5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen

Paritair (sub-)Comité nr.:
118.00.00-00.00, 118.01.00-00.00, 118.02.00-00.00, 118.03.00-00.00, 118.04.00-00.00, 118.05.00-00.00, 118.06.00-00.00, 118.07.00-00.00, 118.08.00-00.00, 118.09.00-00.00, 118.10.00-00.00, 118.11.00-00.00, 118.12.00-00.00, 118.13.00-00.00, 118.14.00-00.00, 118.15.00-00.00, 118.16.00-00.00, 118.17.00-00.00, 118.18.00-00.00, 118.19.00-00.00, 118.20.00-00.00, 118.21.00-00.00, 118.22.00-00.00

Bijwerking: 25/05/2011
Geldig vanaf: 01/04/2010
Geldig tot: 07/05/2012

In het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid werd op 5 november 2003 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot bepaling van de bijdragen voor het sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel voor de arbeiders van de voedingsindustrie (CAO N° 3). Ze werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 28 november 2003 onder het nummer 68709/CO/118. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 11 december 2003. Ze werd algemeen verbindend verklaard door KB van 01/09/2004 (B St van 29/09/2004).

Ze werd gewijzigd door een CAO van 12 november 2009 (96381/co/118). De wijzigingen (in vet en cursief aangeduid) treden in werking op 1 april 2010.

Tekst CAO

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en werking in de tijd

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders die ressorteren onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en die vallen onder het toepassingsgebied van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003.

Artikel 2

De partijen vragen de algemeenverbindendverklaring aan.

Artikel 3

Deze overeenkomst treedt in werking op 1 november 2003 en wordt gesloten voor een onbepaalde duur.

Artikel 4

Zij kan door elk der partijen worden opgezegd, mits aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en met respect van een opzegperiode van tenminste 6 maanden.
De opzegging is alleen geldig voor zover artikel 10, § 1, 3° van de WAP is nageleefd.

HOOFDSTUK II. - Begrippen en definities

Artikel 5

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden verstaan onder :
5. 1. "Arbeiders" : arbeiders en arbeidsters waarvan het loon onderworpen is aan de sociale-zekerheidsbijdragen;
5. 2. "CAO" : collectieve arbeidsovereenkomst;
5. 3. "Basis CAO van 4 april 2003" : de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2003 betreffende het sociaal programma 2003-2004 voor de arbeiders van de voedingsindustrie;
5. 4. "Basis CAO van 8 oktober 2003" : de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003 betreffende het sociaal programma 2003-2004 voor de arbeiders van de sector van de bakkerijen;
5. 5. "CAO van 8 oktober 2003" : de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003 tot instelling van het sectoraal Fonds voor de tweede pijler voor de arbeiders van de voedingsindustrie;
5. 6. "CAO nr. 2 van 5 november 2003" : de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 november 2003, tot invoering van een sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel voor de arbeiders van de voedingsindustrie (Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2);
5. 7. "Sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel" : het geheel van het stelsel van aanvullend pensioen en het stelsel van solidariteitstoezegging zoals ingevoerd in uitvoering van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst;
5. 8. "Fonds 2de pijler PC 118" : de inrichter van het sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel voor de arbeiders van de voedingsindustrie, ingesteld door de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003 tot instelling van het sectoraal Fonds voor de tweede pijler voor de arbeiders van de voedingsindustrie;
5. 9. "RSZ" : Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;
5. 10. "Loon" : het totaal loon van de arbeiders onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen;
5. 11. "Referteloon" : het loon verhoogd met 8 pct.5.12. Kleine bakkerijen en banketbakkerijen : de bakkerijen, banketbakkerijen die "verse" producten vervaardigen voor onmiddellijke consumptie met zeer beperkte houdbaarheid en verbruikzalen bij een banketbakkerij die niet gelijktijdig aan de drie volgende voorwaarden voldoen :
- aantal tewerkgestelde personen (voltijdse en deeltijdse, in hoofden uitgedrukt) hoger dan 20 op het ogenblik van indiensttreding;
- zakencijfer tijdens het voorgaande boekjaar hoger dan 1.859.200 €;
- gebruik van tunneloven

HOOFDSTUK III. - Bijdragen geldend voor het sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel

Artikel 6

Dit artikel sluit aan bij artikel 15 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003. De bijdragen, die van toepassing zijn voor het sectoraal stelsel van aanvullend pensioen, bedragen :
6. 1. voor het tweede kwartaal 2004 : 1,32 pct. van het referteloon;
6. 2. vanaf het derde kwartaal 2004 : 0,66 pct. van het referteloon;
6.2bis. Vanaf het tweede kwartaal 2006 : 1,04 % van het referteloon.
6.2ter : Vanaf het eerste kwartaal 2008 : 1,18 % van het referteloon6.2quater :
- Vanaf het tweede kwartaal 2010 : 1,26 % van het referteloon voor de kleine bakkerijen en banketbakkerij en
- Vanaf het eerste kwartaal 2011 : 1,26 % van het referteloon voor aile sectoren van de voedingsindustrie
6. 3. deze bijdragen omvatten alle kosten aangerekend door de verzekeringsinstelling;
6. 4. voor de arbeiders van de werkgevers die de opting-out vermeld in artikel 20 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003 niet toepassen zal de verzekeringsinstelling aangeduid voor het uitvoeren van het sectoraal stelsel van aanvullend pensioen deze bijdragen ontvangen via het Fonds 2de pijler van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en overmaken op de individuele rekeningen, in uitvoering van het pensioenreglement, zoals dit als bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003 is opgenomen;
6.5. voor arbeiders van de werkgever die de opting-out vermeld in artikel 20 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003 toepassen gelden deze bijdragen als minimale bijdragen in uitvoering van artikel 20. 2 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst.
Commentaar : Volgens de geldende regeling dienen de werkgevers op deze bedragen RIZIV-bijdragen en eventuele taksen te betalen.

Artikel 7

Dit artikel sluit aan bij artikel 18 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003. De bijdragen voor het sectoraal stelsel van solidariteitstoezegging bedragen :
7.1. voor het tweede kwartaal 2004 : 0,06 pct. van het referteloon;
7.2. vanaf het derde kwartaal 2004 : 0,03 pct. van het referteloon;
7.2bis. Vanaf het tweede kwartaal 2006 : 0,05 % van het referteloon
7.2ter : Vanaf het eerste kwartaal 2008 : 0,05 % van het referteloon7.2quater :
- Vanaf het tweede kwartaal 2010 : 0,06 % van het referteloon voor de kleine bakkerijen en banketbakkerijen
- Vanaf het eerste kwartaal 2011 : 0,06 % van het referteloon voor aile sectoren van de voedingsindustrie.
7.3. deze bijdragen omvatten alle kosten aangerekend door de verzekeringsinstelling.

HOOFDSTUK IV. - Bijdragen te innen via de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid

Artikel 8

Dit artikel sluit aan bij artikel 27, 28 en 30 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003. Het legt de bijdragen vast, zoals die door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid worden geïnd.
8. 1. Voor de werkgevers die de opting out vermeld in artikel 20 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003 niet toepassen, bedragen de bijdragen te innen via de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor het sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel :
8. 1. 1. voor het tweede kwartaal 2004 : 1,39 pct. van het loon;
8. 1. 2. vanaf het derde kwartaal 2004 : 0,69 pct. van het loon;
8.1.2bis : Vanaf het tweede kwartaal 2006 : 1,09 % van het referteloon
8.1.2ter : Vanaf het eerste kwartaal 2008 : 1,23 % van het referteloon8.1.2quater:
- Vanaf het tweede kwartaal 2010 : 1,32 % van het referteloon voor de kleine bakkerijen en banketbakkerijen
- Vanaf het eerste kwartaal 2011 : 1,32 % van het referteloon voor aile sectoren van de voedingsindustrie.
8. 1. 3. deze bijdragen omvatten alle administratieve kosten, doch niet de RIZIV-bijdragen noch de eventuele taksen.
8. 2. Voor de werkgevers die de opting out vermeld in artikel 20 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 2 van 5 november 2003 toepassen, bedragen de bijdragen te innen via de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor het sociaal sectoraal aanvullend pensioenstelsel :
8. 2. 1. voor het tweede kwartaal 2004 : 0,06 pct.;
8. 2.2. vanaf het derde kwartaal 2004 : 0,03 pct.;
8.2.2bis. Vanaf het tweede kwartaal 2006 : 0,05% van het referteloon
8.2.2ter : Vanaf het eerste kwartaal 2008 : 0,05 % van het referteloon8.2.2quater :
- Vanaf het tweede kwartaal 2010 : 0,06 % van het referteloon voor de kleine bakkerijen en banketbakkerijen
- Vanaf het eerste kwartaal 2011 : 0,06 % van het referteloon voor aile sectoren van de voedingsindustrie.
8.2.3. Deze bijdragen omvatten alle administratieve kosten.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
12/11/2009
Registratienr
96381
Geldig van
01/04/2010
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
18/11/2009
Registratiedatum
10/12/2009
Onderwerp
bijdragen voor het sociaal aanvullend pensioenstelsel
BS Bericht van neerlegging
06/01/2010
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
13/06/2010
Gepubliceerd in het B.St. van
17/08/2010
Keywords
AANVULLENDE PENSIOENEN EN GROEPSVERZEKERINGEN, FONDSEN VOOR BESTAANSZEKERHEID

Historiek
01/01/2015 31/12/2999 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen
01/01/2014 31/12/2014 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen
08/05/2012 31/12/2013 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen
01/04/2010 07/05/2012 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen
01/01/2008 31/03/2010 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen
01/04/2006 31/12/2007 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen
01/11/2003 31/03/2006 5202 Aanvullend pensioenstelsel - Bijdragen