317 Beroepsopleiding

07/08/2018
  • De werkgever voorziet in zijn onderneming jaarlijks in een collectief opleidingsvolume, gelijk aan het aantal voltijdse equivalente werknemers op 31 december van het vorige jaar, vermenigvuldigd met minimaal:

    • 2 dagen voor het jaar 2018
    • 3 dagen voor het jaar 2019
    • 4 dagen voor het jaar 2021
    • 5 dagen vanaf 2023
  • De werkgever dient dit collectief opleidingsvolume vanaf 1 januari 2018 aan te wenden voor de organisatie van opleidingen voor de werknemers van zijn onderneming, met dien verstande dat elke voltijdse werknemer per periode van 5 jaar over een individueel opleidingskrediet van minstens 10 opleidingsdagen beschikt.
  • De organisatie ervan kan zowel individueel of collectief zijn; klassikaal of digitaal, verstrekt worden onder de vorm van seminaries, studiedagen, coachingtrajecten, praktijkoefeningen, recyclage,...

Controle:

  • De werkgever verstrekt elk jaar aan elke werknemer de stand van zijn individueel opleidingskrediet op datum van 31 december  van het afgelopen jaar.
  • De werkgever schrijft de opleidingen in op de sociale balans, gevoegd bij de jaarrekening van zijn onderneming.
  • Jaarlijks, stelt de werkgever een opleidingsoverzicht op.
  • De onderneming maakt dit overzicht uiterlijk voor 1 maart, en voor het eerst voor 1 maart 2019, over aan de voorzitter van het paritair comite.
  • De ondernemingen met een ondernemingsraad of met een syndicale delegatie leggen dit opleidingsoverzicht ook voor aan de ondernemingsraad en bij ontstentenis aan de syndicale delegatie.

Voor meer informatie, zie het hoofdstuk 480101 van de sectorale documentatie.