0504 Eindejaarstoelage - Diensten voor het bloed van het Belgische Rode Kruis

Paritair (sub-)Comité nr.:
330.01.50-00.00

Bijwerking: 10/12/2021
Geldig vanaf: 01/01/2007
Geldig tot: 31/12/2021

CAO 07/12/2000 (nr 57030), gewijzigd door CAO 23/03/2007 (nr 83637)

Geldig van 1 januari 2001 voor onbepaalde duur

Bedrag:

  • Forfaitair gedeelte: 303,48 EUR (2009); 311,22 EUR (2010); 320,81 EUR (2011); 328,80 EUR (2012); 331,86 EUR (2013); 333,19 EUR (2014); 333,62 EUR (2015); 337,32 EUR (2016); 343,19 EUR (2017); 349,78 EUR (2018); 353,80 EUR (2019), 357,48 EUR (2020); 366,35 EUR (2021).
  • Variabel gedeelte: 2,5 % van het geïndexeerd brutojaarloon van de werknemer.

Jaarlijkse brutobezoldiging = (geïndexeerd baremiek brutomaandloon voor de maand oktober, met inbegrip van de eventuele haard- of standplaatstoelage, maar met uitsluiting van andere premies, toeslagen, weddesupplementen of vergoedingen) × 12.

Referentieperiode

van 1 januari tot en met 30 september (tenzij afwijkende regeling op ondernemingsvlak).

Betaling

in éénmaal in de loop van de maand december of in de maand waarin de werknemer uit dienst treedt.

Toekenningsmodaliteiten

  • werkelijke of gelijkgestelde volledige arbeidsprestaties gedurende de referentieperiode, of volledig loon;
  • gelijkstelling: de gelijkgestelde arbeidsprestaties zijn deze, bedoeld in de artikelen 16 en 41 van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967);
  • in dienst vóór de 16e = 1 maand;
  • pro rata:
    - 1/9 per gepresteerde of gelijkgestelde maand in de referentieperiode, voor de werknemers in dienst genomen tijdens of uit dienst getreden tijdens de referentieperiode;
    - in verhouding van de tijdens de referentieperiode verrichte arbeidsprestaties, voor de deeltijdse werknemers;
  • uitsluiting:
    − om dringende reden ontslagen werknemers;
    − werknemers ontslagen tijdens een proefperiode;
    − studenten;
    − vervangers voor het gedeelte waarvoor de vervangen werknemer de eindejaarstoelage ontvangt;
    − werknemers die zich in proeftijd bevinden op het ogenblik van de betaling van de toelage;
  • voordelen slechts effectief toegekend voor zover de regering in uitvoering van het federaal meerjarenplan van 1 maart 2000 de tenlasteneming van de kost ervan verzekert;
  • vervangt en vernietigt alle voordelen tot heden toegekend naar aanleiding van het jaareinde;
  • niet van toepassing indien er reeds een minstens gelijkwaardig voordeel werd toegekend.

In het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten werd op 7 december 2000 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de eindejaarstoelage.  

Zij werd gewijzigd door een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 23 maart 2007, neergelegd op de Griffie van de dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd onder het nr. 83637/CO/305. Artikel 6 van de CAO van 7 december 2000 werd gewijzigd.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO

CAO 7 december 2000

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de Diensten voor het Bloed van het Belgische Rode Kruis.
Onder « werknemers » wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan punt 1 van het federaal meerjarenplan van 1 maart 2000.

Artikel 3

De bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst leggen de regels vast die op de in artikel 1 beoogde werknemers inzake eindejaarstoelage van toepassing zijn en dit voor het jaar 2001 en volgende jaren.

Artikel 4

Het bedrag van de eindejaarstoelage bestaat uit een forfaitair gedeelte, verhoogd met een veranderlijk gedeelte.

1) Het forfaitair gedeelte wordt vanaf 2001 berekend bij toepassing van artikel 5, § 2, punt 1, van het koninklijk besluit van 23 oktober 1979 houdende toekenning van een eindejaarstoelage aan sommige titularissen van een ten laste van de Schatkist bezoldigd ambt, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 december 1987.
Derhalve wordt het bedrag van het forfaitair gedeelte van het in aanmerking genomen jaar bekomen door het forfaitair gedeelte, toegekend tijdens het vorig jaar, te verhogen met een percentage dat afhangt van de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Dit percentage wordt bekomen door het indexcijfer dat van kracht is in oktober van het in aanmerking genomen jaar te delen door het indexcijfer dat van kracht was in oktober van het vorig jaar. Het percentage wordt berekend tot op vier decimalen.

2) Het veranderlijk gedeelte bedraagt 2,5 pct. van het geïndexeerd brutojaarloon van de werknemer. Onder « geïndexeerd brutojaarloon » wordt verstaan : de uitkomst van de vermenigvuldiging met twaalf van het geïndexeerd baremiek brutoloon, aan de betrokkene verschuldigd voor de maand oktober van het in aanmerking genomen jaar, desgevallend met inbegrip van de haard- of standplaatstoelage, maar met uitsluiting van andere premies, toeslagen of vergoedingen.

Artikel 5

§ 1. Het volledig bedrag van de eindejaarstoelage wordt toegekend aan de werknemer die een functie uitoefent die het uitvoeren van werkelijke of daarmee gelijkgestelde volledige arbeidsprestaties omvat en die zijn gehele loon heeft of zou hebben genoten tijdens de gehele referentieperiode.
De gelijkgestelde arbeidsprestaties zijn deze, bedoeld in de artikelen 16 en 41 van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967).
De referentieperiode is de periode, gaande van 1 januari tot en met 30 september van het betrokken jaar. Iedere gepresteerde of daarmee gelijkgestelde maand tijdens de referentieperiode geeft recht op een negende van de, overeenkomstig de bepalingen van artikel 4, toegekende toelage.
Op ondernemingsniveau kunnen afwijkende regelingen, die bestaan bij de ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst, en die betrekking hebben op de referentieperiode, in voege blijven.
Onder « maand » wordt verstaan : iedere verbintenis die is aangegaan voor de zestiende dag van de lopende maand.

§ 2. Als de werknemer de gehele toelage niet kan genieten in het raam van volledige arbeidsprestaties omdat hij in dienst werd genomen tijdens of de instelling heeft verlaten in de loop van de referentieperiode, wordt het bedrag van de toelage vastgesteld naar rata van de tijdens de referentieperiode verrichte of daarmee gelijkgestelde arbeidsprestaties.

§ 3. Het bedrag van de toelage voor de deeltijds tewerkgestelde werknemer wordt berekend naar rata van de duur van de arbeidsprestaties die hij in de loop van de referentieperiode heeft of zou hebben gepresteerd.

Artikel 6

De eindejaarstoelage wordt in éénmaal uitbetaald in de loop van de maand december van het in aanmerking genomen jaar of in de maand waarin dat de werknemer uit dienst treedt.

Artikel 7

§ 1. De eindejaarstoelage is niet verschuldigd aan om dringende reden ontslagen werknemers, noch voor arbeidsprestaties die zijn verricht tijdens een proefperiode waaraan een einde werd gemaakt, noch voor arbeidsprestaties, verricht in het raam van een studentencontract, of een vervangingscontract voor het gedeelte waarvoor de vervangen werknemer de eindejaarstoelage ontvangt.

§ 2. De werknemers die zich in een proefperiode bevinden op het ogenblik van de betaling van de toelage van het in aanmerking genomen jaar, hebben geen recht op de toelage.

Artikel 8

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de werknemers die reeds een eindejaarstoelage genieten die tenminste gelijkwaardig is aan deze, bedongen in deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vernietigt en vervangt alle voordelen tot heden toegekend naar aanleiding van het jaareinde.

Artikel 9

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2001. Zij is gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan worden opgezegd door elk der partijen, met een opzegtermijn van drie maanden, gericht bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten.

Artikel 10

Partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de voordelen bedongen in de huidige overeenkomst slechts effectief zullen toegekend worden aan de werknemers voorzover de regering in uitvoering van het federaal meerjarenplan van 1 maart 2000 de tenlasteneming van de kost verzekert vanaf haar inwerkingtreding ervan.

Praktische schikkingen

Wij vestigen de aandacht van de werkgevers aangesloten bij Groep S - Sociaal Secretariaat vzw op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven, opgesteld voor de betaling van de eindejaarspremie, slechts de werknemers vermeld worden die in dienst zijn.

Desgevallend dienen zij de werknemers toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de eindejaarspremie.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
23/03/2007
Registratienr
83637
Geldig van
01/01/2007
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
20/06/2007
Registratiedatum
06/07/2007
Onderwerp
wijziging van de CAO van 7 december 2000 inzake de eindejaarstoelage (57.030/CO/305)
BS Bericht van neerlegging
20/07/2007
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
10/02/2008
Gepubliceerd in het B.St. van
27/02/2008
Keywords
EINDEJAARSPREMIE

Historiek
01/01/2022 31/12/2050 0504 Eindejaarspremie- Diensten voor het bloed van het Belgische Rode Kruis
01/01/2007 31/12/2021 0504 Eindejaarstoelage - Diensten voor het bloed van het Belgische Rode Kruis
01/01/2001 31/12/2006 0504 0503 Eindejaarstoelage - Diensten voor het bloed van het Belgische Rode Kruis