1502 Opzeggingstermijnen

Paritair (sub-)Comité nr.:
128.03.00-00.00

Bijwerking: 10/05/2012
Geldig vanaf: 10/05/2012
Geldig tot: 31/12/2013

K.B. 22/04/2012; B.S. 10/05/2012 - geldigheid: vanaf 10/05/2012

Ook van toepassing voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering vóór 1 januari 2012 is aangevangen

Ontslag om een ander motief dan brugpensioen

Anciënniteit Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werkgever (2) Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werknemer (2)
Minder dan 6 maanden (1) 7 kalenderdagen (1) / 28 kalenderdagen 3 kalenderdagen (1) / 14 kalenderdagen
Van 6 maanden tot minder dan 5 jaar (3) 40 kalenderdagen 14 kalenderdagen
Van 5 jaar tot minder dan 10 jaar (3) 48 kalenderdagen 14 kalenderdagen
Van 10 jaar tot minder dan 15 jaar (3) 64 kalenderdagen 14 kalenderdagen
Van 15 jaar tot minder dan 20 jaar (3) 97 kalenderdagen 14 kalenderdagen
20 jaar en meer (3) 129 kalenderdagen 28 kalenderdagen

Ontslag met het oog op brugpensioen

Anciënniteit Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werkgever (2) Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werknemer (2)
Minder dan 6 maanden (1) 7 kalenderdagen (1) / 28 kalenderdagen 3 kalenderdagen (1) / 14 kalenderdagen
Van 6 maanden tot minder dan 20 jaar (3) 28 kalenderdagen 14 kalenderdagen
20 jaar en meer (3) 56 kalenderdagen 28 kalenderdagen

 


(1) De verkorte opzeggingstermijnen van 7 en 3 kalenderdagen kan slechts worden toegepast op voorwaarde dat hij uitdrukkelijk werd vastgesteld in de individuele arbeidsovereenkomst en/of in het arbeidsreglement.  In de individuele arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement kan men eveneens bepalen dat de opzeggingstermijn ingaat de dag volgend op de dag van de betekening.  Indien deze bepalingen niet uitdrukkelijk zijn ingeschreven, is de algemene regel van toepassing en gaat de opzegging in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend.;

(2) Kalenderdagen, dit is met inbegrip van zon- en feestdagen;

(3) De opzeggingstermijn gaat in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend.

In artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt bepaald welke opzeggingstermijnen men dient in acht te nemen om een einde te stellen aan een arbeidsovereenkomst voor werklieden.

In artikel 61 van dezelfde wet is echter voorzien dat de Koning, op voorstel van het paritair comité of van de Nationale Arbeidsraad, de opzeggingstermijnen kan wijzigen in het belang van bepaalde bijzondere categorieën van werknemers of voor de opzeggingen die om sociale of economische redenen zijn gedaan.

Voor het Paritair Subcomité voor het marokijnwerk en de handschoennijverheid werden bijzondere (afwijkende) opzeggingstermijnen vastgesteld in een koninklijk besluit van 22 april 2012, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 10 mei 2012. Deze opzeggingstermijnen zijn niet van toepassing in geval van opzegging met het oog op brugpensioen. In geval van brugpensioen blijven de algemene opzeggingstermijnen van de artikelen 59 en 60 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van toepassing.

Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor het marokijnwerk en de handschoennijverheid, zowel voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering vóór 1 januari 2012 is aangevangen als diegene waarop artikel 65/1 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van toepassing is.

De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.

Het koninklijk besluit van 22 april 2012 is op 10 mei 2012 in werking getreden.

Het ontslagrecht wordt enigszins beperkt gelet op het werkzekerheidsbeding (zie Hfdst. 26). Voor de bestaanszekerheidsvergoedingen na ontslag verwijzen wij naar onze sectorale documentatie Hdfst. 2001.


Historiek
10/05/2012 31/12/2013 1502 Opzeggingstermijnen
01/07/2002 09/05/2012 1502 Opzeggingstermijnen
12/10/1999 30/06/2002 1502 Opzeggingstermijnen