0501 Eindejaarspremie (Kerstpremie)
Paritair (sub-)Comité nr.:
312.00.00-00.00
Bijwerking: 16/02/2023
Geldig vanaf: 01/07/2007
Geldig tot: 31/12/2023
Bedrag:
- indien 1 jaar anciënniteit: loon van november + het maandgemiddelde van de late uren, aanvullende uren en overuren gepresteerd in de loop van de voorbije twaalf maanden voorafgaand aan de maand van toekenning, vermenigvuldigd met het uurloon van toepassing in de maand november, zonder dat het bedrag van deze premie een plafond van 6.955,76 EUR (bedrag op 01/02/2023) mag overschrijden + aanvullende kertspremie van 297,47 EUR (voltijds);
- indien minder dan 1 jaar anciënniteit: pro rata aantal gepresteerde maanden.
Toekenningsvoorwaarden: minstens 3 maanden anciënniteit (al dan niet opeenvolgende) + in dienst zijn op het moment van de betaling (behalve tijdskrediet of thematisch verlof).
Betaling door: de werkgever.
Betalingsdatum: december.
Referteperiode: kalenderjaar.
Prorata en gelijkstellingen: ja.
In het Paritair Comité voor de warenhuizen werd op 27 augustus 2007 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de kerstpremie (nr. 84904/CO/312).
1. Toekenningsvoorwaarden
- 3, al dan niet opeenvolgende, maanden anciënniteit in de onderneming
- in dienst zijn in de onderneming op het moment van de betaling:
- of zich in een toestand bevinden die gelijkgesteld is met effectieve arbeid volgens de wetgeving van de jaarlijkse vakantie
- in tijdskrediet, palliatief verlof, verlof voor de verzorging van zwaar ziek familielid, ouderschapsverlof zich bevinden en tijdens het beschouwde kalenderjaar arbeidsprestaties hebben uitgevoerd
2. Wie betaalt de eindejaarspremie?
De werkgever.
3. Betalingsdatum
Elke werknemer die voldoet aan de toekenningsvoorwaarden geniet, in de maand december, een kerstpremie. Deze kerstpremie is gebonden aan de handelsactiviteit van de maand december.
4. Bedrag
4.1. Premie
1 jaar anciënniteit | Minder dan 1 jaar anciënniteit |
Contractuele loon van de maand november verhoogd met het maandgemiddelde van de late uren, aanvullende uren en overuren gepresteerd in de loop van de 12 maanden voorafgaand aan de toekenning, vermenigvuldigd met het uurloon van de maand november, met een maximum van 5.936,68 EUR. (art. 5) voor 2019 |
Prorata het aantal in het jaar gepresteerde maanden (art. 6) |
BEHALVE : - wijziging van de contractuele arbeidstijd : het maandelijks gemiddelde van de gepresteerde of gelijkgestelde uren in de loop van de twaalf voorafgaande maanden (art. 7) - OK van onbepaalde duur en vertrek op pensioen of op brugpensioenstelling : prorata van het aantal maanden arbeidsprestaties (art. 8) |
BEHALVE : - wijziging van de contractuele arbeidstijd : het maandelijks gemiddelde van de gepresteerde of gelijkgestelde uren in de loop van de twaalf voorafgaande maanden (art. 7) - OK van onbepaalde duur en vertrek op pensioen of op brugpensioenstelling : prorata van het aantal maanden arbeidsprestaties (art. 8) |
Voor het personeel dat wordt betaald op provisie of met een commissieloon, moet rekening gehouden worden met de staat van de provisies of commissielonen verbonden aan de arbeidsprestaties van de maand november. Wanneer het bedrag daarvan niet tijdig berekend is, kan worden verwezen naar de staat van de maand oktober.
4.2. Aanvulling
1 jaar anciënniteit | Minder dan 1 jaar anciënniteit | |
OK onbepaalde duur + voltijds | 297,47 EUR (art.11) | Prorata van het aantal in het jaar gepresteerde maanden |
OK onbepaalde duur + deeltijds | 297,47 x (uren arbeidsprestaties in november / 151,66) (art. 12) |
297,47 x (uren arbeidsprestaties in november / 151,66) (art. 12) en prorata het aantal in het jaar gepresteerde maanden |
OK bepaalde duur of een duidelijk omschreven werk + voltijds | 297,47 x (maanden tewerkstelling / 12) (art. 13) | 297,47 x (maanden tewerkstelling / 12) (art. 13) |
OK bepaalde duur of een duidelijk omschreven werk + deeltijds | Beide (art. 12 en 13) formules moeten toegepast worden | Beide (art. 12 en 13) formules moeten toegepast worden |
OK van onbepaalde duur en vertrek op pensioen of op brugpensioenstelling + voltijds of deeltijds |
Prorata van het aantal maanden arbeidsprestaties (art. 14) |
Prorata van het aantal maanden arbeidsprestaties (art. 14) |
5. Referteperiode
Kalenderjaar
6. Prorata eindejaarspremie
In dienst getreden in de loop van de referteperiode ? |
Ja, voor zover de anciënniteitsvoorwaarde voldaan is (3 maanden) |
Ontslagen ZONDER dringende reden ? |
Nee |
Ontslagen MET dringende reden ? |
Nee |
Beëindiging door overmacht om medische redenen ? |
Nee |
Beëindiging in onderling akkoord ? |
Nee |
Bij einde contract bepaalde duur of duidelijk omschreven werk ? |
Nee |
Werknemer neemt zelf ontslag ? |
Ja |
Bij beëindiging omwille van SWT ? |
Ja |
Bij beëindiging omwille van pensioen ? |
Ja |
7. Afwezigheden gelijkgesteld met prestaties
AARD VAN DE AFWEZIGHEID |
GELIJKGESTELD |
MODALITEITEN |
Adoptieverlof |
Nee |
|
Arbeidsongeval |
Ja |
Idem JV |
Beroepsziekte |
Ja |
Idem JV |
Educatief verlof |
Ja |
|
Feestdagen |
Ja |
|
Feestdagen - Extralegale |
Ja |
|
Inhaalrust voor arbeidsduurvermindering |
Ja |
|
Inhaalrust voor overuren |
Ja |
|
Klein verlet |
Ja |
|
Militaire dienst |
Nee |
|
Moederschapsrust |
Nee |
|
Ongewettigde afwezigheid |
Nee |
|
Ongeval (privé) |
Ja |
12ste maanden (ook als de periode over twee toekenningsjaren verspreid is)1 |
Overmacht |
Nee |
|
Politiek verlof |
Nee |
|
Profylactisch verlof |
Nee |
|
Schorsing in onderling akkoord |
Nee |
|
Sociale promotie |
Nee |
|
Sollicitatieverlof |
Ja |
|
Staking en lock-out |
Nee |
|
Syndicale vorming |
Ja |
|
Thematisch verlof |
Nee |
|
Tijdskrediet |
Nee |
|
Vaderschapsverlof |
Ja |
3ste dagen |
Vakantie - Europese |
Ja |
|
Vakantie - Extralegale |
Ja |
|
Vakantie - Jaarlijkse |
Ja |
|
Vakantie - Jeugd en Senior |
Ja |
|
Verlof om dwingende redenen (cao nr. 45) |
Nee |
In geval van betaling => gelijkgesteld |
Verlof zonder wedde |
Nee |
|
Voorlopige hechtenis |
Nee |
|
Werkloosheid economische redenen |
Nee |
|
Werkloosheid overmacht | Nee | |
Werkloosheid slechts weer |
Nee |
|
Werkloosheid technische stoornis |
Nee |
|
Ziekte (privé) |
Ja |
12ste maanden (ook als de periode over twee toekenningsjaren verspreid is)1 |
1 Men dient een onderscheid te maken naargelang de afwezigheid al dan niet langer dan twaalf maanden duurt:
a. Ziekte of ongeval duurt niet langer dan twaalf maanden, in de loop van hetzelfde toekenningsjaar: bedrag van de kerstpremie en de aanvulling wordt niet verminderd door de duur van de afwezigheid om redenen van ziekte of ongeval.
b. Ziekte of ongeval duurt niet langer dan twaalf maanden, verspreid over twee toekenningsjaren: bedrag van de kerstpremie en de aanvulling wordt niet verminderd door de duur van de afwezigheid om redenen van ziekte of ongeval.
c. Ziekte of ongeval duurt langer dan twaalf maanden: de duur van de afwezigheid voor de eerste twaalf maanden zal geen aanleiding geven tot een vermindering van de kerstpremie en de aanvulling hierbij.
Het gedeelte dat boven de twaalf maanden ligt, kan niet gelijkgesteld worden. Daardoor worden de kerstpremie en de aanvulling erbij verminderd met een twaalfde per maand afwezigheid.
Indien een werknemer het werk hervat in de loop van een bepaalde maand, zullen de prestaties van die maand als werkelijk verrichte arbeid beschouwd worden voor de berekening, voor zover de werknemer in de loop van die maand meer dan de helft van de vastgestelde werkdagen heeft gewerkt.
8. Bijzondere opmerking
Zieke of ongeval worden voor de berekening van het bedrag van de eindejaarspremie twaalf maanden gelijkgesteld. Voor andere afwezigheden geldt het principe "niet gedekt door loon is niet gelijkgesteld".
9. Historiek van het maximumplafond van de berekeningsbasis van de kerstpremie
- 2007: 4.862,45 EUR
- 2008 en 2009: 5.066,89 EUR
- 2010: 5.168,23 EUR
- 2011: 5.377,03 EUR
- 2012: 5.484,57 EUR
- 2013, 2014, 2015 en 2016: 5.594,26 EUR
- 2017: 5.706,15 EUR
- 2018: 5.820,27 EUR
- 2019: 5.936,68 EUR
- 01/06/2021: 6.055,41 EUR
- 01/12/2021: 6.176,52 EUR
- 01/03/2022: 6.300,05 EUR (indexatie)
- 01/05/2022: 6.426,05 EUR (indexatie);
- 01/08/2022: 6.554,57 EUR (indexatie):
- 01/10/2022: 6.685,66 EUR (indexatie) ==> bedrag Kerstpremie 2022
- 01/12/2022: 6.819,37 EUR (indexatie);
- 01/02/2023: 6.955,76 EUR (indexatie).
10. Praktische schikkingen
Wij vestigen de aandacht van de werkgevers aangesloten bij GROUP S – Sociaal Secretariaat vzw op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven of in de verloningssoftware, opgesteld voor de betaling van de kerstpremie, slechts de werknemers vermeld worden die in dienst zijn.
Desgevallend dienen zij de werknemers toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de kerstpremie.
Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.
Datum CAO
27/08/2007 |
Registratienr
84904 |
Geldig van
01/07/2007 |
Geldig tot
- |
Neerleggingsdatum
13/09/2007 |
Registratiedatum
01/10/2007 |
||
Onderwerp
kerstpremie |
|||
BS Bericht van neerlegging
15/10/2007 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
09/09/2008 |
Gepubliceerd in het B.St. van
04/11/2008 |
||
Keywords
EINDEJAARSPREMIE |
Historiek | ||
---|---|---|
01/01/2024 | 31/12/2050 | 0501 Eindejaarspremie (Kerstpremie) |
01/07/2007 | 31/12/2023 | 0501 Eindejaarspremie (Kerstpremie) |
01/07/2005 | 30/06/2007 | 0501 Kerstpremie |
01/01/2002 | 30/06/2005 | 0501 Kerstpremie |
01/01/1999 | 31/12/2001 | 0501 |