04010101 Bezoldigingsvoorwaarden
Paritair (sub-)Comité nr.:
207.00.00-00.00
Bijwerking: 16/08/2011
Geldig vanaf: 01/07/2011
Geldig tot: 31/12/2013
A. CAO van 11 januari 2010
Geldigheid: 01/01/2010 - onbepaalde duur
- Verloningssysteem op basis van relevante ervaring;
- Studentenloon.
B. CAO van 1 juli 2011
Geldigheid: 01/07/2011 - onbepaalde duur
- Vaststelling van de minimumbarema's;
- Verhoging van het minimum ervaringsloon en maandwedde.
In het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid werd op 11 januari 2010 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het verloningssysteem voor de bepaling van de minimum maandlonen en de maandwedden. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 12 januari 2011 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 10 februari 2011. Zij treedt in werking op 1 januari 2010 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.
In hetzelfde Paritair Comité werd op 1 juli 2011 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het minimumbarema en de maandwedden. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 9 augustus 2011 onder het nr. 105180/CO/207. Zij treedt in werking op 1 juli 2011 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.
Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.
Toepassingsgebied
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid en op de bedienden waarvan de functies zijn opgenomen in de classificatie der functies, vastgesteld door dit Paritair Comité.
Verloningssysteem op basis van relevante ervaring
Een systeem van minimum ervaringsmaandlonen
§1. Het verloningssysteem voorziet voor elk van de functiecategorieën (van 1 tot en met 4B), als bepaald in de classificatie der functies vastgesteld door dit Paritair Comité een minimum maandloon in functie van de relevante ervaring van de bediende.
§2. Het verloningssysteem opgenomen in de tabel in bijlage van de onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst met vermelding van de minimum ervaringsmaandlonen stemt overeen met het spilindexcijfer 109,66 (basis 2004 = 100).
§3. Het staat de ondernemingen vrij andere verloningssystemen verder te zetten, te wijzigen of te introduceren mits naleving van de in deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde minimum maandlonen.
Relevante ervaring
§1. Onder relevante ervaring wordt verstaan iedere periode van professionele activiteit, uitgedrukt in volledige jaren (= periodes van 12 maanden), als werknemer, zelfstandige, ambtenaar of tewerkgesteld met een leerovereenkomst en dit zowel binnen als buiten de sector van de scheikundige nijverheid en rekening houdend met de gelijkstellingen vermeld in §2, 3, 4 hier onder.
§2. Alle periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst worden gelijkgesteld met relevante ervaring met uitzondering van:
- Periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst zonder loonbehoud voor een periode van méér dan 1 maand (cumulatief op jaarbasis);
- Periodes van arbeidsongeschiktheid door ziekte (andere dan beroepsziekte) of privé ongeval van langer dan 1 jaar;
- Periodes van voltijds tijdskrediet (andere dan thematische verloven) vanaf het tweede jaar.
§3. De periodes van uitkeringsgerechtigde werkloosheid worden gelijkgesteld met relevante ervaring met een geglobaliseerd maximum van 1 jaar.
Dit maximum geldt niet indien de betrokken bediende op het einde van deze periode van 1 jaar een beroepsopleiding volgt via één van de gewestelijke arbeidsbemiddelingdiensten of via een door de sector erkend opleidingscentrum. In dat geval wordt de volledige periode van beroepsopleiding als uitkeringsgerechtigde werkloze gelijkgesteld met relevante ervaring.
§4. De periode van studie aansluitend op de periode van leerplicht wordt gelijkgesteld met relevante ervaring met een maximum van 3 jaar. Voor diegene die een master diploma hebben behaald wordt dit maximum op 5 jaar gebracht.
§5. Voor de bepaling van de relevante ervaring kunnen de verschillende periodes van professionele activiteit en/of gelijkstelling geen aanleiding geven tot cumul (of dubbeltelling) voor dezelfde tijdsperiode.
§6. Voor de bepaling van de relevante ervaring wordt er geen onderscheid gemaakt tussen voltijdse of deeltijdse prestaties.
§7. Voor de bepaling van de relevante ervaring wordt geen onderscheid gemaakt tussen relevante ervaring in België en in het buitenland.
Bepaling minimum ervaringsmaandloon op moment van indiensttreding
§1. Op moment van indiensttreding wordt het minimum ervaringsmaandloon van de bediende vastgesteld op basis van relevante ervaring en de functiecategorie waartoe de functie van de betrokken bediende behoort.
§2. Voor de bepaling van het minimum ervaringsmaandloon op moment van indiensttreding wordt uitgegaan van volledige relevante ervaringsjaren (= periode van 12 maanden). Het eventueel saldo aan relevante ervaringsmaanden resulteert in een extra ervaringsjaar indien dit saldo minstens 6 maanden bedraagt.
Evolutie van de minimum ervaringsmaandlonen
§1. Vanaf de toekenning van het minimum ervaringsmaandloon op moment van indiensttreding maakt dit minimum maandloon telkens een ervaringsstap (=verhoging) wanneer de relevante ervaring met 12 maanden is toegenomen volgens de tabel opgenomen in bijlage van deze collectieve arbeidsovereenkomst en rekening houdend met §4 hier onder.
§2. De bedienden die in de 12 maanden tussen 2 ervaringsstappen langer dan 1 maand hun arbeidsovereenkomst hebben geschorst zonder loonbehoud zullen recht hebben op een ervaringsstap gelijk aan de in het verloningssysteem voorziene ervaringsstap vermenigvuldigd met een breuk waarvan de noemer gelijk is aan 12 en de teller gelijk aan het verschil tussen 12 en het aantal maanden schorsing zonder loonbehoud rekening houdend met de gelijkstelling van 1 maand.
§3. In geval van overgang naar een hogere functiecategorie wordt het nieuwe minimum ervaringsmaandloon gekoppeld aan de nieuwe functie, met behoud van de relevante ervaring onmiddellijk toegekend (= horizontale stap).
De volgende ervaringsstap zal gebeuren na 12 maanden bijkomende relevante ervaring als bepaald in §1, rekening houdend met §4.
§4. De ervaringsstappen worden effectief toegekend op 2 vaste momenten:
- Op 1 april van elk jaar voor de bedienden die in dienst gekomen zijn tussen 1 januari en 30 juni;
- Op 1 oktober van elk jaar voor de bedienden die in dienst gekomen zijn tussen 1 juli en 31 december.
Overgangsbepalingen
§1. Voor de werknemers die in dienst waren op 31 december 2009 wordt het aantal jaren relevante ervaring, uitgedrukt in volledige jaren, bepaald door het individuele minimum baremaloon en de individuele functiecategorie die van toepassing zijn op de betrokken bediende op 31 december 2009.
§2. De daaropvolgende ervaringsstap (=verhoging) van het minimum ervaringsmaandloon gebeurt naargelang de relevante ervaring met 12 maanden is toegenomen.
§3. De invoering van het nieuwe verloningssysteem op basis van relevante ervaring kan geen aanleiding geven tot een vermindering van het effectieve bruto maandloon van de bedienden die in dienst waren op 31 december 2009.
Studentenloon
Voor de bedienden tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst voor studentenarbeid bedraagt het minimum ervaringsmaandloon 90% van het laagste minimum maandloon van de functiecategorie die overeenstemt met de functie die ze uitoefenen.
Verhoging van het minimum ervaringsloon en maandwedde
Verhoging van de minimum ervaringsmaandlonen
Vanaf 1 januari 2012 worden de minimum ervaringsmaandlonen, vastgelegd door de CAO van 11 januari 2010 (KB 12 januari 2011; BS 10.02.2011), gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende het verloningssysteem voor de bepaling van de minimum maandlonen en de maandwedden, dat van kracht is op 31 december 2011, verhoogd met 0,3%.
Bij een eventuele verhoging van het gemiddeld minimum maandinkomen, in toepassing van de CAO's nr. 43 tot 43 octies gesloten in de NAR, worden slechts de bedragen die onder dit nieuwe minimum vallen verhoogd tot dat minimum.
Commentaar: Voor de evolutie van deze minimumwedden, zie onze sectorale documentatie Hfdst. 0402.
Weddeverhogingen
De maandwedde van de bedienden op 31 december 2011, effectief uitbetaald in ondernemingen die aangaande de eventuele verhoging van de koopkracht voor de periode 2011-2012 niet gebonden zijn door een collectieve arbeidsovereenkomst over loon en arbeidsvoorwaarden gesloten overeenkomstig de bepalingen van de Wet van 5 december 1968 betreffende de Paritaire Comités en de collectieve arbeidsovereenkomsten, zal verhoogd worden met 0,3% op 1 januari 2012.
Deze verhoging met 0,3% gebeurt evenwel na verrekening en/of in voorafname van eventuele verhogingen van de maandwede en/of andere voordelen die, met uitzondering van deze ten gevolge van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 maart 2006 (KB 9 oktober 2006; BS 13.11.2006), gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, betreffende de koppeling van de bezoldigingen aan het indexcijfer der consumptieprijzen, zouden toegekend worden aan de baremieke bedienden tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Deze verhogingen en/of voordelen zijn aan hun brutowaarde aan te rekenen op de verhoging bepaald door huidige overeenkomst.
Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.
Datum CAO
01/07/2011 |
Registratienr
105180 |
Geldig van
01/07/2011 |
Geldig tot
- |
Neerleggingsdatum
06/07/2011 |
Registratiedatum
09/08/2011 |
||
Onderwerp
minimumbarema en maandwedden |
|||
BS Bericht van neerlegging
19/08/2011 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
03/08/2012 |
Gepubliceerd in het B.St. van
06/11/2012 |
||
Keywords
LONEN |
Datum CAO
11/01/2010 |
Registratienr
99187 |
Geldig van
01/01/2010 |
Geldig tot
01/01/2014 |
Neerleggingsdatum
20/01/2010 |
Registratiedatum
04/05/2010 |
||
Onderwerp
ervaringsbarema's |
|||
BS Bericht van neerlegging
18/05/2010 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
12/01/2011 |
Gepubliceerd in het B.St. van
10/02/2011 |
||
Keywords
LONEN, JONGE WERKNEMERS: LONEN |
Historiek | ||
---|---|---|
01/01/2022 | 31/12/2050 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/07/2019 | 30/11/2021 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/05/2017 | 30/06/2019 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/05/2017 | 30/04/2017 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/01/2015 | 31/12/2016 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/01/2014 | 31/12/2014 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/07/2011 | 31/12/2013 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/01/2010 | 30/06/2011 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/04/2009 | 31/12/2009 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/04/2007 | 31/03/2009 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/04/2005 | 31/03/2007 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/07/2003 | 31/03/2005 | 04010101 Bezoldigingsvoorwaarden |
01/03/2001 | 30/06/2003 | 04010101 Loonvoorwaarden |
01/04/1999 | 28/02/2001 | 04010101 040101 Loonvoorwaarden |