In het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, - kleermaaksters en naaisters werd op 6 december 2011 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot coördinatie van de regels inzake de tussenkomst van de werkgevers in de vervoerskosten.

Deze CAO werd gewijzigd door de CAO's nr. 140955/CO/107 en 140956/CO/107 van 3 juli 2017.   

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.

Tekst van de CAO

Hoofdstuk I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgever, de werklieden en werksters van de ondernemingen ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de meesterkleermakers, de kleermaaksters en naaisters, P.C. 107 (K.B. 29.01.1991 - B.S. 08.02.1991). Deze C.A.O. is niet van toepassing op de huisarbeiders.

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de CAO van 10 juni 2003 inzake de werkgeversbijdrage in de vervoerskosten van de werknemers.

Hoofdstuk II - Gecoördineerde regels inzake de tussenkomst van de werkgevers in de vervoerskosten

Artikel 3 - Gemeenschappelijk Openbaar Vervoer

De bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten van de werklieden en werksters voor het treinvervoer wordt, in zoverre de afstand volgens de kortste weg tussen de vertrekhalte en de aankomsthalte gelijk is aan of 5 kilometer overschrijdt, vastgesteld volgens het artikel 3 van de CAO van de Nationale Arbeidsraad nr 19octies van 20 februari 2009 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers.

Artikel 4 - Gemeenschappelijk Openbaar vervoer, met uitzondering van het treinvervoer

De bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten van de werklieden en werksters voor het stadsvervoer wordt, in zoverre de afstand volgens de kortste weg tussen de vertrekhalte en de aankomsthalte gelijk is aan of 5 kilometer overschrijdt, vastgesteld op 100% van het gunstigste tarief waarvan de begunstigde kan genieten.

Artikel 5 - Gecombineerd Openbaar Vervoer

Bij achtereenvolgend gebruik van verschillende vervoermiddelen waarvan sprake in artikel 3 en artikel 4, is de bijdrage van de werkgevers op de respectievelijke afstanden van toepassing. Wanneer slechts één vervoersbewijs wordt afgeleverd voor het geheel van de afstand - zonder dat in dit vervoersbewijs en onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel - zal de bijdrage van de werkgever worden berekend op basis van de in artikel 3 van de NAR CAO nr 19octies opgenomen tabel met forfaitaire bedragen.

Artikel 5bis

De arbeiders en arbeidsters die zich met de fiets verplaatsen naar het werk hebben sedert 1 januari 2014 recht op een fietsvergoeding van € 0,12 per km in toepassing van artikel 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 januari 2014 betreffende de loon en arbeidsvoorwaarden (datum registratie 24/03/2014; registratienummer 120297/CO/107).    
Vanaf 1 januari 2016 wordt deze fietsvergoeding opgetrokken tot € 0,22 per km.
Vanaf 1 januari 2017 wordt deze fietsvergoeding opgetrokken tot € 0,23 per km.

Artikel 5ter

Vanaf 1/1/2017 zullen de arbeiders en arbeidsters die gebruik maken van het treinvervoer voor hun woon-werkverplaatsingen of de trein combineren met een ander gemeenschappelijk vervoermiddel, worden vergoed voor hun verplaatsingskosten in het derde betalerssysteem. De werkgevers betalen hiervoor de opgelegde minimale werkgeversbijdrage die momenteel naargelang de afstand 69,10 % tot 75,60 % bedraagt. Deze percentages zullen automatisch worden aangepast indien deze bij Wet worden verhoogd.

Hoofdstuk III - Tijdstip van terugbetaling

Artikel 6

De terugbetaling van de vervoerskosten waarvan sprake in de artikelen 3, 4 en 5, moet minstens éénmaal per maand geschieden.

Hoofdstuk IV - Slotbepalingen

Artikel 7

Onverminderd de bepalingen van deze CAO blijven de gunstigere regelingen inzake vervoer en terugbetaling van de vervoerskosten op het vlak van de onderneming behouden.

Artikel 8

Deze Collectieve Arbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor onbepaalde tijd.

Zij treedt in werking op 1 januari 2011 en kan opgezegd worden door één van de partijen, mits betekening van een opzegging van drie maand, door aangetekend schrijven per post, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de meesterkleermakers, -kleermaaksters en naaisters en aan de organisaties welke erin vertegenwoordigd zijn.