37 150101 Arbeidsovereenkomst voor een bepaalde tijd

1. Vrijstelling van geschrift

Artikel 9 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten luidt als volgt:

"De arbeidsovereenkomst voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk moet voor iedere werknemer afzonderlijk schriftelijk worden vastgesteld, uiterlijk op het tijdstip waarop de werk­nemer in dienst treedt.

Is er geen geschrift waaruit blijkt dat de arbeidsovereenkomst voor een bepaalde tijd of voor een dui­delijk omschreven werk is gesloten, dan gelden voor deze arbeidsovereenkomst dezelfde voorwaarden als voor de arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd.

De schriftelijke vaststelling van een overeenkomst voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk om­schre­ven werk is niet vereist in de bedrijfstakken en voor de categorieën van werknemers waarvoor die vorm van arbeidsovereenkomst toegestaan is ingevolge een collectieve arbeidsovereenkomst die door de Koning algemeen verbindend is verklaard".

Het Paritair Comité voor het hotelbedrijf heeft gebruik gemaakt van de bepaling in het 3de lid van voormeld artikel 9. Op 28 februari 1979 werd een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten betreffende de vrijstelling van schriftelijke vaststelling van een arbeidsovereenkomst voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 2 oktober 1979 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 17 april 1980.

Ingevolge deze CAO zijn de werkgevers vrijgesteld van de schriftelijke vaststelling van een arbeids­overeen­komst met de werknemers en werkneemsters die worden tewerkgesteld voor een tijd van maximaal twee dagen.

En moet evenmin een schriftelijke vaststelling geschieden voor de arbeidsovereenkomsten gesloten tussen werk­­­gevers en werknemers en werkneemsters in ondernemingen welke minstens zes maanden per jaar zijn gesloten.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 maart 1979 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

2.Opeenvolgende contracten van bepaalde duur

Op 28 februari 1979 werd in het Paritair Comité voor de hotelnijverheid een interpretatie gegeven aan artikel 10 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. Deze interpretatie werd ingeschreven in de notulen van de vergadering.

De tekst van artikel 10 WAO luidt als volgt:

"Wanneer de partijen verscheidene opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd hebben afgesloten zonder dat er een onderbreking is, toe te schrijven aan de werknemer, worden zij veronder­steld een overeenkomst voor onbepaalde tijd te hebben aangegaan, behalve wanneer de werk­­gever het bewijs levert dat deze overeenkomsten gerechtvaardigd waren wegens de aard van het werk of wegens andere wettige redenen. De Koning kan de gevallen bepalen waarin de werkgever dit bewijs niet mag leveren. De bepalingen van dit artikel zijn ook van toepassing op de overeenkomsten voor een duidelijk omschreven werk."

Volgens de interpretatie van het Paritair Comité van de hotelnijverheid, kunnen de volgende gevallen beschouwd worden als wettige redenen, die maken dat men de opeenvolgende contracten van bepaalde duur niet moet beschouwen als een contract voor onbepaalde duur:

1)     wanneer gedurende bepaalde periodes van het jaar de activiteit van de onderneming volledig wordt stopgezet;

2)     wanneer bepaalde activiteiten van de onderneming een uitgesproken seizoenkarakter vertonen;

3)     wanneer de toename van de activiteit van de onderneming gedurende een beperkte periode van het jaar de aanwerving van bijkomend personeel noodzakelijk maakt.

Het is vanzelfsprekend dat bovenstaande interpretatie de soevereine beoordelingsmacht van de rechter niet aan­tast. Anders gezegd, in geval van betwisting voor de arbeidsrechtbank, kan de rechter met bovenstaande inter­pre­tatie rekening houden maar hij is daartoe zeker niet verplicht.

3. Personeelsregister

Wij vestigen er uw aandacht op dat iedere werknemer bij zijn indiensttreding moet ingeschreven worden in het perso­neelsregister. Met ingang van 1 juli 1995 bestaat op deze regel één uitzondering: gelegenheidswerknemers of extra's die maximum twee opeenvolgende dagen verbonden zijn met eenzelfde werkgever, door een arbeids­overeenkomst voor een bepaalde tijd of door een arbeidsovereenkomst voor een duidelijk omschreven werk, moeten niet in het personeelsregister ingeschreven worden, op voorwaarde dat die werknemers ingeschreven worden in het aanwezigheidsregister volgens de regels uiteengezet in onze omzendbrief Hfdst.37.

De werkgevers aangesloten bij Groep S - Sociale Samenwerking vzw worden evenwel vriendelijk verzocht de gelegen­heids­werknemers wél in te schrijven in het personeelsregister, althans de eerste keer dat zij in de onder­neming tewerkgesteld worden. Het identiteitsformulier heeft immers een dubbele functie: het is enerzijds een onder­deel van het personeelsregister, maar het bevat anderzijds alle gegevens die het sociaal secretariaat nodig heeft voor een correcte loonberekening.