1004 10 Eindeloopbaandagen
Paritair (sub-)Comité nr.:
119.01.00-00.00,
119.02.00-00.00,
119.03.00-00.00
Bijwerking: 04/09/2017
Geldig vanaf: 01/01/2015
Geldig tot: 31/12/2016
De werknemer die recht zou hebben op SWT in geval van ontslag omdat hij voldoet aan de voorwaarden vastgelegd door de verschillende collectieve arbeidsovereenkomsten SWT, maar die niet werd ontslagen en die blijft werken, heeft recht op een bepaald aantal dagen bijkomend verlof:
- op 56 jaar (+ voorwaarden SWT 56 jaar): 2 dagen - tot 31 december 2015;
- op 58 jaar (+ voorwaarden SWT 58 jaar): 3 dagen per jaar;
- op 60 jaar + 10 jaar anciënniteit: 5 dagen per jaar - vanaf 1 januari 2016.
Indien de arbeidsovereenkomst toch zou beëindigd worden tijdens het lopende jaar dan behoudt de werknemer zijn eindeloopbaandagen zoals hierboven bepaald voor het lopende jaar. Indien de betekende opzeg zich over twee jaren uitstrekt, zal de werknemer geen recht hebben op de eindeloopbaandagen voor het volgende jaar.
In het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren werd op 16 september 2015 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de eindeloopbaandagen. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 8 oktober 2015 onder het nr. 129687/CO/119.
Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.
I. TOEPASSINGSGEBIED
Artikel 1
§1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen van de handel in voedingswaren.
§2. Met arbeiders worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld.
II. EINDELOOPBAANDAGEN OP 58 JAAR
Artikel 2
§1. De arbeider die conform de nationale of sectorale regelingen recht heeft op het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 58 jaar en waarvan de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd, heeft jaarlijks recht op 3 eindeloopbaandagen.
Hogervermeld recht wordt geproratiseerd voor deeltijdse arbeiders.
III. EINDELOOPBAANDAGEN OP 60 JAAR
Artikel 3
Vanaf 01/01/2016 heeft elke arbeider van 60 jaar of meer met minimum 10 jaar anciënniteit en waarvan de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd jaarlijks recht op 5 eindeloopbaandagen.
Hogervermeld recht wordt geproratiseerd voor deeltijdse arbeiders.
GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN
Artikel 4
§1. Deze eindeloopbaandagen zijn onderling niet cumuleerbaar (het meest voordelige regime is van toepassing) en worden vastgelegd in onderling overleg tussen werkgever en arbeider.
Het recht op deze eindeloopbaandagen tast het recht op eventueel conventioneel bepaalde anciënniteitsdagen op ondernemingsniveau niet aan.
§2. Op 1 januari van het lopend jaar (jaar X) wordt gekeken of de arbeider aan de vereiste leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarde voldoet en in voorkomend geval recht heeft op SWT en zich niet in opzeg bevindt. In dat geval heeft de arbeider recht op de eindeloopbaandagen zoals hierboven bepaald, ook al zou zijn arbeidsovereenkomst tijdens het lopend jaar (jaar X) beëindigd worden door de werkgever met naleving van een opzeggingstermijn. Indien de betekende opzeggingstermijn over twee kalenderjaren loopt (jaar X en jaar X+1) dan heeft de arbeider geen recht op eindeloopbaandagen voor het daaropvolgend jaar (jaar X+1).
IV. SLOTBEPALINGEN
Artikel 5
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde duur en treedt in werking op 1 januari 2015 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2016.
Opmerking: eindeloopbaandagen op 56 jaar
Artikel 2 van de CAO van 31/01/2014 nr. 120773/CO/119 (recht op 2 eindeloopbaandagen op basis van de voorwaarden van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2013 betreffende SWT ‘56 jaar en 40 jaar loopbaan’) houdt op van kracht te zijn op 31 december 2015.
"§1. De arbeider die conform artikel 2 van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten van 19 december 2013 betreffende SWT ‘56 jaar en 40 jaar loopbaan’ en ‘56 jaar – nachtarbeid’ recht heeft op het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ‘56 jaar en 40 jaar loopbaan’ of ‘56 jaar – nachtarbeid’ en waarvan de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd, heeft recht op 2 eindeloopbaandagen.
Hogervermeld recht wordt geproratiseerd voor deeltijdse arbeiders.
§2. Deze eindeloopbaandagen zijn onderling niet cumuleerbaar (het meest voordelige regime is van toepassing) en worden vastgelegd in onderling overleg tussen werkgever en arbeider.
Het recht op deze eindeloopbaandagen tast het recht op eventueel conventioneel bepaalde anciënniteitsdagen op ondernemingsniveau niet aan.
§3. Op 1 januari van het lopend jaar (jaar X) wordt gekeken of de arbeider aan de vereiste leeftijdsvoorwaarde voldoet, recht heeft op SWT en zich niet in opzeg bevindt. In dat geval heeft de arbeider recht op de eindeloopbaandagen zoals hierboven bepaald, ook al zou zijn arbeidsovereenkomst tijdens het lopend jaar (jaar X) beëindigd worden door de werkgever met naleving van een opzeggingstermijn. Indien de betekende opzeggingstermijn over twee kalenderjaren loopt (jaar X en jaar X+1) dan heeft de arbeider geen recht op eindeloopbaandagen voor het daaropvolgend jaar (jaar X+1)."
Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.
Datum CAO
16/09/2015 |
Registratienr
129687 |
Geldig van
01/01/2015 |
Geldig tot
31/12/2016 |
Neerleggingsdatum
18/09/2015 |
Registratiedatum
08/10/2015 |
||
Onderwerp
eindeloopbaandagen |
|||
BS Bericht van neerlegging
16/10/2015 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
21/07/2016 |
Gepubliceerd in het B.St. van
12/09/2016 |
||
Keywords
ANCIËNNITEITSPREMIE, AFSCHEIDSPREMIE, BETAALDE VERLOFDAG (GEEN ADV- OF COMPENSATIEDAG) EN FEESTDAG, OUDERE WERKNEMERS-EXCL.AANV. PENSIOEN, BRUGPENSIOEN(SWT),TIJDSKREDIET |
Historiek | ||
---|---|---|
01/01/2023 | 30/06/2025 | 1004 Eindeloopbaandagen |
01/01/2021 | 31/12/2022 | 1004 Eindeloopbaandagen |
01/01/2019 | 31/12/2020 | 1004 Eindeloopbaandagen |
01/01/2017 | 31/12/2018 | 1004 10 Eindeloopbaandagen |
01/01/2015 | 31/12/2016 | 1004 10 Eindeloopbaandagen |
01/01/2014 | 31/12/2014 | 1004 10 Eindeloopbaandagen |