2801 Tijdskrediet met motief

Paritair (sub-)Comité nr.:
209.00.00-01.00, 209.00.00-02.00, 209.00.00-03.00, 209.00.00-04.01, 209.00.00-04.02, 209.00.00-05.00, 209.00.00-06.01, 209.00.00-06.02, 209.00.00-07.00, 209.00.00-08.00, 209.00.00-09.00, 209.00.00-10.00

Bijwerking: 01/03/2013
Geldig vanaf: 01/09/2012
Geldig tot: 31/12/2014

Het tijdskrediet moet voorzien zijn door een sectorale of ondernemings-cao. Deze cao moet eveneens de mogelijke duur van het recht op voltijds of halftijds tijdskrediet bepalen voor de volgende motieven:

  • zorgen voor uw kind dat jonger is dan 8 jaar;
  • palliatieve zorgen verlenen;
  • zorg of medische bijstand verlenen aan een zwaar ziek gezins- of familielid tot de 2de graad;
  • een erkende opleiding volgen.

NB : Indien er vóór 01.09.2012 een sectorale of ondernemings-cao is gesloten om het recht op het voltijdse of 1/2-tijdse tijdskrediet uit te breiden tot meer dan een jaar, maakt deze cao het mogelijk om het bijkomende recht op het voltijdse of het 1/2-tijdse tijdskrediet omwille van de voormelde motieven te bekomen, zonder de maximumtermijn van 36 of 48 maanden te overschrijden.

Pas op :

  • de maximumduur van het tijdskrediet voor voornoemde motieven is dus afhankelijk van de cao die in de sector of de onderneming van toepassing is. We raden u aan de inhoud ervan goed te lezen om de mogelijke duur te bepalen;
  • voor de motieven 1 tot 3 is de maximumduur van het recht op onderbrekingsuitkeringen 48 maanden, terwijl de maximumduur van het recht op tijdskrediet nog steeds 36 maanden is. Men verwacht dat de reglementering van het recht nog in overeenstemming zal worden gebracht met die van de uitkeringen.

In deze sector werd dergelijke collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten.

Voor de reglementering inzake tijdskrediet verwijzen wij u naar onze brochure.

 

In het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid werd op 11 juni 2001 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten houdende het nationaal akkoord 2001-2002.  Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 12 mei 2004 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 7 juli 2004.

Zij werd gewijzigd door collectieve arbeidsovereenkomsten van 2 december 2002 (KB 20/09/2003; BS 10/12/2003), van 16 juli 2003 (KB 16/07/2004; BS 30/08/2004), van 13 november 2003 (KB 1/09/2004; BS 6/10/2004) en laatst door een collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2007 (KB 18/09/2008; BS 9/12/2008).

Wij geven u hierna de bepalingen betreffende het tijdskrediet die gelden sinds 1 januari 2007. 

 

Het recht op halftijds en voltijds tijdskrediet voorzien in Hoofdstuk III, afdeling 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van de Nationale Arbeidsraad wordt vanaf 1 januari 2002 van 1 op 3 jaar gebracht.  Deze duur kan, mits het sluiten van een collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsvlak, op maximum 5 jaar worden gebracht voor de bedienden waarvoor in het kader van een herstructurering, die plaats vond voor ingang van dit akkoord, een overeenkomst werd gesloten waarin een recht op 5 jaar volledige loopbaanonderbreking werd toegekend.  In dit uitzonderingsgeval is het vierde lid van onderhavig artikel niet van toepassing.

Commentaar:

Deze collectieve arbeidsovereenkomst die gesloten werd in het kader van het oude regime van tijdskrediet moet gelezen worden in het licht van het nieuw regime van tijdskrediet.

Wij verklaren ons nader.

De CAO nr. 77bis van 19 december 2001 voorzag in de mogelijkheid voor sectoren en ondernemingen om het recht op voltijds of halftijds tijdskrediet te verlengen van 1 tot maximum 5 jaar.

De CAO nr. 103 vervangt deze mogelijkheid door de mogelijkheid om bovenop de 12 maanden tijdskrediet zonder motief  36 maanden voltijds of halftijds tijdskrediet met motief op te nemen.

De werknemers die nog in het stelsel van de CAO nr. 77bis rechten uitoefenen en degene die voor 1 september 2012 hun recht op tijdskrediet of loopbaanvermindering hebben aangevraagd, blijven onder de toepassing van de oude CAO nr. 77bis.

De nieuwe aanvragen en de verlengingsaanvragen waarvan de werkgever in kennis werd gesteld na 1 september 2012, vallen onder toepassing van deze nieuwe CAO nr. 103. De werknemer heeft dus overeenkomstig deze CAO recht op 12 maanden tijdskrediet zonder motief en zal van een bijkomend recht van 36 maanden tijdskrediet met motief kunnen genieten, indien er binnen de sector of de onderneming een CAO bestaat die dit recht ook toelaat.

De CAO’s die op ondernemingsniveau en sectoraal niveau  gesloten werden voor de inwerkingtreding van de CAO nr. 103 blijven gelden. De verlenging die hierin werd voorzien op basis van de CAO nr. 77bis, zal echter gelezen moeten worden in het licht van de nieuwe CAO nr. 103 :

 

Indien de CAO’s op basis van de CAO nr.77bis spreken over een…, zal dit gelezen moeten worden als een:
verlenging van het voltijds en/of halftijds tijdskrediet met 1 jaar/ tot 2 jaar recht op 12 maanden tijdskrediet zonder motief en 12 maanden voltijds en/of halftijds tijdskrediet met motief
verlenging van het voltijds en/of halftijds tijdskrediet met 2 jaar/ tot 3 jaar recht op 12 maanden  tijdskrediet zonder motief en 24 maanden voltijds en/of halftijds tijdskrediet met motief
Verlenging van het voltijds en/of halftijds tijdskrediet met 3 of 4 jaar/ tot 4 of 5 jaar recht op 12 maanden tijdskrediet zonder motief en 36 maanden jaar voltijds en/of halftijds tijdskrediet met motief

 

De drempel wordt vastgelegd op 5 % van de bedienden conform de bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77.  De bedienden waarvoor de duur van het halftijds en voltijds tijdskrediet wordt uitgebreid naar 5 jaar, overeenkomstig het eerste lid van onderhavig artikel, worden niet opgenomen in de drempel van 5 %.

Ondernemingen die bij ingang van dit akkoord reeds een hoger percentage toepassen, kunnen deze drempel behouden.

Voor bedienden van 50 jaar of meer kan het voltijdse tijdskrediet slechts opgenomen worden in niet aaneengesloten periodes van maximum 1 jaar.

Voor werknemers die tewerkgesteld zijn in ploegen zal het paritair comité nadere regels bepalen voor het organiseren van het recht op 1/5-loopbaanvermindering ten belope van een dag per week of een gelijkwaardige regeling.

Op ondernemingsvlak zijn geen verdere afwijkingen mogelijk.

Verdere uitvoeringsmodaliteiten zullen in een aparte collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen worden vóór 31 december 2001.

In afwijking van het voorgaande geldt vanaf 1 juli 2003 eveneens het volgende:

- de ondernemingen erkend als ondernemingen in herstructurering of in moeilijkheden in het kader van toegestane afwijkingen op de brugpensioenleeftijd kunnen op hun vlak een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten dat de bovengenoemde grenzen, zowel wat aantal als duur betreft, overschrijdt;

- de ondernemingen kunnen via een gemeenschappelijke schriftelijke vraag door de werkgever en de vakbondsafvaardiging bedienden of, bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging voor bedienen, door de werkgever en zijn bedienden) aan het paritair comité een afwijking vragen op deze sectoraal vastgelegde grenzen, zowel wat aantal als wat duur betreft.  Indien deze afwijking unaniem toegestaan wordt door het paritair comité 209 kan de onderneming op haar niveau een collectieve arbeidsovereenkomst sluiten inzake afwijking op de sectoraal vastgelegde grenzen.

De aanvraag ot afwijking dient schriftelijk overgemaakt te worden aan de voorzitter van het paritair comité 209, die er een afschrift van zal versturen aan de in het paritair comité vertegenwoordigde organisaties.

De aanvullende vergoeding brugpensioen na een loopbaanvermindering met 1/2 of 1/5 zal berekend worden op basis van een voltijdse wedde.

De weigering van de werkgever van de aanvraag tot uitbreiding van de rechten op tijdskrediet dient door hem te worden toegelicht bij de syndicale delegatie voor bedienden, of, bij ontstentenis, bij de bedienden.


Historiek
01/01/2021 31/12/2050 2801 Tijdskrediet met motief
01/01/2019 31/12/2021 2801 Tijdskrediet met motief
01/01/2019 31/12/2018 2801 Tijdskrediet met motief
01/07/2017 31/12/2018 2801 Tijdskrediet met motief
01/01/2019 31/12/2018 2801 Tijdskrediet met motief
01/01/2015 30/06/2017 2801 Tijdskrediet met motief
01/09/2012 31/12/2014 2801 Tijdskrediet met motief
01/01/2007 31/08/2012 2801 Tijdskrediet
01/01/2007 31/12/2006 2801 28 Tijdskrediet (beroepsloopbaanonderbreking)
01/07/2003 31/12/2006 2801 28 Tijdskrediet (beroepsloopbaanonderbreking)
01/01/1999 31/12/2006 2801 28 Tijdskrediet (beroepsloopbaanonderbreking)
01/01/2003 31/12/2004 2801 28 Tijdskrediet (provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest)
01/01/2003 31/12/2004 2801 28 Tijdskrediet
01/01/2002 30/06/2003 2801 28 Tijdskrediet (beroepsloopbaanonderbreking)
01/07/1999 31/12/2001 2801 28 Beroepsloopbaanonderbreking