310 Jaarlijkse Gratificatie - Samenvatting

19/05/2016

C.A.O. 30 juni 1997, K.B. 10 juni 1998, B.S. 4 september 1998 (geldig vanaf 30 juni 1997, voor onbepaalde duur).

Gewijzigd door de CAO van 28 januari 2016, geregistreerd op 25 april 2016 onder het nummer 132774/CO/310

Bedrag : een gratificatie. Minstens gelijk aan de vaste brutobezoldiging van de maand waarvoor de gratificatie wordt uitbetaald. Op niveau van het bedrijf kan een ander referentiemaandloon worden bepaald.

Toekenningsmodaliteiten :

meer dan zes maanden in dienst zijn met een contract van onbepaalde duur of met een contract van bepaalde duur van meer dan 1 jaar;

■ niet meer in proefperiode zijn;

■ effectieve arbeidsprestaties hebben geleverd gedurende het werkjaar;

■ gelijkstelling :

  • de wettelijke en conventionele vakantiedagen;
  • de wettelijke feestdagen;
  • de dagen ziekteverlof (als gedekt door financiële tussenkomst werkgever krachtens gewaarborgd loonprotocol 17 februari 1977);
  • hooguit 4 dagen afwezigheid om dringende reden i.g.v. ziekte of ongeval jonge afstammeling (C.A.O. 21 juni 1979);
  • dagen kort verzuim (wettelijke en conventionele bepalingen);
  • het wettelijk moederschaps- en vervangend vaderschapsverlof;
  • het betaald educatief verlof;
  • syndicale vorming, uitoefening vakbonds-, ondernemingsraad- en Comité voor veiligheid en preventiemandaat;
  • de andere vakbondsactiviteiten, op voorwaarde dat :
    - de vakorganisatie dit vooraf schriftelijk heeft aangevraagd;
    - de werkgever deze afwezigheden toestaat en er loon voor betaalt.

Uitsluiting : werknemers ontslagen om dringende reden.

Pro rata : volgens de gepresteerde arbeidsdagen als geen volledig werkjaar gepresteerd werd.

Niet van toepassing op banken met een minstens gelijkwaardig of soortgelijk voordeel.

Voor meer informatie, zie het hoofdstuk 0501 van de sectorale documentatie.