070204 Niet in te halen overuren op vraag van de werknemers

1. Algemeen

Indien de werknemer overuren presteert als gevolg van een buitengewone vermeerdering van werk of in geval van arbeid die door een onvoorziene noodzakelijkheid wordt vereist, kan hij vragen een deel van die overuren niet te moeten inhalen. Men spreekt dan van een krediet aan niet in te halen overuren op vraag van de werknemer.

Sinds 1 oktober 2013 kan het aantal overuren waarvoor de werknemer kan vragen niet in te halen als gevolg van een buitengewone vermeerdering van werk of een onvoorziene noodzakelijkheid 91 uren per kalenderjaar bedragen.

Een CAO kan het aantal uren van 91 naar maximum 130/143 brengen.

2. PC 100

In het aanvullend Paritair Comité voor de werklieden werd op 13 november 2019 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de verhoging van de interne overurengrens en van het aantal overuren waarvoor de arbeider kan afzien van de inhaalrust (nr 155974/CO/100).

Ondernemingen die minder dan 50 arbeiders tewerkstellen: 143 uren (geldigheid vanaf 01/01/2020 tot 31/12/2021).

Ondernemingen die 50 of meer arbeiders tewerkstellen: 143 uren, voor zover hierover een ondernemings-cao wordt gesloten, welke wordt verzonden aan de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de werklieden. De in dat verband reeds bestaande ondernemings-cao's worden verlengd (geldigheid vanaf 01/01/2020 - voor onbepaalde duur).