23 Syndicale afvaardiging

Paritair (sub-)Comité nr.:
119.01.00-00.00, 119.02.00-00.00, 119.03.00-00.00

Bijwerking: 30/05/2006
Geldig vanaf: 01/07/1999
Geldig tot: 26/08/2007

In het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren werd een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 6 januari 1982 betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 20 juni 1982 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 13 augustus 1982.

Artikel 6 van deze CAO werd gewijzigd door een CCT van 30 juni 1999 tot wijziging van de overeenkomst van 6 januari 1982 tot vaststelling van het statuut van de syndicale afvaardiging. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 2 december 1999 onder het nr. 53142/CO/119. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 17 december 1999. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 26 april 2000 en gepubliceerd in het Koninklijk Staatsblad van 26 augustus 2000. Ze heeft dezelfde geldigheidsduur als de overeenkomst die ze wijzigt.

We geven U hierna de integrale tekst van de CAO van 6 januari 1982 gewijzigd door de CAO van 30 juni 1999.

Tekst CAO

HOOFDSTUK 1 - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, die beantwoorden aan het criterium van het aantal werknemers dat vereist is voor de oprichting van een comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen en voor zover er onder deze werknemers ten minste 20 werklieden en werksters zijn.

HOOFDSTUK 2 - Algemene principes

Artikel 2

De ondernemingshoofden kennen aan hun werklieden en werksters die lid zijn van één van de ondertekenende werknemersorganisaties het recht toe zich bij hen te laten vertegenwoordigen door een syndicale afvaardiging, waarvan het statuut bij deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt geregeld.

Artikel 3

De ondernemingshoofden verbinden er zich toe de syndicale afvaardiging van de werklieden en werksters te ontvangen en geen enkele drukking uit te oefenen op het personeel, teneinde het te beletten zich aan te sluiten bij een werknemersorganisatie evenals aan de niet aangesloten werklieden en werksters geen andere voorrechten te verlenen dan aan de aangesloten werklieden en werksters.

Artikel 4

De ondertekenende partijen verbinden er zich toe hun aangeslotenen aan te bevelen :

a)    blijk te geven van een geest van rechtvaardigheid, billijkheid en verzoening;

b)    persoonlijk en door hun collega’s iedere tekortkoming inzake de naleving van de sociale wetgeving, het arbeidsreglement en de collectieve arbeidsovereenkomsten te vermijden, evenals inzake de arbeidstucht en het beroepsgeheim ;

c)    hun inspanningen te bundelen met het oog op het scheppen van goede sociale verhoudingen in de onderneming.

Artikel 5

De ondertekenende werknemersorganisaties verbinden er zich toe, door eerbiediging van de vrijheid van vereniging, er over te waken dat hun leden uit hun syndicale propaganda de methodes zouden weren die in tegenstrijd zijn met de geest van de collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 24 mei 1971 in de Nationale Arbeidsraad betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging van het personeel der ondernemingen en van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

 

HOOFDSTUK 3 - Instelling en samenstelling van de syndicale afvaardiging "werklieden en werksters"

Artikel 6 (gewijzigd door de CAO van 30 juni 1999)

Een syndicale afvaardiging kan opgericht worden:

  •  in de ondernemingen met 20 tot 149 werklieden en werksters : wanneer ten minste één derde van het aantal werklieden en werksters aangesloten is, met een minimum van 10;
  • in de ondernemingen met 150 werklieden en werksters: wanneer ten minste 50 werklieden en werksters zijn aangesloten.

Artikel 7

De vraag tot oprichting van een syndicale afvaardiging moet schriftelijk worden ingediend bij de ondernemingshoofden, door ten minste één werknemersorganisatie die hiervan voorafgaandelijk de andere werknemersorganisaties inlicht die vertegenwoordigd zijn in het paritair comité.

In de aanvraag dient te worden verklaard, dat het aantal aangeslotenen het niveau bereikt, voorzien bij artikel 6.

Ingeval er geen akkoord bestaat tussen de werknemersorganisaties en de ondernemingen doet men een beroep op de voorzitter van het paritair comité teneinde het aantal aangeslotenen werklieden en werksters na te gaan.

Artikel 8

De syndicale afvaardiging is samengesteld uit effectieve afgevaardigden en uit plaatsvervangende afgevaardigden. Er zijn evenveel plaatsvervangers als effectieven.

Artikel 9

Het aantal effectieve afgevaardigden wordt vastgesteld als volgt, naar rata van het aantal werklieden en werksters van de onderneming :

-      van 20 tot 50 : 2 afgevaardigden ;

-      van 51 tot 150 : 3 afgevaardigden ;

-      van 151 tot 300 : 4 afgevaardigden ;

-      van 301 tot 500 : 6 afgevaardigden ;

-      van 501 en meer : 8 afgevaardigden.

De ondernemingsovereenkomsten, die een groter aantal afgevaardigden voorzien, blijven behouden.

Artikel 10

Ten einde vast te stellen welk het effectief is van de werklieden en werksters van de onderneming, wordt rekening gehouden met het gemiddelde aantal werklieden en werksters die tewerkgesteld waren gedurende de vier burgerlijke trimesters die deze voorafgaan waarin de aanvraag tot oprichting van een syndicale afvaardiging wordt ingediend.

In geval van betwisting omtrent het aantal werklieden en werksters tewerkgesteld in een onderneming, wordt een beroep gedaan op de tussenkomst van de voorzitter van het paritair comité.

Artikel 11

Om de functies van effectief of plaatsvervangend afgevaardigde te kunnen vervullen, moeten de werklieden en werksters voldoen aan de volgende voorwaarden :

a)    van Belgische nationaliteit of een onderdaan van een lidstaat van de Europese Economische Gemeenschap zijn, of titularis zijn van een arbeidsvergunning A ;

b)    de leeftijd van ten volle 18 jaar bereikt hebben ;

c)    als werkman of werkster gewerkt hebben :

·       sedert ten minste drie jaar in één van de lidstaten van de Europese Economische Gemeenschap, en

·       ten minste twaalf opeenvolgende maanden aanwezig zijn in de onderneming, behalve indien de onderneming nog geen jaar bestaat ;

d)    niet in opzeggingstermijn zijn op het ogenblik van de voordracht ;

e)    aangesloten zijn bij één der ondertekenende werknemersorganisaties van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Artikel 12

De syndicale afgevaardigden worden door de werknemersorganisaties aangeduid, rekening houdend met het gezag waarover zij moeten beschikken bij de uitoefening van hun delicate functies en met hun bevoegdheid die een goede kennis van de onderneming en van de bedrijfstak omvat.

Artikel 13

De ondertekenende werknemersorganisaties verbinden er zich toe zich onderling akkoord te stellen eventueel door een beroep te doen op het verzoeningsinitiatief van de voorzitter van het paritair comité, voor de aanwijzing in de ondernemingen, van een gemeenschappelijke syndicale afvaardiging, rekening houdend met het aantal afgevaardigden dat zij moet omvatten en van het aan iedere vertegenwoordigde werknemersorganisatie toekomende aantal, in verhouding tot zijn aantal aangesloten leden.

De werknemersorganisaties die te dien einde na een tweede oproep door de voorzitter van het paritair comité verstek laten gaan of de nodige documenten niet kunnen voorleggen, worden geacht geen kandidaten voor te dragen.

Deze werknemersorganisaties maken aan het ondernemingshoofd een lijst over van de voorgestelde effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden, uiterlijk binnen 30 dagen die volgen op de aanvraag voorzien bij artikel 7.

Artikel 14

De plaatsvervangende afgevaardigden worden geroepen om te zetelen in vervanging van een overleden, een ontslagnemend effectief afgevaardigde of een effectief afgevaardigde die de voorwaarden, vastgesteld bij artikel 11, niet meer vervult of waarvan het mandaat beëindigd is krachtens de bepalingen voorzien bij artikel 24.

Zij kunnen eveneens zetelen in vervanging van een effectief afgevaardigde met instemming van deze laatste.

Artikel 15

Het ondernemingshoofd mag zich steeds verzetten, om ernstige redenen, tegen de aanwijzing of het behoud van een afgevaardigde. In het eerste geval, laat het ondernemingshoofd aan de betrokken werknemersorganisatie de redenen kennen van zijn verzet en dit binnen de vijftien werkdagen die volgen op de mededeling van de lijst voorzien in het derde lid van artikel 13.

Ingeval tussen de partijen geen akkoord wordt bereikt, wordt de zaak aan het verzoeningscomité van het paritair comité voorgelegd dat terzake zal adviseren na de partijen, eventueel bijgestaan door hun raadgever, te hebben gehoord.

Artikel 16

Iedere werknemersorganisatie zal tijdig en dit volgens de modaliteiten voorzien bij de artikelen 13 en 15 van dit statuut, voorzien in de vervanging van de afgevaardigden die hun functies stopzetten.

HOOFDSTUK 4 - Bevoegdheid van de syndicale afvaardiging

Artikel 17

De bevoegdheid van de syndicale afvaardiging heeft onder meer, samen met deze van de gewestelijke vakbondssecretarissen, betrekking op :

1.     de arbeidsbetrekkingen ;

2.     de onderhandelingen met het oog op het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten en akkoorden in de schoot van de onderneming, onverminderd de collectieve arbeidsovereenkomsten of akkoorden gesloten op andere vlakken ;

3.     de toepassing, in de onderneming, van de sociale wetgeving, de collectieve arbeidsovereenkomsten, het arbeidsreglement en de individuele arbeidsovereenkomsten ;

4.     het in acht nemen van de algemene principes vastgesteld bij de artikelen 2 tot 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971, van de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen ;

5.     de organisatie van het werk, het arbeidstempo inbegrepen.

Artikel 18

De syndicale afvaardiging is niet bevoegd kwesties te behandelen die onder de bevoegdheid vallen van de paritaire organismen die op het vlak van de onderneming opgericht zijn of worden krachtens een wettelijke of reglementaire bepaling en met name de ondernemingsraad en het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen.

Bovengenoemde afvaardiging mag evenwel waken over de oprichting en de werking van deze organismen en over de toepassing van de beslissingen die deze zouden genomen hebben voor de werklieden en werksters.

Artikel 19

De syndicale afvaardiging heeft het recht door het ondernemingshoofd of door zijn vertegenwoordiger te worden ontvangen, naar aanleiding van ieder geschil of betwisting van collectieve aard, die in de onderneming voorkomt.

Hetzelfde recht komt haar toe, wanneer dergelijke geschillen of betwistingen dreigen uit te breken.

Artikel 20

Iedere individuele klacht wordt door de betrokken werkman of werkster, op hun aanvraag bijgestaan door hun syndicale afgevaardigde, langs de gewone hiërarchische weg voorgelegd.

De syndicale afvaardiging heeft het recht te worden ontvangen naar aanleiding van alle geschillen of betwistingen van individuele aard, die niet langs deze weg opgelost konden worden.

Artikel 21

Ten einde de geschillen of betwistingen bedoeld bij de artikelen 19 en 20 hierboven te voorkomen, moet de syndicale afvaardiging voorafgaandelijk door het ondernemingshoofd worden ingelicht over de veranderingen die de contractuele of gebruikelijke arbeids- en bezoldigingsvoorwaarden zouden kunnen wijzigen, met uitsluiting van de inlichtingen van individuele aard.

Zij wordt namelijk ingelicht over de wijzigingen die voortspruiten uit de wet, de collectieve arbeidsovereenkomsten of de bepalingen van algemene aard, die in de individuele arbeidscontracten voorkomen en in het bijzonder over de bepalingen die een weerslag hebben op het bedrag van de bezoldiging en de regels van de beroepenclassificatie.

Artikel 22

Het ondernemingshoofd of zijn vertegenwoordiger ontvangt de syndicale afvaardiging ten laatste binnen de acht dagen die volgen op het indienen van de aanvraag.

HOOFDSTUK 5 - Statuut van de leden der syndicale afvaardiging

Artikel 23

Het mandaat van de syndicale afgevaardigden duurt twee jaar; het is stilzwijgend hernieuwbaar, voor zover de voorwaarden voorzien bij artikel 1 en van hoofdstuk 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst nog steeds worden vervuld.

Artikel 24

Het mandaat van syndicaal afgevaardigde neemt een einde:

a)    behoudens stilzwijgende hernieuwing, bij zijn normale verstrijking;

b)    bij schriftelijk betekend ontslag van de afgevaardigde;

c)    wanneer de afgevaardigde geen deel meer uitmaakt van het personeel van de onderneming;

d)    door overplaatsing van de ene technische uitbatingseenheid naar een andere;

e)    wanneer de afgevaardigde geen deel meer uitmaakt van de werknemersorganisatie waarvan hij lid was op het ogenblik van zijn aanwijziging;

f)      wanneer zijn mandaat hem door zijn werknemersorganisatie wordt ontnomen;

g)    wanneer de belanghebbende ophoudt te behoren tot de categorie van werknemers waartoe hij behoorde bij de verkiezingen, behalve wanneer de organisatie die zijn kandidaatuur heeft voorgesteld, bij ter post aangetekend schrijven gericht aan de werkgever, het behoud vraagt van het mandaat.

In het geval bedoeld onder d hierboven, geniet de betrokkene nochtans, vanaf de datum van zijn overplaatsing, de beschermingsperiode bepaald in de artikelen 26 tot 28 van dit statuut.

In de gevallen bedoeld onder e en f hierboven, verwittigt de betrokken werknemersorganisatie het ondernemingshoofd per aangetekend schrijven en draagt zo nodig, de plaatsvervanger, voor met inachtneming van de procedure voorzien bij de artikelen 12 tot 15 van dit statuut.

Artikel 25

Het mandaat van syndicale afgevaardigde mag geen aanleiding geven tot enig nadeel noch tot bijzondere voordelen voor degene die het uitoefent. Dit betekent dat de syndicale afgevaardigden genieten van de normale promoties en bevorderingen van de categorie van werklieden en werksters waartoe zij behoren.

Artikel 26

De leden van de syndicale afvaardigingen mogen niet afgedankt worden om redenen die verband houden met de normale uitoefening van hun mandaat en die stroken met deze collectieve arbeidsovereenkomst.

De werkgever die overweegt een syndicale afgevaardigde te ontslaan, om welke reden dan ook, dringende reden uitgezonderd, moet voorafgaandelijk hiervan de syndicale afvaardiging in kennis stellen, evenals de werknemersorganisatie die de kandidaatuur van deze afgevaardigde ingediend heeft.

Deze kennisgeving wordt betekend per aangetekend schrijven dat slechts van kracht wordt op de derde dag na de afgifte per post.

De betrokken werknemersorganisatie beschikt over een termijn van 7 dagen, om zijn gemotiveerde weigering, voor het erkennen van de geldigheid van het voorgenomen ontslag, te betekenen. Deze betekening gebeurt bij aangetekend schrijven ; de periode van 7 dagen neemt een aanvang op de dag dat het schrijven toegezonden door de werkgever, van kracht wordt.

De ontstentenis van reactie vanwege de werknemersorganisatie wordt beschouwd als een erkenning van de geldigheid van de voorgenomen afdanking.

Indien de werknemersorganisatie weigert de geldigheid van de voorgenomen afdanking te erkennen, staat het de meest gerede partij vrij het geval voor te leggen aan de beoordeling van het verzoeningscomité van het paritair comité ; de uitvoering van de afdankingsmaatregel mag tijdens de d uur van deze procedure niet getroffen worden.

Indien het verzoeningscomité niet tot een éénparige beslissing kan komen binnen de dertig dagen van het verzoek tot tussenkomst, mag het geschil inzake de geldigheid van de redenen, door het ondernemingshoofd ingeroepen om de afdanking te rechtvaardigen aan de Arbeidsrechtbank worden voorgelegd.

Artikel 27

In geval van afdanking van een syndicale afgevaardigde wegens dringende reden, moet de syndicale afvaardiging hiervan gelijktijdig op de hoogte worden gebracht.

Artikel 28

Het ondernemingshoofd is een forfaitaire vergoeding verschuldigd in de volgende gevallen :

1.     indien hij een syndicale afgevaardigde afdankt zonder de procedure te eerbiedigen voorzien bij artikel 26 hierboven ;

2.     indien, bij het einde van deze procedure, de geldigheid van de ontslagredenen, tegenover de bepalingen van artikel 26, door het verzoeningscomité of door de Arbeidsrechtbank niet wordt erkend ;

3.     indien het ondernemingshoofd de afgevaardigde ontslagen heeft uit hoofde van dringende reden en de Arbeidsrechtbank het ontslag als ongegrond verklaard heeft ;

4.     indien de arbeidsovereenkomst een einde genomen heeft uit hoofde van een ernstige fout van de werkgever, die voor de afgevaardigde een reden vormt voor onmiddellijke verbreking van de overeenkomst.

De forfaitaire vergoeding is gelijk aan het normale loon van één jaar, onverminderd de toepassing van artikel 37 van de wet van 3 juni 1978, op de arbeidsovereenkomst.

Deze vergoeding is niet verschuldigd wanneer de syndicale afgevaardigde een vergoeding geniet voorzien bij artikel 21, §7 van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven en bij artikel 1bis, §7 van de wet van 10 juni 1952 betreffende de gezondheid en de veiligheid van de werknemers.

HOOFDSTUK 6 - Uitoefeningsvoorwaarden van het mandaat van de syndicale afgevaardigde

Artikel 29

De syndicale afvaardiging wordt, naargelang de noodzaak, ontvangen door het ondernemingshoofd of door zijn vertegenwoordiger.

Artikel 30

De syndicale afvaardiging, voltallig of gedeeltelijk, komt met de werkgever samen gedurende de normale werkuren.

Artikel 31

De tijd die aan de vergaderingen van de syndicale afvaardiging met de werkgever besteed werd, wordt als arbeidsprestatie aangezien en wordt vergoed tegen het normale loon. De vergaderingstijd die de normale arbeidsuren zou overschrijden mag geen betaling van overloon tot gevolg hebben.

Artikel 32

De leden van de syndicale afvaardiging beschikken over de nodige tijd en mogelijkheden - te bepalen in gemeenschappelijk overleg met het ondernemingshoofd en bezoldigd als werktijd - om collectief of individueel de syndicale opdrachten of activiteiten in de onderneming uit te oefenen, voorzien door dit statuut.

In het vooruitzicht van het gebruik van deze tijd en mogelijkheden, verwittigen de leden van de syndicale afvaardiging voorafgaandelijk het ondernemingshoofd en waken er over in gemeenschappelijk overleg met hem, dat dit gebruik de goede werking van de diensten der onderneming niet in het gedrang brengt.

De onderneming stelt een lokaal ter beschikking van de syndicale afvaardiging - hetzij permanent, hetzij tijdelijk - teneinde haar in staat te stellen haar taak behoorlijk te vervullen.

Artikel 33

De syndicale afvaardiging mag, voor de voorbereiding van de vergaderingen met de werkgever, samenkomen binnen de onderneming, mits het voorafgaandelijk akkoord van de werkgever. Deze voorbereidende vergaderingen worden beschouwd als syndicale opdrachten en activiteiten, zoals bedoeld bij artikel 32, eerste alinea.

HOOFDSTUK 7 - Voorlichting en raadpleging van het personeel

Artikel 34

De syndicale afvaardiging mag, zonder dat hierdoor de werkorganisatie gestoord wordt, namelijk gedurende de rusturen, mondeling of schriftelijk alle nuttige mededelingen aan de werklieden en werksters verschaffen. Deze mededelingen moeten van beroeps- of syndicale aard zijn, verband houden met de onderneming en indien zij schriftelijk gebeuren, voorafgaandelijk ter kennis gebracht worden van het ondernemingshoofd.

Mits gemotiveerde aanvraag, 48 uur op voorhand in te dienen door de syndicale afvaardiging en met het akkoord van het ondernemingshoofd, kunnen voorlichtingsvergaderingen voor de werklieden en werksters van de onderneming ingericht worden door de syndicale afvaardiging op de plaats van de tewerkstelling en gedurende de werkuren.

Deze voorlichtingsvergaderingen moeten over wel bepaalde onderwerpen handelen en zich beperken tot het betrokken personeel.

De werkgever zal zijn akkoord hiervoor niet naar willekeur weigeren. Hij is er in het bijzonder toe gehouden dit te verlenen bij het afsluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten die het geheel van de werklieden en werksters der onderneming aanbelangen.

HOOFDSTUK 8 - Taak van de syndicale afvaardiging wanneer geen ondernemingsraad en/of een comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen bestaat

Artikel 35

In afwijking op artikel 18, kan de syndicale afvaardiging, wanneer geen ondernemingsraad of comité voor veiligheid, gezondheid of verfraaiing der werkplaatsen bestaat, de taak, rechten en opdrachten vervullen die aan de ondernemingsraad toevertrouwd worden bij de artikelen 4 tot 7 en 11 van sectie 1, hoofdstuk 2 van het koninklijk besluit van 12 september 1972, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 25 november 1972, waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 9 maart 1972 in de Nationale Arbeidsraad tot coördinatie van de in de Nationale Arbeidsraad gesloten nationale akkoorden en collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden en de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen in de wet van 10 juni 1952 betreffende de gezondheid en de veiligheid van de werknemers.

HOOFDSTUK 9 - Tussenkomst van de vrijgestelden der werknemers- en werkgeversorganisaties

Artikel 36

Wanneer er in de onderneming een geschil ontstaat met de directie, wendt de syndicale afvaardiging alle mogelijke middelen aan teneinde het geschil door onderhandeling te regelen.

Artikel 37

Wanneer door tussenkomst van de syndicale afvaardiging geen vergelijk kan bekomen worden met het ondernemingshoofd voor het regelen van een geschil, kunnen de afgevaardigden een beroep doen op de vrijgestelden van hun werknemersorganisaties teneinde deze zaak verder te onderzoeken.

In dit mogelijke geval, mag het ondernemingshoofd zich laten bijstaan door vertegenwoordigers van zijn beroepsvereniging.

Artikel 38

Nadat alle middelen tot onderhandeling uitgeput zijn, kunnen de partijen het geschil voor het verzoeningscomité van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, brengen.

Artikel 39

Ieder beroep op het verzoeningscomité moet gebeuren door bemiddeling van een lid van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren.

Artikel 40

Een stakingsaanzegging mag slechts door een werknemersorganisatie gebeuren en dit schriftelijk, en nadat het verzoeningscomité zich heeft uitgesproken.

Artikel 41

De stakings- of lock-outaanzegging bedraagt minstens twee weken wanneer het een sector betreft en één week wanneer het een onderneming betreft. Deze gaat in de maandag die volgt op de week gedurende dewelke deze werd ingediend.

HOOFDSTUK 10 - Duur van de overeenkomst en opzegging

Artikel 42

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een duur van vier jaar en vervolgens van vier tot vier jaar indien geen gebruik gemaakt wordt van de bepalingen van het hiernavolgend artikel 43.

Artikel 43

Ten vroegste zes maanden en ten laatste drie maanden vóór de vervaldag van iedere periode voorzien bij artikel 42, kan deze collectieve arbeidsovereenkomst opgezegd worden zowel door de ene als door de andere ondertekenende partij.

De opzegging moet per aangetekende brief aan alle ondertekenende partijen betekend worden, evenals aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren.

Artikel 44

De organisatie die het initiatief neemt om de collectieve arbeidsovereenkomst op te zeggen, verbindt er zich toe de redenen hiervoor aan te geven en onmiddellijk voorstellen tot wijziging in te dienen.

De ondertekenende partijen van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden er zich toe deze voorstellen te bespreken binnen de termijn van één maand na ontvangst hiervan.

Artikel 45

Tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, met inbegrip van de duur van de opzeggingstermijn, verbinden de partijen er zich toe niet in staking noch tot een lock-out over te gaan zonder te hebben gebruik gemaakt van de bepalingen voorzien in hoofdstuk 9.

Artikel 46

Speciale of onvoorziene gevallen worden door een beperkt comité van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren onderzocht dat hiervan verslag zal uitbrengen bij het comité.

Artikel 47

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1982. Zij vervangt deze van 13 december 1973, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 4 juni 1974.

Historiek
23/03/2022 31/12/2050 23 Syndicale afvaardiging
31/01/2014 22/03/2022 23 Syndicale afvaardiging
27/08/2007 30/01/2014 23 Syndicale afvaardiging
01/07/1999 26/08/2007 23 Syndicale afvaardiging
01/04/1999 30/06/1999 23 Syndicale afvaardiging