2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)

Paritair (sub-)Comité nr.:
115.09.00-00.00

Bijwerking: 07/03/2024
Geldig vanaf: 01/01/2023
Geldig tot: 31/12/2024

In het Paritair Comité voor het glasbedrijf werd op 10 november 2023 collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de arbeidsvoorwaarden en de verloning en de andere arbeidsmodaliteiten in de aanvullende subsector van de glasindustrie in 2023-2024 (nr. 184282/CO/115).

1. Toepassingsgebied

De CAO is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen van volgende bedrijfssectoren, het door hen verrichte monteren en plaatsen inbegrepen:

• glas voor industriële of huishoudelijke toepassingen (zoals pannen, kranen, tegels, stenen in glas en vitroceramische platen);
• buizen, staven en staafjes in glas (namelijk voor de chemische, farmaceutische en elektrotechnische nijverheden);
• verlichting en seininrichting (zoals glasballons en elektrische buizen, lichtreclames);
• glasvezels, glaswol en cellulair glas;
• voorwerpen in glas voor elk technisch, wetenschappelijk en industrieel gebruik (zoals leidingen, microkogels en –parels);
• verwerkt en/of bewerkt holglas, zoals glasballons, flacons, kolven en laboratoriumtoestellen (laboratoriumglas), isolerende flessen;
• ver- en bewerking van borosilicaat en ceramisch vlakglas, glasblazen (voor wetenschappelijke en industriële apparaten);
• optiekglas, alsmede het slijpen en het versieren van deze glazen (glazen voor brillenfabricage).

Deze ondernemingen behoren tot de aanvullende bedrijfssector glas voor zover één van de voormelde activiteiten in hoofdzaak wordt uitgeoefend en niet als bijkomstige activiteit van een andere sector van de glasindustrie.

2. Uitkering

Tijdelijke werkloosheid voor economische of technische redenen of overmacht.

3. Bedrag en duur

3.1. Economische en technische redenen 

Vanaf 1 november 2023 wordt een aanvullende dagvergoeding vastgesteld op minimum 12,5057 EUR per dag werkloosheid, zonder beperking van het aantal dagen werkloosheid tijdens het jaar.

3.2. Overmacht 

In geval overmacht erkend door een federale of regionale overheid wordt vanaf 1 november 2023 een aanvullende dagvergoeding vastgesteld op minimum 12,5057 EUR per dag werkloosheid voor de eerste 78 dagen werkloosheid tijdens het kalenderjaar. 

4. Toekenningsvoorwaarden

Worden beschouwd als zijnde tijdelijk werkloos, de arbeiders van wie de uitvoering van de arbeidsovereenkomst niet voor andere redenen is geschorst.

Wanneer de tijdelijk werkloosheid te wijten is aan economische en/of technische redenen, met uitzondering van werkloosheid wegens stakingen in de onderneming of in andere ondernemingen, ontvangen de arbeiders een aanvullende dagvergoeding zonder beperking van het aantal dagen werkloosheid tijdens het jaar.

Wanneer een overmachtssituatie door een federale of regionale overheid wordt erkend en er een recht op tijdelijke werkloosheid in het kader van overmacht uit voortvloeit, heeft elke arbeider recht op een pot van 78 dagen per jaar in een voltijds arbeidsregime gedekt door een aanvullende werkloosheidsvergoeding ten laste van de werkgever. Het bedrag van deze aanvullende werkloosheidsvergoeding stemt overeen met de aanvullende werkloosheidsvergoedingen die bepaald werden in de onderscheiden subsectoren van de glassector in het kader van tijdelijke werkloosheid voor economische redenen. Op het bedrag van de sectorale aanvullende vergoeding overmachtswerkloosheid zullen de bedragen die eventueel door de overheid worden toegekend in mindering worden gebracht.

5. Wettelijke uitkering

Sinds 2012, heeft de werknemer recht op een supplement op de werkloosheidsuitkering. Het minimumbedrag van het supplement wordt bepaald op 2 euro per dag waarop de arbeider niet heeft gewerkt wegens tijdelijke werkloosheid (economisch, technisch, slecht weer). De werkgever is ertoe gehouden dit supplement te betalen, tenzij de betaling daarvan door een door de Koning algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst ten laste wordt gelegd van het Fonds voor Bestaanszekerheid.

Vanaf 1 januari 2024 moeten werkgevers aan de werknemers (arbeiders en bedienden) die ze in tijdelijke werkloosheid  (met uitzondering van overmacht) plaatsen voor elke door de werkloosheid vergoede dag een bijkomend supplement van 5 euro betalen, tenzij de betaling ervan door een door de Koning algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst ten laste wordt gelegd van het Fonds voor Bestaanszekerheid. Dit wettelijk supplement van 5 euro moet steeds betaald worden bovenop de bestaande supplementen die reeds voorzien zijn bij wet, CAO of andere bestaande afspraken in ondernemingen. Voor meer info, verwijzen wij u naar ons artikel.

PSC 115.09: De werkgever moet een aanvullende vergoeding van min. 2 EUR/dag werkloosheid betalen na de vergoedbare periode voorzien door de sector  (onbeperkt in geval van slecht weer). De aanvullende vergoeding van 5 euro moet steeds betaald worden voor alle vormen van tijdelijke werkloosheid met uitzondering van overmacht en dit bovenop de voorziene sectorale toeslag.  

6. Tabel 

Type werkloosheid	Sectoraal supplement	Wettelijk supplement van 2 euro	Wettelijk supplement van 5 euro	Tussenkomst
Economische reden	V (onbeperkt)	X	V	Werkgever
Technische stoornis	V (onbeperkt)	X	V	Werkgever
Overmacht	V (beperkt tot de eerste 78 dagen)	X	X	Werkgever
Slecht weer	X	V (onbeperkt)	V	Werkgever
Andere	X	X	V	Werkgever

7. Werkloosheid energiecrisis

Er is ook een wettelijke vergoeding voorzien voor tijdelijke werkloosheid energiecrisis ( te betalen door de werkgever). Aangezien deze sector reeds een supplement voorziet voor economische werkloosheid in het klassieke stelsel, verwijzen we naar ons interprofessionneel artikel dat uitlegt hoe je die toeslag combineert met de wettelijke toeslag die wordt voorzien bij tijdelijke werkloosheid energiecrisis. Deze maatregel is niet langer van toepassing sinds maart 2023.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO 10/11/2023	Registratienr 184282	Geldig van -	Geldig tot 31/12/2024
Neerleggingsdatum 16/11/2023		Registratiedatum 30/11/2023
Reikwijdte Aanvullende subsector van de glasindustrie
Onderwerp Arbeids- en loonvoorwaarden en andere arbeidsmodaliteiten in de aanvullende subsector van de glasindustrie in 2023-2024
BS Bericht van neerlegging 21/12/2023		Algemeen verbindend verklaring Gevraagd
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van -		Gepubliceerd in het B.St. van -
Keywords LONEN, PLOEGEN- EN NACHTARBEID, VAKANTIEGELD, FUNCTIECLASSIFICATIE, ARBEIDSDUUR IN UREN, BETAALDE VERLOFDAG (GEEN ADV- OF COMPENSATIEDAG) EN FEESTDAG, TIJDELIJKE ARBEID EN UITZENDARBEID, DEELTIJDSE ARBEID, OUDERE WERKNEMERS-EXCL.AANV. PENSIOEN, BRUGPENSIOEN(SWT),TIJDSKREDIET, WERKLOOSHEID (ANDERE DAN ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN), SOCIALE VREDE, MINIMUMUUR- EN MAANDLONEN, INDEXERINGSBEPALINGEN, LOONNORM, FUNCTIECLASSIFICATIE, LOONKLOOF, WEKELIJKSE ARBEIDSDUUR OF OP JAARBASIS, ANCIËNNITEITSVERLOF (ANDERE DAN EINDELOOPBAANDAGEN), UITZENDARBEID, DEELTIJDSE ARBEID, OUDERE WERKNEMERS:ANCIËNNITEITSVERLOF,-TOESLAG,-PREMIE/AFSCHEIDSPREMIE, WERKLOOSHEID (ANDERE DAN ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN), SOCIALE VREDE, ALLE PREMIES EN VERGOEDINGEN VOOR DE ACTIEVE WERKNEMER, VAKANTIEGELD, EENMALIGE PREMIE, PLOEGENARBEID (EXCL. E-COMMERCE), PREMIE EIGEN AAN DE SECTOR OF AAN DE ONDERNEMING
Tekst aangepast op 04/12/2023

Historiek
01/01/2023	31/12/2024	2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)
01/01/2021	31/12/2022	2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)
01/01/2019	31/12/2020	2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)
01/07/2019	29/02/2020	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juli 2019
01/09/2018	30/06/2019	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 september 2018
01/01/2017	31/12/2018	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/06/2017	31/08/2018	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juni 2017
01/06/2016	31/05/2017	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juni 2016
01/01/2015	31/12/2016	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/01/2016	31/05/2016	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 januari 2016
01/12/2012	31/12/2015	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 december 2012
01/09/2013	31/12/2014	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/06/2012	31/12/2012	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/02/2012	30/11/2012	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 februari 2012
01/05/2011	31/01/2012	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 mei 2011
01/09/2010	30/04/2011	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 september 2010
01/01/2009	31/12/2010	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/04/2009	31/08/2010	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 april 2009
01/09/2008	31/03/2009	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 september 2008
01/01/2007	31/12/2008	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/05/2008	31/08/2008	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 mei 2008
01/01/2008	30/04/2008	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 januari 2008
01/10/2006	31/12/2007	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 oktober 2006
01/01/2005	31/12/2006	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/08/2005	30/09/2006	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 augustus 2005
01/10/2004	31/07/2005	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 oktober 2004
01/01/1999	31/12/2004	2002 2001 Bestaanszekerheid
01/06/2003	30/09/2004	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juni 2003
01/02/2002	31/05/2003	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 februari 2002
01/07/2001	31/01/2002	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juli 2001
01/06/2001	30/06/2001	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juni 2001
01/10/2000	31/05/2001	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 september 2000
01/06/1999	30/09/2000	2002 Bestaanszekerheidsuitkering vanaf 1 juni 1999