040101 0401 Loonvoorwaarden

Paritair (sub-)Comité nr.:
211.00.00-01.00

Bijwerking: 25/02/2016
Geldig vanaf: 01/01/2013
Geldig tot: 31/12/2014

In het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en-handel werd op 24 oktober 2013 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende inzake loon- en arbeidsvoorwaarden voor de periode 2013-2014. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst en geregistreerd op 5 december 2013 onder het nr. 118283/CO/117. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 7 januari 2014.

Wij geven u hierna de bepalingen uit deze CAO betreffende de loonvoorwaarden.

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werklieden van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel ressorteren.

Onder “werklieden” worden hierna de werklieden van het mannelijk en het vrouwelijk geslacht verstaan. Eveneens gebruikt in deze overeenkomst en met een zelfde betekenis is de term "werknemer". 
Onder "CAO" wordt verstaan : de collectieve arbeidsovereenkomst.
(...)

HOOFDSTUK IV - Lonen

Afdeling 1 - Basisuurlonen

Artikel 11

§1. 1. De geïndexeerde minima basisuurlonen zijn de volgende op 1 oktober 2013:
 

Hulpwerklieden 18,6077 EUR
Schoonmakers- en kantinewerklieden 18,6077 EUR
Geoefende hulpwerklieden A 19,3249 EUR
Geoefende hulpwerklieden B 19,5866 EUR
Geschoolde werklieden 2e categorie 19,8672 EUR
Autobestuurders 20,6071 EUR
Geschoolde werklieden le categorie 20,6071 EUR
Geschoolde werklieden vliegveld 20,6071 EUR
Meer dan geschoolde werklieden 21,3919 EUR

De niet-geïndexeerde minima basisuurlonen (index = 100) zijn de volgende op 1 oktober 2013:
 

Hulpwerklieden 15,3859 EUR
Schoonmakers- en kantinewerklieden 15,3859 EUR
Geoefende hulpwerklieden A 15,9789 EUR
Geoefende hulpwerklieden B 16,1953 EUR
Geschoolde werklieden 2e categorie 16,4273 EUR
Autobestuurders 17,0391 EUR
Geschoolde werklieden le categorie 17,0391 EUR
Geschoolde werklieden vliegveld 17,0391 EUR
Meer dan geschoolde werklieden 17,6880 EUR

Afdeling 2 - Bijzondere lonen en vergoedingen

A. Aanpassing van de lonen bij rangverlaging

Artikel 12

§1. Ingeval van rangverlaging, hetzij door toedoen van de werkman, hetzij tengevolge van ziekte van deze laatste, wordt het geïndexeerd loon behouden en de verhogingen die voortvloeien uit de schommelingen van het indexcijfer worden op het oud basisuurloon toegepast.

Evenwel bij conventionele loonsverhoging, wordt slechts de helft van deze verhoging op bedoeld basisuurloon toegepast. Eventueel gunstiger stelsels die op het vlak van de onderneming bestaan, blijven behouden. De individueel verworven rechten wegens particuliere regelingen die voor sommige werklieden definitief zijn geworden, worden geëerbiedigd.

§2. Bij rangverlaging op voorstel van de werkgever, wordt het basisuurloon gegarandeerd, alsmede de conventionele loonsverhogingen.

§3. Bij rangverlaging van zwangere arbeidsters op risicoposten die omwille van hun zwangershap hun risicopost moeten verlaten en tijdelijk een andere lagere functie uitvoeren, behouden deze arbeidsters hun volledig normale brutoloon.

B. Tijdelijke indeling in een hogere categorie

Artikel 13

De werkman die tijdelijk wordt tewerkgesteld aan werken welke in een hogere categorie zijn ingedeeld, ontvangt, tijdens de duur van deze werken, het geïndexeerd loon dat voor deze categorie is voorzien.

C. Definitieve overgang van ploegwerk naar dagwerk

Artikel 14

§1. Aan de werkenmers die definitief overgaan van het ploegen- naar het dagstelsel, wordt een forfaitaire vergoeding toegekend onder de volgende voorwaarden:

  1. ingeval van reorganisatie van de dienst te wijten aan de werkgever; of akkoord van de werkgever voor een overstap naar een dagstelsel bij defintieve ongeschiktheid voor de overeengekomen arbeid om medisch reden;
  2. slechts geldig voor de werklieden die gedurende tien jaar ononderbroken in ploegen hebben gewerkt:
    a. hetzij in drie opeenvolgende ploegen, volcontinu;
    b. hetzij in twee ploegen op niet-onderbroken wijze, dit wil zeggen op ononderbroken wijze gedurende gans het hele jaar.

§2. De werknemer die ten minste 50 jaar oud is en die een beroepsactiviteit van ten minste 20 jaar ononderbroken in de arbeidsregelingen met prestaties zoals bepaald in artikel 1 van CAO nr. 46 kan bewijzen, heeft het recht om te vragen in een niet-ploegenregeling te worden tewerkgesteld.  Indien de werkgever hierop ingaat, zal hij hem een forfaitaire vergoeding betalen waarvan het bedrag gelijk is aan de ploegenpremies die de werknemer getrokken heeft tijdens de drie voorgaande maanden.

§3. De werknemer die ten minste 53 jaar oud is en die een beroepsactiviteit van ten minste 15 jaar ononderbroken in de arbeidsregelingen met prestaties zoals bepaald in artikel 1 van CAO nr. 46 kan bewijzen, heeft het recht om te vragen in een niet-ploegenregeling te worden tewerkgesteld.  Indien de werkgever hierop ingaat, zal hij hem een forfaitaire vergoeding betalen waarvan het bedrag gelijk is aan de ploegenpremies die de werknemer getrokken heeft tijdens de zes voorgaande maanden.

§4. De werknemer van 56 jaar kan, na 10 jaar ononderbroken ploegenarbeid, een verzoek indienen om dagwerk te bekomen.  Indien de werkgever hierop ingaat, zal hij hem een forfaitaire vergoeding betalen waarvan het bedrag gelijk is aan de ploegenpremies die de arbeider getrokken heeft tijdens de negen voorgaande maanden.

§ 5. Aanbeveling aan de bedrijven om bijzondere aandacht te besteden en maatregelen te treffen voor die werknemers die omwille van gezondheidsredenen in de onmogelijkheid zijn om binnen de shiftregelingen nachtarbeid te presteren.

Artikel 14bis 

Aan de ondernemingen wordt aanbevolen de overstap van shiftwerk naar dagwerk voor werknemers vanaf 50 jaar met minstens 20 jaar anciënniteit in de nachtploeg maximaal mogelijk te maken. 

Aangezien de mogelijkheden van overstap ondernemingsspecifiek zijn, wordt dit onderwerp op ondernemingsniveau besproken.

D. Loon van de brigadiers

Artikel 15

Het loon van de brigadiers is gelijk aan het geïndexeerd loon van de werklieden van hun ploeg, verhoogd met 10 %.

E. Opmerkingen en startbaanovereenkomsten

Artikel 16

  1. De lonen worden uitbetaald iedere tien dagen. Twee voorschotten, zoveel mogelijk gelijk aan het door de werkman verworven loon, worden de 14de en de 24ste van iedere maand uitbetaald, dit voor het loon verschuldigd tot de 10de en de 20ste ; de eindafrekening dient te worden vereffend de 4de van de hierop volgende maand voor het loon verschuldigd tot het einde van de vorige maand.
  2. Zo deze data met een zon- of feestdag samenvallen, geschiedt de betaling de hieraan voorafgaande werkdag.
  3. Het loon kan maandelijks, op het einde van iedere maand worden uitbetaald.

De afrekening van de premies wordt in dat geval in beginsel op de 26ste van de maand afgesloten, teneinde de uitkering ervan te doen samenvallen met deze van het overige loon. De verrekening van de na de juiste berekening der overlonen, premies en diverse vergoedingen verschuldigde bedragen, gebeurt bij de volgende maandelijkse uitbetaling.

Onverminderd de bepalingen van artikel 23 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers (Belgisch Staatsblad van 30 april 1965), kan dit voorschot door de werkgever aangerekend worden op de bij deze beslissing ingestelde maandelijkse uitbetaling, op voorwaarde dat de modaliteiten nageleefd worden die voorafgaandelijk daartoe vastgesteld werden door de ondernemingsraad, of, bij ontstentenis van een ondernemingsraad, door een akkoord tussen de werkgever en de vakbondsafvaardiging, of bij ontstentenis daarvan, door een akkoord tussen de werkgever en het betrokken personeel.
Artikel 16 bis
Alle bestaande verbintenissen (betaling aan 100%) op ondernemingsniveau inzake werknemers verbonden met een startbaanovereenkomst, blijven behouden.
In de bedrijven waar geen 100 pct. uitbetaald wordt aan de werknemers "startbaanovereenkomst" zal voortaan 100 pet. betaald worden van zodra ze effectieve taken opnemen.

(...)

HOOFDSTUK V - Premies en toeslagen

Afdeling 1 - Premie aan de werklieden van de raffinaderijen

Artikel 19

Er wordt een geïndexeerde premie van 0,2300 EUR per uur (op 1 januari 2009; premie aan index 100 = 0,2300 EUR per uur) toegekend aan de werklieden van de technische bedrijfseenheden raffinaderijen van ruwe aardolie:

Met deze premie zal rekening worden gehouden voor de betaling van :

  • de eindejaarspremie;
  • de getrouwheidspremie;
  • de ploegenpremies;
  • de premies voor vuile werken;
  • de "shut-down" premie;
  • de premie voor de raffinaderijtechnicus;
  • de anciënniteitverlofdagen;
  • en de arbeidsduurverkortingsdagen.

Afdeling 1 bis. Speciale premie aan de geschoolde en hiermee gelijkgestelde werklieden van de raffinaderijen

Artikel 19 

Er wordt een geïndexeerde premie van 0,5973 EUR per uur (op 1 januari 2007; premie aan index 100 = 0,5372 EUR per uur) toegekend aan de geschoolde en hiermee gelijkgestelde werklieden van de raffinaderijen van ruwe aardolie, voor zover zij tot één van de volgende categorien behoren :

1. zij die tewerkgesteld zijn in de bediening van de fabricage-eenheden. Worden gelijkgesteld met een fabricage-eenheid, de installaties tot voortbrenging van stoom en elektriciteit en hun bijbehorende installaties ingeval zij voorkomen in een raffinaderij van ruwe aardolie;
2. zij die tewerkgesteld zijn aan de behandeling in bulk van voortgebrachte goederen; 
3. zij die tewerkgesteld zijn aan het onderhoud van materiaal dat deel uitmaakt van de fabricageeenheden.
 

Bij wijze van voorbeeld : volgende functies zijn uitgesloten :
- de chauffeurs;
- de laders in een niet-automatische installatie;
- de magazijnwerklieden;
- de werklieden in cafetaria's, wachters, schoonmakers, tuiniers, loopjongens, enz.;
- de werklieden die zijn tewerkgesteld in een vullingcentrum voor LPG-flessen;
- de werklieden die zich met het onderhoud van de voertuigen en vrachtwagens bezighouden;
- de werklieden die zijn tewerkgesteld aan het mengen van oliën, vetten of andere aardolieproducten in de zogenaamde terminal-installaties;
- de werklieden die zijn tewerkgesteld aan het manipuleren van de bidons.
 

De betwiste gevallen dienen tegensprekelijk te worden onderzocht op het vlak van de onderneming. 

Met deze premie zal rekening worden gehouden voor de betaling van :
- de eindejaarspremie;
- de getrouwheidspremie;
- de ploegenpremies;
- de premies voor vuile werken;
- de "shut-down" premie;
- de premie voor de raffinaderijtechnicus;
- de anciënniteitverlofdagen;
- en de arbeidsduurverkortingsdagen.

(...)

Afdeling 4 - Vergoedingen voor bevuilende werken

Artikel 25

Een dagelijkse vergoeding waarvan het bedrag gelijk is aan minimaal zes uren loon, berekend op hierna volgende basissen, wordt toegekend voor de uitvoering van bevuilende werken:

  1. normaal loon vermeerderd met 25 % voor de uitvoering van volgende werken:

    • reinigen van ovens en verbindingsleidingen van ovens naar fabricage-eenheden, voor zover het gaat om de binnenzijde van deze toestellen;
    • reinigen van ketels, ballons, drums en tanks, spoorwegwagens, vrachtwagens en lichters, voor zover het gaat om de inwendige reiniging en dat daarenboven de inhoud heeft bestaan uit zwarte producten, butaan en propaan;
    • wegnemen van de "sludge" in de oliescheiders;
    • herstellen van die toestellen en installaties, voor zover de herstelling vóór het reinigen werd uitgevoerd;
    • lossen van kolen;
    • reinigen van "bilgen" onder de machinekamers van de tanklichters;
    • reinigen van carters van scheepsdieselmotoren;
    • schilderen met teer onder kuipen en vergaarbakken;
    • plaatsen van stellingen in ketels en schoorstenen, voor zover deze werkzaamheden worden uitgevoerd vóór het reinigen van de ketels en schoorstenen, waarvan hierboven sprake;
    • herstellen van vergaarbakken en warmtewisselaars, voor zover de herstelling wordt uitgevoerd vóór het reinigen en deze apparaten voor zwarte producten werden gebruikt;
    • ontvetten en scheikundig reinigen van wagens en tankwagens als voorbereiding tot het schilderen met pistool;
    • herstellen en reinigen van diesel turbinemotoren, op voorwaarde dat:
      1. de herstelling vóór het reinigen geschiedt;
      2. de werklieden er moeten binnendringen om ze te reinigen;
    • reinigen van onderaardse vergaarbakken;
    • bepaalde bewerkingen van laden en mengen van "cut-back";
    • de werklieden belast met de vernietiging aan de verbrandingsoven van de resten die voortkomen van de "Leigracht" en van de installaties.
  2. Normaal loon vermeerderd met 25 tot 50 % naargelang van de aard van het werk en de voorwaarden waarin het wordt uitgevoerd:

    • reinigen van de binnenzijde van de kolommen.
  3. Normaal loon vermeerderd met 50 % voor:

    • reinigen en "sweeping" in de scheepshouders voor koude oliën (dierlijke en plantaardige oliën).
  4. Normaal loon vermeerderd met 100 % voor:

    • reinigen en “sweeping” in de scheepshouders van met stoom behandelde oliën, zoals walvis-, palm-, talowolie, uit graan getrokken olie, enz.

Artikel 26

De uitvoering van de hierna vermelde bevuilende werken zal het voorwerp uitmaken van een onderzoek op het vlak van de onderneming in samenwerking met de syndicale afvaardiging en zal gebeurlijk aanleiding geven tot betaling van een dagelijkse vergoeding van minimum zes uren loon, berekend op hierna volgende basissen:

  1. normaal loon vermeerderd met 25 % voor de uitvoering van volgende werken:

    • werk uitgevoerd ter gelegenheid van een algemene herziening ("shut-down"), onder andere, het demonteren en reinigen van leidingen voor zware oliën en scheikundige producten;
    • reinigen en wegnemen van kleppen, pompen, leidingen, rubberslangen, plooibare rubberen buizen, warmtewisselaars voor zover ze werden gebruikt voor zwarte producten;
    • schilderen met pistool van tankwagens en wagons;
    • reinigen met benzine van plateaus van kolommen na demonteren;
    • werken uitgevoerd aan de zuurinstallaties (onder andere loogpompen), evenals onderhoudswerken aan de batterijen ;
    • onderhouds- en herstellingswerken op grote hoogte;
    • werken aan elektrische hoogspanningsinstallaties;
    • behandelen van loodtetraethyl.
  2. Normaal loon verhoogd met 50 % voor de volgende werken:

    • lassen, snijden met brander of vlamboog in gesloten ruimten zoals torens, tanks, ovens, vuurgangen, schoorstenen, tankwagens;
    • lassen en snijden met brander of vlamboog van gegalvaniseerde en koperen voorwerpen;
    • reinigen en uitboren van pijpen uit een reactor of "cat-cracker".

Artikel 27

De bijzondere gevallen die niet zijn voorzien in de artikelen 25 en 26 worden op het plan van de onderneming onderzocht.

Afdeling 5 - Shiftwerk

A. Werk in opeenvolgende ploegen

Artikel 28

Onverminderd de bepalingen van de arbeidswet van 16 maart 1971, worden voor al het werk verricht in opeenvolgende ploegen, volgende vergoedingen toegekend:

  1. dagploegen : 9,5 % voor alle werklieden in dagploegen; vanaf 1 mei 2007 wordt dit percentage verhoogd tot 9,5 %.
  2. nachtploegen : 35,5 % op het basisloon.

Met “basisloon” wordt hier bedoeld het loon vastgesteld in artikel 11, gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, verhoogd desgevallend voor de raffinage-werklieden, met de bij artikel 19 bedoelde premie.

Onder “dagploeg” dient te worden verstaan een ploeg die werkt van 6 tot 14 uur of van 14 tot 22 uur.

Onder “nachtploeg” dient te worden verstaan een ploeg welke werkt tussen 22 en 6 uur.

Artikel 29

Indien het werk door twee ploegen wordt verricht, de eerste aanvangend vóór 7 uur en de tweede eindigend na 20 uur maar niet later dan 22 uur, is de vergoeding voor de dagploeg, voorzien in voorgaand artikel, verschuldigd voor beide ploegen.

Artikel 30

Bij regelmatige ploegenarbeid moet de gewone shift bonus worden begrepen in het normaal loon voor kort verzuim, gewaarborgd weekloon en wettelijke feestdagen.

B. Gelegenheidsshiftwerk

 Artikel 31

Het gelegenheidsshiftwerk geeft recht op een vergoeding gelijk aan:

  • 19 % voor alle werklieden in dagploegen;
  • 71 % van het basisloon voor het werk dat door de nachtploeg wordt verricht.

Voor de berekening van deze vergoeding, gelden de regelingen bepaald in de artikelen 28 en 29 voor werk in opeenvolgende ploegen.

Artikel 32

Wordt beschouwd als gelegenheidsshiftwerk, elk werk met een maximumduur van zeven opeenvolgende werkdagen. Vanaf de achtste werkdag zijn de gewone vergoedingen voor het ploegwerk verschuldigd.

Artikel 33

 De werklieden mogen in geen enkel geval nadeel ondervinden door het feit dat zij gelegenheidsshiftwerk moeten verrichten.

Hieruit volgt dat de werklieden het normaal loon dat overeenstemt met het loon van hun voordien dagelijks gewerkte uren en, bovendien, de in artikel 31 voorziene premies, voor de werkelijk in gelegenheidsshift gewerkte uren, moeten ontvangen.

Afdeling 6 - Werk op zaterdag

Artikel 34

§1. Het werkliedenpersoneel dat in toepassing van de bepalingen van artikel 6 op zaterdag wordt tewerkgesteld, heeft recht op betaling van de werkelijk gepresteerde uren, met een minimum van drie uren, verhoogd met 50 % voor de eerste twee uren arbeid, en met 100 % voor de volgende uren arbeid, onverminderd, in voorkomend geval, de verschuldigde ploegenvergoedingen.

Deze bepaling geldt eveneens voor zaterdagwerk op het vliegveld.

§2. Aan de in artikelen 28 en 31 voorziene vergoedingen, worden voor continuwerk in opeenvolgende ploegen op zaterdag volgende bijkomende vergoedingen toegevoegd:

  • dagploegen : 22 % op het basisloon;
  • nachtploegen : 50 % op het basisloon.

Het begin en het einde van het werk in opeenvolgende ploegen op zaterdag (24 uren) worden op het vlak van de onderneming bepaald.

Afdeling 7 - Werk op zondag

Artikel 35

§1. Een verhoging van 100 % op het geïndexeerd basisloon wordt toegekend voor alle op zondag verrichte werken.

Het begin en het einde van het werk in opeenvolgende ploegen op zondag (24 uren) worden op het vlak van de onderneming bepaald.

Deze bepalingen gelden eveneens voor de nachtwakers en portiers.

§2. Deze verhoging van 100 % sluit de betaling van de shift bonus niet uit, noch van de premie van 7,5 % voorzien in artikel 47, welke moeten worden toegevoegd aan de verhoging met 100 %, voorzien in paragraaf 1 van dit artikel.

Afdeling 8 - Tabel

 Artikel 36 - Ploegpremies, distributie en raffinaderijen (in procenten) 

 Regelmatige opeenvolgende ploegen
  Week
(maandag tot vrijdag)
Zaterdag Zondag
Dagploegen
- Ochtend: 6-14u
- Namiddag:14-22u
9,5 9,5 + 22 = 31,5 9,5 + 100 = 109,5
Nachtploegen: 22-6u 35,5 35,5 + 50 = 85,5 35,5 + 100 = 135,5

 

Gelegenheidsshiftwerk
  Week
(maandag tot vrijdag)
Zaterdag Zondag
Dagploegen
- Ochtend: 6u-14u
- Namiddag: 14u-22u
19 19 + 22 = 41 19 + 100 = 119
Nachtploegen: 22u-6u 71 71 + 50 = 121 71 + 100 = 171

De vergoedingen van de tabel dienen gevoegd te worden bij het basisloon aan 100 %, met inbegrip van de raffinagepremie volgens het artikel 19.

Afdeling 9 - Wettelijke feestdagen

Artikel 37

Wanneer de arbeiders worden tewerkgesteld op een feestdag of op een dag die een feestdag, die met een zondag samenvalt, vervangt, hebben de arbeiders recht op het loon dat met hun prestaties overeenstemt, verhoogd met 100 %.

Daarboven hebben zij recht op een betaalde inhaalrustdag, die hun binnen de twee weken volgend op de feestdag, moet worden verleend.

Wanneer deze inhaalrusttijd, wegens overmacht, niet binnen de bij het vorig lid vastgestelde termijn kon worden verleend, moet de loonbijslag, voorzien in het eerste lid van dit artikel, op 200 % van het loon worden gebracht.

Artikel 37 bis

Er worden aan de werknemers jaarlijks tien wettelijke feestdagen gewaarborgd.

Afdeling 10 - Overwerk

A. Normale tewerkstelling

Artikel 38 - Overuren

De arbeiders hebben recht op het bij de wet van 16 maart 1971 voorziene overloon wanneer de prestaties langer zijn dan hetzij :

  1. de dagelijkse duur van 8 uren;
  2. de wekelijkse duur van 40 uren;
  3. het gemiddelde der 38 uren.

Wanneer het om de arbeiders gaat die 's zaterdags worden tewerkgesteld op grond van artikel 6, is dit overloon verschuldigd wanneer de prestaties hetzij 8 uren per dag, hetzij 48 uren per week of 80 uren berekend over twee weken overschrijden.

Artikel 39

Slechts de overuren gepresteerd boven de dagelijkse en wekelijkse grenzen van de arbeidsduur, die op het vlak van de onderneming bepaald zijn, en die in de arbeidsreglementen opgenomen zijn, zullen aanleiding geven tot betaling met overloon.

Artikel 40

Onverminderd de toepassing van artikel 29 van de arbeidswet van 16 maart 1971 (Belgisch Staatsblad van 30 maart 1971) en van artikel 5 § 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, hebben de werklieden, voor overwerk dat onmiddellijk na het einde van de dagtaak wordt verricht op elk van de eerste vijf dagen van de week, recht op een loonsverhoging van 100 % vanaf het vijfde overuur per dag.

Het gepresteerde overwerk wordt "pro-rata" betaald.

Evenwel wordt het gepresteerde overwerk van vijftien tot dertig minuten aangerekend voor een half uur en dat van meer dan dertig minuten voor één uur.

B. Tewerkstelling in shift

Artikel 41

Voor de buiten de normale uurregeling gepresteerde overuren zijn de in voorgaand artikel voorziene toeslagen van toepassing en blijft de "shift bonus" verschuldigd.

C. Overwerk na terugroeping

Artikel 42

 Wanneer een werkman, na zijn volle dagtaak te hebben verricht, wordt teruggeroepen, ontvangt hij:

  • voor een werk van minder dan vier uren: vier uren normaal loon;
  • voor een werk van meer dan vier uren: acht uren normaal loon;
  • voor de verplaatsing heen en terug: een forfaitaire vergoeding gelijk aan een uur normaal loon;
  • voor het gepresteerde werk: een loontoeslag van 50 % voor de eerste twee uren en van 100 % voor de volgende uren, zelfs wanneer de grenzen voorzien in artikel 38 niet overschreden zijn. Het hierbij bedoeld overloon is echter niet toepasselijk op de gewone aan een normale exploitatie verbonden werken, namelijk het laden en het lossen van schepen, lichters, tankwagons en tankwagens.

Deze regeling geldt zowel voor dringende en noodzakelijke werkzaamheden, werkzaamheden ingevolge overmacht als voor de normale exploitatiewerkzaamheden.

Artikel 43

In geval van overwerk na terugroeping worden de uurfracties op volgende basis aangerekend:

  • minder dan vijftien minuten: geen toeslag te betalen;
  • van vijftien tot dertig minuten: toeslag van een half uur;
  • meer dan dertig minuten: toeslag van één uur.

Artikel 44

§ 1. Voor de gepresteerde overuren moet inhaalrusttijd worden genomen, voor zover een totaal van acht overuren per maand wordt bereikt.

Deze inhaalrust moet in de loop van de daaropvolgende maand worden genomen.
In afwijking van de bepalingen van dit artikel, is het de werklie len toegelaten, mits akkoord van de directie van de onderneming, maximum vierentwintig overuren in te halen op elk ogenblik dat hun het best schikt, doch in elk geval gedurende het lopend kalenderjaar.
§ 2. Overuren ingeval van overmacht in de raffinaderijen. 
De inhaalrust voor overuren gepresteerd in de raffinaderijen ingeval van overmacht zal mogelijk worden gemaakt binnen de drie maanden na de geleverde preslaties.
De notie "overmacht" zal hierbij strikt worden geïnterpreteerC volgens de dienaangaande algemeen geldende rechtspraak.

§ 3. Overuren ingeval van normale "shut-downs" in de raffinaderijen
De inhaalrust voor overuren gepresteerd ingeval van normale "shut-downs" zal worden toegekend binnen de twaalf maanden volgend op de beendiging van de "shut-down" werkzaamheden.
Mochten zich daaromtrent praktische moeilijkheden voordoen, dan zullen deze op het vlak van de onderneming worden opgelost.
§ 4. Overuren in de distributie
De werldieden hebben recht op een inhaalrust waarvan de duur gelijk is aan de verrichte overuren. Deze inhaalrust wordt bij gemeen overleg tussen werkgever en werkman verleend voor 31 oktober
van ieder jaar, onder controle van de ondernemingsraad of, bij ontstentenis van een ondernemingsraad, van de syndicale afvaardiging.

E. Betaling van de overuren en inhaalrust

Artikel 45

  1. De toeslagen voor overuren moeten worden betaald op de eerstvolgende betaaldag; het eigenlijke loon moet worden betaald bij de inhaalrusttijd genomen voor de gepresteerde overuren.
  2. Overuren: omzetting overuren toeslag inhaalrust.

Behoud van de plicht tot inhaalrust en, op vrijwillige basis, omzetting van de overurentoeslag, berekend zonder afronding, in bijkomende inhaalrust. Op ondernemingsvlak te regelen mogelijkheid tot opsparen van de overurentoeslag eventueel tot het einde van de loopbaan.

In het kader van de rapportage van de gepresteerde uren, en tegen de achtergrond van de bekommemis rond werkdruk, wordt dit punt in de ondememingsraad besproken aan de hand van het sectoraal standaard formulier.

Zowel dit orgaan ais de syndicale delegatie zijn geijkte kanalen om met de werkgever de bekommernissen omtrent deze problematiek te bespreken en er gevolg aan te geven.

F. Toevallig overwerk

Artikel 46

 Ingeval van toevallig overwerk is de werkgever ertoe gehouden de werklieden voedsel te verstrekken.

G. Werken verricht door dagwerklieden vóór 7 uur en na 20 uur

 Artikel 47

Een premie van 7,5 % op het normaal uurloon wordt toegekend aan de dagwerklieden, alleen voor de prestaties verricht vóór 7 uur en na 20 uur.

Afdeling 11 - Vergoeding van de wachturen

 Artikel 48

Wanneer een werkman ter beschikking van de werkgever moet blijven op een andere plaats dan zijn gewone werkplaats, met het oog op een eventueel werk, heeft hij recht op een vergoeding gelijk aan vier uren van zijn normaal loon wanneer er op zijn diensten geen beroep wordt gedaan.

Afdeling 12 - Bijzondere voordelen toegekend aan bestuurders van autovoertuigen, begeleiders en werklieden op bevolen verplaatsing

Artikel 49

Wanneer zij op bevolen verplaatsing zijn, genieten de bestuurders van autovoertuigen, begeleiders en andere werklieden, met inbegrip van degenen die in shift werken, een vergoeding van 0,9916 EUR.

Artikel 50

Een vergoeding van 3,7184 EUR wordt toegekend aan de bestuurders van autovoertuigen, begeleiders en werklieden op bevolen verplaatsing, vanaf tien uren arbeid.

Artikel 51

Onverminderd de bepalingen van het koninklijk besluit van 31 januari 1974 tot veralgemening van het dragen van werkkledij en tot wijziging van titel II, hoofdstukken II en III van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming, gewijzigd bij koninklijk besluit van 9 januari 1975, hebben de bestuurders van autovoertuigen recht op twee werkpakken per jaar.

Afdeling 13 - Bijzondere gevallen

 Artikel 52

De werklieden die niet in "shift" werken en die hun werk aanvangen tussen 22 uur en 6 uur, ontvangen een loontoeslag van 50 % voor de prestaties verricht vóór 6 uur 's morgens.

Voor prestaties op eenzelfde dag, die de dagelijkse arbeidsgrens bepaald op het vlak van de onderneming overschrijden, heeft de werkman recht op het overloon voor overuren, zoals voorzien bij de arbeidswet van 16 maart 1971 en bij artikel 38 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Artikel 53

Ingeval van eventuele cumulatie met andere premies, worden de verschillende overlonen, premies en/of bijzondere vergoedingen, alle afzonderlijk berekend op het uurloon, eenvoudig bij het uurloon opgeteld, zonder ooit aanleiding te geven tot vermenigvuldiging van de bedragen der verschillende premies.

Afdeling 14 - Wederoproeping onder de wapens in vredestijd

 Artikel 54

Ingeval van wederoproeping onder de wapens in vredestijd, wordt aan de wederopgeroepen werkman het verschil tussen zijn soldij en zijn normaal loon uitbetaald voor de duur van de wederoproeping, telkens voor een maximumduur van zes weken.

Afdeling 15 - Begrip "normaal loon"

 Artikel 55

Begrenzing van het begrip "normaal loon":

1.   Inbegrepen elementen:

In de voorziene gevallen, zal het begrip "normaal loon" limitatief volgende elementen omvatten:

  1. het geïndexeerd basisuurloon x 8 (of iedere andere vermenigvuldiger, die overeenstemt met de dagelijkse arbeidsduur in het arbeidsreglement voorzien, voor de dag waarop het feit, dat aanleiding geeft tot de handhaving van het normaal loon, zich voordoet);
  2. voor brigadiers, overloon van 10 %;
  3. bij regelmatige ploegenarbeid moet de regelmatige shiftpremie in het normaal loon begrepen voor:

    • het klein verlet,
    • het gewaarborgd week- en maandloon,
    • de wettelijke feestdagen.

(Gelet op het uitzonderlijk en normaal niet te voorzien karakter van het gelegenheidsshiftwerk, is het niet nodig met dit werk rekening te houden voor het normaal loon, en wordt de gelegenheidsshiftpremie hierin niet begrepen. Inderdaad kan men het inbegrijpen van de regelmatige shiftpremie in het normaal loon slechts rechtvaardigen, omdat precies dit regelmatig shiftwerk voldoende voorzienbaar is).

2.   Uitgesloten elementen:

      Het begrip "normaal loon" omvat evenwel nooit:

  1. vergoedingen voor bevuilende werken;
  2. de vergoedingen voor chauffeurs;
  3. de premie van 7,5 % voor werken verricht vóór 7u of na 20u;
  4. de overuren;
  5. voordelen in natura (bijvoorbeeld maaltijden);
  6. de eindejaarspremie;
  7. de getrouwheidspremie.

Artikel 56 - Verworven rechten

De bovenvermelde bepaling doet geen afbreuk aan de verworven voordelen van de werknemers tewerkgesteld in die maatschappijen die reeds bredere toepassingen hadden aangenomen.

Artikel 57 - Voorbeelden:

 De regelmatige shiftpremie dient gevoegd te worden bij het overloon van 100 % voor werk op zondag, zodat de betaling voor deze werken op zondag 209,50, 209,50 en 235,50 % bedraagt.

 1. Werk op zondag:

  1. voor het zondagwerk zelf:  209,50 % / 235,50 %; inhaalrust: niet betaald;
  2. zondag waarop de arbeider volgens het werkrooster normaal in ploegen zou hebben moeten werken, maar hierbij belemmerd werd door een oorzaak buiten zijn wil: 

voor de niet-gepresteerde dag, betaling alsof hij gewerkt had: 209,50 % / 235,50 %; geen inhaalrust.

2. Klein verlet en gewaarborgd weekloon: 109,50 % / 135,50 %

3. Wettelijke feestdagen:

  1. Volgens het werkrooster voorziene, niet te presteren wettelijke feestdag, dit wil zeggen die tijdens de door het werkrooster van de ploegarbeiders bepaalde inhaalrustperiode valt: 109,50 % / 135,50 % 
    Om uit te maken welke toeslag (9,50 of 35,50 %) van kracht is, gelden de volgende regels:

    • zo de inhaalrustperiode begrepen is tussen twee perioden van gelijke ploegenarbeid (dag of nacht), past men de loontoeslag, die voor deze perioden toegekend wordt, toe;
    • zo deze periode begrepen is tussen twee perioden van verschillende ploegenarbeid (dag en nacht, of nacht en dag), kent men de toeslag voorzien voor de afgaande ploeg toe.
  2. Werk op wettelijke feestdag:

    • voor het werk op de feestdag: 209,50 % / 235,50 %
    • inhaalrust: 109,50 % / 135,50 %
  3. wettelijke feestdag waarop de arbeider volgens zijn werkrooster normaal zou hebben moeten werken, maar waarbij hij belemmerd werd door een oorzaak buiten zijn wil: voor de niet-gepresteerde dag, betaling alsof hij gewerkt had: 209,50 % / 235,50 %; geen inhaalrust.

(...)

HOOFDSTUK XIX - Humanisering shiftarbeid

Artikel 91

Aanbeveling aan de bedrijven om bijzondere aandacht te besteden en maatregelen te treffen voor die werknemers die omwille van gezondheidsredenen in de onmogelijkheid zijn om binnen de schiftegelingen nachtarbeid te presteren.

Aan de ondernemingen wordt aanbevolen de overstap van shiftwerk naar dagwerk voor werknemers vanaf 50 jaar met minstens 20 jaar anciënniteit in de nachtploeg maximaal mogelijk te maken. 

Aangezien de mogelijkheden van overstap ondernemingsspecifiek zijn, wordt dit onderwerp op ondernemingsniveau besproken.

HOOFDSTUK XX - Opbouw dienstanciënniteit

Artikel 91

Indien het tot stand komen van een overeenkomst van onbepaalde duur, ingegaan sinds 1 januari 2009, tussen de werknemer en de onderneming wordt voorafgegaan door een overeenkomst van bepaalde duur met diezelfde werkgever, zal de anciënniteit gerekend worden rekening houdend met de anciënniteit verworven door de overeenkomst van bepaalde duur.

Artikel 92

Indien het tot stand komen van een overeenkomst van onbepaalde duur tussen de werknemer en de onderneming onmiddelijk zonder onderbreking wordt voorafgegaan door een overeenkomst van bepaalde duur met diezelfde werkgever voor een gelijkaardige functie zal in dit geval geen proefperiode in de overeenkomst van onbepaalde duur voorzien worden, dit in de mate dat de overeenkomst van bepaalde duur minstens een duur heeft gelijk aan de maximale proefperiode zoals wettelijk voorzien voor het desbetreffende werknemersstatuut.

(...)

HOOFDSTUK XXI - Duur van de collectieve arbeidsovereenkomst

Artikel 102

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2013 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2014.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
24/10/2013
Registratienr
118283
Geldig van
01/01/2013
Geldig tot
-
Neerleggingsdatum
24/10/2013
Registratiedatum
05/12/2013
Onderwerp
loon- en arbeidsvoorwaarden
BS Bericht van neerlegging
07/01/2014
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
11/09/2014
Gepubliceerd in het B.St. van
31/10/2014
Keywords
FUNCTIECLASSIFICATIE

Historiek
01/01/2023 31/12/2024 040101 Loonvoorwaarden
01/01/2021 31/12/2022 040101 Loonvoorwaarden
01/01/2019 31/12/2020 040101 Loonvoorwaarden
01/01/2017 31/12/2018 040101 Loonvoorwaarden
01/01/2015 31/12/2016 040101 Loonvoorwaarden
01/01/2013 31/12/2014 040101 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2011 31/12/2012 040101 0401 Loonvoorwaarden
01/01/2009 31/12/2010 040101 0401 Loonvoorwaarden