2801 28 tijdskrediet

Paritair (sub-)Comité nr.:
202.00.00-00.00

Bijwerking: 10/11/2009
Geldig vanaf: 01/04/2009
Geldig tot: 30/06/2011

In het Paritair Comité voor de bediende uit de kleinhandel in voedingswaren werd op 23 juni 2009 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende het tijdskrediet. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen op 9 juli 2009 en geregistreerd op 26 oktober 2009 onder het nummer 95213/CO/202. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 4 november 2009.

U vindt hierna de tekst van de CAO. Voor de algemene reglementering inzake tijdskrediet, zie ook onze brochure.

Collectieve arbeidsovereenkomst van23 juni 2009 betreffende het tijdskrediet

HOOFDSTUK 1 - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren (PC 202) met uitsluiting van het Paritair subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.1)

Artikel 2

De hieronder vastgestelde bepalingen worden toegevoegd aan de regels van CAO nr. 77  bis tot vervanging van CAO nr. 77 van 14  februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking, gesloten in de Nationale arbeidsraad op 19 december 2001.

HOOFDSTUK 2 - RECHTHEBBENDEN

Artikel 3

Het uitvoerend personeel heeft recht op alle vormen van tijdskrediet voorzien in CAO nr. 77 bis.

Artikel 4

Het niet-uitvoerend personeel heeft recht op de volledige schorsing van de arbeidsovereenkomst, in toepassing van artikel 3 §1, 1° van CAO nr. 77 bis.

Artikel 5

Het niet-uitvoerend personeel van vijftig jaar of meer, heeft recht op een loopbaanvermindering met een vijfde zoals voorzien in artikel 9 §1, 1° van CAO nr. 77 bis en op een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking zoals voorzien in artikel 9 §1 2° van CAO nr. 77 bis, mits instemming van de werkgever met de individuele aanvraag.

Artikel 6

Het niet-uitvoerend personeel jonger dan vijftig jaar heeft in toepassing van artikel 2 § 3 van CAO nr. 77 bis geen recht op vermindering van arbeidsprestaties, zoals voorzien in artikel 3 § 1 2° (vermindering tot een halftijdse betrekking beneden vijftig jaar) en artikel 6 van dezelfde CAO (vermindering van de prestaties met een vijfde beneden vijftig jaar).

HOOFDSTUK 3 - DUUR

Maximumduur

Artikel 7

Het recht op voltijds tijdskrediet, zoals voorzien in artikel 3, § 1, 1° en 2° van CAO nr. 77 bis, wordt in toepassing van § 2 van hetzelfde artikel verlengd van één tot vijf jaar over de gehele loopbaan, ook in geval er geen onderbrekingsuitkering wordt toegekend door de RVA.

Artikel 8

Het recht op de vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking zoals voorzien in artikel 9 § 1 2° van CAO nr. 77 bis, wordt in toepassing van § 2 van hetzelfde artikel verlengd van één tot vijf jaar over de gehele loopbaan.

Verlengingen na een jaar

Artikel 9

Verlengingen van het recht op voltijds of halftijds tijdskrediet, zoals voorzien in artikel 3, § 1, 1° en 2° van CAO nr. 77 bis, boven de termijn van een jaar, dienen minstens twaalf maanden te bedragen.

Op vraag van de werknemer, zal gedurende de vier jaren volgend op het eerste jaar tijdskrediet, ten hoogste twee maal een verlenging met zes maanden toegestaan worden.

Artikel 10

De aanvraag om het recht op tijdskrediet te verlengen dient schriftelijk te gebeuren en conform de termijnen voorzien in het artikel 12 van de CAO 77bis.

HOOFDSTUK 4 - ORGANISATIEREGELS

Percentage tijdskrediet

Artikel 11

Het percentage vermeld in artikel 15 § 1 van CAO nr. 77 bis is 6 %.

Artikel 12

De werknemers van vijftig jaar of ouder hebben, zonder beperking in het percentage van 6% voorzien in artikel 11 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, recht op een vermindering van de arbeidsprestaties zoals voorzien in artikel 9 § 1, 1° (vermindering van de prestaties met een vijfde) en 2° (vermindering van de prestatie tot een halftijdse betrekking) van CAO nr. 77bis.

Artikel 13

Werknemers van vijftig jaar of ouder, die genieten van een vermindering van de arbeidsprestaties met een vijfde of tot een halftijdse betrekking, worden niet meegerekend voor de vaststelling van het percentage, vermeld in artikel 11 van deze collectieve arbeidsovereenkomst (6 %).

Opname 1/5 tijdskrediet

Artikel 14

De werknemers die recht hebben op een tijdskrediet onder de vorm van een vermindering van de arbeidsprestaties met één vijfde, conform de intersectorale CAO met betrekking tot tijdskrediet, hebben het recht dit tijdskrediet op te nemen in één hele of in twee halve dagen.

Opname halftijds tijdskrediet 50+ met toeslag van het Sociaal fonds

Artikel 15

In geval van vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking door de werknemers van vijftig jaar of meer met toeslag van het Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken, zoals bepaald in artikel 17 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, heeft de werknemer het recht om zijn arbeidsprestaties te presteren in een driedagenweek.

De driedagenweek wordt georganiseerd rekening houdend met de modaliteiten zoals bepaaid in artikel 17 e) van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Reïntegratie

Artikel 16

Na afloop van de periode van uitoefening van de rechten zoals bepaald in de artikelen 3, 6 en 9 van CAO 77 bis, heeft de werknemer in toepassing van artikel 20 § 1 van CAO nr. 77 bis het recht terug te keren naar zijn functie of, wanneer dit niet mogelijk is, naar een gelijkwaardige of vergelijkbare functie conform zijn arbeidsovereenkomst. Ook de plaats van tewerkstelling kan verschillend zijn.

HOOFDSTUK 5 - TOESLAG VAN HET SOCIAAL FONDS

Artikel 17

In geval van vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking door de werknemers van vijftig jaar of meer,
zoals voorzien bij artikel 9 § 1, 2° van CAO nr. 77 bis, zal door het Sociaal fonds voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen een toeslag betaald worden, binnen de volgende voorwaarden :

a) De toeslag bedraagt 148,74 euro per maand.

b) De betrokken werknemers moeten gedurende hun loopbaan in de onderneming minstens vijf jaar anciënniteit hebben in een arbeidsregime van 27 uur per week of meer (waaronder de volledige periode van de twaalf maanden voorafgaand aan het begin van het tijdskrediet).

c) Het tijdskrediet moet definitief zijn.

d) De betrokken werknemer moet zich ertoe verbinden zijn pensioen ten laatste te nemen op de wettelijke minimumleeftijd.

e) De betrokken werknemer moet een variabel uurrooster aanvaarden.

f) De deeltijdse werknemers, die in het kader van het stelsel van het tijdskrediet hun prestaties verminderen tot een halftijdse betrekking, hebben recht op de toeslag van 148,74 euro naar verhouding van hun prestaties volgens het volgende systeem :

148,74 euro x [(aantal uren per week voorzien in de arbeidsovereenkomst - 17,5)/17,5].

Voorbeeld : een werknemer met een arbeidsduur van 30 uur per week, ontvangt een toeslag van 148,74 euro x [(30-17,5) / 17,5] = 106,24 euro per maand.

g) De verbintenis tot het betalen van een toeslag vervalt, wanneer er een bijdrage (sociale zekerheidsbijdrage of andere) op zou verschuldigd zijn.

h) De financiering en de praktische organisatie van de betaling van deze toeslagen via het Sociaal fonds wordt behouden. De opbrengst van de bijdrage ten voordele van de tewerkstelling wordt bij voorrang voor dit initiatief aangewend.

Deze maatregel maakt een tewerkstellingsmaatregel uit om oudere werknemers aan het werk te houden, en om zo de activiteitsgraad te verhogen.

HOOFDSTUK 6 - INFORMATIE EN OVERLEG INZAKE TEWERKSTELLING

Artikel 18

Met respect van de bevoegdheden van de syndicale afvaardiging zoals vermeld in CAO nr. 5 en de verschillende sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten met betrekking tot het statuut van de syndicale afvaardiging gesloten in het Paritair comité 202, wordt in het kader van de discussie en het overleg over de evolutie van de tewerkstelling, per trimester, een dubbele informatie per zetel overgemaakt door de ondememingen aan de ondernemingsraden :

- het aantal personen die tijdskrediet nemen en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming;

- het aantal personen ouder dan 50 jaar dat l/2de of 4/5de tijdskrediet neemt en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming;

- het aantal deeltijdse werknemers dat geniet van een arbeidsduurverhoging en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming.

Deze inlichtingen zullen globaal en voor elke zetel afzonderlijk gegeven worden.

HOOFDSTUK 7 - SLOTBEPALINGEN

Artikel 19

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking vanaf 1 april 2009. Zij houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2011.

De bepalingen van hoofdstuk 5 vormen een verlenging zonder onderbreking van de regeling vervat in de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 augustus 2007 betreffende het tijdskrediet, en dit onder de voorwaarden van het Koninklijk besluit tot uitvoering van het hoodstuk 6 van Titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), betreffende socialezekerheidsbijdragen en inhoudingen verschuldigd op brugpensioenen, op aanvullende vergoedingen bij sommige socialezekerheidsuitkeringen en op invaliditeitsuitkeringen, onder andere :

- het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt niet verhoogd;

- de werknemersdoelgroep die aanspraak kan maken op de aanvullende vergoeding wordt niet uitgebreid.

2. Commentaar

Het interprofessionele stelsel van het tijdskrediet is volledig van toepassing (zie onze brochure « Tijdskrediet »).

Het PC 202 heeft evenwel bijzondere schikkingen getroffen inzake tijdskrediet, die afwijken van het suppletieve stelsel van de CAO nr. 77 bis die in de NAR werd gesloten op interprofessioneel niveau en waarover hieronder een commentaar volgt.

N.B. : met het oog op de leesbaarheid hebben de sociale partners de collectieve arbeidsovereenkomst nr.77 gesloten in de Nationale Arbeidsraad, afgeschaft en vervangen door de collectieve overeenkomst  nr. 77 bis gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 2001. Deze CAO neemt de tekst over van de CAO nr. 77 gesloten op 14 februari 2001 en ze bevat bovendien enige verduidelijkingen en een commentaar.

 

1. Geen recht op vermindering van de arbeidsprestaties tot halftijds of tot 4/5 voor de werknemers jonger dan 50 die tot het niet-uitvoerend personeel behoren

1.1. Herhaling van het interprofessionele stelsel

De CAO nr. 77 bis geeft de werknemers drie manieren om het recht op tijdskrediet uit te oefenen:

-        het recht op tijdskrediet in de strikte zin (totale schorsing van de arbeidsprestaties of vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse tewerkstelling) ;

-         het recht op de vermindering van de prestaties tot 4/5;

-        voor de werknemers van 50 en ouder, het recht op de vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse tewerkstelling of tot 4/5.

De CAO nr. 77 bis heeft echter de mogelijkheid voorzien dat de ondernemingen en de sectoren sommige categorieën werknemers kunnen uitsluiten uit het toepassingsgebied van een van deze vormen van tijdskrediet.

1.2. Afwijkende regeling in het PC 202

Het PC 202 heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt en de werknemers jonger dan 50 jaar die tot het niet-uitvoerend personeel behoren, het recht ontzegt hun arbeidsprestaties tot halftijds te verminderen of tot 4/5. Die categorie van werknemers mag dus slechts haar prestaties volledig onderbreken. De andere categorieën (werknemers van 50 jaar en ouder van het niet-uitvoerend en werknemers van het uitvoerend personeel) mogen daarentegen kiezen tussen de verschillende manieren van uitoefening van het recht op tijdskrediet zoals bepaald in de CAO nr.77 bis.

 

2. Sommige categorieën van werknemers worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van de drempel van 5 % waarboven het voorkeursmechanisme in werking treedt.

2.1. Herhaling van het interprofessioneel stelsel

CAO nr.77 bis zegt dat van zodra meer dan 5% van het totaal aantal werknemers van een onderneming terzelfder tijd zijn recht op tijdskrediet, op de loopbaanvermindering of op de vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking uitoefent of wil uitoefenen, er een plannings- en voorkeursmechanisme voor de afwezigheden in werking treedt om de continuïteit van de werking van de onderneming te waarborgen.

In ondernemingen waar er minstens 10 werknemers zijn van 50 of ouder, wordt die drempel verhoogd met één eenheid per schijf van oudere werknemers.

Op het einde van elke maand gaat de werkgever na of de drempel van 5% overschreden is. Indien dat zo is dan past hij het voorkeursmechanisme toe om te zien wie voorrang krijgt bij de uitoefening van het recht op tijdskrediet.

Als door de werking van het voorkeursmechanisme, een werknemer naast het tijdskrediet, de loopbaanvermindering of de vermindering tot halftijds, grijpt op de door hem gewenste datum dan wordt het moment waarop zijn kennisgeving ingaat, uitgesteld tot er een plaats vrijkomt.

De ondernemingsraad zegt hoe het voorkeursmechanisme zal werken. Als er geen ondernemingsraad is, wordt het geregeld door de werkgever in overleg met de vakbondsafvaardiging. Als de onderneming geen eigen mechanisme heeft, dan is er nog altijd het vervangende mechanisme voor planning en voorkeur bepaald in de CAO nr. 77 bis. Op het einde van elke maand wordt het plannings- en voorkeursmechnisme toegepast op de aanvragen die op de 15de schriftelijk ontvangen werden. Daarna zal de werkgever aan de werknemer uiterlijk op het einde van de maand die volgt op die van de kennisgeving, de datum meedelen van waarop hij zijn recht op tijdskrediet, loopbaanonderbreking of vermindering tot een halftijdse betrekking zal kunnen uitoefenen.

2.2. Afwijkende regeling in het PC  202

De CAO nr. 77bis laat toe dat de paritaire comités de drempel van 5 % veranderen met een CAO.

Het PC 202 heeft dat gedaan door te zeggen dat:

-          het percentage wordt verhoogd tot 6%;

-          de werknemers van 50 jaar en ouder die hun prestaties tot halftijds of met een vijfde verminderen niet geteld worden voor de berekening van de drempel van 5% in het tijdskrediet. Zij mogen hun prestaties onbeperkt verminderen;

N.B. : het paritair comité begunstigt bovendien de werknemer van 50 jaar en ouder door de toekenning van een aanvullende vergoeding (zie infra).

 

3. Verlenging van de maximumduur van het tijdskrediet in de strikte zin tot 5 jaar

3.1. Herhaling van het interprofessionele stelsel

De CAO nr.77 bis van de NAR bepaalt de duur van uitoefening door de werknemers van het recht op tijdskrediet in de strikte zin (dit wil zeggen hun arbeid volledig onderbreken of verminderen tot een halftijdse tewerkstelling).

Die duur bedraagt minimum 3 maand en maximum een jaar.

3.2. Afwijkend stelsel in het PC  202

De CAO nr. 77 bis laat aan de paritaire comités toe de maximumduur van het recht op tijdskrediet met een CAO te verlengen zonder 5 jaar over heel de loopbaan te mogen overschrijden.

Het PC 202 heeft van die mogelijkheid gebruik gemaakt door de maximumduur van het recht op het tijdskrediet in strikte zin (totale schorsing van de arbeid of vermindering ervan tot een halftijdse tewerkstelling) te verlengen tot 5 jaar over heel de loopbaan.

De verlengingen van de totale schorsing van de arbeid of van de vermindering tot halftijds na één jaar, moeten minstens 12 maanden duren. Op verzoek van de werknemer kunnen twee verlengingen van 6 maanden worden toegestaan in de 4 jaar die volgen op het eerste jaar tijdskrediet.

De aanvragen van verlenging van het tijdskrediet moeten minstens 3 maanden vooraf schriftelijk gedaan worden.

 

4. Bijkomende onderbrekingsuitkering

De werknemers van 50 jaar of ouder met een tijdskrediet die hun arbeid halveren hebben recht op een aanvullende onderbrekingsuitkering ten laste van het fonds.

Deze aanvullende uitkering bedraagt 148,74 EUR per maand in functie van de prestaties van de werknemer, volgens de onderstaande formule:

148,74 EUR. x (aantal werkuren per week bepaald in de arbeidsovereenkomst - 17,5) / 17,5

Om recht te hebben op deze aanvulling moet de werknemer de volgende voorwaarden vervullen:

-        de werknemers moet minstens 5 jaar in de onderneming gewerkt hebben in een arbeidsregime van 27 uur per week of meer (waaronder de volledige periode van de twaalf maanden voorafgaand aan het begin van het tijdskrediet) ;

-        het tijdskrediet moet definitief zijn;

-        de werknemer moet een variabel uurrooster aanvaarden;

-        de werknemer moet zich ertoe verbinden zijn pensioen uiterlijk op de wettelijke minimumleeftijd te nemen.

 

5. Informatie over de tewerkstelling

Elk kwartaal deelt de werkgever aan de Ondernemigsraad mee:

- het aantal personen die tijdskrediet nemen en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming;

- het aantal personen ouder dan 50 jaar dat 1/2e of 4/5e tijdskrediet neemt  en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming

- het aantal deeltijdse werknemers dat geniet van een arbeidsduurverhoging en het volume uren dat dit voorstelt voor de globale onderneming.

Deze getallen worden globaal en voor elke zetel afzonderlijk gegeven.

3. Aanmoedigingspremie voor tijdskrediet in het Vlaamse Gewest

Dit akkoord geldt voor het Paritair comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren (PC 202) met uitsluiting van het Paritair subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01). De in het Paritair comité vertegenwoordigde organisâmes verklaren zich ermee akkoord dat de onderstaande aanmoedigingspremies, voorzien in het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2002, zoals gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 25 maart 2005 en door het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 2008, toegekend worden mits beantwoord wordt aan de in het besluit gestelde voorwaarden :

  • de aanmoedigingspremie in het kader van het opleidingskrediet;
  • de aanmoedigingspremie in het kader van het zorgkrediet;
  • de aanmoedigingspremie bij arbeidsduurvermindering in het kader van een onderneming in moeilijkheden of in herstructurering.

Dit akkoord heeft uitwerking van 1 januari 2010 tot 31 december 2011. De partijen vragen dat het zou worden neergelegd en geregistreerd ter griffie van de Administratie van de Collectieve arbeidsbetrekkingen van het de Fédérale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg en overgemaakt aan de Administratie Werkgelegenheid van het département Economie, werkgelegenheid, binnenlandse aangelegenheden en landbouw van de Vlaamse regering.


Historiek
01/07/2023 31/10/2025 2801 Tijdskrediet met motief
01/01/2022 30/06/2023 2801 Tijdskrediet met motief
01/07/2019 31/12/2021 2801 Tijdskrediet met motief
01/07/2017 30/06/2019 2801 Tijdskrediet met motief
01/07/2015 30/06/2017 2801 Tijdskrediet met motief
01/07/2013 30/06/2015 2801 Tijdskrediet met motief
01/07/2011 30/06/2013 2801 28 tijdskrediet
01/04/2009 30/06/2011 2801 28 tijdskrediet
01/04/2007 31/03/2009 2801 28 tijdskrediet
01/04/2005 31/03/2007 2801 28 tijdskrediet
01/07/2003 31/03/2005 2801 28 tijdskrediet
01/01/2002 30/06/2003 2801 28 tijdskrediet - loopbaanonderbreking
01/01/2002 31/12/2001 2801 28 tijdskrediet - loopbaanonderbreking