2002 20 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds

Paritair (sub-)Comité nr.:
322.00.00-00.00

Bijwerking: 24/02/2006
Geldig vanaf: 01/01/2005
Geldig tot: 31/12/2006

In het Paritaire Comité voor de uitzendarbeid werd op 11 oktober 2005 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende sociale voordelen voor de uitzendkrachten. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd geregistreerd onder het nummer 77404/CO/322. Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 2 mei 2006 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 21 juni 2006.

De overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2005 en verstrijkt op 30 juni 2007.

Wij geven u hierna de integrale tekst van de CAO. 

Tekst van de CAO

 HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op:

a)  de uitzendbureaus, bedoeld bij artikel 7, 1° van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, verder genoemd "de werkgever";

b)  de uitzendkrachten, bedoeld bij artikel 7, 3° van genoemde wet van 24 juli 1987, die door de uitzendbureaus worden tewerkgesteld, verder genoemd "de uitzendkracht".

HOOFDSTUK II -  Bijkomende vergoeding in geval van technische of econo­mische werkloosheid

Artikel 2

Dit hoofdstuk is niet van toepassing op de uitzendkrachten die technisch of economisch werkloos worden terwijl zij in dienst zijn van een uitzendbedrijf dat erkend is om activiteiten uit te oefenen in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf (P.C. 124).

Artikel 3

In geval van technische of economische werkloosheid bij de gebruikende onderneming, zoals bedoeld bij de artikelen 49 en 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, heeft de uitzendkracht, ten laste van het Sociaal Fonds, recht op een bijkomende vergoeding bovenop de werkloosheidsuitkeringen.

Deze bijkomende vergoeding bedraagt 3,72 EUR per werkdag die, omwille van de werkloosheid, niet werd gepresteerd en is verschuldigd tot het einde van de lopende arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid, met een maximum van 111,55 EUR per kalenderjaar en per uitzendkracht.

Artikel 4

Om recht te hebben op de bijkomende vergoeding, bedoeld bij artikel 3, moet de uitzendkracht:

a)  op het ogenblik dat de technische of economische werkloosheid zich voordoet, gebonden zijn door een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid;

b)  genieten van werkloosheidsuitkeringen voor de werkdagen die niet gepresteerd werden omwille van de economische of technische werkloosheid;

c)   65 werkdagen als uitzendkracht bewijzen in de loop van een periode van één jaar vóór de aanvang van de werkloosheid.

Artikel 5

De betalingsmodaliteiten van deze bijkomende vergoeding en de procedure om deze te bekomen, worden bepaald door de Raad van Beheer van het Sociaal Fonds.

HOOFDSTUK III - Hulp aan uitzendkrachten bij het bekomen van een lening

Artikel 6

Teneinde de uitzendkracht te helpen bij het bekomen van een lening bij een financiële instelling, zal het Sociaal Fonds een attest afleveren aan de uitzendkracht die een aanvraag doet.

Artikel 7

Om dit attest te bekomen moet de uitzendkracht een totaal bereiken van 260 arbeidsdagen als uitzendkracht gedurende een refertperiode van 2 jaar, waarbij de periode van 2 jaar overeenkomt met deze van de 2 laatste eindejaarspremie verschuldigd aan de uitzendkrachten voor de attestaanvraag.

Artikel 8

De uitzendkracht die geen 260 arbeidsdagen als uitzendkracht heeft bereikt gedurende de referteperiode van 2 jaar, zal een attest kunnen aanvragen voor het aantal dagen die hij/zij gedurende de referteperiode in totaal heeft bereikt. Op die manier zal de uitzendkracht het attest van het Sociaal Fonds kunnen aanvullen met eventuele andere attesten van uitzendbureaus voor wie hij/zij gewerkt heeft sinds het einde van de referteperiode.

HOOFDSTUK IV - Bijkomende vergoeding in geval van langdurige ziekte

Artikel 9

Bij langdurige arbeidsongeschiktheid als gevolg van een ziekte of een ongeval van gemeen recht, heeft de uitzendkracht, ten laste van het Sociaal Fonds, recht op een bijkomende vergoeding bovenop de uitkering betaald door het ziekenfonds.

Artikel 10

De bijkomende vergoeding, bedoeld in artikel 12, stemt overeen met 40 % van de bruto-uitkering betaald door het ziekenfonds.

Zij is verschuldigd vanaf de eerste dag van de tweede maand ziekte, voor een totale ononderbroken periode van maximum drie maanden.

Artikel 11

Om recht te hebben op deze bijkomende vergoeding dient de uitzendkracht het bewijs te leveren:

a)  dat hij, op het ogenblik van de aanvang van de arbeidsongeschiktheid, minstens 2 maanden anciënniteit in de uitzendsector telt over een periode van vier maanden;

b)  dat hij, op het ogenblik van de aanvang van de arbeidsongeschiktheid, gebonden was door een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid en gewaarborgd loon heeft genoten;

c)   van zijn arbeidsongeschiktheid voor de volledige periode waarvoor de vergoeding gevraagd wordt, alsook de documenten te bezorgen nodig voor de berekening van de bijkomende vergoeding (attest van het ziekenfonds).

De anciënniteit van 2 maanden wordt berekend overeenkomstig artikel 13 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers.

Artikel 12

Moederschapsverlof wordt niet beschouwd als een langdurige ziekte.

HOOFDSTUK V- Opheffingsbepalingen

Artikel 13

Onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst heft de vorige collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2003 afgesloten in het Paritair Comité voor de uitzendarbeid, houdende sociale voordelen voor de uitzendkrachten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 juli 2004 en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 13 september 2004 op.

HOOFDSTUK VI - Duur

Artikel 14

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2005.

Zij wordt gesloten voor een bepaalde duur en verstrijkt op 30 juni 2007.

Zij kan, mits een opzeggingstermijn van 3 maanden wordt in acht genomen, door elk van de partijen worden opgezegd met een aangetekend schrijven gericht aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor de uitzendarbeid.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
11/10/2005
Registratienr
77404
Geldig van
01/01/2005
Geldig tot
31/12/2006
Neerleggingsdatum
21/10/2005
Registratiedatum
02/12/2005
Onderwerp
sociale voordelen voor de uitzendkrachten
BS Bericht van neerlegging
16/12/2005
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
02/05/2006
Gepubliceerd in het B.St. van
21/06/2006
Keywords
ZIEKTE/ONGEVAL/OVERLIJDEN, WERKLOOSHEID (ANDERE DAN ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN), OPZEGGING/ONTSLAG

Historiek
01/07/2022 30/06/2024 2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)
01/01/2022 30/06/2022 2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)
01/01/2020 31/12/2021 2002 Bestaanszekerheidsuitkeringen (tijdelijke werkloosheid)
01/01/2019 31/12/2019 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2018 31/12/2018 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/07/2017 31/12/2017 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/07/2015 30/06/2017 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/07/2013 30/06/2015 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/07/2011 30/06/2013 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2011 30/06/2011 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2010 31/12/2010 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2009 31/12/2009 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2007 31/12/2008 2002 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2005 31/12/2006 2002 20 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2003 31/12/2004 2002 20 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2002 31/12/2002 2002 20 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/2001 31/12/2001 2002 20 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds
01/01/1999 25/09/2001 2002 20 Sociale voordelen ten laste van het Sociaal Fonds