1902 1901 Bijdrage aan het sociaal fonds

Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2009 tot bepaling van de bijdragen voor hetWaarborg- en Sociaal Fonds van de voedingsnijverheid"
 

 Art. 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders en arbeidsters die ressorteren onder het Paritair comité van de voedingsnijverheid met uitzondering van de bakkerijen, de banketbakkerijen die "verse" producten vervaardigen voor onmiddellijke consumptie met zeer beperkte houdbaarheid en de verbruikszalen bij een banketbakkerij.

Art. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst sluit aan bij artikel 12 van de statuten van het Waarborg- en Sociaal Fonds voor de voedingsnijverheid, zoals opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 januari 2009 tôt wijziging en coôrdinatie van de statuten van het Waarborg- en Sociaal Fonds van de voedingsnijverheid.

Art. 3.

§ 1. Volgende bijdragen worden geïnd voor de werking van het Waarborg- en Sociaal Fonds van de voedingsnijverheid.

§ 2. Voor de ondernemingen met uitzondering van de ondernemingen vermeld onder § 3 en § 4 van dit artikel :

vanaf 1 januari 2009 en voor onbepaalde duur : 1,17 %

§ 3. Voor de ondernemingen van de groentenconservennijverheid, watervrije groenten, zuurkool, in zout ingelegde groenten, bereiding van droge, bevroren en diepgevroren groenten, het schoonmaken en het bereiden van verse groenten, die als RSZ-kengetal het nummer 51/... dragen :

van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009 : 0,97 %
van 1 januari 2010 en voor onbepaalde duur : 1,17 %

§ 4. Voor de suikerfabrieken, de suikerrafïinaderijen, de ondernemingen voor invertsuiker en citroenzuur, de kandijfabrieken, de gistfabrieken en de distilleerderijen, die als RSZkengetal het nummer 848/... dragen :

van 1 januari 2009 tot en met 31 maart 2009 : 0,40 %

van 1 april 2009 tot en met 31 december 2009 : 0,48 %

van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010: 0,56 %
van 1 januari 2011 tot en met 31 december 2011: 0,64 %
van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2012: 0,72 %

van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013: 0,80 %
van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014: 0,88 %
van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015: 0,96
van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016: 1,04%

van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2017: 1,12%

van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018: 1,17%

Art. 4. Volgende bijkomende bijdragen worden geïnd voor aile ondernemingen voor de werking van het Instituut voor Professionele Vorming, hierna genoemd "IPV" :

Vanaf 1 januari 2009 en voor onbepaalde duur : 0,20 %, zijnde 0,05 % voor de financiering van vorming in het algemeen en 0,15 % voor de financiering van de initiatieven met betrekking tot vorming en tewerkstelling van risicogroepen.

Art. 5. In afwijking op artikel 12 § 2 van de statuten van het Waarborg- en Sociaal Fonds van de voedingsnijverheid en bij wijze van overgangsmaatregel worden de bijdragen voor de in artikel 3 § 4 vermelde ondernemingen (de suikerfabrieken, de suikerrafïinaderijen, de ondernemingen voor invertsuiker en citroenzuur, de kandijfabrieken, de gistfabrieken en de distilleerderijen, die als RSZkengetal het nummer 848/... dragen ) voor het eerste kwartaal 2009 rechtstreeks geïnd door het Waarborg- en Sociaal Fonds.

Art. 6. De partijen vragen de algemeen verbindend verklaring aan.

Art. 7. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2009 en wordt gesloten voor een onbepaalde tijd.
Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 april 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tôt bepaling van de bijdragen voor het Waarborg en Sociaal Fonds van de voedingsnijverheid, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 februari 2006 (Belgisch Staatsblad van 16 mei 2006).

Art. 8. Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden door één der partijen middels een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan aile organisaties die erin vertegenwoordigd zijn.

Paritair Commentaar

De verhoging van de bijdragen voor de in artikel 3 § 4 vermelde bedrijven kan op geen enkele wijze in mindering worden gebracht op de toekomstige akkoorden die worden gesloten binnen de sector of op het vlak van de ondernemingen.
Door de aansluiting van de in artikel 3 § 4 vermelde bedrijven bij het Waarborg- en Sociaal Fonds voor de voedingsnijverheid, worden bepaalde verplichtingen van deze bedrijven overgedragen aan het Waarborg- en Sociaal Fonds. Dit kan geen aanleiding geven tot het stellen van bijkomende eisen op het vlak van deze ondernemingen.

Aanvullend pensioenstelsel:  Voor de bijdragen aan het Fonds 2°pijler: zie hfdst. 52.3

 Risicogroepen - Opleiding : zie Hfdst. 48.2