1201 Vervoer van de bedienden

Paritair (sub-)Comité nr.:
202.00.00-00.00

Bijwerking: 23/01/2004
Geldig vanaf: 01/01/2002
Geldig tot: 30/06/2009

Voorwoord : wij maken u erop attent dat een collectieve arbeidsovereenkomst, genoemd “sectoraal akkoord 2002 – 2003,  op 9/12/2001 werd gesloten ; ze bevat enkele bepalingen inzake vervoerkosten, namelijk :

 

4.4.      MOBILITEIT

·    Er wordt een vergoeding van 0,10 EUR per kilometer ingesteld voor de verplaatsingen per fiets ten belope van de werkelijk afgelegde afstand tussen de woonplaats en het werk.

·    De tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten voor privé-vervoer wordt opgetrokken tot het niveau van de tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten voor het openbaar vervoer.  Het percentage van de tussenkomst van de werkgevers wordt in beide gevallen op 66 % gebracht.

·    De tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten wordt toegekend vanaf 2 kilometer in plaats van vanaf 5 kilometer.

 

Deze tekst (van toepassing vanaf 1.01.2002 tot 31.03.2003) werd echter nooit geregistreerd geweest onder de vorm van een CAO. Wij geven u derhalve deze informatie met de nodige voorbehouden wat betreft de bindende kracht van deze bepalingen.

 

Behalve deze bepalingen, luiden de regels betreffende de tussenkomst van de werkgever in de verplaatsingskosten in het P.C. 202 als volgt.

Op 17 juni en 5 september 1994 werd een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot regeling van de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten in de ondernemingen van het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren. Deze CAO werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 18 november 1994 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 januari 1995.

Krachtens artikel 3 en 4 van deze CAO blijven de CAO's gesloten in het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen, waarvan de benaming werd gewijzigd in "Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren" van toepassing op de werkgevers van Groep A en hun bedienden. Zij zijn van toepassing op de werkgevers en de bedienden van Groep B vanaf 1 januari 1995. De definitie van de groepen vindt U terug in onze omzendbrief HFDST.2.2.

De vervoerskosten werden geregeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei 1990 tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden. Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 4 december 1990 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 18 december 1990. Zij werd achtereenvolgend gewijzigd door een CAO van 25 juni 1991 (KB 10 oktober 1991; BS 6 november 1991) en door een CAO van 29 september 1993 (KB 1 april 1994; BS 14 juni 1994). Door laatstgenoemde CAO wordt de loongrens bedoeld in artikel 67 van de onderstaande CAO verhoogd van 900.000 fr. tot 1.200.000 fr. vanaf 1 april 1993.

Wij geven U hierna de integrale tekst van deze CAO en vervolgens een samenvatting van de belangrijkste bepalingen.

 

Zoals u zult lezen in onze commentaar werden de sectorale bepalingen inzake woon-werkverkeer impliciet veranderd op bepaalde punten (o.a. de loongrens) door de bepalingen van een CAO van de Nationale Arbeidsraad (CAO nr. 19 sexies van 30 maart 2001 die van kracht werd op 1 april 2001).

 

A. Tekst CAO

TITEL 1 - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen.

TITEL 4 - Vervoer van de bedienden

(...)

HOOFDSTUK 1 - Verplaatsingen wegens dienstredenen

Artikel 66

De terugbetaling van de verplaatsingskosten om dienstredenen valt volledig ten laste van de onderneming.

Nochtans wordt de tegemoetkoming in de verplaatsingen met persoonlijke wagen geregeld op basis van het ministerieel besluit van 12 december 1984 tot wijziging van de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten. Deze tegemoetkoming wordt beperkt tot het bedrag dat er in voorkomt voor de voertuigen met 7 pk belastbaar vermogen.

HOOFDSTUK 2 - Verplaatsingen tussen woonst en arbeidsplaats

A. Openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel

Artikel 67

Een tussenkomst van de werkgevers in de vervoerskosten wordt toegekend aan de bedienden wier totale bruto jaarwedde niet hoger is dan 1.200.000 fr. en die regelmatig een openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel gebruiken over een afstand van ten minste 2 km.

N.B.: vanaf 1 april 2001 wordt de loongrens van 1.200.000 frank afgeschaft. Vanaf die datum hebben alle bedienden die het openbaar gemeenschappelijk vervoer gebruiken, ongeacht hun wedde, recht op de werkgeverstegemoetkoming.

Artikel 68

Wat het door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen georganiseerde vervoer betreft, zal de tussenkomst van de werkgever in de prijs van het gebruikte vervoerbewijs berekend worden op basis van het barema, dat is opgenomen in bijlage van het koninklijk besluit dat getroffen werd in uitvoering van de wet van 27 juli 1962 tot vaststelling van een werkgeversbijdrage in het verlies geleden door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen ingevolge de uitgifte van abonnementen voor werklieden en bedienden.(deze tegemoetkoming is gemiddeld gelijk aan 60% van de prijs van de treinkaart vanaf 1 april 2001).

Artikel 69

Voor wat betreft het gemeenschappelijk openbaar vervoer, met uitzondering van het treinvervoer, zal de bijdrage van de werkgever in de prijs van de abonnementen voor de verplaatsingen vanaf 2 km, berekend vanaf de vertrekhalte, vastgesteld worden volgens de hierna vastgestelde modaliteiten :

a)  wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, is de bijdrage van de werkgever gelijk aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement voor een overeenstemmende afstand, zonder evenwel 54 pct. (60 pct. vanaf 1 april 2001)van de werkelijke vervoerprijs te over- schrijden ;

b)  wanneer de prijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, wordt de bijdrage van de werkgever forfaitair vastgesteld en bedraagt zij 50 pct. (56 pct. vanaf 1 april 2001)van de effectief door de werknemer betaalde prijs, zonder evenwel het bedrag van de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement voor een afstand van 7 km te overschrijden.

Artikel 70

Ingeval de werknemer gebruik maakt van een combinatie van de trein en één of meerdere andere gemeenschappelijke openbaar vervoermiddelen dan de trein, en er wordt slechts één vervoerbewijs afgeleverd voor het geheel van de afstand, zonder dat in dit vervoerbewijs een onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, zal de bijdrage van de werkgever gelijk zijn aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement.

In elk ander geval dat de werknemer meer dan één gemeenschappelijk vervoermiddel gebruikt dan voorzien in het vorige artikel, wordt de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afstand als volgt berekend :

Nadat met betrekking tot elk afzonderlijk gemeenschappelijk openbaar vervoermiddelen waarvan de werknemer gebruik maakt de bijdrage van de werkgever is berekend overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 67, 68 en 69 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, worden de aldus bekomen bedragen bij elkaar opgeteld om de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afgelegde afstand vast te stellen

.

Artikel 71

De bijdrage van de werkgever in de door de werknemers gedragen vervoerskosten zal maandelijks betaald worden, voor de werknemer met een maandabonnement of ter gelegenheid van de betaalperiode die in de onderneming gebruikelijk is voor de vervoerbewijzen voor een week geldig zijn.

De werknemers leggen aan de werkgevers een ondertekende verklaring voor waarin verzekerd wordt dat zij geregeld over een afstand gelijk aan of hoger dan 2 km een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel benutten om zich van hun woonplaats naar hun plaats van tewerkstelling te begeven ; bovendien preciseren zij, indien mogelijk, het aantal effectief gereden kilometers. Zij zullen ervoor zorgen iedere wijziging van deze toestand in de kortst mogelijke tijd mede te delen. De werkgevers mogen op elk ogenblik nagaan of deze verklaring met de werkelijkheid strookt.

Deze tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten zal betaald worden op voorlegging van de vervoerbewijzen, uitgereikt door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en/of andere maatschappijen van gemeenschappelijk openbaar vervoer.

B. Individueel vervoermiddel

Artikel 71bis

Een tussenkomst van de werkgevers in de vervoerskosten wordt toegekend aan de bedienden wier totale bruto jaarwedde niet hoger ligt dan 1.200.000 fr. en die regelmatig hun individueel vervoermiddel gebruiken over een afstand van ten minste 5 km.

De tussenkomst is gelijk aan de tussenkomst die de bediende zou hebben kunnen verkrijgen indien hij van één of meer gemeenschappelijke openbaar vervoermiddelen gebruik had kunnen maken om zich naar zijn werk te begeven. Naargelang het geval, wordt de tussenkomst berekend volgens de bepalingen van de artikelen 68, 69 en 70.

Het toekennen van dit voordeel is onderworpen aan het ondertekenen door de bediende van een verklaring zeggende dat hij regelmatig gebruik maakt van een individueel vervoermiddel om zich van zijn woonplaats naar zijn werk te begeven, en dit over een afstand van minstens 5 km

.

N.B.:individueel vervoer: de CAO  van het P.C. 202 Groepen A en B stelt dus een werkgeverstegemoetkoming in voor privévervoer, ten gunste van de bedienden waarvan de jaarwedde 1.200.000 fr niet overschrijdt: zolang deze CAO niet wordt aangepast, blijft deze begrenzing in principe van toepassing (de CAO nr.19 sexies betreft slechts de patronale tegemoetkoming in de kosten van het gemeenschappelijk vervoer ). De werkgeverstegemoetkoming is gelijk aan de tegemoetkoming die de werknemer zou krijgen voor een zelfde afstand afgelegd per trein. Deze tegemoetkoming voor de privéverplaatsingen moet dus eveneens onrechtstreeks verhoogd worden vanaf 1 april 2001.

TITEL 6 - Slotbepalingen

A. Minimumregels

Artikel 72

De bepalingen die voorafgaan zijn algemene regels. Zij maken slechts een verplicht minimum uit en mogen geen afbreuk doen aan bepalingen welke voor de bedienden voordeliger zijn, daar waar zulke bepalingen bestaan.

(...)

B. Afwijkingen

(...)

Bbis. Ondernemingsovereenkomsten

Artikel 73bis

Van 1 april 1993 tot 31 maart 1994 blijven de bestaande ondernemingsovereenkomsten behouden.

D. Overeenkomsten die vervangen worden

Artikel 75

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 maart 1980, gesloten in het Paritair Comité voor de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen, tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 juni 1980, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten van 23 april 1982 (koninklijk besluit van 4 augustus 1982), 9 februari 1983 (geregistreerd onder het nr. 8556/CO/202), 16 juni 1988 (koninklijk besluit van 23 september 1988) en 4 juli 1989 (geregistreerd onder het nr. 23790/CO/202), met uitzondering van de artikelen 59 en 60 die van kracht blijven.

E. Geldigheid

Artikel 76

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 mei 1990. Zij is gesloten voor onbepaalde tijd.

(...)

B. Samenvatting

De bovenstaande reglementering kan als volgt worden samengevat:

Rechthebbenden

alle bedienden ongeacht hun maandwedde

                                                                                

Vervoermiddelen

alle openbare- en privé-vervoermiddelen.

Bedrag   

  • vervoer per spoor : volgens schaal N.A.R.
  • andere openbare vervoermiddelen :
  • prijs in verhouding tot de afstand : volgens schaal met een maximum van 60 % van de effectieve
  • prijseenheidsprijs : 56 % van de effectieve prijs zonder het bedrag van de schaal voor een afstand van 7 km te overschrijden.
  • privé-vervoermidelen : volgens schaal. De tegemoetkoming wordt slechts toegekend aan de bedienden waarvan de brutojaarwedde 29.747,22 € niet overschrijdt
  • fiets: 0,10 € per km

Afstand  

  • openbare vervoermiddelen : 2 km en meer
  • privé-vervoermiddelen : 5 km en meer.

Opgepast: zie het voorwoord van deze omzendbrief betreffende de bindende kracht van het sectoraal akkoord.


Historiek
01/01/2024 31/12/2050 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels
01/01/2022 31/12/2023 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels
01/01/2020 31/12/2021 1201 Patronale tussenkomst in de vervoerskosten: regels
01/01/2014 31/12/2019 1201 Vervoer van de bedienden
01/01/2012 31/12/2013 1201 Vervoer van de bedienden
01/07/2009 31/12/2011 1201 Vervoer van de bedienden
01/01/2002 30/06/2009 1201 Vervoer van de bedienden
01/04/2001 31/12/2001 1201 12 Vervoer van de bedienden