr.:
323.00.00-00.00

Bijwerking: 26/04/2004
Geldig vanaf: 04/03/2004
Geldig tot: 30/06/2006

In het Belgisch Staatsblad van 5 augustus 1978 verscheen het koninklijk besluit van 1 juni 1978 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de huisbewaarders van flatgebouwen. Dit besluit werd gewijzigd door koninklijke besluiten van 29 april 2001 (BS 12 juni 2001) en 4 maart 2004 (BS 23 maart 2004). Beide wijzigingen hebben niet alleen betrekking op de bevoegdheid van het paritair comité maar betreffen ook telkens een wijziging van de benaming.  Sinds 22 juni 2001 was de benaming Paritair Comité voor het beheer van gebouwen in voege en met ingang van 2 april 2004 wordt het : Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden. Wij geven u hierna de bevoegdheid van dit paritair comité en vervolgens enige commentaar en praktische schikkingen.

 

Bevoegdheid

Het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden is bevoegd voor de werknemers in het algemeen en hun werkgevers waarvan de ondernemingsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit één of meer van volgende activiteiten:

1.     het beheer van een vereniging van mede-eigenaars ;

2.     het beheer van eigen onroerend vermogen, ander dan in mede-eigendom ;

3.     de activiteit van syndici van verenigingen van mede-eigenaars of van rentmeesters van onroerende goederen, erkend als vastgoedmakelaars door het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars.

Het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden is niet bevoegd voor de werklieden die werken uitvoeren die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf.

Het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden is eveneens bevoegd voor de dienstboden en voor de werkgevers die uitsluitend of hoofdzakelijk dienstboden tewerkstellen.

 

Commentaar

1. De bevoegdheidsuitbreiding op 22 juni 2001 

Het vroegere Paritair Comité voor de huisbewaarders van flatgebouwen was uitsluitend bevoegd voor één categorie van werknemers, nl. huisbewaarders. Werkgevers die voor het beheer van flatgebouwen b.v. een bediende tewerkstelden ressorteerden voor die bedienden onder het Aanvullend Paritair Comité voor bedienden (200).

Als Paritair Comité voor het beheer van gebouwen werd het paritair comité daarentegen bevoegd voor de werknemers in het algemeen, d.w.z. zowel arbeiders als bedienden.

Sedert 22 juni 2001 strekt de bevoegdheid van het paritair comité zich in eerste instantie uit tot de verenigingen van mede-eigenaars. Er kan weinig twijfel over bestaan welke werkgevers hiermee bedoeld worden: de verenigingen van mede-eigenaars hebben sedert 1 augustus 1995 rechtspersoonlijkheid en hun werking wordt geregeld door artikel 577-5 tot en met 577-14 van het Burgerlijk Wetboek.

Vervolgens is het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen bevoegd voor de werkgevers en hun personeelsleden tewerkgesteld aan het “beheer van eigen onroerend vermogen, ander dan in mede-eigendom”. Het kan dus gaan om administratief personeel, huisbewaarders, schoonmaakpersoneel, onderhoudsmensen, enz. Op het eerste gezicht lijkt die omschrijving erg verregaand. Toch dient men zich te hoeden voor een te ruime interpretatie.

In de eerste plaats wordt de omschrijving “eigen onroerend vermogen” beperkt door de benaming van het paritair comité: beheer van gebouwen. Het gaat dus niet om het beheer van gronden, parken, bossen, enz.

Vervolgens is de Administratie van de collectieve arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid in een geschreven advies d.d. 3 oktober 2001 van mening dat de bevoegdheid van het paritair comité zich enkel uitstrekt tot het beheer van gebouwen die men aan derden verhuurt.

Ten slotte is dit paritair comité bevoegd voor syndici van verenigingen van mede-eigenaars en voor rentmeesters van onroerende goederen erkend als vastgoedmakelaars.

Rentmeesterschap verwijst naar het zakelijke beheer van vermogensbestanddelen (meestal onroerende goederen) voor rekening van derden. De termen beheer en vastgoedmakelaar zijn veelomvattend. Deze termen kunnen niet alleen slaan op administratief beheer en onderhoud maar ook op verhuur, aan- en verkoop.

In schriftelijke adviezen d.d. 3 oktober 2001 en 7 november 2001 is de Administratie van de collectieve arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid van oordeel dat de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen zich uitstrekt tot:

·       de beheerders van goederen, namelijk de syndici en rentmeesters die het onroerend beheer doen voor derden; de arbeiders die in die ondernemingen bouwwerkzaamheden uitvoeren ressorteren echter onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf (124).

·    de commerciële ondernemingen in onroerende goederen, die in het kader van het beheer van eigen onroerend vermogen onroerende goederen aankopen met de bedoeling deze verder te verkopen of te verhuren; de arbeiders die in die ondernemingen bouwwerkzaamheden uitvoeren ressorteren echter onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf (124).

Volgens dezelfde adviezen is het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen echter niet bevoegd voor “de makelaars in onroerende goederen die voor rekening van derden activiteiten van bemiddelaar uitoefenen met het oog op de verkoop, aankoop, ruil, verhuring van onroerende goederen.” Deze ondernemingen ressorteren, zoals in het verleden, voor hun arbeiders onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf (124) en voor hun bedienden onder het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor bedienden (218).

 

De bevoegdheidsuitbreiding heeft tot gevolg dat een aantal werkgevers die voordien ressorteerden onder het Aanvullend Paritair Comité voor arbeiders (100) of het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor bedienden (218) vanaf 22 juni 2001 ressorteren onder het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen.

Op 31 januari 2003 werd een bijzondere CAO gesloten waardoor de CAO’s m.b.t. het fonds voor bestaanszekerheid vanaf 1 januari 2003 van toepassing worden op de werkgevers die vanaf 22 juni 2001 onder het paritair comité ressorteren. Bovendien werden op 30 september 2002 en aantal CAO’s afgesloten inzake verschillende materies en die ook van toepassing worden op deze “nieuwe” werkgevers.

 

2. De bevoegdheidsuitbreiding op 2 april 2004

Met ingang van 2 april 2004 wordt de benaming van het paritair comité voluit: Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden. Meteen wordt de bevoegdheid uitgebreid tot werkgevers die uitsluitend of hoofzakelijk dienstboden tewerkstellen.

Een collectieve overeenkomst  van 20 april 2004 maakt alle collectieve overeenkomsten gesloten in het P.C. 323 en die nog van kracht zijn op 2 april 2004, vanaf die datum eveneens van toepassing op die nieuwe categorie werkgevers.

Verder spreekt het vanzelf dat de uitbreiding van het bevoegdheidsgebied tot de dienstboden geen gevolgen heeft voor de diverse sociale regelingen die op die categorie van werknemers van toepassing zijn. Zo is het bijvoorbeeld dat:

·       het statuut van de dienstbode behandeld in de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomsten, onveranderd blijft;

·       de bijzondere regels betreffende de onderwerping van die werknemers aan de sociale zekerheid, onveranderd blijven;

·       een werkgever die dienstboden tewerkstelt nog steeds geen arbeidsreglement moet hebben want die werkgever blijft nog altijd uitgesloten uit het toepassingebied van de wet op de arbeidsreglementen.

 

Praktische schikkingen

De werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de diensboden hebben een inschrijvingsnummer bij de RSZ dat door een van de volgende kengetallen voorafgegaan wordt:

 

Ø     112 voor alle werkgevers die vroeger al ressorteerden onder het Paritair Comité voor de huisbewaarders van flatgebouwen en sedert 1 januari 2003 voor alle werkgevers die, krachtens de bevoegdheidsuitbreiding bepaald in het KB van 29 april 2001, onder het paritair comité ressorteren   ;

Ø     037 indien het gaat om een werkgever die uitsluitend of hoofdzakelijk dienstboden tewerkstelt.

 

De bovenstaande tekst moet u toelaten uit te maken of het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden bevoegd is voor uw onderneming. Aangeslotenen van Groep S – Sociaal Secretariaat VZW die menen dat zij ten onrechte onder dit paritair comité vermeld worden in de bestanden, dienen zo vlug mogelijk contact te nemen met hun plaatselijk kantoor.

 

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
20/04/2004
Registratienr
71705
Geldig van
-
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
18/05/2004
Registratiedatum
28/06/2004
Onderwerp
Bijzondere CAO
BS Bericht van neerlegging
20/07/2004
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
12/10/2005
Gepubliceerd in het B.St. van
15/12/2005
Keywords
BIJZONDERE CAO BIJ WIJZIGING RESSORT PC

Datum CAO
31/01/2003
Registratienr
68213
Geldig van
-
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
08/04/2003
Registratiedatum
30/10/2003
Onderwerp
toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten
BS Bericht van neerlegging
13/11/2003
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
15/07/2004
Gepubliceerd in het B.St. van
07/10/2004
Keywords
BIJZONDERE CAO BIJ WIJZIGING RESSORT PC

Historiek
31/01/2011 31/12/2999 02 Bevoegdheid van het paritair comité
22/06/2008 30/01/2011 02 Bevoegdheid van het paritair comité
01/07/2006 21/06/2008 02 Bevoegdheid van het paritair comité
04/03/2004 30/06/2006 02 Bevoegdheid van het paritair comité
22/06/2001 03/03/2004 02 Bevoegdheid van het paritair comité