2201 2101 Conventioneel brugpensioen

Paritair (sub-)Comité nr.:
309.00.00-00.00

Bijwerking: 20/10/1999
Geldig vanaf: 25/10/1997
Geldig tot: 25/10/2000

In het Paritair Comité voor de beursvennootschappen werd op 24 oktober 1997 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het conventioneel brugpensioen.  Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 19 oktober 1998 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 maart 1999.

Voor de toepassing van het brugpensioen dient men bovendien rekening te houden met het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brug­pensioen, verschenen in het Belgisch Staatsblad van 11 december 1992.  Wij verwijzen hiervoor naar onze interprofessionele documentatie nr. 355.

Vooraf vestigen wij er uw aandacht op dat de onderstaande reglementering slechts van toepassing is voorzover aan de volgende twee voorwaarden is voldaan :

a)     de werknemers moeten na 31 augustus 1990 van hun ontslag in kennis zijn gesteld ;

b)    het brugpensioen moet zijn ingegaan na 31 december 1992.

Wij geven u hierna de integrale tekst van deze CAO.

 

A. Tekst CAO

1. Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen welke tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de beursvennootschappen behoren.

Zij heeft tot doel de toegang tot het conventioneel brugpensioen mogelijk te maken voor de personeelsleden van de ondernemingen die beantwoorden aan de algemene voorwaarden bepaald door het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen (Belgisch Staatsblad van 11 december 1992), alsook aan de bijzondere bepaling genoemd in artikel 2 van deze overeenkomst.

2. Leeftijdsvoorwaarde

Artikel 2

Het conventioneel brugpensioen wordt in alle gevallen van ontslag, behalve het ontslag om ernstige reden, toegestaan aan de werknemers die de leeftijd van 58 jaar hebben bereikt.

De bedienden die ontslagen werden voor het afsluiten van deze collectieve arbeidsovereenkomst en waarvan de ontslagtermijn nog loopt, kunnen ook aanspraak maken op de regeling die bij deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt bepaald.

3. Toepassingsmodaliteiten

Artikel 3

De algemene toepassingsmodaliteiten van deze conventionele brugpensioenregeling zijn die welke bepaald zijn door de collectieve arbeidsovereenkomst nr 17 gesloten voor onbepaalde duur op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling voor aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers, indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975.

Artikel 4

De deeltijdse werknemers in het systeem van de vermindering van de arbeidsprestaties zoals bepaald in artikel 102 van de herstelwet van 22 januari 1985 zullen aanspraak kunnen maken op een aanvullende vergoeding berekend op voltijdse prestaties, indien zij worden ontslagen na 58 jaar.

 

Artikel 5

De werkgever zal verplicht zijn om de aanvullende vergoeding te betalen slechts voorzover de werknemer de opzeggingstermijn (of de verbrekingsvergoeding) heeft aanvaard die door de werkgever werd betekend en waarvan de duur werd berekend overeenkomstig de bepalingen van respectievelijk de artikelen 59 en 82 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

5. Geldigheidsduur

Artikel 6

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur van drie jaar en treedt in werking op 25 oktober 1997.

 


Historiek
01/07/2014 31/12/2014 2201 Historiek SWT 58 jaar - kliksysteem
01/12/2011 30/06/2014 2201 2101 Conventioneel brugpensioen
01/12/2008 30/11/2011 2201 2101 Conventioneel brugpensioen
01/12/2005 30/11/2008 2201 2101 Conventioneel brugpensioen
26/10/2000 25/10/2003 2201 2101 Conventioneel brugpensioen
25/10/1997 25/10/2000 2201 2101 Conventioneel brugpensioen