1502 Opzegtermijnen
Paritair (sub-)Comité nr.:
102.10.00-00.00,
102.11.00-00.00,
127.00.00-00.00,
142.04.00-00.00,
143.00.00-00.00,
146.00.00-00.00,
148.03.00-00.00,
148.05.00-00.00,
301.03.00-00.00,
301.04.00-00.00,
301.05.00-00.00,
301.06.00-00.00,
303.00.00-00.00,
303.01.00-00.00,
304.00.00-00.00,
307.00.00-00.00,
309.00.00-00.00,
313.00.00-00.00,
315.02.00-00.00,
322.00.00-00.00,
323.00.00-00.00,
326.00.00-00.00,
327.00.00-00.00,
331.00.10-00.00,
318.01.00-00.00,
140.01.01-00.00,
140.01.02-00.00,
140.01.03-00.00,
140.02.00-00.00,
140.03.00-00.00,
140.05.00-00.00,
100.00.00-00.00,
329.00.00-00.00
Bijwerking: 04/05/2005
Geldig vanaf: 01/01/2000
Geldig tot: 31/12/2011
In de artikelen 59 en 60 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt bepaald welke opzegtermijnen men dient in acht te nemen om een einde te stellen aan een arbeidsovereenkomst voor werklieden.
In artikel 61 van diezelfde wet is echter voorzien dat de Koning, op voorstel van het Paritair Comité of van de Nationale Arbeidsraad, de opzegtermijnen kan wijzigen in het belang van bepaalde bijzondere categorieën van werknemers of voor de opzeggingen die om sociale of economische redenen zijn gedaan.
Voor het Aanvullend Paritair Comité voor de werklieden werden de afwijkende opzegtermijnen vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 75 betreffende de opzeggingstermijnen van de arbeiders, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 20 december 1999. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 10 februari 2000, verschenen in het Belgisch Staatsblad van 26 februari 2000.
Wij geven U hierna een overzicht van de opzegtermijnen van toepassing in de ondernemingen die ressorteren onder het Aanvullend Paritair Comité voor de werklieden:
|
Anciënniteit van de arbeider in de onderneming |
Opzegtermijn van de werkgever |
Opzegtermijn van de werknemer |
|
Minder dan 6 maanden ([1]) |
7 kalenderdagen (2) |
3 kalenderdagen ([2]) |
|
6 maanden tot minder dan 5 jaar ([3]) |
35 kalenderdagen (2) |
14 kalenderdagen (2) |
|
5 jaar tot minder dan 10 jaar (3) |
42 kalenderdagen (2) |
14 kalenderdagen (2) |
|
10 jaar tot minder dan 15 jaar (3) |
56 kalenderdagen (2) |
14 kalenderdagen (2) |
|
15 jaar tot minder dan 20 jaar (3) |
84 kalenderdagen (2) |
14 kalenderdagen (2) |
|
20 jaar en meer (3) |
112 kalenderdagen (2) |
28 kalenderdagen (2) |
([1]) De verkorte opzegtermijn van 7 en 3 kalenderdagen kan slechts worden toegepast op voorwaarde dat hij uitdrukkelijk werd vastgesteld in de individuele arbeidsovereenkomst en/of in het arbeidsreglement. In de individuele arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement kan men eveneens bepalen dat de opzeggingstermijn ingaat de dag volgend op de dag van de betekening. Indien deze bepaling niet uitdrukkelijk is ingeschreven, is de algemene regel van toepassing en gaat de opzeggingstermijn in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend.
Indien geen verkorte opzegtermijn werd voorzien, geldt de wettelijke termijn van 28 kalenderdagen voor de werkgever en 14 kalenderdagen voor de werknemer.
([2]) Kalenderdagen, dit is met inbegrip van zon- en feestdagen.
([3]) De opzegtermijnen gaan in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend; de kennisgeving van de opzegging moet geschieden ten laatste drie werkdagen vóór de aanvang van de opzeggingstermijn.
| Historiek | ||
|---|---|---|
| 01/01/2012 | 31/12/2013 | 1502 Opzeggingstermijn: arbeiders |
| 01/01/2000 | 31/12/2011 | 1502 Opzegtermijnen |