01 Sectorakkoord voor de jaren 2011-2012

Paritair (sub-)Comité nr.:
119.01.00-00.00, 119.02.00-00.00, 119.03.00-00.00

Bijwerking: 04/08/2011
Geldig vanaf: 01/05/2011
Geldig tot: 30/06/2013

In het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren werd op 28 juni 2011 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het Sectorakkoord voor de jaren 2011-2012.

Wij geven u hierna de bepalingen van deze CAO.

Verschillende delen van deze collectieve arbeidsovereenkomst maken wellicht nog het voorwerp uit van afzonderlijke CAO's. In ieder geval behandelen wij de verschillende onderwerpen systematisch in het daartoe voorziene hoofdstuk.

Enkele belangrijke algemene regels inzake collectieve arbeidsovereenkomsten

Regels geldig voor alle collectieve arbeidsovereenkomsten

Een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in een paritair orgaan (Nationale Arbeidsraad, paritair comité, paritair subcomité) evenals een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten buiten een paritair orgaan zijn bindend voor:

  • de ondertekenende organisaties, de werkgevers die lid zijn van de ondertekenende werkgeversorganisaties en de ondertekenende werkgevers, vanaf de ondertekening;
  • de organisaties die tot de CAO toetreden, de werkgevers lid van een toetredende werkgeversorganisatie en de toetredende werkgevers, vanaf de toetreding;
  • de werkgevers die lid worden van een gebonden organisatie;
  • de werknemers van een gebonden werkgever.

De individueel normatieve bepalingen van een CAO (loonvoorwaarden, arbeidsduur, eindejaarspremie, klein verlet, enz.) regelen, op een collectieve wijze, de individuele rechten van de  werknemers en wijzigen dus impliciet de individuele arbeidsovereenkomst. Wanneer een CAO ophoudt uitwerking te hebben, dan blijven de regels ervan bijgevolg van toepassing via de individuele arbeidsovereenkomsten t.a.v. de werknemers die in dienst waren vóór de einddatum van de CAO. De via de CAO verkregen voordelen blijven dus verworven.

Regels geldig voor collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in een paritair orgaan

De individueel normatieve bepalingen van een CAO (lonen, premies, arbeidsduur, ...) zijn bindend voor alle werkgevers die vallen onder het ressort van het paritair orgaan, voor zover zij geviseerd zijn door het toepassingsgebied van de CAO, vanaf de vijftiende dag na publicatie van het bericht van neerlegging in het BS, behalve wanneer de partien in de individuele arbeidsovereenkomst schriftelijk een strijdig beding hebben opgenomen en de werkgever geen lid is van een ondertekenende organisatie.

De algemeen verbindend verklaarde CAO is retroactief bindend voor alle werkgevers die behoren tot het ressort van het paritair orgaan en die geviseerd zijn door het toepassingsgebied van de CAO, zonder enige uitzondering. Het koninklijk besluit heeft uitwerking vanaf de inwerkingtreding van de CAO, maar kan nooit meer dan één jaar terugwerken.

Wanneer de werkingssfeer van een paritair comité of paritair subcomité wordt gewijzigd, blijven de in die comités gesloten overeenkomsten bindend voor de werkgevers en werknemers die vóór de wijziging eronder vielen, totdat in het comité waaronder zij na de wijziging ressorteren, de toepassing van de in dit comité geldende overeenkomsten op die werkgevers en werknemers is geregeld.

Sectorakkoord voor de jaren 2011-2012

Gelet op de Wet van 26 juli 1996 en gelet op het KB van 28 maart 2011 wordt er voor de ondernemingen en de arbeiders die behoren tot het PC 119 voor de periode 2011-2012 volgend akkoord gesloten.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair comité voor de handel in voedingswaren. Met arbeiders worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld.

A. KOOPKRACHT

1. Baremalonen en reële lonen 2012

  • De sectorale minimumlonen (baremalonen) zullen op 1 januari 2012 met 0,3% worden verhoogd.
  • De reële lonen zullen op 1 januari 2012 met 0,3% worden verhoogd. Deze enveloppe kan in de ondernemingen op eengelijkwaardige manier worden ingevuld onder de vorm van nieuwe voordelen of een verbetering van bestaande voordelen. Dit dient te gebeuren door een bedrijfsakkoord dat hierover gesloten wordt voor 31 oktober 2011.
  • De omzetting van deze verhoging mag niet tot gevolg hebben dat de sectorale minimumlonen niet meer gegarandeerd zouden zijn.

2. Ecocheques

2.1. Omzetting

In het sectorakkoord 2009-2010 werden ecocheques aan elke voltijds tewerkgestelde arbeider toegekend ter waarde van:

  • 125 EUR in 2009 (eenmalige premie);
  • 250 EUR vanaf 2010.

Dit voordeel werd aan de deeltijdse arbeiders betaald in verhouding tot hun prestaties. Dit voordeel kon met een ondernemingsCAO gesloten voor 30 oktober 2009 worden omgezet in een ander voordeel.

De kost van dit omgezet voordeel mocht in geen enkel geval hoger zijn dan 125 EUR in 2009 en 250 EUR vanaf 2010, alle lasten inbegrepen voor de werkgevers.

De ondernemingen die de ecocheques nog niet hebben omgezet, doen dit alsnog voor 31 oktober 2011. 

Voor de ondernemingen met een syndicale delegatie gebeurt dit mits een ondernemingsCAO te sluiten voor 31 oktober 2011. Indien geen ondernemingsCAO kan worden gesloten is op 31 oktober 2011 de suppletieve regeling van kracht.

Voor de ondernemingen zonder syndicale delegatie die de ecocheques niet zouden hebben omgezet in 2009, is de suppletieveregeling van kracht.

De suppletieve regeling dient ten laatste in werking te treden op 1 mei 2012 en is ais volgt: 

Verhoging van de maaltijdcheque met 1 EUR. Indien de maximale waarde voor de maaltijdcheque reeds werd bereikt of er wordt in de onderneming geen maaltijdcheque gegeven, gebeurt de omzetting door een verhoging van het uurloon met 0,0875 EUR bruto.

2.2. Informatie

Indien het systeem van de ecocheques voor de referteperiode 1 mei 2011 tot en met 30 april 2012 gehandhaafd blijft in de onderneming, moet de werkgever bij uitdiensttreding van de werknemer in de loop van deze referteperiode hem/haar informeren over het nog verschuldigde bedrag aan ecocheques.

3. Elelctronische maaltijdcheques

In uitvoering van artikel 19bis,§3,3° van het koninklijk besluit van 28 november 1969, zoals gewijzigd bij koninklijk besluit van 12 oktober 2010, zal een sectorale CAO het kader bepalen waarbinnen de keuze voor maaltijdcheques in elektronischevorm wordt geregeld. Dit kader zal volgende principes respecteren: 

  • De maaltijdcheques in een elektronische vorm worden iedere maand, in één of meer keren, gecrediteerd op de maaltijdchequerekening van de werknemer in functie van het aantal dagen van die maand waarop de werknemer vermoedelijk prestaties zal verrichten. De maaltijdcheques in elektronische vorm worden geacht te zijn toegekend aan de werknemer op het moment waarop diens maaltijdchequerekening wordt gecrediteerd. Uiterlijk de laatste dag van de eerste maand die volgt op het kwartaal wordt het aantal cheques in overeenstemming gebracht met het aantal dagen waarop de werknemer tijdens het kwartaal prestaties heeft verricht.
  • Het aantal maaltijdcheques in een elektronische vorm en het brutobedrag ervan, verminderd met het persoonlijk aandeel van de werknemer, worden vermeld op de afrekening, bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers. 
  • Voor het gebruik van de maaltijdcheques in een elektronische vorm kan de werknemer het saldo en de geldigheidsduur nagaan van de maaltijdcheques die hem werden toegekend en die nog niet gebruikt werden. 
  • De werkgever en de werknemer kunnen hun keuze veranderen mits het respecteren van een opzegtermijn van een maand. Deze opzegtermijn begint te lopen op de eerste dag van de maand volgend op die waarin kennis van de opzegging is gegeven. 
  • Flet gebruik van de maaltijdcheques in een elektronische vorm mag geen kosten voor de werknemer teweegbrengen, behalve in geval van diefstal of verlies onder de voorwaarden vast te stellen bij collectieve arbeidsovereenkomst op sectoraal of ondernemingsvlak, of in het arbeidsreglement wanneer de keuze voor maaltijdcheques in een elektronische vorm geregeld is door een individuele schriftelijke overeenkomst. De sociale partners bevelen de invoering aan van de elektronische maaltijdcheques in de edrijven via een bedrijfs-CAO op voorwaarde  dat de bedrijfs-CAO bovenstaande principes respecteert.

4. Jongerenbarema's

De sociale partners komen ovèreen om de degressiviteit van de jongerenbarema's voor de jongeren aangeworven met een arbeidsovereenkomst voor arbeiders, uitgezonderd studenten, leerlingen en stagiaires, ais volgt te wijzigen vanaf 1 januari 2012:

  • 20 jaar : 100%
  • 19 jaar : 100%
  • 18 jaar : 100%
  • 17 jaar : 77,5 %
  • 16 jaar : 70 %
  • 15 jaar : 70 %

B. PREMIES EN VERGOEDINGEN

1. Verhoging van premies

De volgende premies worden vanaf 1 juli 2012 verhoogd:

  • de ploegenpremie wordt verhoogd tot 0,22 EUR;
  • de namiddagpremie wordt verhoogd tot 0,22 EUR.

2. Verplaatsingskosten

2.1. Fiets

Vanaf 1 januari 2012 tal het bedrag van de werkgeverstussenkomst voor wat de verplaatsingen met de fiets betreft worden vastgesteld op 0,20 EUR per kilometer, vanaf de eerste kilometer, enkele afstand, per effectief gepresteerde dag. 

2.2. Privé vervoer 

Vanaf 1 juli 2012 zal de tussenkomst van de werkgever in de privé-vervoerskosten gelijk zijn aan 70 % gemiddeld van de prijs van de treinkaart in 2e klasse voor een overeenstemmende afstand.

C. CONVENTIONEEL BRUGPENSIOEN

1. Conventioneel brugpensioen op 58 jaar

De leeftijd voor het conventioneel brugpensioen wordt behouden op 58 jaar tot 30 juni 2013, daarbij rekening houdend met de wettelijke voorwaarden.

2. Conventioneel brugpensioen op 56 jaar

Een CAO zal gesloten worden waarbij de leeftijd voor het conventioneel brugpensioen voor werknemers met meer dan 40 jaren loondienst wordt vastgesteld op 56 jaar. Deze CAO zal dan gelden tot 31 december 2012. 

3. Brugpensioen bij nachtarbeid

De leeftijd voor het conventioneel brugpensioen, voor arbeiders met minstens 33 jaar loondienst, waarvan minstens 20 jaar nachtwerk, wordt behouden op 56 jaar en verlengd tot 31 december 2012. 

D. SOCIAAL FONDS

1. Bestaanszekerheid

  • Het bedrag van de bestaanszekerheidsuitkering bij collectief ontslag wordt vanaf 1 juli 2012 op 3,60 EUR per dag gebracht.
  • Het bedrag van de bestaanszekerheidsuitkering bij langdurige ziekte wordt vanaf 1 juli 2012 op 3,60 EUR per dag gebracht.
  • Het bedrag van de bestaansiekerheidsuitkering bij beindiging van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht wordt vanaf 1 juli 2012 op 3,60 EUR per dag gebracht.
  • Het bedrag van de bestaanszekerheidsuitkering bij tijdelijke werkloosheid wordt vanaf 1 juli 2012 op 3,60 EUR per dag gebracht.

2. Beroepsopleiding

  • De bijdrage van 0,10 % voor de risicogroepen wordt verlengd en gebruikt voor opleidingsinitiatieven.
  • Overeenkomstig het koninklijk besluit van 11 oktober 2007 verbinden de sociale partners er zich toe om de deelnemingsgraad aan de beroepsopleiding voor het geheel van de sector jaarlijks met 5% te verhogen. Ter bevestiging van deze jaarlijkse verbintenis tot verhoging van de deelnemingsgraad aan de beroepsopleiding hebben de sociale partners de CAO van 21 mei 2010 betreffende de beroepsopleiding ondertekend. Deze CAO bevat de middelen en maatregelen die de genomen worden om deze verbintenis jaarlijks na te leven.

Een evaluatie hiervan zal plaatsvinden binnen de Raad van Bestuur van het Sociaal fonds tegen 31 mei 2012. 

  • Het maximaal budget voorzien voor de tussenkomsten voor opleiding wordt voor de periode 2012 verhoogd tot 1.400.000 EUR (700 000 EUR voor het systeem van subsidiëring voor de ondernemingen en 700.000 EUR voor de samenwerking met het instituut vanlnitiatieven voor Professionele Vqrming van de Voedingsnijverheid" (IPV) of een ander opleidingsinstituut). 

Het gewaarborgd budget van 50.000 EUR met betrekking tot het minimum budget van 200 EUR voor de micro ondernemingen ordt in dezelfde logica op 100.000 EUR gebracht.

E. ARBEIDERSSTATUUT - OPZEGGINGSTERMUEN

Er zal een advies gegeven worden in het Paritair Comité voor de Handel in Voedingswaren om de opzeggingstermijnen van de arbeiders ais volgt te verhogen:

Anciénniteit in de onderneming (bestaande
CAO)
Opzeggingstermijn in dagen

- 6 maanden

35

 6 maanden  — 5 jaren 

42

5 — 10 jaren 

56

10— 15 jaren 

77

15 — 20 jaren

105

20 - 25 jaren

140

25 jaren en meer

175

Deze vastgestelde opzeggingstermijnen zijn niet van toepassing in geval van opzegging met het oog op brugpensioen.

In dat geval gelden de opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59, tweede lid, van de, wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

F. TWEEDE PENSIOENPULER

In het kader van het Sociaal Fonds zal een werkgroep opgericht worden die de haalbaarheid zal onderzoeken van een op te richten sectorale tweede pensioenpijler.

De werkgroep zal zijn conclusie neerleggen voor 31 december 2012.

G. KOUDEPREMIE

De sociale partners verbinden zich ertoe om binnen het kader van een werkgroep de praktische problemen die zich stellen et betrekking tot de toepassing van de koudepremie te bespreken. De werkgroep zal zijn conclusies neerleggen vóór 31 december 2012.

H. SYNDICALE PREMIE

Vanaf het jaar 2012 (premies 2011) wordt het bedrag van de syndicale premie voor de actieven vastgesteld op 135 EUR per volledige premie. Vanaf het jaar 2012 (premies 2011) wordt het bedrag van de syndicale premie voor de niet-actieven vastgesteld op 52,32 EUR per periode van 12 voile kalendermaanden. In de Raad van Bestuur van het Sociaal Fonds zullen de toepassingsmodaliteiten bevestigd worden.

I. VERLENGING VAN AKKOORDEN

Verlenging van de lopende CAO's

De verstreken collectieve arbeidsovereenkomsten, die voor bepaalde tijd werden gesloten, worden zonder onderbreking verlengd voor de periode 2011-2012:

  • Tewerkstelling en vorming (aanwervingspremies)
  • Akkoord werkkledij
  • Overuren (65 uren per jaar)
  • Afwijkingen van de vijfdagenweek
  • CAO en KB rusttijden
  • CAO jaarlijkse premie
  • CAO bestaanszekerheid
  • Akkoord aanmoedigingspremies Vlaams Gewest

Verlenging van de paritaire aanbevelingen

De volgende aanbevelingen blijven gelden voor de periode 2011-2012:

  • De aanbeveling van 10 april 1991 over het zondagwerk,
  • De aanbeveling van 29 juni 1995 inzake deeltijds werk,
  • De aanbevelingen van 29 juni 1995 betreffende de waarborg van tewerkstelling,
  • De aanbeveling van 29 juni 1995 inzake uitzendarbeid,
  • De aanbeveling van 13 juli 1978 inzake overuren.

J. SOCIALE VREDE

De werknemers- en werkgeversorganisaties verbinden zich ertoe om geen andere eisen te stellen, die verder gaan dan de toepassing van onderhavige CAO, en dit noch op nationaal niveau, regionaal niveau, of op het niveau van de ondernemingen en om geen conflict uit te lokken of te ontketenen.

K. DUUR VAN HET AKKOORD

Het akkoord loopt van 1 mei 2011 tot en met 30 juni 2013.

( In bijlage het akkoord over de voekenning van de aanmoedigingseremies voor tijdkrediet in het Vlaams Gewest dd. 28 juni 2011 )

PARITAIR COMITE VOOR DE ARBEIDERS UIT DE HANDEL IN VOEDINGSWAREN 

AKKOORD VAN 28 JUNI 2011 OVER DE TOEKENNING VAN DE AANMOEDIGINGSPREMIES VOOR TIJDSKREDIET IN HET VLÀAMSE GEWEST

Dit akkoord geldt voor de werkgevers en arbeiders die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair comité voor de handel in voedingswaren. Met arbeiders worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld.

De in het Paritair comité vertegenwoordigde organisaties verklaren er zich mee akkoord dat de onderstaande aanmoedigingpremies, voorzien in het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2002, zoals gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 25 maart 2005 en door het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 2008, toegekend worden mits beantwoord wordt aan de in het besluit hernomen voorwaarden : 

  • de aanmoedigingspremie in het kader van het opleidingskrediet;
  • de aanmoedigingspremie in het kader van het zorgkrediet;
  • de aanmoedigingspremie bij arbeidsduurvermindering in het kader van een onderneming in moeilijkheden of in herstructurering.

Dit akkoord heeft uitwerking vanaf 1 september 2011 tot 31 augustus 2013.

De partijen vragen dat het zou worden neergelegd en geregistreerd ter griffie van de administratie van de Collectieve arbeidsbetrekkingen van de Federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg en overgemaakt aan de administratie Werkgelegenheid van het departement Economie, werkgelegenheid, binnenlandse aangelegenheden en landbouw van de Vlaamse regering. 

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
28/06/2011
Registratienr
104928
Geldig van
01/05/2011
Geldig tot
31/08/2013
Neerleggingsdatum
01/07/2011
Registratiedatum
27/07/2011
Onderwerp
sectoraal akkoord 2011-2012
BS Bericht van neerlegging
09/08/2011
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
01/10/2012
Gepubliceerd in het B.St. van
24/10/2012
Keywords
LONEN, JONGE WERKNEMERS: LONEN, MAALTIJDCHEQUES, ECOCHEQUES, PLOEGEN- EN NACHTARBEID, PREMIE EIGEN AAN DE SECTOR OF AAN DE ONDERNEMING, VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN, TIJDSKREDIET/LOOPBAANVERMINDERING, LANDINGSBANEN, OPLEIDING (EXCL. SYNDICALE VORMING), MAATREGEL VOOR ONDERNEMING IN MOEILIJKHEDEN/HERSTRUCTURERING-NIET SWT, RISICOGROEPEN, ZIEKTE/ONGEVAL/OVERLIJDEN, WERKLOOSHEID (ANDERE DAN ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN), BRUGPENSIOEN, STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (SWT), OPZEGGING/ONTSLAG, SYNDICALE PREMIE, SOCIALE VREDE
Historiek
01/07/2023 30/06/2025 01 Sectoraal akkoord 2021-2022
01/07/2021 30/06/2023 01 Sectoraal akkoord 2021-2022
01/07/2019 30/06/2021 01 Sectoraal akkoord 2019-2020
01/07/2017 30/06/2019 01 Sectorakkoord voor de jaren 2017-2018
29/06/2015 30/06/2017 01 Sectorakkoord voor de jaren 2015-2016
01/07/2013 30/06/2015 01 Sectorakkoord voor de jaren 2013-2014
01/05/2011 30/06/2013 01 Sectorakkoord voor de jaren 2011-2012
01/04/2009 30/04/2011 01 Protocolakkoord voor 2009-2010