2102 SWT 59 jaar - 35 jaar - zwaar beroep

1. Principes

Dit stelsel heeft tot doel het recht op een bedrijfstoeslag toe te kennen aan werknemers die:

• tewerkgesteld zijn in een zwaar beroep;
• een beroepsloopbaan van minstens 35 jaar kunnen aantonen op het ogenblik van het einde van de arbeidsovereenkomst;
• ontslagen worden tijdens de geldigheidsperiode van de cao;
• 59 jaar of ouder zijn uiterlijk op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en tijdens de geldigheidsperiode van de cao.

Van deze 35 jaar moeten :

• ofwel minstens 5 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar beroep behelzen. Deze periode van 5 jaar moet gelegen zijn in de loop van de laatste 10 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór het einde van de arbeidsovereenkomst;
• ofwel minstens 7 jaar, gerekend van datum tot datum, een zwaar beroep behelzen. Deze periode van 7 jaar moet gelegen zijn in de loop van de laatste 15 kalenderjaren, gerekend van datum tot datum, vóór het einde van de arbeidsovereenkomst.

Dit type SWT moet bepaald zijn in een sector-cao of in een ondernemings-cao die uitdrukkelijk vermeldt dat ze werd afgesloten in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 132 (2019-2020) en nr. 140 (01/01/2021 – 30/06/2021).

In deze sector werd dergelijke collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten. Opgelet: we raden u aan te letten op de gevallen die in de collectieve arbeidsovereenkomst zijn bepaald (nachtarbeid en/of zware beroepen?) en op de geldigheidsperiode van de cao.

2. PC 323

De werkgever betaalt zelf de bedrijfstoeslag aan de ontslagen werknemer, en kan van het fonds een terugbetaling van die vergoeding zoals omschreven in CAO 17 van de NAR (en de RSZ bijdragen) krijgen. Let wel op: bijkomende bedrijfstoeslag die bovenop de wettelijk voorziene bedrijfstoeslag betaald worden, blijven ten laste van de werkgever.

Om te garanderen dat het nodige budget kan voorzien worden voor terugbetaling gedurende de volledige duur van het SWT moeten aanvragen op voorhand ingediend worden.

Volgende procedure moet daarbij gevolgd worden:

2.1. Aanvraag

Een dossier met volgende gegevens moet ingediend worden bij het fonds:

• persoonsgegevens van de betreffende werknemer;
• datum van indiensttreding en voorziene datum van ingang van het SWT;
• de voorziene pensioendatum;
• het voorziene bedrag van de bedrijfstoeslag  (voor de eerste maand);
• het voorziene bedrag van de patronale RSZ bijdrage (voor de eerste maand);
• het rekeningnummer van de werkgever voor terugbetaling.

2.2. Goedkeuring en terugbetaling

Ingediende dossiers worden geagendeerd op de eerstkomende Raad van Bestuur. De datum waarop goedkeuring verwacht kan worden, wordt meegedeeld op het moment dat een aanvraag wordt ingediend.

Eens een dossier goedgekeurd wordt en de werkgever daarvan op de hoogte wordt gebracht, krijgt hij de garantie dat de bedrijfstoeslag tot aan de pensioenleeftijd van de werknemer terugbetaald zal worden. Het fonds voorziet per dossier de nodige reserves. Hij ontvangt terugbetalingsformulieren die op het eind van elk kwartaal aan het fonds moeten overgemaakt worden, samen met een kopie van de loonfiche van de laatste maand van het kwartaal in kwestie.

Voor meer informatie: http://www.sf323.be

2.3. Bedrijfstoeslag

De vergoeding is ten laste van de werkgever. De werkgever kan een aanvraag tot terugbetaling indienen bij het Waarborg en Sociaal Fonds voor de Vastgoedsector, hierna het Fonds genaamd, mits de ontslagen werknemer een ononderbroken anciënniteit van 5 jaar in de sector telt op het ogenblik van het ontslag. De aanvragen moeten aan het Fonds gericht worden en de modaliteiten worden bepaald door de Raad van bestuur van het Fonds.