23 Statuut van de syndicale afvaardigingen

Paritair (sub-)Comité nr.:
202.00.00-00.00

Bijwerking: 19/08/1997
Geldig vanaf: 01/01/1997
Geldig tot: 31/12/2001

Op 17 juni en 5 september 1994 werd een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot regeling van de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten in de ondernemingen van het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren. Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 18 november 1994 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 januari 1995.

 

Krachtens artikel 3 en 4 van deze CAO blijven de CAO's gesloten in het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen, waarvan de benaming werd gewijzigd in "Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren" van toepassing op de werkgevers van Groep A en hun bedienden. Zij zijn van toepassing op de werkgevers en de bedienden van Groep B vanaf 1 januari 1995. De definitie van de groepen vindt u terug in onze omzendbrief HFDST.2.2.

 

De syndicale afvaardiging werd geregeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juli 1975. Deze overeenkomst werd verscheidene keren gewijzigd en de laatste keer door een overeenkomst van 15 mei 1997, neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 17 juni 1997 onder het nummer 44260/COB/202. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 11 juli 1997.

 

De laatste wijziging betreft een verhoging van de tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten van de syndicale afgevaardigden gedaan voor de uitvoering van hun opdrachten (zie artikel 28). Zij treedt in werking op 1 januari 1997.

 

We geven U hierna, de integrale tekst van deze overeenkomst.

HOOFDSTUK 1 - Algemene bepalingen

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen.

 

Artikel 2

De ondernemingshoofden erkennen dat hun bedienden, aangesloten bij een van de ondertekenende representatieve werknemersorganisaties, het recht hebben zich bij hen te laten vertegenwoordigen door een syndicale afvaardiging waarvan het statuut bij deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt geregeld.

 

Artikel 3

De ondernemingshoofden gaan de verbintenis aan de syndicale afvaardiging van hun bedienden te ontvangen, generlei drukking op het personeel uit te oefenen om te verhinderen dat het tot een syndicale organisatie zou toetreden, noch aan niet-gesyndiceerde bedienden blijken van voorkeur te geven ten overstaan van gesyndiceerde bedienden.

 

Artikel 4

De syndicale afgevaardigden van het bediendenpersoneel moeten in alle omstandigheden :

a)    blijk geven van een geest van rechtvaardigheid, billijkheid en verzoeningsgezindheid ;

b)    elke tekortkoming aan de sociale wetgeving, het arbeidsreglement van de onderneming en de collectieve arbeidsovereenkomsten, alsook aan de arbeidstucht en aan het beroepsgeheim persoonlijk vermijden en door hun collega’s doen vermijden ;

c)    het optreden van de leiding van de onderneming en haar vertegenwoordigers op verschillende gezagsposten niet bemoeilijken.

 

Artikel 5

De ondertekenende representatieve werknemersorganisaties gaan de verbintenis aan de vrijheid van vereniging te eerbiedigen en te zorgen dat hun leden uit hun syndicale propaganda alle methoden weren welke niet overeen te brengen zijn met de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5 gesloten op 24 mei 1971 in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen, noch met deze collectieve arbeidsovereenkomst.

De ondertekenende representatieve werknemersorganisaties verbinden zich ertoe aan hun aangesloten organisaties aan te bevelen :

·       zich onderling akkoord te stellen en daartoe eventueel beroep te doen op het verzoeningsinitiatief van de voorzitter van het paritair comité voor het aanwijzen van een gemeenschappelijke syndicale afvaardiging, mits inachtneming van hun respectievelijke vertegenwoordiging ;

·       er voor te zorgen dat de aangewezen afgevaardigden of voor verkiezing voorgedragen kandidaten zouden worden gekozen voor het gezag, waarover zij in het uitvoeren van hun functies moeten beschikken, evenals voor hun bevoegdheid.

 

HOOFDSTUK 2 - Bevoegdheid van de Syndicale Afvaardiging

Artikel 6

De bevoegdheid van de syndicale afvaardiging heeft ondermeer betrekking op :

1°    de arbeidsverhoudingen ;

2°    de onderhandelingen met het oog op het sluiten van collectieve overeenkomsten of akkoorden in de schoot van de onderneming, zonder dat daarbij afbreuk wordt gedaan aan de collectieve overeenkomsten of akkoorden welke op andere vlakken zijn gesloten ;

3°    de betwistingen betreffende de toepassing op het gesyndiceerd personeel van de sociale wetgeving, van de collectieve arbeidsovereenkomsten, van het arbeidsreglement en van de individuele arbeids-overeenkomsten ;

4°    de naleving van de algemene beginselen gepreciseerd in de preambule van de collectieve arbeidsovereenkomst van de Nationale Arbeidsraad, vermeld in het eerste lid van artikel 5 en in de artikelen 2 tot en met 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

 

Artikel 7

Elke klacht moet door de belanghebbende(n) aan het ondernemingshoofd of aan zijn vertegenwoordigers worden gedaan langs de hiërarchische weg.

De individuele of gezamenlijke klachten waaraan binnen de vijftien dagen niet is voldaan langs de weg vermeld in vorig lid, kunnen door de syndicale afvaardiging worden voorgelegd aan het ondernemingshoofd of zijn vertegenwoordigers.

 

Artikel 8

De syndicale afvaardiging heeft het recht door het ondernemingshoofd of door zijn vertegenwoordiger te worden gehoord naar aanleiding van elk geschil dat of elke betwisting van collectieve aard welke zich in de onderneming voordoet ; zij heeft hetzelfde recht, wanneer dergelijke geschillen of betwistingen dreigen te ontstaan.

Het ondernemingshoofd of zijn vertegenwoordiger zal de syndicale afvaardiging zo spoedig mogelijk ontvangen en uiterlijk binnen de vijftien dagen na het indienen van het verzoek. Deze audiëntie moet worden verleend naar aanleiding van elke betwisting aangaande de in bovenstaand artikel 6 opgesomde aangelegenheden.

Artikel 9

Ten einde de in voorgaand artikel 8 bedoelde geschillen of betwistingen te voorkomen, moet de syndicale afvaardiging voorafgaandelijk door het ondernemingshoofd worden ingelicht over de veranderingen welke de contractuele of gebruikelijke arbeids- en loonvoorwaarden kunnen wijzigen, met uitzondering van inlichtingen van individuele aard.

Zij wordt inzonderheid ingelicht over de wijzigingen welke voortvloeien uit de wet, de collectieve overeenkomsten of de bepalingen van algemene aard welke in de individuele arbeidsovereenkomsten zijn opgenomen voornamelijk de bepalingen welke een weerslag hebben op de loonschalen en de regelen van beroepsclassificatie.

 

Artikel 10

De syndicale afvaardiging heeft geen zeggenschap in aangelegenheden welke behoren tot de bevoegdheid van paritaire instellingen op het vlak van de onderneming, opgericht of op te richten krachtens een wets- of reglementsbepaling, zoals o.m. de ondernemingsraad, het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen, behalve in het geval deze instanties niet zouden zijn ingesteld.

Deze syndicale afvaardiging mag evenwel toezicht houden op de oprichting en de werking van deze instellingen en op de uitvoering van hun beslissingen welke de bedienden aanbelangen.

 

HOOFDSTUK 3 - Samenstelling van de syndicale afvaardiging

Artikel 11

Een syndicale afvaardiging van het bediendenpersoneel wordt ingesteld volgens de hierna omschreven regelen wanneer door één of meerdere representatieve werknemersorganisaties welke deze collectieve arbeidsovereenkomst hebben ondertekend, daartoe een verzoek wordt gericht aan het ondernemingshoofd.

Deze organisaties hebben het recht kandidaten voor te dragen voor de aanduiding van de syndicale afvaardiging in de ondernemingen van de bedrijfstakken welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen.

Een afzonderlijke syndicale afvaardiging wordt opgericht op verzoek van één of meerdere representatieve organisaties voor bedienden onder de voorwaarden vastgesteld bij artikel 5 en bij dit hoofdstuk voor elke hierna vermelde groep, voor zover in ieder daarvan het aantal personen voorzien in artikel 14 wordt bereikt :

1°    administratief- en opslagplaatspersoneel ;

2°    verkooppersoneel van de bijhuizen met een verkoopoppervlakte van minder dan 750 m2;

3°    verkooppersoneel van de bijhuizen met een verkoopoppervlakte van 750 m2 of meer".

 

Artikel 12

Het verzoek tot oprichting van een syndicale afvaardiging wordt schriftelijk ingediend bij het ondernemingshoofd door ten minste een van de representatieve werknemersorganisaties, welke er vooraf de andere in het paritair comité vertegenwoordigde representatieve werknemersorganisaties van verwittigt.

 

Artikel 13

De syndicale afvaardiging bestaat uit gewone afgevaardigden en plaatsvervangende afgevaardigden. Er zijn zoveel plaatsvervangende afgevaardigden als gewone afgevaardigden. De afgevaardigden duiden onder hun eigen een voorzitter aan.

 

Artikel 14

Het aantal gewone afgevaardigden bedraagt, in verhouding tot het aantal bedienden in de onderneming :

van

10 tot en met

40 bedienden :

 2 afgevaardigden

van

41 tot en met

60 bedienden :

 3 afgevaardigden

van

61 tot en met

100 bedienden :

 4 afgevaardigden

van

101 tot en met

200 bedienden :

 5 afgevaardigden

van

201 tot en met

300 bedienden :

 6 afgevaardigden

van

301 tot en met

400 bedienden :

 7 afgevaardigden

van

401 tot en met

500 bedienden :

 8 afgevaardigden

van

501 tot en met

600 bedienden :

 9 afgevaardigden

van

601 tot en met

800 bedienden :

10 afgevaardigden

van

801 tot en met

1.000 bedienden :

11 afgevaardigden

van

1.001 tot en met

1.400 bedienden :

12 afgevaardigden

van

1.401 tot en met

1.800 bedienden :

13 afgevaardigden

van

1.801 tot en met

2.200 bedienden :

14 afgevaardigden

van

2.201 tot en met

2.600 bedienden :

15 afgevaardigden

meer dan

2.600 bedienden :

16 afgevaardigden.

In afwijking van artikel 16, 2°, kan in de ondernemingen waar ten minste vijfentwintig gesyndiceerde bedienden van minder dan eenentwintigjarige leeftijd in dienst zijn, een plaats van afgevaardigde worden voorbehouden aan een kandidaat die de vereiste leeftijd niet heeft bereikt.

Voor de vaststelling van de personeelssterkte van de onderneming wordt het gemiddeld aantal tewerkgestelde bedienden (fysieke personen) in aanmerking genomen van de vier kalenderkwartalen welke datgene voorafgaan waarin het verzoek om instelling van een syndicale afvaardiging wordt ingediend.

 

HOOFDSTUK 4 - Aanduiding van de afgevaardigden

Artikel 16

Om de functie van gewone afgevaardigde of van plaatsvervangende afgevaardigde te mogen uitoefenen, moet de bediende aan de volgende vereisten voldoen :

1°    a)  hetzij Belg zijn of onderdaan van een lidstaat van de Europese Economische Gemeenschap ;b)  hetzij vreemdeling zijn en geen onderdaan van een lidstaat van de genoemde gemeenschap of     vaderlandsloze en, in beide gevallen, minstens sedert twee jaar regelmatig in België hebben                verbleven ;

2°    eenentwintig jaar oud zijn ;

3°    a)  niet in een proefperiode zijn ;        b)  ten minste twaalf opeenvolgende maanden bij de onderneming in dienst zijn;

4°    niet in een opzeggingsperiode zijn op het ogenblik van zijn aanduiding ;

5°    lid zijn van de ondertekenende representatieve werknemersorganisaties van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

 

Artikel 17

De syndicale afgevaardigden worden verkozen omwille van het gezag dat van hen zal moeten uitgaan bij de uitoefening van hun kiese taak en ook wegens hun bekwaamheid, wat veronderstelt dat ze behoorlijk vertrouwd zijn met de onderneming en met de bedrijfstak.

 

Artikel 18

§1            De representatieve bediendenorganisaties die partij zijn bij deze collectieve arbeidsovereenkomst stellen zich onderling akkoord om de effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden aan te duiden.

Ze delen aan de ondernemingshoofden de lijst van de voorgestelde effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden mede ten laatste binnen de drie maanden die volgen op de aanvraag voorzien in artikel 12, indien het een oprichting van een delegatie betreft en binnen de drie maanden die volgen op de datum van de sociale verkiezingen in geval van hernieuwing van een delegatie.

§2            Bij gebrek aan akkoord tussen de representatieve bediendenorganisaties binnen een termijn van drie maanden geschiedt de verdeling van de mandaten op basis van de resultaten in stemmen behaald bij de laatste sociale verkiezingen voor het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen, in overeenstemming met artikel 64 van het koninklijk besluit van 31 juli 1986 betreffende de ondernemingsraden en de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen. Ingeval de mandaten toegekend worden door een "bedienden" en/of "jongeren" kiescollege, zonder dat er een stemming plaats heeft gehad, wordt een fictief aantal stemmen toegekend aan de syndicale organisatie die de lijst heeft voorgedragen ; dit getal zal berekend worden op de volgende manier : aantal kiezers van het betroffen college vermenigvuldigd met het percentage uitgebrachte stemmen in verhouding tot het aantal kiezers van het geheel van de onderneming.

Bij gebrek aan verkiezingen voor het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen, zal de verdeling doorgevoerd worden op basis van het aantal kortingen op de syndicale bijdrage betaald door elke syndicale organisatie in het kader van de activiteiten van het Sociaal Fonds voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen en in overeenstemming met de bepalingen van artikel 64 van het koninklijk besluit van 31 juli 1986 betreffende de ondernemingsraden en de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen.

 

Artikel 19

De plaatsvervangende afgevaardigden zetelen in de plaats van een gewone afgevaardigde wanneer deze verhinderd is.

 

Artikel 20

Elke organisatie zorgt tijdig voor de vervanging van haar afgevaardigden die hun functie niet meer vervullen. Deze aanduiding gebeurt schriftelijk.

 

Artikel 21

De werkgever kan zich altijd om ernstige redenen tegen de aanduiding of het behoud van een afgevaardigde verzetten.

De werkgever laat aan de betrokken representatieve werknemersorganisaties weten waarom hij zich verzet tegen deze aanduiding of tegen het behoud, dit binnen de vijftien werkdagen na voorlegging van de in artikel 18, lid 2, bedoelde lijst.

Bij onenigheid tussen de partijen, wordt het geschil aan het verzoeningsbureau van het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen voorgelegd, dat de partijen, gebeurlijk bijgestaan door een raadsman, zal aanhoren en het geschil beslechten.

 

Artikel 22

Het mandaat van de syndicale afgevaardigden duurt vier jaar. De duur kan evenwel worden verlengd tot de volgende sociale verkiezingen. Het mandaat kan worden vernieuwd.

De syndicale afvaardiging wordt vernieuwd binnen de drie maanden welke volgen op de sociale verkiezingen voor de oprichting van de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen, volgens de modaliteiten bepaald bij dit hoofdstuk.

 

Artikel 23

Het mandaat van syndicale afgevaardigde neemt een einde :

a)    wanneer het normaal verstrijkt;

b)    door ontslag waarvan aan de werkgever schriftelijk kennis wordt gegeven;

c)    wanneer de afgevaardigde niet meer als bediende deel uitmaakt van het personeel van de onderneming;

d)    wanneer de afgevaardigde geen lid meer is van de representatieve werknemersorganisatie waarvan hij lid was op het ogenblik van zijn aanwijzing;

e)    door terugtrekking van het mandaat van afgevaardigde door de representatieve werknemersorganisaties welke hem heeft voorgesteld.

In de gevallen bedoeld onder de punten d) en e) hierboven, verwittigt de betrokken representatieve werknemersorganisatie de werkgever bij aangetekende brief en duidt, zo nodig, de plaatsvervanger aan.

 

HOOFDSTUK 5 - Statuut van de syndicale afgevaardigden

Artikel 24

De syndicale afgevaardigden hebben recht op de normale bevorderingen en verhogingen van de werknemerscategorie waartoe zij behoren.

 

Artikel 25

De leden van de syndicale afvaardiging mogen niet worden afgedankt om redenen welke eigen zijn aan de uitoefening van hun mandaat.

Wanneer op grond van de omstandigheden daartoe aanleiding bestaat, kan de werkgever zich beroepen op de bepalingen van bovenstaand artikel 21.

De werkgever die voornemens is een syndicale afgevaardigde om gelijk welke reden met uitzondering van dringende reden, af te danken, verwittigt voorafgaandelijk de syndicale afvaardiging evenals de representatieve werknemersorganisatie welke de kandidatuur van deze afgevaardigde heeft voorgedragen. De verwittiging van de representatieve werknemersorganisatie geschiedt door middel van een aangetekende brief, welke uitwerking heeft op de derde dag, volgend op de datum van de verzending.

De betrokken representatieve werknemersorganisatie beschikt over een termijn van zeven dagen om mee te delen dat zij geldigheid van de voorgenomen afdanking weigert te aanvaarden. Deze mededeling gebeurt bij aangetekende brief ; de periode van zeven dagen neemt een aanvang op de dag waarop het door de werkgever toegezonden schrijven uitwerking heeft.

Het uitblijven van reactie van de representatieve werknemersorganisatie moet worden beschouwd als een aanvaarding van de geldigheid van de voorgenomen afdanking.

Indien de representatieve werknemersorganisatie weigert de geldigheid van de voorgenomen afdanking te aanvaarden, heeft de meeste gerede partij de mogelijkheid het geval aan het oordeel van het verzoeningsbureau van het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen voor te leggen ; de maatregel tot afdanking mag niet worden uitgevoerd gedurende de duur van deze procedure.

Indien het verzoeningsbureau tot geen eenparige beslissing is kunnen komen binnen de dertig dagen van de aanvraag tot tussenkomst, wordt het geschil betreffende de geldigheid van de redenen welke door de werkgever worden ingeroepen om de afdanking te verantwoorden aan de arbeidsrechtbank voorgelegd.

 

Artikel 26

In geval van afdanking van een syndicale afgevaardigde wegens dringende reden, moet de syndicale afvaardiging daarvan onmiddellijk worden op de hoogte gebracht.

 

Artikel 27

Een forfaitaire vergoeding is door de werkgever verschuldigd in navolgende gevallen :

1°    indien hij een syndicale afgevaardigde afdankt, zonder de in voornoemde artikel 25 bepaalde procedure na te leven ;

2°    indien, op het einde van deze procedure de geldigheid van de redenen van afdanking, rekening houdend met de bepaling van artikel 25, lid 1, door het verzoeningsbureau of door de arbeidsrechtbank niet wordt erkend ;

3°    indien de werkgever een afgevaardigde heeft ontslagen wegens dringende reden en de arbeidsrechtbank het ontslag ongegrond verklaart ;

4°    indien de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd wegens zware fout van de werkgever, welke voor de afgevaardigde een reden is tot onmiddellijke beëindiging van de overeenkomst.

De forfaitaire vergoeding is gelijk aan het brutoloon van één jaar, onverminderd de toepassing van artikel 20 van de gecoördineerde wetten op de arbeidsovereenkomst voor bedienden.

Deze vergoeding is niet verschuldigd wanneer de syndicale afvaardigde de vergoeding ontvangt bepaald bij artikel 21, §7, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven en bij artikel 1bis, §7, van de wet van 10 juni 1952 betreffende de gezondheid en de veiligheid van de werknemers, alsmede de salubriteit van het werk en van de werkplaatsen gewijzigd bij de wet van 16 januari 1967.

 

HOOFDSTUK 6 - Werking van de syndicale afvaardiging

Artikel 28

De leden van de syndicale afvaardiging beschikken, om de in deze collectieve arbeidsovereenkomst omschreven syndicale opdrachten en activiteiten collectief of individueel uit te oefenen, over volgenden kredieturen :

·       administratief personeel : 6 uur/maand per effectief mandaat ;

·       verkooppersoneel van de bijhuizen met een verkoopoppervlakte van 750 m2 of meer : 12 uur/maand per effectief mandaat ;

·       verkooppersoneel van de bijhuizen met een verkoopoppervlakte van minder dan 750 m2 : 18 uur/maand per effectief mandaat.

Met het oog op het gebruik van deze kredieturen moeten de leden van de syndicale afvaardiging de werkgever ten minste vierentwintig uur op voorhand inlichten en in akkoord met hem er voor zorgen dat dit gebruik de goede werking van de diensten van de onderneming niet verstoort.

Dit betekent ondermeer dat de afwezigheden veroorzaakt door deze kredieturen niet samenvallen met ogenblikken waarop de aanwezigheid van de aanvragers is vereist voor de goede uitoefening van het werk.

De onderneming stelt - ofwel permanent, ofwel occasioneel - een lokaal ter beschikking van de syndicale afvaardiging, ten einde haar toe te laten haar opdracht passend te vervullen.

De representatieve werknemersorganisatie kan het totaal van de kredieturen individueel overschrijden zonder nochtans verder te gaan dan een maximum van respectievelijk zes en twaalf dagen per jaar en per afgevaardigde.

De werkgever komt tussen in de verplaatsingskosten van de syndicale afgevaardigden gedaan voor de uitoefening van de in deze overeenkomst omschreven syndicale opdrachten en activiteiten binnen de onderneming.

Het daartoe voorziene budget wordt vastgesteld op 12.000 F. per jaar per effectief mandaat.

 

Artikel 29

Bovendien beschikt elke representatieve werknemersorganisatie voor de uitoefening van de opdracht vastgesteld bij lid 1 van artikel 28, doch buiten de onderneming, over een krediet van vier dagen per jaar, per effectief mandaat voor het administratief personeel en van acht dagen per jaar en per effectief mandaat voor het verkooppersoneel.

De representatieve werknemersorganisatie kan dit totaalkrediet individueel overschrijden zonder nochtans verder te gaan dan een maximum van respectievelijk zes en twaalf dagen en per effectief mandaat.

Met het oog op het gebruik van dit dagenkrediet, moeten de aanvragers op voorhand de centrale directie van het personeel van de onderneming evenals hun onmiddellijke chef verwittigen, ten minste acht werkdagen vóór het gebruik van dit dagenkrediet ; zij zorgen ervoor dat, in gemeenschappelijk akkoord met hen, dit gebruik de goede werking van de diensten van de onderneming niet verstoort.

 

Artikel 30

De syndicale afvaardiging kan, zonder daardoor de organisatie van het werk te verstoren, ondermeer tijdens de rusturen, mondeling of schriftelijk overgaan tot alle mededelingen welke nuttig zijn voor het bediendenpersoneel.

Deze mededelingen moeten van professionele of van syndicale aard zijn.

Op de arbeidsplaatsen en gedurende de werkuren mogen door de syndicale afvaardiging voorlichtings-vergaderingen voor het bediendenpersoneel van de onderneming worden belegd mits instemming van de werkgever. Deze laatste mag zijn instemming niet willekeurig weigeren.

Behalve in dringend geval, moet een gemotiveerd verzoek met een aanzeggingstermijn van vijf werkdagen worden ingediend door de syndicale afvaardiging bij de centrale directie van de onderneming.

 

Artikel 31

De voltallige of niet voltallige afvaardiging komt tijdens de normale diensturen met de werkgever samen.

De tijd besteed aan de samenkomst van de syndicale afvaardiging met de werkgever, wordt als werktijd aangezien en beloond.

 

Artikel 32

Om de samenkomst met de werkgever voor te bereiden en met zijn voorafgegeven toestemming mag de syndicale afvaardiging binnen de onderneming bijeenkomen.

De voorbereidende vergaderingen worden beschouwd als syndicale opdrachten en activiteiten, zoals bedoeld in artikel 28, eerste lid.

 

HOOFDSTUK 7 - Beslechting van geschillen

Artikel 33

Onverminderd de toepassing van het huishoudelijk reglement van het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen inzake verzoening, trachten de syndicale afgevaardigden de geschillen welke in de onderneming ontstaan, rechtstreeks met de werkgever te regelen.

Wanneer na bemoeienis van een syndicale afvaardiging, geen akkoord is bereikt met de werkgevers aangaande de regeling van een geschil, kunnen de afgevaardigden de hulp inroepen van de vaste vertegenwoordigers van hun representatieve organisatie om het overleg omtrent deze aangelegenheid voort te zetten. Wanneer dit geval zich voordoet kan de werkgever zich doen bijstaan door vertegenwoordigers van zijn beroepsorganisatie.

Na uitputting van alle middelen van onderhandeling, kan de syndicale afvaardiging het geschil doen brengen voor het verzoeningsbureau van het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen.

 

Artikel 34

Gedurende de periode van een collectieve arbeidsovereenkomst gedekt door een clausule van sociale vrede, met inbegrip de opzeggingstermijn, gaan de partijen de verbintenis aan in de ondernemingen waar ze wordt nageleefd, geen staking of geen lock-out te beginnen zonder zich vooraf te gedragen naar de bepalingen van artikel 33 en, inzonderheid, zonder voorafgaand beroep op verzoening door het paritair comité. De werkstakingen of lock-outs welke in strijd met dit artikel worden uitgeroepen worden niet ondersteund.

 

 

 


Historiek
06/12/2023 31/12/2050 23 Syndicale afvaardiging
01/01/2020 05/12/2023 23 Syndicale afvaardiging
01/09/2015 31/12/2019 23 Statuut van de syndicale afvaardigingen
01/01/2007 31/08/2015 23 Statuut van de syndicale afvaardigingen
01/01/2002 31/01/2006 23 Statuut van de syndicale afvaardigingen
01/01/1997 31/12/2001 23 Statuut van de syndicale afvaardigingen