0401 Loonvoorwaarden
Paritair (sub-)Comité nr.:
118.01.00-00.00
Bijwerking: 13/12/2017
Geldig vanaf: 01/01/2016
Geldig tot: 30/06/2017
Nachtarbeid
+ 20 % (in loon of compensatierust)
Ploegenpremies
Morgenploeg | + 7,5% |
Namiddagploeg | + 7,5% |
Nachtploeg | + 7,5% |
De loonvoorwaarden van toepassing in de maalderijen en de ondernemingen van roggebloem ressorterend onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid vloeien voort uit een combinatie van de volgende teksten:
- een collectieve arbeidsovereenkomst van 8 december 2015 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden in de maalderijen en de ondernemingen van roggebloem. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve Arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 22 februari 2016 onder het nummer 131559/CO/118.01;
- een collectieve arbeidsovereenkomst van 23 juni 1999 betreffende de minimumlonen van arbeiders en arbeidsters van minder dan 21 jaar (algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 7 januari 2001 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 24 januari 2001).
Wij geven u hierna de bepalingen betreffende de loonvoorwaarden uit die CAO’s.
A. CAO 8 december 2015 betreffende de loon en arbeidsvoorwaarden
HOOFDSTUK I – Toepassingsgebied
Artikel 1
§1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de maalderijen en ondernemingen van roggebloem.
§2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld.
(...)
HOOFDSTUK III – Uurlonen
Artikel 3
Op 1 januari 2016 gelden de volgende minimumuurlonen voor de arbeiders die geen zes maanden anciënniteit in de onderneming tellen, en dit ongeacht hun leeftijd:
38 urenweek |
37 urenweek |
|
Categorie A (hulparbeiders) |
13,48 EUR |
13,78 EUR |
Categorie B (geoefende arbeiders) |
13,89 EUR |
14,26 EUR |
Categorie C (geschoolde arbeiders) |
14,33 EUR |
14,64 EUR |
Voor de evolutie van de minimumlonen verwijzen wij u naar onze sectorale documentatie Hfdst. 0402.
Artikel 4
Op 1 januari 2016 gelden volgende minimumuurlonen voor de arbeiders die zes maanden anciënniteit in de onderneming tellen, en dit ongeacht hun leeftijd:
38 urenweek |
37 urenweek |
|
Categorie A (hulparbeiders) |
13,91 EUR |
14,29 EUR |
Categorie B (geoefende arbeiders) |
14,38 EUR |
14,70 EUR |
Categorie C (geschoolde arbeiders) |
14,79 EUR |
15,12 EUR |
Voor de evolutie van de minimumlonen verwijzen wij u naar onze sectorale documentatie Hfdst. 0402.Artikel 5
De voorwaarde van zes maanden anciënniteit is ingevuld op de dag dat de som van alle tewerkstellingsperiodes, al dan niet onderbroken, bij een zelfde werkgever in de loop van de laatste twee jaar minstens zes maanden bedraagt.
Onder tewerkstellingsperiodes dient men te verstaan de periodes gedekt door:
- alle arbeidsovereenkomsten, van welke aard ook, zelfs al wordt de uitvoering ervan geschorst; en/of
- door een interimovereenkomst.
Commentaar bij artikel 5
De partijen komen overeen dat deze periode van zes maanden opgebouwd kan worden door al dan niet onderbroken tewerkstellingsperiodes bij dezelfde werkgever in een referentieperiode van twee jaar. Eens deze voorwaarde van zes maanden is gerealiseerd, is die verworven voor alle latere periodes van tewerkstelling bij deze werkgever.
Artikel 6
Het minimumuurloon van de categorie D (vaklieden) wordt vastgesteld door overeenkomst tussen partijen volgens de plaatselijke gebruiken. Het mag evenwel niet lager zijn dan het minimumuurloon van de categorie C (geschoolde arbeiders).
Artikel 7
In afwijking op artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor arbeiders tewerkgesteld met een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten zoals bepaald in titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten volgende minimumlonen, uitgedrukt als een percentage van de in artikel 3 vermelde minimumlonen:
Leeftijd |
Percentage |
18 jaar en ouder |
90 |
17 jaar |
80 |
16 jaar |
70 |
15 jaar |
60 |
Commentaar bij artikel 7
Deze minimumuurlonen van de jongere werklieden, tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst voor studenten zoals bepaald in titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, werden vastgelegd rekening houdend met de opleidingsperiode van toepassing op jonge arbeiders en het vergemakkelijken van de integratie van jongeren op de arbeidsmarkt.
(...)
HOOFDSTUK V – Nachtarbeid en ploegenarbeid
Artikel 9
Wordt als nachtarbeid aanzien, het werk verricht tussen 22 en 6 uur.
Nochtans wordt het werk door de morgenploeg of de namiddagploeg verricht tussen 5 en 6 uur of tussen 22 en 23 uur niet aangezien als nachtarbeid.
Artikel 10
Arbeid in twee of drie ploegen geeft recht op volgende toeslagen op het uurloon:
Morgenploeg | 7,5 % |
Namiddagploeg | 7,5 % |
Nachtploeg | 7,5 % |
Artikel 11
Nachtarbeid geeft recht op een loontoeslag van 20 % op het uurloon, onafgezien de eventuele 7,5 % toeslag voor ploegenarbeid voorzien in artikel 10.
Deze 20 % toeslag mag verleend worden hetzij in loon, hetzij in betaalde compensatierust.
Commentaar: om te weten welke codes er moeten gebruikt worden op de prestatieopgaven worden de aangeslotenen van Group S - Sociaal Secretariaat vzw verzocht hun dossierbeheerder te contacteren.
Artikel 12
Indien de toeslag voor de nachtarbeid in betaalde compensatierust verleend wordt, dan geschiedt dit op zulke wijze dat deze in de loop der daarop volgende kalendermaand vereffend is.
Ingeval de betaalde compensatierust waarop de arbeider recht heeft, lager is dan het aantal arbeidsuren van een normale arbeidsdag, dan wordt de toeslag voorzien bij artikel 11 in loon uitbetaald.
Is de betaalde compensatierust waarop de arbeider recht heeft gelijk aan het aantal uren van één of meer arbeidsdagen, dan wordt de toeslag voorzien bij artikel 11, in betaalde vergeldende rustdagen of in loon verleend.
Indien, na toepassing van de betaalde vergeldende rustdagen, een saldo in uren overblijft onvoldoende om een volledige dag betaalde compensatierust te verlenen, dan wordt het saldo in loon uitbetaald.
Artikel 13
De toepassing van de artikelen 9 tot 12 mag geen vermindering van de globale gemiddelde bezoldiging (loon + toeslagen), of geen verhoging van de gemiddelde arbeidsduur tot gevolg hebben.
HOOFDSTUK VI – Geldigheid
Artikel 14
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 18 december 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de Voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de maalderij en en ondernemingen van roggebloem, geregistreerd onder nummer 119833/CO/118.
Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2016 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2016. Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekende brief, gericht aan voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de erin vertegenwoordigde organisaties.
Gunstigere regelingen die voor de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst bestonden, blijven behouden.
B. CAO van 23 juni 1999
HOOFDSTUK I – Toepassingsgebied
Artikel 1
§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de voedingsnijverheid, met uitsluiting van de sector bakkerijen, banketbakkerijen en verbruikszalen bij een banketbakkerij.
§ 2. Met “arbeiders” worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld.
HOOFDSTUK II – Bepalingen
Artikel 2
De minimumuurlonen bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomsten, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden, gesloten in de verschillende sectoren van de voedingsnijverheid, zijn ook van toepassing op de arbeiders jonger dan 21 jaar.
Artikel 3
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 1997 tot vaststelling van de minimumlonen van werklieden en werksters van minder dan 21 jaar, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 18 juni 1998 (Belgisch Staatsblad van 26 september 1998).
HOOFDSTUK III – Geldigheidsduur
Artikel 4
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een bepaalde tijd. Zij treedt in werking op 1 juni 1999 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2000.
Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst, per een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en de erin vertegenwoordigde organisaties.
Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.
Datum CAO
08/12/2015 |
Registratienr
131559 |
Geldig van
01/01/2016 |
Geldig tot
01/07/2017 |
Neerleggingsdatum
17/12/2015 |
Registratiedatum
22/02/2016 |
||
Onderwerp
loon- en arbeidsvoorwaarden |
|||
BS Bericht van neerlegging
01/03/2016 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
10/01/2017 |
Gepubliceerd in het B.St. van
01/03/2017 |
||
Keywords
LONEN, JONGE WERKNEMERS: LONEN, PLOEGEN- EN NACHTARBEID, FUNCTIECLASSIFICATIE |
Historiek | ||
---|---|---|
01/01/2022 | 31/12/2050 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/07/2019 | 31/12/2021 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/07/2017 | 30/06/2019 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2016 | 30/06/2017 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2014 | 31/12/2015 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2011 | 31/12/2013 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2009 | 31/12/2010 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/01/2007 | 31/12/2008 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/06/2005 | 31/12/2006 | 0401 Loonvoorwaarden |
01/10/2003 | 31/05/2005 | 0401 01 Loonvoorwaarden (118.01.00) |
01/11/2002 | 30/09/2003 | 0401 01 Loonvoorwaarden (118.01.00) |
01/05/2001 | 31/10/2002 | 0401 01 Loonvoorwaarden (118.01.00) |
01/06/1999 | 31/05/2001 | 0401 01 Minimumloon van de werklieden van minder dan 21 jaar |
01/09/1999 | 30/04/2001 | 0401 04 Minimumlonen van de arbeiders van minder dan 21 jaar |