1901 Statuten van het Fonds voorr bestaanszekerheid

Paritair (sub-)Comité nr.:
211.00.00-00.00

Bijwerking: 18/01/2016
Geldig vanaf: 01/01/2015

De bijdragen worden door de RSZ geïnd.

In het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en handel werd op 15 oktober 2015 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid van de petroleum sector. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 15 december 2015 onder het nummer 130561/CO/211.

Wij geven u hierna de tekst van deze CAO.

Tekst van de CAO

Afdeling 1 - Benaming, zetel, doel, duur

Artikel 1

Er wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht vanaf 1 januari 1997, voor de werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel en onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel, alsook voor de werkgevers behorend tot deze paritaire comités, genaamd "Fonds voor bestaanszekerheid van de petroleumsector".

Artikel 2

De zetel van het Fonds bevindt zich in het arrondissement Brussel: Kunstlaan 39 te 1000 Brussel.

Artikel 3

Het Fonds heeft tot doel:
1. de bijdragen vereist voor zijn werking te innen via de RSZ.
2. de organisatie te financieren van de initiatieven voor de opleiding en de tewerkstelling van risicogroepen in het kader van de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel, en in het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel.
3. de ondersteuning van nationale en internationale projecten binnen de Petroleum.

Commentaar: zie ook onze sectorale documentatie Hfdst. 1902.

Artikel 4

Het Fonds wordt voor onbepaalde duur opgericht.

Afdeling 2 - Beheer

Artikel 5

Het Fonds wordt beheerd door een raad van beheer, paritair samengesteld uit vertegenwoordigers van de meest representatieve werknemers- en werkgeversorganisaties.

De raad van beheer bestaat uit 10 leden, hetzij 5 vertegenwoordigers van de werknemers en 5 vertegenwoordigers van de werkgevers, aangeduid door het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel en door het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel.

Het mandaat van de leden van de raad van beheer wordt niet vergoed.

Artikel 6

Elk jaar wordt door de raad van beheer een voorzitter, een ondervoorzitter en een secretaris aangeduid.

Artikel 7

De raad van beheer wordt door de voorzitter bijeengeroepen.

Deze is ertoe gehouden de raad ten minste eenmaal per jaar bijeen te roepen.

Wanneer vijf beheerders dit vragen, roept de voorzitter de raad in vergadering bijeen uiterlijk binnen tien dagen volgend op de ontvangst van het verzoek.

De oproepingen vermelden de agenda.

De raad kan slechts geldig beslissen over de punten die op de agenda voorkomen en enkel wanneer er ten minste de helft van de leden deel uitmakend van de werknemersafvaardiging en ten minste de helft van de leden van de werkgeversafvaardiging aanwezig is.
Een afwezig lid kan één (1) mandaat verschaffen aan een ander lid, en wordt dan als aanwezig beschouwd.

De verslagen van de zittingen van de raad zullen in het notulenboek ingeschreven worden. Ze worden ondertekend door de voorzitter of zijn plaatsvervanger en door de secretaris.

De leden van de raad zullen uiterlijk voor de volgende zitting een afschrift van de beraadslagingen ontvangen.

De afschriften of uittreksels van de notulen die bij de rechtbank of elders moeten gedeponeerd worden zijn ondertekend door de voorzitter van de raad van beheer en door twee beheerders waarvan één van de zijde van de werknemers, de andere van die van de werkgevers.

Wanneer tot de stemming moet overgegaan worden, dient een gelijk aantal leden van elke afvaardiging aan de stemming deel te nemen. Is het getal ongelijk, dan onthoudt (onthouden) zich het jongste lid (de jongste leden).
De beslissingen worden met een meerderheid van twee derden van de stemmers genomen.

De beheerders kunnen echter niet deelnemen aan de beraadslagingen waarbij zij persoonlijk belang hebben. Hun onthouding wordt in de notulen vermeld.

Artikel 8

De raad van beheer heeft tot taak het Fonds te beheren en alle maatregelen te nemen die voor zijn goede werking zijn vereist.

Hij beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheid inzake het beheer en de administratie van het Fonds en de verwezenlijking van zijn doel.

De raad beheert de inkomsten in het kader van de ondersteuning van internationale en nationale projecten en kent deze inkomsten toe aan diverse NGO projecten inzake energie.

De raad van beheer treedt op in rechten in naam van het Fonds op vervolging en ten verzoek van de voorzitter en van de ondervoorzitter.

Hij kan bijzondere bevoegdheden overdragen aan één of meer van zijn leden, en zelfs aan derden.

Artikel 9

Voor al de andere handelingen dan deze waarvoor de raad een speciale volmacht heeft verleend, zal het Fonds geldig tegenover derden vertegenwoordigd zijn door de gezamenlijke handtekeningen van drie beheerders (twee van de zijde van de werknemers één van de zijde van de werkgevers) Zonder dat deze beheerders enigerlei beslissing of een bijzondere volmacht moeten overleggen.

Artikel 10

De beheerders zijn alleen verantwoordelijk wat de uitvoering van hun mandaat betreft en persoonlijk gaan ze, omwille van hun beheer, geen enkele verbintenis aan ten opzicht van de verplichtingen van het Fonds.

Afdeling 3 - Financiering

Artikel 11

Het Fonds wordt gespijsd door de bijdragen op de loonmassa van 0,20% verschuldigd door de werkgevers aangesloten of niet bij de Belgische Petroleum Federatie, evenals door de interesten uit de belegde fondsen.

Artikel 12

De RSZ is belast met de inning van de bijdragen:

  • Voor 2016, voor elk kwartaal: 0,40% op de loonmassa.
  • Voor 2017 en de volgende jaren: 0,20% op de loonmassa

De RSZ zal ieder kwartaal de door hem geïnde bijdragen storten op de door het Fonds geopende financiële rekening bij BNP PARlBAS FORTIS, BE68 0011 95043434.

De bedragen moeten op het credit van deze rekening ingeschreven zijn uiterlijk de laatste dag van de maand die volgt op het kwartaal.

Afdeling 4 - Rechthebbenden

Artikel 13

De werkgevers, die deelgenomen hebben aan initiatieven voor de opleiding en de tewerkstelling van risicogroepen worden in het kader van voormelde sectorale collectieve overeenkomsten door het Fonds bij het einde van de looptijd van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst inzake koopkracht terugbetaald op basis van een alsdan in te dienen rechtvaardigingsformulier, volgens de modaliteiten van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst.

Artikel 13 bis

Dit formulier wordt ten laatste tegen 30 september van het jaar volgend op de CAO-periode overgemaakt aan het Fonds.

Formulieren na deze datum ingediend zullen behandeld worden in functie van de beschikbare geldelijke middelen overblijven na behandeling van de tijdig ontvangen formulieren.

Afdeling 5 - Rekeningen

Artikel 14

Het dienstjaar neemt een aanvang op 1 januari en sluit op 31 december.

Artikel 15

Elk jaar, en uiterlijk in de loop van de maand december, wordt het budget voor het volgend jaar onderworpen aan de goedkeuring van de betrokken paritaire comités.

Artikel 16

De rekeningen van het verlopen jaar worden op 31 december afgesloten.

Artikel 17

Een revisor, ten laste van het Fonds brengt over zijn opdracht eenmaal per jaar verslag uit bij de paritaire comités, vermeld bij artikel 1, die er een afschrift van overmaken aan de Minister.

Afdeling 6 - Ontbinding en vereffening

Artikel 18

Het Fonds wordt van rechtswege ontbonden bij beslissing in de bevoegde paritaire comités 117 en 211.

Artikel 19

Met het oog op de terugbetaling door het Fonds aan de ondernemingen, die deelgenomen hebben aan de initiatieven tot vorming van risicogroepen, zal een financiële rekening aangehouden worden bij BNP PARIBAS FORTIS.

Artikel 20

Het gebeurlijk saldo wordt overgemaakt aan het Tewerkstellingsfonds van FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg

Artikel 21

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2015.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde duur.

Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzeg van ten minste zes maanden, betekend bij een ter post aagetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair comité.

De opzegging kan echter slechts ten vroegste eindigen op de einddatum van de twee-jaarlijkse CAO inzake de loon en arbeidsovoorwaarden.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
15/10/2015
Registratienr
130561
Geldig van
01/01/2015
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
10/11/2015
Registratiedatum
15/12/2015
Onderwerp
Statuten van het Fonds voor bestaanszekerheid
BS Bericht van neerlegging
25/01/2016
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
15/07/2016
Gepubliceerd in het B.St. van
22/08/2016
Keywords
FONDSEN VOOR BESTAANSZEKERHEID

Historiek
01/01/2015 31/12/2999 1901 Statuten van het Fonds voorr bestaanszekerheid
01/01/2013 31/12/2014 1901 19 Statuten van het Fonds voorr bestaanszekerheid
01/01/2011 31/12/2012 1901 19 Statuten van het Fonds voorr bestaanszekerheid
01/01/2005 31/12/2010 1901 19 Statuten van het Fonds voorr bestaanszekerheid