2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar

Paritair (sub-)Comité nr.:
307.00.00-00.00

Bijwerking: 06/03/2012
Geldig vanaf: 01/01/2009
Geldig tot: 31/12/2011

In het Paritair Comité voor de makelarij en de verzekeringsagentschappen werd op 14 oktober 2011 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het conventioneel brugpensioen. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd neergelegd bij de griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en  geregistreerd op 3 november 2011 onder het nr. 106641/CO/307.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst hernieuwt de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 februari 2000, algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 10 mei 2001 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 25 augustus 2001. Ze vervangt de CAO van 24 juni 2008 (nr. 89.178/CO/307).

Voor de toepassing van het brugpensioen dient men bovendien rekening te houden met het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen (Belgisch Staatsblad van 11 december 1992).

Wij geven u hierna dse integrale tekst van de CAO van 14 oktober 2011, gevolgd door een commentaar.

1. CAO 14/10/2011

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de makelarij en verzekeringsagentschappen.Artikel 2.

In het kader van de beschikkingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975, wordt de minimumleeftijd, die moet bereikt zijn om tot het stelsel van conventioneel brugpensioen toe te treden, op 58 jaar bevestigd, zowel voor mannen als voor vrouwen.
Deze bepaling doet echter geen afbreuk aan de collectieve arbeidsovereenkomsten die zouden afgesloten zijn op ondernemingsniveau.
De toepassingsmodaliteiten zijn deze bepaald door de van kracht zijnde wetgeving en zo nodig op ondernemingsniveau, hetzij collectief, hetzij individueel vastgelegd.Artikel 3

Het bedrag van de aanvullende vergoeding waarin wordt voorzien door artikel 5 van bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 wordt op 60 pct. van het verschil tussen het netto referteloon en de werkloosheidsuitkering gebracht.Artikel 4

De werkgever is verplicht om de aanvullende vergoeding te betalen.Artikel 5

Deze collectieve arbeidsovereenkomst hernieuwt de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 februari 2000, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 2001 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 25 augustus 2001). 

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2009 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2011.

Deze collectieve aibeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2008 aangaande het conventioneel brugpensinen (reg.nr. 089178)

2. COMMENTAAR

1. Leeftijdsvoorwaarde

Wanneer een werknemer ontslagen wordt door zijn werkgever kan hij het brugpensioen genieten op voorwaarde dat hij de leeftijd van minstens 58 jaar bereikt op het ogenblik dat de arbeidsovereenkomst werkelijk wordt beëindigd. Bovendien moet hij deze leeftijd bereiken uiterlijk op 31 december 2011. Voor zover deze dubbele voorwaarde vervuld is, mag de opzeggingstermijn een einde nemen na 31 december 2011.

2. Anciënniteitsvoorwaarden

Dit stelsel is van toepassing op de werknemers die na 31 maart 2007 werden ontslagen en waarvan het brugpensioen ingaat na 31 december 2007.

De vereiste anciënniteit is :

- Voor de mannen : 35 jaar (2008) (37 jaar vanaf 2010 en 38 jaar vanaf 2012) ;

- Voor de vrouwen : 30 jaar (2008) (33 jaar vanaf 2010, 35 jaar vanaf 2012 en 38 jaar vanaf 2014).

De vereiste anciënniteit moet bereikt worden op het ogenblik van de aanvang van het brugpensioen.

3. Vervanging van de bruggepensioneerde

In toepassing van het KB van 7 december 1992 moet de bruggepensioneerde werknemer verplicht vervangen worden door één of twee uitkeringsgerechtigde volledige werkloze(n) of hiermee gelijkgestelde werknemers.  De vervanging moet plaats vinden in de periode die zich uitstrekt vanaf de eerste dag van de vierde maand die de maand voorafgaat waarin het brugpensioen van de vervangen werknemer een aanvang neemt, tot de eerste dag van de derde maand die volgt op de maand gedurende welke het brugpensioen een aanvang neemt.  De vervanger moet in dienst worden gehouden gedurende de eerste 36 maanden die volgen op zijn indienstneming.  Slechts in bepaalde gevallen kan een afwijking van de vervangingsplicht worden toegestaan.

4. Aanvullende vergoeding

Naast de werkloosheidsuitkeringen geniet de bruggepensioneerde een aanvullende vergoeding.  Deze aanvullende vergoeding is gelijk aan 60% van het verschil tussen de netto-refertebezoldiging en de werkloosheidsuitkering.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
14/10/2011
Registratienr
106641
Geldig van
01/01/2009
Geldig tot
31/12/2011
Neerleggingsdatum
20/10/2011
Registratiedatum
03/11/2011
Onderwerp
brugpensioen op 58 jaar
BS Bericht van neerlegging
17/11/2011
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
03/04/2013
Gepubliceerd in het B.St. van
07/11/2013
Keywords
BRUGPENSIOEN

Historiek
01/01/2015 31/12/2017 2202 Historiek SWT 60 jaar – Kliksysteem
01/01/2009 31/12/2011 2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar
01/01/2009 01/01/2009 2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar
01/01/2006 31/12/2008 2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar
01/01/2003 31/12/2005 2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar
01/01/2002 31/12/2002 2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar
16/11/1999 01/01/2002 2202 2101 Brugpensioen vanaf 58 jaar