10 Vakantie- en verlofregeling
Paritair (sub-)Comité nr.:
211.00.00-00.00
Bijwerking: 14/04/2016
Geldig vanaf: 01/01/2013
Geldig tot: 31/12/2014
In het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel werd op 24 oktober 2013 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden voor de jaren 2013-2014. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 5 december 2013 onder het nr 118.288/CO/211. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 7 december 2014.
Wij geven U hierna de bepalingen betreffende de vakantie- en verlofregeling.
Tekst van de CAO
HOOFDSTUK I. Toepassingsgebied
Artikel 1
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen welke onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel ressorteren.
Onder "bedienden" worden hierna de bedienden van het mannelijk en het vrouwelijk geslacht verstaan.
Eveneens gebruikt in deze overeenkomst en met een zelfde betekenis is de term `werknemer'.
Onder "CAO" wordt verstaan : de collectieve arbeidsovereenkomst.
(...)
HOOFDSTUK VI. Vakantie- en verlofregeling
Artikel 27
§ 1. De duur van de vakantie is als volgt vastgesteld:
Anciënniteit |
Verplichte dagen |
Verplichte sectorale vakantiedagen |
Facultatieve sectorale dagen |
Minder dan 1 jaar |
20 |
/ |
/ |
van 1 tot minder dan 5 jaar |
20 |
/ |
/ |
van 5 tot minder dan 10 jaar |
20 |
2 |
/ |
Van 10 tot minder dan 15 jaar |
20 |
3 |
1 |
van 15 jaar en meer |
20 |
4 |
1 |
De facultatieve dag geeft recht op een vergoeding gelijk aan 7,6 uren normaal loon per vakantiedag, betaalbaar op 30 juni van het lopende vakantiejaar.
Benevens deze vergoeding, kan de bediende, in akkoord met de werkgever betreffende de datum en de eventuele verdeling in halve dagen, gemotiveerde afwezigheid genieten waarvan de totale duur niet meer mag bedragen dan de dag voorzien in het akkoord voor de petroleumsector. Deze gemotiveerde afwezigheden zijn gedekt door de hierboven vermelde vergoeding, dit wil zeggen dat het loon van de bediende tijdens de maand waarin hij deze dag afwezigheid geniet, wordt verminderd met het bedrag dat hem op 30 juni van het lopend vakantiejaar wordt of werd betaald.
Het uurloon wordt zoals voor de overuren berekend, te weten : de maandwedde gedeeld door 164,54 (= 38 uren x 4,33).
Voor de bedienden die in ploegen zijn tewerkgesteld, betekent het normaal loon in dit verband het geïndexeerd loon verhoogd met de shiftvergoeding, bepaald op 19,74 pct. (23,39% vanaf 1 januari 2010) voor het werk in drie ploegen en op 9,50 pct. voor het werk in twee ploegen.
§ 2. Om, met het oog op de toekenning van de vakantiedagen, de verworven anciënniteit te bepalen, zal er worden gesteund op de verworven anciënniteit op 31 december van het kalenderjaar dat het jaar voorafgaat waarin de vakantie wordt genomen.
§3. Waar de behoefte hieraan blijkt, kan op ondernemingsvlak een conventionele regeling paritair worden afgesproken omtrent het opsparen tot het eind van de carrière van anciënniteitvakantiedagen.
Voor de bedienden die in ploegen zijn tewerkgesteld, betekent het normaal loon in dit verband het geïndexeerd loon verhoogd met de shiftvergoeding, bepaald op 19,74 procent (23,39% vanaf 1 januari 2010) voor het werk in drie ploegen en op 9,50 procent voor het werk in twee ploegen.
§ 4. Daarenboven worden twee halve verlofdagen toegekend de namiddag van Goede Vrijdag en de namiddag van de vooravond van Kerstmis.
De bedienden die in twee of drie ploegen tewerkgesteld zijn op die data, behouden een recht op inhaalverlof waarvan de modaliteiten worden geregeld op het vlak van de ondernemingen.
Indien de vooravond van Kerstmis samenvalt met een zaterdag of een zondag, zal die halve vakantiedag gegeven worden de vrijdagnamiddag die de 24ste december voorafgaat.
§ 4bis. Sinds 1 januari 2006 wordt één vrije regionaal cultureel bepaalde vrije dag toegekend, te regelen door de ondernemingsraad en betaald op analoge wijze als de Petroleum Akkoord-dagen.
De opname is collectief te regelen in overleg met de OR en gebeurt naar analogie volgens de bepalingen inzake opname zoals aangegeven in de wetgeving inzake betaalde feestdagen
Artikel 28
Overeenkomstig de regelgeving betreffende het dubbel betaald verlof zal de coëfficiënt voor het dubbel betaald verlof van de bedienden in de petroleumsector, gelet op de conventionele praktijk om hierbij rekening te houden met de betaling in 13 of 14 maal, gebracht worden op:
-
99,67 pct. van het maandloon betaalbaar 13 maal, en op
-
107,33 pct. van het maandloon betaalbaar 14 maal.
(...)
HOOFDSTUK XXIII. Geldigheidsduur
Artikel 54
Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 31 december 2014 (...).
Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.
Datum CAO
24/10/2013 |
Registratienr
118288 |
Geldig van
01/01/2013 |
Geldig tot
31/12/2014 |
Neerleggingsdatum
24/10/2013 |
Registratiedatum
05/12/2013 |
||
Onderwerp
loon- en arbeidsvoorwaarden |
|||
BS Bericht van neerlegging
07/01/2014 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
09/10/2014 |
Gepubliceerd in het B.St. van
18/12/2014 |
||
Keywords
LONEN, ARBEID TIJDENS WEEKENDS EN OP FEESTDAGEN, VERGOEDINGEN VOOR VERPLAATSINGSKOSTEN, FUNCTIECLASSIFICATIE, ARBEIDSDUUR IN UREN, TIJDSKREDIET/LOOPBAANVERMINDERING, LANDINGSBANEN, KLEIN VERLET, OPLEIDING (EXCL. SYNDICALE VORMING), RISICOGROEPEN, WERKLOOSHEID (ANDERE DAN ECONOMISCHE WERKLOOSHEID VOOR BEDIENDEN), OPZEGGING/ONTSLAG, SYNDICALE PREMIE |
Historiek | ||
---|---|---|
01/01/2017 | 31/12/2018 | 10 Vakantie- en verlofregeling |
01/01/2015 | 31/12/2016 | 10 Vakantie- en verlofregeling |
01/01/2013 | 31/12/2014 | 10 Vakantie- en verlofregeling |
01/01/2011 | 31/12/2012 | 10 Vakantie- en verlofregeling |
01/01/2009 | 31/12/2010 | 10 Vakantie- en verlofregeling |
01/01/2007 | 31/12/2008 | 10 Vakantie- en verlofregeling |
01/01/2005 | 31/12/2006 | 10 Vakantie- en verlofregeling |