In het Paritair Comité voor de steenbakkerij werd op 23 juli 2013 een collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de tewerkstelling, de vorming en de arbeidsomstandigheden in de sector van de steenbakkerijen gesloten. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 10 september 2013 onder het nr. 116837/CO/114. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 24 september 2013.

In het Paritair Comité voor steenbakkerij werd op 3 mei 2002 een collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de toepassingsmodaliteiten van het tijdskrediet in geval van ploegenarbeid of in cycli. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een Koninklijk Besluit van 15 oktober 2002, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 15 januari 2003.

Wij geven u hierna de bepalingen betreffende het tijdskrediet van deze CAO's. 

Voor de reglementering inzake tijdskrediet, zie ook onze brochure.

1. CAO betreffende de tewerkstelling, de vorming en de arbeidsomstandigheden

HOOFDSTUK I - Situering en toepassingsgebied

Artikel 1

De ondertekenende sociale partners van het paritair comité voor de Steenbakkerij geven hierna, binnen het sectoraal kader, uitvoering aan een aantal punten uit de interprofessionele akkoorden van 22 december 2000, 17 januari 2003,2 februari 2007 en 22 december 2008.

In Hoofdstuk III- Opleiding en permanente vorming geven zij uitvoering aan de bepalingen uit het Koninklijk Besluit van 11 oktober 2007.

Artikel 2

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeid(st)ers van de ondernemingen welke ressorteren onder het paritair comité voor de Steenbakkerij.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de NV Scheerders-van Kerchove's Verenigde Fabrieken te St-Niklaas en op de arbeid(st)ers die er zijn tewerkgesteld.

HOOFDSTUK II - Tewerkstellingsmaatregelen

Afdeling 1 - Tijdskrediet en aanverwante

Artikel 3

De bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr 103, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen zijn van toepassing in de sector.

Artikel 4

De mogelijkheid van voltijds en halftijds tijdskrediet zal van toepassing zijn zonder beperking op het aantal arbeid(st)ers dat van dit stelsel wenst gebruik te maken. De periode van tijdskrediet is beperkt tot 60 maanden.

Daarnaast hebben de arbeid(st)ers recht op gemotiveerd tijdskrediet.

In het geval er zich problemen zouden stellen van organisatorische aard dient er op initiatief van de werkgever overleg te worden gepleegd op het vlak van de onderneming.

In geval van niet vervanging, wanneer een werkman loopbaanonderbreking neemt, dient hieromtrent overleg te worden gepleegd tussen de werkgever en de werknemersafgevaardigden.

De toepassingsmodaliteiten van de andere stelsels dienen te worden besproken op ondernemingsvlak in functie van de aanvragen.

Artikel 5

Kunnen met hun werkgever overeenkomen dat zij van een tijdskrediet kunnen genieten, de arbeid(st)ers die gedurende minstens 12 maanden in dienst zijn van de onderneming met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur die voorziet in een voltijdse arbeid. Deze periode van 12 maanden arbeid in dienst van de onderneming dient ononderbroken te zijn en zich te situeren onmiddellijk voor de periode van het tijdskrediet.
Art. 6.- Arbeid(st)ers die gebruik maken van één van de formules van tijdskrediet zullen aanspraak kunnen maken op de aanmoedigingspremies die worden toegekend door de gewesten of de gemeenschappen.

Afdeling 2 - Arbeidsduurvermindering

Artikel 7

1. In de continubedrijven wordt:
   voor arbeid(st)ers met een anciënniteit van 10 jaar een arbeidsduurvermindering op jaarbasis als volgt toegepast:
   - aan de arbeid(st)ers met 10 jaar anciënniteit wordt één conventionele verlofdag toegekend,
   - aan de arbeid(st)ers met 20 jaar anciënniteit wordt een tweede conventionele verlofdag toegekend,
   - aan de arbeid(st)ers met 25 jaar anciënniteit wordt een derde conventionele verlofdag toegekend,
   - een bijkomende conventionele verlofdag wordt toegekend aan de arbeid(st)ers die aan de voorwaarden voldoen om te genieten van één van de brugpensioenstelsels doch die tewerkgesteld blijven.
2. In de seizonale bedrijven wordt:
   voor arbeid(st)ers met een anciënniteit van 10 jaar een arbeidsduurvermindering op jaarbasis als volgt toegepast:
   - aan de arbeid(st)ers met 10 jaar anciënniteit wordt één conventionele verlofdag toegekend
   - aan de arbeid(st)ers met 25 jaar anciënniteit wordt een tweede conventionele verlofdag toegekend.
   Onder seizonaal werkende bedrijven dient verstaan de bedrijven waar de bakstenen met natuurlijke middelen worden gedroogd.

Artikel 8

De conventionele verlofdagen bedoeld in artikel 7 worden verworven vanaf het jaar waarin de vermelde anciënniteitsvoorwaarde is voldaan.

Artikel 9

Voor de toekenning van deze conventionele verlofdagen worden dezelfde regels in acht genomen als voor de toekenning van de jaarlijkse vakantie.

Artikel 10

Het begrip 'anciënniteit' wordt, voor wat het voordeel vermeld in artikel 7 betreft, verruimd naar de anciënniteit verworven in ondernemingen die ressorteren onder het paritair comite voor de Steenbakkerij (= sectoranciënniteit).

Afdeling 3 - Werkgroep

Artikel 11

De aangelegenheden en problemen die verband houden met de werkgelegenheid in de sector kunnen worden besproken in een paritair samengestelde werkgroep die zich met deze problematiek zal bezighouden.

De in het paritair comité voor de Steenbakkerij vertegenwoordigde organisaties kunnen om de bijeenkomst verzoeken en suggesties, problemen of aangelegenheden van allerlei aard die verband houden met de werkgelegenheid, ter bespreking voorleggen.

De werkgroep kan adviezen, die verder in paritair comité kunnen worden behandeld, of aanbevelingen naar de bedrijven formuleren.

(…)

HOOFDSTUK VIII - Geldigheid

Artikel 21

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2013 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2015.

2. CAO betreffende de toepassingsmodaliteiten van het tijdskrediet in geval van ploegenarbeid of in cycli

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de steenbakkerij.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de NV Scheerders - Van Kerchove's Verenigde Fabrieken te St-Niklaas en op de arbeiders die er zijn tewerkgesteld.

Onder arbeiders wordt verstaan werklieden en werksters.

HOOFDSTUK II – Tijdskrediet in geval van ploegenarbeid

Artikel 2

De arbeiders, die gewoonlijk tewerkgesteld zijn in ploegen of in cycli in een arbeidsregeling gespreid over 5 of meer dagen, zoals bepaald in artikel 6, §2 van de CAO 77bis van de NAR, hebben hetzelfde recht op een l/5de loopbaanvermindering als de arbeiders zoals bedoeld in de CAO van 8 mei 2001 betreffende de tewerkstelling, de vorming en de arbeidsomstandigheden in de sector van de steenbakkerijen.

De toepassing en de organisatie zal op ondernemingsvlak worden vastgelegd.

Artikel 3

De arbeiders, die gewoonlijk tewerkgesteld zijn in ploegen of in cycli in een arbeidsregeling gespreid over 5 of meer dagen, zoals bepaald in artikel 9, §2 van de CAO 77bis van de NAR, hebben hetzelfde recht op een l/5de loopbaanvermindering als de arbeiders zoals bedoeld in de CAO van 8 mei 2001 betreffende de tewerkstelling, de vorming en de arbeidsomstandigheden in de sector van de steenbakkerijen.

De toepassing en de organisatie zal op ondernemingsvlak worden vastgelegd.

Artikel 4

De bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 mei 2001 betreffende de tewerkstelling, de vorming en de arbeidsomstandigheden in de sector van de steenbakkerij blijven onverminderd van kracht.

HOOFDSTUK III - Geldigheid

Artikel 5

Deze overeenkomst is gesloten voor onbepaalde tijd. Zij treedt in werking op 1 januari 2002. Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij geheel of gedeeltelijk worden herzien of opgezegd mits inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden.

De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet de redenen ervan aangeven en voorstellen tot amendering indienen. De andere organisaties verbinden zich ertoe deze binnen een maand na ontvangst ervan te bespreken.