66 Recht op deconnectie

Paritair (sub-)Comité nr.:
209.00.00-01.00, 209.00.00-02.00, 209.00.00-03.00, 209.00.00-04.01, 209.00.00-04.02, 209.00.00-05.00, 209.00.00-06.01, 209.00.00-06.02, 209.00.00-07.00, 209.00.00-08.00, 209.00.00-09.00, 209.00.00-10.00, 209.00.00-00.00

Bijwerking: 03/01/2024
Geldig vanaf: 01/10/2023

Dans ce secteur, une convention collective de travail supplétive relative au droit à la déconnexion a été conclue.

1. Algemeen

Werkgevers die 20 of meer werknemers tewerkstellen moeten afspraken maken over het recht van werknemers op deconnectie als zij niet moeten werken en de modaliteiten om dit te bereiken zoals het gebruik van communicatiemiddelen zoals telefoons, sms en mails tijdens én vooral buiten de werkuren van de werknemer.

De maatregel bepaalt niet hoe moet geteld worden om te bepalen of er 20 werknemers worden tewerkgesteld. Bijgevolg is de telling een momentopname, geen gemiddelde, en moet er in "hoofden" geteld worden en niet in voltijdse equivalenten.

De wetgever heeft bepaald dat werkgevers met minstens 20 werknemer een bedrijfs-CAO moeten sluiten met oog op de nakoming van hun verplichtingen inzake het recht op deconnectie. Bij ontstentenis van een bedrijfs-CAO zullen ze  hun arbeidsreglement moeten wijzigen. Dit moet uiterlijk op 1 april 2023 gebeuren.

Indien op niveau van de sector of de NAR een collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten die de nodige bepalingen bevat, vervalt de verplichting om een ondernemings-cao te sluiten of het arbeidsreglement te wijzigen.

2. PC 209 

In het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid werd op 29 september 2023 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het recht op deconnectie (nr. 183226/CO/209).

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is suppletieve: zij is van toepassing op de werkgevers die de modaliteiten en toepassingsvoorwaarden van het recht op deconnectie niet hebben vastgelegd in een collectieve arbeidsovereenkomst of opgenomen in hun arbeidsreglement. 

2.1. Praktische modaliteiten voor de toepassing van her recht op deconnectie

Werknemers zijn niet verplicht om bereikbaar te zijn voor de werkgever, leidinggevende, collega's of teamleden buiten het op hen van toepassing zijnde uurrooster, behalve in geval van overmacht of onvoorziene noodzakelijkheid of wanneer dit nodig is in het kader van welbepaalde wettelijke verplichtingen zoals bijvoorbeeld de controle van arbeidsongeschiktheid, de toepassing van de terugroepregeling in het kader van tijdelijke werkloosheid, de toepassing van een reintegratietraject. Onder onvoorziene noodzakelijkheid worden begrepen situaties waarbij het functioneren van de organisatie, de dienst of personen ernstig verstoord (kan) raken, potentieel schade kan veroorzaken en die onmiddellijk of snel handelen vereist.

Bijgevolg kan een werknemer niet gesanctioneerd worden voor (digitale) onbereikbaarheid buiten zijn werkuren of periodes van gewettigde afwezigheid.

De werknemers zijn evenmin verplicht om bereikbaar te zijn tijdens periodes van gewettigde afwezigheden of schorsing van de arbeidsovereenkomst (zoals vakantie, ziekte, ...).

Voor werknemers die telewerk verrichten of zich omwille van de aard van hun functie regelmatig buiten de onderneming bevinden, gelden de op  ondernemingsvlak gemaakte afspraken over zowel bereikbaarheid als onbereikbaarheid (ogenblikken waarop of de periodes waarin de bediende bereikbaar of niet bereikbaar moet zijn) tijdens de arbeidsuren.

Werknemers en leidinggevenden contacteren hun collega's of team niet buiten deze uurroosters behalve in geval van overmacht of onvoorziene omstandigheden die zonder tussenkomst van de werknemer onmogelijk kunnen opgelost worden. Als er geen contact kan worden opgenomen met de werknemer, kan er om deze reden geen sanctie opgelegd worden.

Leidinggevenden zorgen voor voldoende back-up tijdens afwezigheidsperiodes van hun teamleden. En de werknemer op zijn beurt geeft aan deze back-ups de nodige uitleg en informatie zodat zij het werk tijdens zijn afwezigheid kunnen opvangen.

Leidinggevenden waken over realistische deadlines en werkbelasting rekening houdend met de voorziene arbeidstijd en uurroosters.

Verder bevelen de sectorale sociale partners aan om meer concrete maatregelen in overweging te nemen die deze praktische modaliteiten van het recht op deconnectie ondersteunen (bijv. systeemverwittigingen bij e-mails of vergaderingsverzoeken buiten de uurroosters).

2.2. Richtlijnen voor een dusdanig gebruik van de digitale hulpmiddelen dat rusttijden, verlof, privélen en familiaal leven van de werknemer gewaarborgd blijven

  • Werkgerelateerde e-mails die buiten het uurrooster van de bestemmeling worden verstuurd, moeten niet behandeld worden buiten het uurrooster van de bestemmeling.
  • Bij afwezigheden wordt een out-of-office bericht opgezet dat (de duurtijd van) deze afwezigheid meldt en aangeeft hoe de opvolging gebeurt (bijvoorbeeld welke collega voor back-up zorgt, of de vraagsteller de mail moet doorsturen, ...).
  • Telefonische oproepen worden door collega's opgevolgd tijdens afwezigheidsperiodes. Daartoe moet de werknemer instaan voor het doorschakelen van oproepen naar zijn professionele GSM-/telefoonnummer naar een afgesproken nummer.
  • Binnen de onderneming is duidelijk terug te vinden wie wanneer aan het werk is, bijvoorbeeld via het openstellen van een digitale agenda waarin aan- en afwezigheids-periodes duidelijk worden opgenomen,...).
  • Leidinggevenden waken over de correcte naleving van de richtlijnen over het gebruik van digitale hulpmiddelen.

2.3. Vormings- en sensibiliseringsacties

De sectorale sociale partners verbinden zich ertoe om in het sectorale opleidingsaanbod hierover een initiatief op te nemen ter ondersteuning van werknemers en leidinggevenden, inclusief goede praktijken. Hierbij worden het belang van deconnectie en de risico's van overmatige connectie duidelijk toegelicht.

Werknemers krijgen op regelmatige tijdstippen vorming over het verstandig gebruik van digitale hulpmiddelen en de risico's die verbonden zijn aan overmatige connectie.

De directie herinnert het personeel regelmatig aan de gemaakte afspraken inzake het adequate gebruik van de digitale tools en sensibiliseert om deze na te leven.

De vorming- en sensibiliseringsacties houden rekening met specifieke doelgroepen zoals bijvoorbeeld handelsvertegenwoordigers, leidinggevend en vertrouwenspersoneel.

Werknemers die de instroom van mails en telefonische oproepen niet kunnen verwerken tijdens hun werktijd, kunnen hierover afspraken maken met hun leidinggevende.

Verder bevelen de sectorale sociale partners aan de volgende maatregelen in overweging te nemen:

  • In de onthaalbrochure wordt aandacht gegeven aan het verstandig gebruik van digitale hulpmiddelen en aan de risico's die verbonden zijn aan overmatige connectie.
  • Op het intranet van de onderneming is een filmpje beschikbaar over het verstandig gebruik van digitale hulpmiddelen.
  • Een automatische handtekening in e-maiIs die aangeeft dat niet onmiddellijk een antwoord is vereist, wordt geïnstalleerd.
  • Een "waarschuwingsbericht" als de werknemer buiten de werktijd mails verzendt, wordt ingevoerd.

2.4 Rol van het CPBW

In het kader van het beleid op het vlak van risicoanalyse en met naleving van de wetgeving ter bescherming van de privacy van werknemers wordt op regelmatige tijdstippen, en telkens wanneer de werknemersvertegenwoordigers in het Comité erom verzoeken een analyse uitgevoerd van het gebruik van digitale tools voor professionele doeleinden buiten de normale werkuren.

Op basis van deze gegevens worden in het CPBW maatregelen afgesproken voor de hele werkplek en/of verschillende diensten en departementen om schadelijk gedrag te beperken en de naleving van het recht op deconnectie te realiseren. Deze maatregelen maken integraal deel uit van het globaal preventieplan en het jaarlijks actieplan.

Het CPBW neemt actief deel aan de implementatie van de afgesproken maatregelen en ziet toe op de toepassing ervan. Het evalueert de getroffen maatregelen en stelt op basis van de noden aanpassingen voor. Daartoe komt het CPBW op regelmatige tijdstippen, en telkens wanneer de werknemersvertegenwoordigers in het Comité erom verzoeken, samen.

Alle werknemers worden ingelicht over en betrokken bij de uitwerking en aanpassing van de maatregelen.

2.5. Contact

De werknemers hebben de mogelijkheid om hun leidinggevende, de interne of externe preventieadviseur, de vertrouwenspersoon of hun vakbondsafgevaardigde te contacteren bij problemen met betrekking tot het recht op deconnectie.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
29/09/2023
Registratienr
183226
Geldig van
01/10/2023
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
29/09/2023
Registratiedatum
23/10/2023
Onderwerp
Deconnectie
BS Bericht van neerlegging
10/11/2023
Algemeen verbindend verklaring
Gevraagd
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
21/02/2024
Gepubliceerd in het B.St. van
06/03/2024
Keywords
WELZIJN OP HET WERK, WELZIJN OP HET WERK
Tekst aangepast op
25/10/2023

Historiek
01/10/2023 31/12/2050 66 Recht op deconnectie