0401 Loonvoorwaarden

Paritair (sub-)Comité nr.:
128.02.00-00.00

Bijwerking: 11/06/2012
Geldig vanaf: 01/01/2011

In het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers werd op 2 juni 2009 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de arbeidsvoorwaarden van de werklieden en werksters.

In het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers werd op 21 oktober 2011 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de koopkracht.

Wij geven u hierna de bepalingen m.b.t. de loonvoorwaarden.

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werklieden, werksters en op de huisarbeiders en -arbeidsters, hierna genoemd "werklieden" en op de werkgevers van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers, te weten voor de volgende bedrijfssectoren, met inbegrip van de voorbereiding en/of de afwerking:

Wanneer de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst slechts van toepassing zijn op de "regelmatige huisarbeiders" zal hiervan telkens melding worden gemaakt.

Onder "regelmatige huisarbeider" wordt verstaan, de huisarbeider die, tijdens de betrokken toepassingsperiode, een loon verdiende dat ten minste gelijk is aan 90 % van het referteloon van een fabrieksarbeider die is tewerkgesteld in dezelfde klasse van functies als de belanghebbende. In het loon is noch de vergoeding voor het gebruik van eigen machine of materiaal, noch de vergoeding voor de levering van bijhorigheden begrepen.

Het in vorig lid bedoelde referteloon wordt vastgesteld door het conventioneel minimumuurloon te vermenigvuldigen met het hierna vastgestelde aantal uren, eventueel verminderd met het aantal uren verloren wegens ziekte, bevalling, militaire dienst, betaalde vakantie, ongeval van de belanghebbende, evenals met zijn gecontroleerde werkloosheidsdagen voor de in aanmerking genomen periode.

(...)

Artikel 3

De minimumuurlonen worden vanaf 1 april 2009 als volgt vastgesteld in een arbeidstijdregeling van 37 uur 20 minuten per week:

Commentaar: voor de verdere evolutie van de minimumuurlonen, zie onze sectorale documentatie Hfdst. 0402.

Artikel 4

Na 6 maanden ononderbroken dienst in dezelfde onderneming, ontvangen de werklieden van de 3e en van de 8e klasse van functies respectievelijk het voor de 2e en de 7e klasse van functies vastgestelde loon.

Artikel 5 

Onverminderd elke gunstiger loonregeling, welke mogelijk reeds van kracht is, en de loontoeslagen welke zouden worden verleend volgens andere vooraf bepaalde maatstaven zoals speciale kennis, rendement of om elke andere reden, hebben de werklieden die een veelwaardige functie uitoefenen voor al de in elke eenvoudige functie gewerkte uren, recht op een loon dat ten minste gelijk is aan het loon:

De toevallige vervanging welke tot de uitvoering van een andere taak aanleiding geeft, doet niet onmiddellijk een veelwaardige functie ontstaan. De vervanger kan evenwel aanspraak maken op het verhoogde loon, zoals bepaald in b. hierboven, gedurende een zogenaamde waarborgperiode, welke aan de werkelijke duur van de vervanging gelijk is.

De werkman die in de loop van twee opeenvolgende jaren toevallige vervangingen verricht waarvan de totale werkelijke duur zes maanden bereikt (het vierde van de werkperiode), wordt beschouwd als een veelwaardige functie uit te oefenen zodra de totale duur van zes maanden is bereikt.

Artikel 6

Gelet op de opleidingsperiode van toepassing op jonge arbeiders en het vergemakkelijken van de integratie van jongeren op de arbeidsmarkt worden de minimumuurlonen van de werklieden vanaf 1 april 2009 vastgesteld:

a) op navermelde percentages van de minimumuurlonen van de meerderjarigen en dit voor de klassen van functies 3, 4, 7 en 8:

b) op navermelde bedragen:

Leeftijd: 19 jaar

Leeftijd: 19½ jaar

Vanaf zijn twintigste verjaardag ontvangt de minderjarige werkman het minimumuurloon van de meerderjarige werkman dat in artikel 3 voor de klasse van de functie welke hij uitoefent, is voorzien.

Artikel 7 

De minimumuurlonen van de leerjongens en leermeisjes, houders van een einddiploma afgeleverd door een dagvakschool van het schoenbedrijf, worden met 0,04 EUR verhoogd.

De leerjongens en leermeisjes die ervan laten blijken dat zij geregeld de avondcursussen van een vakschool van het schoenbedrijf volgen of die houder zijn van een einddiploma dat voor zulke cursussen wordt afgeleverd, ontvangen een bijslag van 0,02 EUR.

Artikel 8

De toepassing van de artikelen 6 en 7 mag de mogelijkheid niet uitsluiten hogere lonen toe te kennen aan de minderjarige werklieden die bij de uitvoering van de hen opgelegde taak het bewijs leveren een grotere kennis te hebben dan deze welke normaal voor hun leeftijd wordt vereist. In geval van betwisting kan de vakbondsafgevaardigde het geval met de werkgever onderzoeken.

Artikel 9 

De loonsverhoging voor de minderjarige werklieden onder de 19 jaar word berekend volgens de leeftijdspercentage vastgesteld in artikel 6 a).

Artikel 10

Voor stukwerk uitgevoerd op de fabriek of thuis, is het loon van één uur arbeid ten minste gelijk aan het in de artikelen 3 tot en met 6 vastgestelde minimumuurloon, verhoogd met 10%.

Artikel 11

De tarieven voor de huisarbeid worden in tijdseenheden uitgedrukt.

Aan de huisarbeiders wordt een sleuteltabel van omzetting van de tijden in geldsommen ter beschikking gesteld. Deze wordt eveneens aangeplakt in de werkplaatsen en plaatsen waar zij hun benodigdheden komen halen.

Artikel 12

De werkgever houdt de huisarbeider bij het inleveren of het afhalen van het werk zo weinig mogelijk op.

Deze laatste biedt zich stipt op het vastgestelde uur aan. De wachttijd mag niet langer zijn dan vijfenveertig minuten.

Eens deze grens overschreden, ontvangt de huisarbeider het bedongen loon dat met zijn kwalificatie overeenstemt, voor de tijd welke deze vijfenveertig minuten overschrijdt.

Artikel 13

Onder "overloon" wordt verstaan het gedeelte van het uurloon dat aan de werkman voor de betaalperiode, boven het bedongen minimumuurloon van zijn klasse van functie werd betaald.

De overlonen, zoals bepaald in vorig lid, worden aan de in artikelen 3 tot en met 9 vastgestelde minimumuurlonen toegevoegd.

(...).

Artikel 16

De werklieden die in opeenvolgende ploegen werken, hebben recht op een premie gelijk aan 5% van het voor de klasse van functies waartoe zij behoren vastgestelde uurloon. De schafttijd wordt betaald als werkelijke arbeid ten belope van dertig minuten.

Artikel 17

Bij beslissing van de ondernemingsraad of, bij ontstentenis ervan, na akkoord van de vakbondsafvaardiging of wanneer deze laatste niet bestaat, na akkoord van de vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties welke in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers zijn vertegenwoordigd, mag de werkgever, wanneer het noodzakelijk is, een nachtploeg invoeren, onverminderd de bepalingen van de arbeidswet van 16 maart 1971.

Artikel 18

De werklieden die van een nachtploeg deel uitmaken, hebben recht op een premie welke ten minste gelijk is aan 10 % van het uurloon dat voor de klasse van functies waartoe zij behoren is vastgesteld. De schafttijd wordt betaald als werkelijke arbeid ten belope van dertig minuten.

Artikel 19

De onder deze titel vastgestelde regeling is niet van toepassing in de gewesten of in de ondernemingen waar er een gunstiger akkoord is gesloten.

(...).

Artikel 37

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 2 juli 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers, tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de werklieden en werksters en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij treedt in werking op 1 januari 2009 en mag worden opgezegd door één van de partijen met een opzeggingstermijn van 3 maanden, mits voorafgaandelijk overleg met de betrokken partijen, bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers.

De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt gestuurd.

De opzeggingstermijn mag evenwel ten vroegste een aanvang nemen op 1 oktober 2009.

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondememingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers.

Artikel 2

De effectieve en baremieke lonen worden vanaf 1 januari 2012 verhoogd met 0,30%, onverminderd de aanpassing van de lonen aan de evolutie van de index en de baremieke verhogingen in toepassing van bestaande overeenkomsten.

Artikel 3

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en is gesloten voor een onbepaalde tijd. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
21/10/2011
Registratienr
108047
Geldig van
01/01/2011
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
06/01/2012
Registratiedatum
31/01/2012
Onderwerp
koopkracht
BS Bericht van neerlegging
13/02/2012
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
20/02/2013
Gepubliceerd in het B.St. van
30/05/2013
Keywords
LONEN

Datum CAO
02/06/2009
Registratienr
94211
Geldig van
01/01/2009
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
11/06/2009
Registratiedatum
14/09/2009
Onderwerp
arbeidsvoorwaarden
BS Bericht van neerlegging
30/09/2009
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
19/04/2010
Gepubliceerd in het B.St. van
01/04/2011
Keywords
LONEN, JONGE WERKNEMERS: LONEN, PLOEGEN- EN NACHTARBEID, EINDEJAARSPREMIE, FUNCTIECLASSIFICATIE, ARBEIDSDUUR IN UREN, ARBEIDSDUURFLEXIBILITEIT, OVERUREN, KLEIN VERLET, SYNDICALE VORMING

Historiek
01/01/2011 31/12/2999 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2009 31/12/2010 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2007 31/12/2008 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2005 31/12/2006 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2003 31/12/2004 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2001 31/12/2002 0401 Loonvoorwaarden
01/01/1999 31/12/2000 0401 Loonvoorwaarden