1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels

In het Paritair comité voor de steenbakkerij werd op 9 juli 2019 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de vaststelling van de werkgeversbijdrage in de vervoerskosten van de arbeiders (nr 153282/CO/114).

1. Principe

De werkgever betaalt een tussenkomst in de vervoerskosten van de arbeiders om zich langs de normale weg van hun woonplaats naar hun werkplaats en omgekeerd te begeven.

2. Openbaar vervoer

Voor de arbeiders die gebruik maken van het openbaar vervoer, bedraagt de tussenkomst van de werkgever 75% van de prijs van de treinkaarten 2de klasse van de NMBS, en vanaf 1 juli 2019 80% van de prijs van de treinkaarten 2de klasse van de NMBS.

3. Eigen vervoer en carpooling

Voor de arbeiders die geen gebruik maken van het openbaar vervoer en met eigen middelen de verplaatsingen doen, bedraagt de tussenkomst van de werkgever 60% van de prijs van de treinkaarten 2de klasse van de NMBS op voorwaarde dat de afstand meer dan 5 km bedraagt.

Voor de arbeiders die een systeem van "carpooling" organiseren zal de werkgever aan elk van de arbeiders, als tussenkomst in de vervoerskosten, 60% van de prijs van de treinkaart betalen op voorwaarden dat de afstand meer dan 5 km bedraagt.

Aan de arbeiders die geen verplaatsingsvergoeding ontvangen (afstand lager 5 km), wordt een werkgeversbijdrage in de vervoerskosten toegekend, ongeacht het aantal km of de wijze waarop zij zich verplaatsen, van 0,25 euros per gewerkte dag.

4. Fiets

Voor de arbeiders die zich minstens 75% van de arbeidsdagen met de fiets van en naar het werk verplaatsen, betaalt de werkgever een fietsvergoeding van 0,15 euros per gereden kilometer. Met het oog op het verbeteren van duurzame mobiliteit, wordt de fietsvergoeding vanaf 1 juli 2019 verhoogd naar 0,24 euros per gereden kilometer. Deze fietsvergoeding zal op het vlak van de onderneming kunnen omgezet worden in een globaal mobiliteitsplan.

5. Vervoer door de werkgever

Wanneer de werkgever het vervoer van de arbeider inricht, heeft de arbeider geen recht op de tussenkomst.

In geval van gedeeltelijke verplaatsing, die de arbeider dient af te leggen om zich te begeven naar de plaats van waaruit de in voorgaand lid bedoelde werkgever het vervoer inricht, gelden de in punten 2 tot 5 voorziene bepalingen.

6. Modaliteiten

De tussenkomsten zijn niet cumuleerbaar voor eenzelfde traject.

De bijdrage van de werkgevers in de door de arbeiders gedragen vervoerskosten zal maandelijks betaald worden volgens de gebruikelijke betalingswijze.

In het geval de arbeiders gebruik maken van het openbaar vervoer dienen zij het vervoerbewijs (of vervoerbewijzen) voor te leggen.

In het geval de arbeiders geen gebruik maken van het openbaar vervoer dienen zij, in het geval zij recht hebben op een tussenkomst van de werkgever, een ondertekende verklaring voor te leggen waarin wordt geattesteerd hoeveel km de bedoelde verplaatsing bedraagt

Voor de tabel met barema's, zie onze sectorale documentatie Hfdst. 1202.