15 Opzeggingstermijnen

Paritair (sub-)Comité nr.:
119.01.00-00.00, 119.02.00-00.00, 119.03.00-00.00

Bijwerking: 11/04/2000
Geldig vanaf: 12/10/1999
Geldig tot: 01/10/2001

In artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt bepaald welke opzeggingstermijnen men dient in acht te nemen om een einde te stellen aan een arbeidsovereenkomst voor werklieden. In artikel 61 van dezelfde wet is echter voorzien dat de Koning, op voorstel van het paritair comité of van de Nationale Arbeidsraad, de opzeggingstermijnen kan wijzigen in het belang van bepaalde bijzondere categorieën van werknemers of voor de opzeggingen die om sociale of economische redenen zijn gedaan.

 

Voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren werden afwijkende opzeggingstermijnen bepaald in een koninklijk besluit van 31 augustus 1999, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 12 oktober 1999.

 

Dit besluit treedt in werking op 12 oktober 1999. De opzeggingen, betekend vóór 12 oktober 1999 blijven hun gevolgen behouden.

 

We geven u hierna een overzicht van de opzeggingstermijnen van toepassing in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren rekening houdend het koninklijk besluit van 31 augustus 1999.

I. Opzegging buiten het geval van brugpensioen

 

Anciënniteit

Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werkgever

Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werknemer

minder dan 6 maanden (1)

7 kalenderdagen (2)

3 kalenderdagen (2)

van 6 maanden tot minder dan 15 jaar (3)

28 kalenderdagen (2)

14 kalenderdagen (2)

van 15 jaar tot minder dan 25 jaar (3)

56 kalenderdagen (2)

28 kalenderdagen (2)

25 jaar en meer (3)

112 kalenderdagen (2) (4)

28 kalenderdagen (2)

 

II Opzegging in geval van brugpensioen

 

Anciënniteit

Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werkgever

Opzeggingstermijnen te eerbiedigen door de werknemer

minder dan 6 maanden (1)

7 kalenderdagen (2)

3 kalenderdagen (2)

van 6 maanden tot minder dan 20 jaar (3)

28 kalenderdagen (2)

14 kalenderdagen (2)

20 jaar en meer (3)

56 kalenderdagen (2)

28 kalenderdagen (2)

 

 

 

(1)   De verkorte opzeggingstermijn van 7 of 3 kalenderdagen kan slechts worden toegepast op voorwaarde dat hij uitdrukkelijk werd vastgesteld in de individuele arbeidsovereenkomst en/of in het arbeidsreglement. In de individuele arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement kan men eveneens bepalen dat de opzeggingstermijn ingaat de dag volgend op de dag van de betekening. Indien deze bepaling niet uitdrukkelijk is ingeschreven, is de algemene regel van toepassing en gaat de opzeggingstermijn in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend.

(2)   Kalenderdagen, dit is met inbegrip van zon- en feestdagen.

(3)   De opzeggingstermijn gaat in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend

(4)  Opgelet:  Indien de opzegging betekend wordt in het kader van een overdracht van onderneming is de termijn echter 56 kalenderdagen.

Historiek
16/03/2012 31/12/2013 15 Opzeggingstermijn: arbeiders
26/11/2009 15/03/2012 15 Opzeggingstermijnen
30/11/2007 25/11/2009 15 Opzeggingstermijnen
02/10/2001 29/11/2007 15 Opzeggingstermijnen
12/10/1999 01/10/2001 15 Opzeggingstermijnen