23 Syndicale afvaardiging

Paritair (sub-)Comité nr.:
207.00.00-00.00

Bijwerking: 23/04/2013
Geldig vanaf: 19/02/2013

In het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid werd op 4 mei 1999 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende coördinatie van het statuut van de syndicale afvaardigingen. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 7 mei 2000 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 6 april 2001. 

In het Paritair Comité voor de bedienden van de scheikundige nijverheid werd op 19 februari 2013 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen voor baremieke bedienden in de ondernemingen die minimaal 25 en maximaal 29 baremieke bedienden tewerkstellen. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 11 maart 2013 onder het nr. 113956/CO/207. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch staatsblad van 2 april 2013.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO's.

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in uitvoering van en overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen, regelt het statuut van de syndicale afgevaardigden van het bediendenpersoneel in de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid. Zij verbindt de werkgevers en de werknemersorganisaties vertegenwoordigd in voormeld paritair comité.

Artikel 2

De werkgevers en de in artikel 1 bedoelde werknemersorganisaties verbinden er zich toe alle bepalingen zowel van de in artikel 1 vermelde collectieve arbeidsovereenkomst van de Nationale Arbeidsraad als van deze collectieve arbeidsovereenkomst toe te passen en na te leven.

Zij zullen alle middelen waarover zij beschikken aanwenden om dat doel te verwezenlijken.

Artikel 3

De werkgevers erkennen dat hun "gesyndiceerd bediendenpersoneel" bij hen wordt vertegenwoordigd door een syndicale afvaardiging waarvan de leden onder het bediendenpersoneel van de onderneming worden aangeduid of gekozen.

Onder "gesyndikeerd bediendenpersoneel" verstaat men het personeel, beoogd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 januari 1947 van voormeld paritair comité betreffende de classificatie van de functies en aangesloten bij één van de werknemersorganisaties bedoeld in artikel 1.

De syndicale afvaardiging wordt ingesteld volgens de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Artikel 4

De werkgevers verbinden er zich daarenboven toe in alle omstandigheden blijk te geven van een geest van rechtvaardigheid, billijkheid en verzoening, op het bediendenpersoneel geen enkele druk uit te oefenen om te beletten dat het zich zou syndikeren en aan de bedienden geen andere prerogatieven of voordelen toe te kennen dan aan de gesyndiceerde bedienden.

Artikel 5

De werknemersorganisaties bedoeld in artikel 1, evenals de syndicale personeelsafgevaardigden, verbinden er zich toe de vrijheid van vereniging na te leven, onder andere door uit hun syndicale propaganda de methodes te bannen die met de geest van de collectieve arbeidsovereenkomst van de Nationale Arbeidsraad en van deze collectieve arbeidsovereenkomst niet in overeenstemming zouden zijn en door geen beroep te doen op middelen die van aard zijn het personeel ertoe te dwingen zich te syndikeren.

Artikel 6

De werknemersorganisaties bedoeld in artikel 1 waken erover dat de syndicale afgevaardigden van het bediendenpersoneel:

Artikel 7

Er wordt een syndicale afvaardiging ingesteld in de technische uitbatingseenheden met ten minste 30 bedienden, beoogd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 januari 1947 waarvan sprake in artikel 3 en op voorwaarde dat ten minste 25 pct. van dat personeel zulks schriftelijk vraagt aan het hoofd van de technische uitbatingseenheid, door bemiddeling van de werknemersorganisaties bedoeld in artikel 1.

De syndicale afvaardiging is samengesteld uit maximum het volgend aantal effectieve leden:

Er zijn evenveel plaatsvervangende afgevaardigden als effectieve afgevaardigden. Zij worden op dezelfde wijze aangeduid of gekozen. De plaatsvervangende afgevaardigden zetelen ter vervanging van een afwezig, overleden of ontslagnemend lid of van een lid dat niet langer de verkiesbaarheidsvoorwaarden vervult.

Er kan een afgevaardigde van de jonge bedienden worden aangeduid indien de technische uitbatingseenheid ten minste 30 jeugdige bedienden van minder dan 21 jaar tewerkstelt.

De werknemersorganisaties, bedoeld in artikel 1, stellen zich onderling akkoord, hetzij voor de rechtstreekse aanduiding van de effectieve en plaatsvervangende syndicale afgevaardigden, in verhouding tot het aantal van hun leden in elke technische uitbatingseenheid, hetzij over het doen verkiezen van genoemde afgevaardigden.

Indien zij, in de eerste onderstelling, zich niet akkoord kunnen stellen over de onderlinge verdeling van de mandaten, wordt er ambtshalve tot verkiezingen overgegaan om de effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden aan te duiden.

De lijsten van de aan te duiden of te verkiezen syndicale afgevaardigden worden aan de directie van elke technische uitbatingseenheid medegedeeld dertig volle dagen voor de datum welke in gemeenschappelijk akkoord tussen partijen voor de aanduiding of de verkiezing werd vastgesteld.

Geen enkele lijst mag een groter aantal kandidaten bevatten dan het aantal aan te duiden of te kiezen effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden.

De directie kan zich wegens ernstige redenen tegen de aanduiding of de kandidatuur van een afgevaardigde verzetten. In dat geval laat de directie de redenen van haar verzet binnen acht dagen aan de betrokken werknemersorganisaties kennen.

Bij gebrek aan overeenstemming tussen de partijen, wordt de kwestie aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid of, bij zijn ontstentenis, aan een andere ambtenaar aangeduid door de Minister van Tewerkstelling en Arbeid, voorgelegd, die zal beslissen na de directie, de vertegenwoordiger van de betrokken werknemersorganisatie en eveneens de betrokkene op verzoek van één der partijen te hebben gehoord.

Indien de afgevaardigden door verkiezing moeten worden aangeduid, moet de verkiezing in de technische uitbatingseenheid plaatsvinden en moeten daarbij alle schikkingen worden getroffen om de vrijheid en het geheim van de stemming te verzekeren.

De effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden worden bij geheime stemming in één enkele stembeurt gekozen op de voorgelegde kandidatenlijsten. De kiezers kunnen bovenaan de lijst stemmen, of op het geheel van de lijsten zoveel kandidaten aanduiden als er zetels te begeven zijn.

De berekeningsmodaliteiten voor het toekennen van de te begeven zetels zijn dezelfde als deze voorzien in het koninklijk besluit van 18 februari 1971 tot regeling van de ondernemingsraden.

Indien de lijst van de plaatsvervangende afgevaardigden tijdens de duur van het mandaat van de effectieve afgevaardigden zou zijn uitgeput en één van deze laatsten zou moeten worden vervangen, geschiedt de vervanging bij aanduiding door de betrokken werknemersorganisatie, na advies van het ondernemingshoofd zoals voorzien in paragraaf b, vijfde lid, van dit artikel.

Artikel 8

De syndicale afgevaardigden worden aangeduid of verkozen voor een termijn van vier jaar.

Artikel 9

Het mandaat van syndicale afgevaardigde eindigt:

Zijn vervanging geschiedt overeenkomstig de bepalingen van artikel 7, paragraaf b. De nieuwe afgevaardigde beëindigt het mandaat van zijn voorganger.

Artikel 10

Artikel 11

De forfaitaire vergoeding is gelijk aan de brutobezoldiging van één jaar, onverminderd de toepassing van de artikelen 39 en 40 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. Deze vergoeding is niet verschuldigd wanneer de syndicale afgevaardigde geniet van de vergoeding, voorzien door de artikelen 16 en 17 van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor preventie en bescherming op het werk, alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden (Belgisch Staatsblad 29 maart 1991), gewijzigd bij de wet van 20 juli 1991 (Belgisch Staatsblad 1 augustus 1991).

Artikel 12

De bevoegdheid van de syndicale afvaardiging heeft onder andere betrekking op:

Artikel 13

Artikel 14

Elke individuele klacht wordt volgens de gebruikelijke hiërarchische weg ingediend door de betrokken werknemer die daarbij, op zijn verzoek, door zijn syndicale afgevaardigde mag worden bijgestaan. De syndicale afvaardiging heeft het recht ontvangen te worden ter gelegenheid van alle geschillen of twistpunten van individuele aard welke langs die weg niet zijn opgelost.

Artikel 15

Ingeval er geen ondernemingsraad bestaat, behartigt de syndicale afvaardiging de taken, rechten en opdrachten, die aan de ondernemingsraad worden toevertrouwd zoals bepaald in de hoofdstukken II en IV van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 maart 1972 van de Nationale Arbeidsraad betreffende de informatie en de raadpleging van de ondernemingsraden in verband met de algemene perspectieven van de onderneming en de kwesties van de tewerkstelling in deze laatste.

Artikel 16

De syndicale afvaardiging beschikt volgens de omstandigheden tijdelijk over een lokaal om haar de gelegenheid te bieden haar opdracht adequaat te vervullen.

Artikel 17

Mits voorafgaand akkoord van de directie, worden door de syndicale afvaardiging informatievergaderingen voor het personeel van de onderneming ingericht, ter gelegenheid van het sluiten of het hernieuwen van de collectieve arbeidsovereenkomsten, aangegaan op het vlak van de onderneming. Bij weigering wordt dit door de directie gemotiveerd.

Artikel 17bis - Externe syndicale opdrachten

In de ondernemingen waar een syndicale afvaardiging bestaat worden maximum 2 dagen, samengesteld in pool, per jaar per effectief mandaat bezoldigd, met het oog op externe syndicale opdrachten; deze dagen kunnen door de gewone en/of plaatsvervangende syndicale afgevaardigden benut worden, indien de noodzakelijkheid van de dienst het toelaat.

Het verzoek tot opname van deze dagen wordt ingediend door een vakcentrale die deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft ondertekend en wordt gemotiveerd. De werkgever dient een eventuele weigering te motiveren. Deze bepaling doet geen afbreuk aan bestaande gunstiger gebruiken op het vlak van de ondernemingen of de subsectoren.

Artikel 18

Ingeval de standpunten van de werkgever en de syndicale afvaardiging uiteenlopen, of indien beide partijen de noodzakelijkheid ervan erkennen, wordt beroep gedaan op de vertegenwoordigers van hun respectieve organisaties om, in het raam van de technische uitbatingseenheid, de bespreking van de hangende problemen voort te zetten.

De partijen doen zo nodig beroep op de bevoegde instantie van het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid.

Tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, met inbegrip van de duur van opzegging, verbinden de partijen er zich toe geen beroep te doen op staking of lock-out, zonder vooraf alle mogelijke verzoeningspogingen te hebben uitgeput.

In geval van conflict bedraagt de opzeggingstermijn van de staking of de lock-out veertien dagen, ingaande op de maandag, volgend op de week tijdens dewelke de opzegging per brief werd betekend.

Artikel 19

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een onbepaalde duur. Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 1993, houdende coördinatie van het statuut van de syndicale afvaardigingen voor bedienden gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid (koninklijk besluit van 31 mei 1994, Belgisch Staatsblad van 20 juli 1994), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 januari 1998 tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 1993 houdende coördinatie van het statuut van de syndicale afvaardigingen (koninklijk besluit van 9 juli 1998, Belgisch Staatsblad van 13 augustus 1998). Zij treedt in werking op 1 januari 1999.

Zij kan door de ene of de andere partij worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden.

De organisatie die het initiatief tot opzegging neemt, verbindt er zich toe de redenen van die opzegging mede te delen en onmiddellijk voorstellen voor een amendement neer te leggen.

De werkgevers en de in artikel 1 bedoelde werknemersorganisaties verbinden er zich toe die voorstellen binnen één maand nadat zij werden ontvangen, in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid te bespreken.

Artikel 1

Deze CAO geeft uitvoering aan artikel 14 van het Nationaal Akkoord 2011-2012 van 10 mei 2011.

Ze regelt het statuut van de syndicale afgevaardigden van het baremieke bediendenpersoneel in de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid die minimaal 25 en maximaal 29 baremieke bedienden tewerkstellen.

Zij verbindt de werkgevers en de werknemersorganisaties vertegenwoordigd in voormeld Paritair Comité.

Onder "baremieke bediendenpersoneel" verstaat men het personeel beoogd door de CAO van 17 januari 1947 van voormeld Paritair Comité betreffende de classificatie van de functies.

Artikel 2

Behoudens de principes opgenomen in de artikelen 3 en 4 van onderhavige CAO, wordt het statuut van de syndicale afvaardigingen voor baremieke bedienden in de ondernemingen die minimaal 25 en maximaal 29 baremieke bedienden tewerkstellen eveneens geregeld door CAO houdende coördinatie van het statuut van de syndicale afvaardigingen voor bedienden, gesloten op 4 mei 1999 in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid.

Artikel 3

In afwijking van hetgeen bepaald wordt in artikel 7a van de CAO van 4 mei 1999 gelden voor de mogelijke oprichting van een syndicale delegatie in ondernemingen die minimaal 25 en maximaal 29 baremieke bedienden tewerkstellen, volgende principes:

Artikel 4

De syndicale afgevaardigden zullen erover waken dat de uitoefening van de syndicale opdrachten zonder overdrijving gebeurt.

Indien er misbruiken in hoofde van één van de partijen zouden worden vastgesteld, zullen de partijen met elkaar contact opnemen en samen naar oplossingen zoeken.

Indien het probleem aanhoudt, zullen de partijen beroep doen op de vertegenwoordigers van de vakbonden en van essenscia teneinde een oplossing te vinden.

Het is de syndicale afgevaardigde niet toegelaten om zijn werk vrij te verlaten; hij verwittigt altijd vooraf zijn rechtstreekse chef.

De chef oordeelt of de organisatie en de veiligheid van het werk zijn afwezigheid toelaten.

Pas daarna kan de syndicale afgevaardigde desgevallend effectief zijn werkplaats verlaten.

De syndicale afgevaardigde licht hem in over de plaats, de oorzaak van zijn verplaatsing en de vermoedelijke duur van zijn afwezigheid.

Hij verwittigt zijn rechtstreekse chef indien hij niet naar zijn werkpost kan terugkeren binnen de voorziene tijd.

De werkgever zal erover waken dat de normale uitvoering van de vakbondsopdrachten en -werkzaamheden, die door het statuut worden voorzien in geen geval worden belemmerd en dat de rechtstreekse chef de syndicale afgevaardigde de nodige tijd toestaat. De rechtstreekse chef zal de nodige schikkingen treffen om de syndicale afgevaardigde zo spoedig mogelijk vrij te maken, rekening houdend met de arbeidsorganisatie.

Artikel 5

Deze CAO wordt gesloten voor een onbepaalde duur. Zij treedt in werking op de dag van ondertekening.

Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt toegezonden. De poststempel geldt als bewijs.

De organisatie die het initiatief tot opzegging neemt, verbindt er zich toe de redenen van die opzegging mede te delen en onmiddellijk voorstellen voor een amendement neer te leggen.

De werkgevers en de in artikel 1 bedoelde werknemersorganisaties verbinden er zich toe die voorstellen binnen één maand nadat zij werden ontvangen, in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid te bespreken.

Deze CAO zal worden neergelegd ter griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg en de algemeen verbindende kracht bij Koninklijk Besluit wordt gevraagd.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
19/02/2013
Registratienr
113956
Geldig van
19/02/2013
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
19/02/2013
Registratiedatum
11/03/2013
Onderwerp
statuut van de syndicale afvaardiging
BS Bericht van neerlegging
02/04/2013
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
11/11/2013
Gepubliceerd in het B.St. van
10/12/2013
Keywords
SYNDICALE AFVAARDIGING, WERKING ONDERNEMING/OVERLEGORGANEN

Historiek
19/02/2013 31/12/2999 23 Syndicale afvaardiging
01/01/1999 18/02/2013 23 Syndicale afvaardiging
01/01/1999 31/12/2004 23 Syndicale afvaardiging