0601 06 Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie - Haardstandplaatstoelage

Paritair (sub-)Comité nr.:
319.00.00-00.00

Bijwerking: 04/09/2002
Geldig vanaf: 01/01/2001
Geldig tot: 31/12/2000

In het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en –diensten werd op 17 december 2001  een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de haardstandplaatstoelage . 

Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en  geregistreerd op 4 april 2002 onder het nummer 61935/CO/319 .  Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 25 april 2002 .

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze collectieve arbeidsovereenkomst. 

 

Voor de geindexeerde bedragen : zie Hfdst. 4.2

 

CAO van 17 december 2001

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de inrichtingen en diensten welke ressorteren onder het paritair comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en diensten die erkend en/of gesubsidieerd zijn door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Artikel 2

Onder werklieden dient men te verstaan, het mannelijk en vrouwelijk bedienden- en werkliedenpersoneel.

 

Artikel 3

§1  Een haard-standplaatstoelage wordt toegekend aan de werknemers waarvan het bruto jaarloon lager is dan 645.439 BEF / 16.000,14 EUR (aan 100 %). Het bedrag hiervan wordt vastgesteld op 29.040 BEF / 719,88 EUR.

§2  Een haard-standplaatstoelage wordt toegekend aan de werknemers waarvan het bruto jaarloon lager is dan 735.841 BEF / 18.241,02 EUR (aan 100 %). Het bedrag hiervan wordt vastgesteld op 14.520 BEF / 359,94 EUR.

 

Artikel 4

Het jaarlijks bedrag van de haardtoelage of van de standplaatstoelage wordt vastgesteld als volgt (aan 100 %):

1°  jaarlijkse lonen welke 645.439 BEF / 16.000,01 EUR niet te boven gaan:

Haardtoelage - Standplaatstoelage:

29.040 BEF / 719,88 EUR

2°  Jaarlijkse lonen welke hoger zijn dan 645.439 BEF / 16.000,014 EUR doch 735.841 BEF / 18.241,02 EUR niette boven gaan:

Haardtoelage - Standplaatstoelage:

14.520 BEF / 359,94 EUR

Voor 38u (37u*) /week :

 

Artikel 5

De bezoldiging van de werknemer van wie het jaarlijks loon 645.439 BEF / 16.000,01 EUR te boven gaat, mag niet kleiner zijn dan die welke zou bekomen ware zijn jaarlijks loon gelijk aan dit bedrag. In voorkomend geval wordt hem het verschil toegekend in de vorm van een gedeeltelijke haartoelage – standplaatstoelage.

De bezoldiging van de werknemer van wie het jaarlijks loon 735.841 BEF / 18.241,02 EUR te boven gaat, mag niet kleiner zijn dan die welke hij zou bekomen ware zijn jaarlijks loon gelijk aan dit bedrag. In voorkomend geval wordt hem het verschil toegekend in de vorm van een gedeeltelijke – standplaatstoelage. Onder bezoldiging moet worden verstaan het loon, verhoogd met de volledige of gedeeltelijke haardtoelage – standplaatstoelage, verminderd met de afhouding voor de samenstelling van het overlevingspensioen (cf. de afhouding voor het Rijkspersoneel).

Artikel 6

De haardtoelage – standplaatstoelage, alsook de grenslonen vastgesteld voor de toekenning ervan, worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk, overeenkomstig de modaliteiten welke zijn vastgesteld bij de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmede rekening dient gehouden van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.

Deze worden gekoppeld aan de spilindex 102,02 – basis 1988 (cfr. 138,01 basis 1981).

Artikel 7

De haardtoelage – standplaatstoelage wordt toegekend aan de werknemers met onvolledige arbeidsprestaties, naar rata van deze arbeidsprestaties.

Het in aanmerking te nemen loon is het loon dat zou worden toegekend indien de deeltijdse betrekking van de werknemer een voltijdse betrekking was.

Artikel 8

De haardtoelage – standplaatstoelage wordt betaald op hetzelfde ogenblik als het loon van de maand waarop zij betrekking heeft.

Zij wordt betaald in dezelfde mate en volgens dezelfde modaliteiten als het loon wanneer dit neit voor een volledige maand is verschuldigd.

Slotbepalingen

Artikel 9

De overschakeling van het ene plafond naar het andere en het wegvallen van de toelage, mogen geenszins een vermindering van het bruto jaarloon van de werknemer met zich meebrengen. In voorkomend geval wordt het verschil toegekend in de vorm van een gedeeltelijke toelage.

Artikel 10

De partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de voordelen die toegekend worden door de collectieve arbeidsovereenkomst enkel effectief aan de werknemers zullen toegekend worden, voor zover de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschaps-commissie integraal het akkoord van 29 juni 2000, punt 5, 1° uitvoeren en het aanhangsel d.d. 19 juli 2001 aan ditzelfde akkoord. Ze komen tevens overeen om diezelfde overheidsinstanties te informeren inzake de juiste tenuitvoerlegging van deze overeenkomst.

Artikel 11

Partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de voordelen bedongen in onderhavige overeenkomst slechts effectief zullen toegekend worden aan de werknemers voorzover de regering in uitvoering van het federaal meerjarenplan van 1/3/2000 de tenlastneming van de kost ervan verzekert vanaf de inwerkingtreding ervan.

Artikel 12

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur. Ze wordt van kracht op 1 januari 2001. Ze kan worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van één jaar, bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair comité van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en diensten, die de ondertekenende partijen hierover in kennis stelt.

 


Historiek
01/01/2001 31/12/2999 0601 Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie - Weddesupplementen voor onregelmatige prestaties
01/01/2001 31/12/2000 0601 06 Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie - Haardstandplaatstoelage