Bij Koninklijk Besluit van 29 april 2013 werd een weerlegbaar vermoeden ingevoerd waardoor een bewakingsagent geacht wordt verbonden te zijn door een arbeidsovereenkomst indien voldaan is aan een aantal criteria.
Met dit Koninklijk Besluit wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid die werd voorzien in de Arbeidsrelatiewet om voor bepaalde beroepen criteria vast te stellen aan de hand waarvan – op weerlegbare wijze – wordt vastgesteld of de betrokken persoon tewerkgesteld is als zelfstandige dan wel als werknemer. Lees meer hierover in ons artikel verschenen op onze website op 28 september 2012 “Schijnzelfstandigheid en de arbeidsrelatiewet: Nieuwigheden”.
Het K.B. is van toepassing op de bewakingsagent en zijn medecontractant. Het weerlegbaar vermoeden treedt in werking op 24 mei 2013. Vanaf die datum is het vermoeden eveneens van toepassing op overeenkomsten die reeds vóór die datum werden afgesloten.
Indien aan minimum vijf van onderstaande criteria voldaan is, zal de bewakingsagent op weerlegbare wijze vermoed worden tewerkgesteld te zijn als werknemer:
- de bewakingsagent draagt geen financieel of economisch risico. Het K.B. verduidelijkt dat dit onder meer het geval is indien hij niet op persoonlijke en substantiële wijze met eigen middelen in de onderneming investeert of niet op dergelijke wijze deelt in de winsten en de verliezen van de onderneming;
- de bewakingsagent heeft noch verantwoordelijkheid, noch beslissingsmacht aangaande de financiële middelen van de onderneming;
- hij beschikt niet over enige beslissingsmacht met betrekking tot het aankoopbeleid van de onderneming;
- de bewakingsagent heeft geen beslissingsmacht over het prijsbeleid van de onderneming (behoudens wanneer de prijzen wettelijk zijn vastgelegd), of hij heeft geen inspraak in het identificeren van potentiële klanten en kan noch onderhandelen over commerciële bewakingsopdrachten, noch dergelijke opdrachten afsluiten;
- de bewakingsagent gaat geen resultaatsverbintenis aan betreffende de overeengekomen arbeid, of hij heeft geen rechtstreekse toegang tot informatie aangaande de te bewaken site van de klant, of hij maakt geen eigen planning of arbeidsorganisatie op, of hij kan zijn eigen arbeidsplaats niet bepalen, of hij is onderworpen aan een systeem van tijdsregistratie of controle door zijn hiërarchisch oversten;
- hij heeft de garantie op de betaling van een vaste vergoeding, ongeacht de bedrijfsresultaten of de omvang van de prestaties die hij heeft geleverd;
- hij is noch werkgever van persoonlijk en vrij aangegeven personeel, noch beschikt hij over de mogelijkheid om voor de uitvoering van het overeengekomen werk personeel aan te werven of zich te laten vervangen zonder toestemming;
- de bewakingsagent doet zich niet voor als een onderneming ten overstaan van andere personen, of hij werkt hoofdzakelijk of gewoonlijk voor één medecontractant;
- hij werkt met materiaal dat hem ter beschikking wordt gesteld, gefinancierd of gewaarborgd door de medecontractant, of hij werkt met communicatiemiddelen waarvan de bewakingsagent geen eigenaar of huurder is, of hij werkt met een uniform met het bedrijfslogo van de medecontractant, of hij werkt met een identiteitskaart F.O.D. BIZA waarop de naam van de medecontractant is vermeld.
Aangezien het om een weerlegbaar vermoeden gaat, is het – wanneer voldaan is aan minstens vijf van bovenstaande criteria – aan de werkgever om aan te voeren dat het in voorkomend geval toch gaat om arbeid uitgevoerd op zelfstandige basis.
Indien de werkgever dit bewijs niet kan voorleggen, dan wordt de bewakingsagent geacht tewerkgesteld te zijn middels een arbeidsovereenkomst.