40 Deeltijdse arbeid

Paritair (sub-)Comité nr.:
311.00.00-00.00

Bijwerking: 20/07/1993
Geldig vanaf: 01/05/1991
Geldig tot: 31/12/2001

In het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken werd op 24 juni 1991 een collectieve arbeids­over­een­komst gesloten met betrekking tot het deeltijds werk.

Deze overeenkomst werd algemeen verbindend verklaard door een Koninklijk Besluit van 5 maart 1993 en gepu­bli­ceerd in het Belgisch Staatsblad van 12 mei 1993.

Wij geven U hierna de integrale tekst van deze CAO.

 

HOOFDSTUK 1 - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de onder­ne­mingen die vallen onder het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken.

 

HOOFDSTUK 2 - Minimale wekelijkse arbeidsduur

Artikel 2

De wekelijkse arbeidsduur moet minstens achttien uur bedragen, behalve de afwijkingen die voorzien zijn in het artikel 3.

 

Artikel 3

Het is mogelijk af te wijken van vorig artikel in de volgende voorwaarden:

-      De overeenkomsten die een wekelijkse arbeidsduur voorzien van minder dan 18 uur mogen enkel over­een­kom­sten voor onbepaalde duur zijn die beantwoorden aan de voorwaarden voorzien bij artikel 1, eerste lid, 3° van het Koninklijk Besluit van 20 december 1990 betreffende de afwijkingen van de minimale wekelijkse arbeidsduur van de deeltijdse tewerkgestelde werknemers vastgesteld bij artikel 11bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. Het is evenwel toegelaten af te wijken van de laatste voor­waarde voorzien bij artikel 1, eerste lid, 3° van dat Koninklijk Besluit middels mededeling van het aan­tal contracten en van de plaats van tewerkstelling, van het wekelijks arbeidsstelsel en uurrooster voor de werk­nemers die minder dan 12 uur per week presteren, aan de ondernemingsraad, of indien deze niet bestaat aan de syndicale afvaardiging of indien deze niet bestaat aan de vakorganisaties;

 

Commentaar: Het voormelde Koninklijk Besluit van 20 december 1990 werd intussen vervangen door een Koninklijk Besluit van 21 december 1992. De overeenkomsten van onbepaalde duur met een wekelijkse arbeidsduur van minder dan 18 uur moeten dagprestaties van minstens 4 uur voorzien en tegelijk voldoen aan de volgende voorwaarden:

-      de in de arbeidsovereenkomst voorziene prestaties moeten verricht worden volgens een vast uurrooster dat vermeld is in de arbeidsovereenkomst en in het arbeids­regle­ment;

-      de arbeidsovereenkomst bepaalt dat bijkomende prestaties uitgesloten zijn behalve wan­neer zij rechtstreeks voor­­af­gaan aan of volgen op de in de arbeidsovereenkomst vermelde prestaties;

-      de arbeidsovereenkomst bepaalt dat de prestaties, die verricht worden boven de grenzen vastgelegd in de arbeids­­overeenkomst recht geven op een vermeerdering van loon, zoals bepaald bij artikel 29, §1, van de Arbeids­wet van 16 maart 1971;

-      een kopie van de arbeidsovereenkomst moet gezonden worden aan de dienst van de Inspectie van de Sociale Wetten die bevoegd is voor de werkplaats waar de werk­ne­mer hoofd­zakelijk tewerkgesteld is.

Van deze laatste voorwaarde kan dus, zoals boven voorzien worden afgeweken.

-      Het uurvolume voorzien in de arbeidsovereenkomsten die een arbeidsduur voorzien van minder dan 18 uur per week mag de 5 pct. niet overschrijden van het volume van de uren die contractueel voorzien zijn in het geheel van de contracten voor onbepaalde duur en van de RVA-stageovereenkomsten;

-      Een minimum van één arbeidsovereenkomst lager dan 18 uur wordt nochtans gegarandeerd per winkel;

-      Het schoonmaakpersoneel wordt niet in rekening genomen voor de berekening van het quotum van 5 pct.;

-      Het quotum van 5 pct. moet bereikt worden op 31 december 1991 of op een andere datum vast te stellen bij collec­tieve arbeidsovereenkomst gesloten op het niveau van de onderneming volgens de bepalingen van de wet van 5 december 1968.

 

HOOFDSTUK 3 - Mededeling van de uurroosters

Artikel 4

De uurroosters van de werknemers tewerkgesteld in het kader van een deeltijds arbeidsovereenkomst met variabele uurrooster moeten worden medegedeeld tenminste twee weken op voorhand voor de derde week.

 

HOOFDSTUK 4 - Slotbepalingen

Artikel 5

De aanbeveling van 25 januari 1985 betreffende de duur van de prestaties van de deeltijdse werknemers wordt opge­heven.

 

Artikel 6

Deze CAO  treedt in werking op 1 mei 1991 en is gesloten voor een onbepaalde duur.

 


Historiek
01/01/2023 31/12/2050 40 Deeltijdse arbeid
01/01/2016 31/12/2022 40 Deeltijdse arbeid
01/01/2012 31/12/2015 40 Deeltijdse arbeid
01/04/2009 31/12/2011 40 Deeltijdse arbeid
01/10/2005 31/03/2009 40 Deeltijdse arbeid
01/07/2003 30/09/2005 40 Deeltijdse arbeid
01/07/2003 30/06/2003 40 Deeltijdse arbeid
01/01/2002 30/06/2003 40 Deeltijdse arbeid
01/05/1991 31/12/2001 40 Deeltijdse arbeid