01 Sectoraal akkoord 2017-2018

Paritair (sub-)Comité nr.:
202.00.00-00.00

Bijwerking: 17/07/2019
Geldig vanaf: 01/07/2017
Geldig tot: 30/06/2019

In het paritair comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren werd op 3 juli 2017 een sectorakkoord voor 2017-2018 gesloten.

De Nederlandse tekst wordt verbeterd door een beslissing van 10 januari 2018.

Wij geven u hierna de bepalingen van deze CAO.

Verschillende delen van deze collectieve arbeidsovereenkomst maken wellicht nog het voorwerp uit van afzonderlijke CAO's. In ieder geval behandelen wij de verschillende onderwerpen systematisch in het daartoe voorziene hoofdstuk.

Enkele belangrijke algemene regels inzake collectieve arbeidsovereenkomsten

Regels geldig voor alle collectieve arbeidsovereenkomsten

Een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in een paritair orgaan (Nationale Arbeidsraad, paritair comité, paritair subcomité) evenals een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten buiten een paritair orgaan zijn bindend voor:

  • de ondertekenende organisaties, de werkgevers die lid zijn van de ondertekenende werkgeversorganisaties en de ondertekenende werkgevers, vanaf de ondertekening;
  • de organisaties die tot de CAO toetreden, de werkgevers lid van een toetredende werkgeversorganisatie en de toetredende werkgevers, vanaf de toetreding;
  • de werkgevers die lid worden van een gebonden organisatie;
  • de werknemers van een gebonden werkgever.

De individueel normatieve bepalingen van een CAO (loonvoorwaarden, arbeidsduur, eindejaarspremie, klein verlet, enz.) regelen, op een collectieve wijze, de individuele rechten van de  werknemers en wijzigen dus impliciet de individuele arbeidsovereenkomst. Wanneer een CAO ophoudt uitwerking te hebben, dan blijven de regels ervan bijgevolg van toepassing via de individuele arbeidsovereenkomsten t.a.v. de werknemers die in dienst waren vóór de einddatum van de CAO. De via de CAO verkregen voordelen blijven dus verworven.

Regels geldig voor collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in een paritair orgaan

De individueel normatieve bepalingen van een CAO (lonen, premies, arbeidsduur, ...) zijn bindend voor alle werkgevers die vallen onder het ressort van het paritair orgaan, voor zover zij geviseerd zijn door het toepassingsgebied van de CAO, vanaf de vijftiende dag na publicatie van het bericht van neerlegging in het BS, behalve wanneer de partien in de individuele arbeidsovereenkomst schriftelijk een strijdig beding hebben opgenomen en de werkgever geen lid is van een ondertekenende organisatie.

De algemeen verbindend verklaarde CAO is retroactief bindend voor alle werkgevers die behoren tot het ressort van het paritair orgaan en die geviseerd zijn door het toepassingsgebied van de CAO, zonder enige uitzondering. Het koninklijk besluit heeft uitwerking vanaf de inwerkingtreding van de CAO, maar kan nooit meer dan één jaar terugwerken.

Wanneer de werkingssfeer van een paritair comité of paritair subcomité wordt gewijzigd, blijven de in die comités gesloten overeenkomsten bindend voor de werkgevers en werknemers die vóór de wijziging eronder vielen, totdat in het comité waaronder zij na de wijziging ressorteren, de toepassing van de in dit comité geldende overeenkomsten op die werkgevers en werknemers is geregeld.

Sectorakkoord 2017-2018

Dit akkoord is van toepassing op de werkgevers en de bedienden die ressorteren onder het Paritair comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren (PC 202) met uitsluiting van het Paritair subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01).

A. KOOPKRACHT

1. Invulling loonmarge

Vanaf 1 juli 2017 worden het gemiddeld minimum maandinkomen, de barema’s en de werkelijk betaalde maandlonen verhoogd met 25 euro bruto per maand.

In december 2017 zal aan de voltijdse werknemers in dienst op 30 november 2017 een éénmalige en niet recurrente premie van 70 euro bruto toegekend worden. De premie zal betaald worden samen met de eindejaarspremie.

Aan de deeltijdse werknemers zullen deze voordelen naar verhouding tot hun prestaties toegekend worden.

2.  Ecocheques - Omzetting in de ondernemingen

Een ondernemingscao gesloten vóór 30 september 2017 kan de ecocheques toegekend op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015 betreffende de ecocheques omzetten.

Bij gebrek aan ondernemingscao afgesloten vóór deze datum, blijft de suppletieve sectorale regeling van de ecocheques automatisch van toepassing.

De totale patronale kost van de omgezette voordelen mag in geen geval hoger zijn dan de totale patronale kost van de toepassing van de netto-verhoging in schijven zoals voorzien in het sectorale suppletieve stelsel, alle lasten inbegrepen voor de werkgevers.

In dat kader kan van de schijven van het sectoraal suppletief systeem worden afgeweken.

Bedrijfsonderhandelingen kunnen enkel betrekking hebben op de omzetting van de ecocheques.

3. Omzetting premies na verandering PC

In ondernemingen die zijn overgestapt vanuit een ander paritair comité naar het paritair comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, kan de premie van 70 euro vastgelegd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015 tot toekenning van een jaarlijkse premie in uitvoering van het sectorakkoord 2005-2006 en de premie van 250 euro vastgelegd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015 tot toekenning van een jaarlijkse premie in uitvoering van het sectorakkoord 2015-2016 worden omgezet in evenwaardige voordelen bij collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op bedrijfsvlak.

B. SYNDICALE WERKING

1. Syndicale premie

Vanaf 2018 en onder voorbehoud van vrijstelling van RSZ en bedrijfsvoorheffing, wordt de korting op de syndicale bijdrage verhoogd naar:

  • 145 euro per jaar voor werknemers die een normale syndicale bijdrage in de vereiste vormen betaald hebben op het ogenblik van de betaling van de korting
  • 72,50 euro per jaar voor werknemers die een beperkte syndicale bijdrage in de vereiste vormen betaald hebben op het ogenblik van de betaling van de korting, evenals voor de werknemers die op brugpensioen zijn.

2. Verhoging tussenkomst syndicale vorming vanuit het sociaal fonds

Vanaf 2018 wordt het jaarlijks budget voor de tussenkomst voor de syndicale vorming verhoogd tot 99.000 euro.

C. TIJDSKREDIET

Op 1 april 2017 is het nationale kader voor tijdskrediet (cao nr. 103) gewijzigd. In het kader hiervan wordt ook de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst als volgt aangepast:

  • Het recht op tijdskrediet zonder motief wordt geschrapt;
  • Het recht op tijdskrediet met motief voor zorgmotieven wordt uitgebreid tot 51 maanden.

Vanaf 1 januari 2018 heeft het niet-uitvoerend winkelpersoneel, met uitzondering van de store manager, recht op een 1/5de loopbaanvermindering in het kader van landingsbanen.

In toepassing van cao nr. 127, in de NAR gesloten op 21 maart 2017, wordt voor de toekenning van uitkeringen zoals voorzien in het Koninklijk Besluit van 12 december 2001, voor de periode 2017-2018 de leeftijdsgrens op 55 jaar gebracht voor de werknemers die in toepassing van art. 8 §1 van cao nr. 103 hun arbeidsprestaties verminderen tot halftijdse prestaties, of hun arbeidsprestaties met een vijfde verminderen, en dit voor zover de werknemer op het ogenblijk van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever in de voorwaarden van de cao nr. 127 valt.

D. STELSELS VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG

Werkloosheid met bedrijfstoeslag voor werknemers met een beroepsloopbaan van 33 jaar in een zwaar beroep

Aan de ontslagen werknemers die voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in cao nr. 120 en cao nr. 121 wordt het voordeel van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag toegekend.

Werkloosheid met bedrijfstoeslag voor werknemers met een beroepsloopbaan van 35 jaar in een zwaar beroep

Aan de ontslagen werknemers die voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in artikel 3, § 3 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag en cao nr. 122 wordt het voordeel van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag toegekend.

Werkloosheid met bedrijfstoeslag voor werknemers met een beroepsloopbaan van 40 jaar

Aan de ontslagen werknemers die voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in cao nr. 124 en cao nr. 125 wordt het voordeel van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag toegekend.

Beschikbaarheid

In uitvoering van artikel 22, § 3, lid 5 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag wordt de leeftijd vermeld in artikel 22, § 3, lid 4, 1° op 60 jaar gebracht voor de periode van 1 januari 2017 tot 31 december 2017 en op 61 jaar voor de periode van 1 januari 2018 tot 31 december 2018.

E. OPLEIDING

In uitvoering van artikel 12, 1° van de Wet van 5 maart 2017 betreffende werkbaar en wendbaar werk, wordt voor het geheel van de sector een opleidingsinspanning voorzien die minstens gelijkwaardig is aan een opleidingsinspanning van twee dagen gemiddeld per jaar, per voltijds equivalent voor de jaren 2017-2018.

De sociale partners verbinden zich ertoe een werkgroep samen te brengen met het oog op een doorlichting van de opleiding in de sector en de uitwerking van een groeipad.

F. RISICOGROEPEN

1. Verderzetting huidige tussenkomsten van het Sociaal fonds inzake tewerkstellingsmaatregelen

Alle huidige tussenkomsten van het Sociaal fonds inzake tewerkstellingsmaatregelen, blijven behouden bij ongewijzigde wetgeving.

Bij wijziging van de wetgeving zullen de sociale partners samen overleggen over de verderzetting van de tussenkomsten.

2. Verhoging tussenkomst kinderopvang

Voor de jaren 2018 en 2019 wordt het dagbedrag voor de tussenkomst voor kinderopvang vanuit het Sociaal fonds opgetrokken van 2 euro naar 3 euro.

Elk van de 2 ouders heeft per kind recht op de tussenkomst ten belope van een jaarlijks maximum bedrag van 600 euro, als hij minimum 12 volledige maanden anciënniteit heeft in het paritair comité 202 en een arbeidsovereenkomst heeft bij een werkgever van het paritair comité 202 op het moment van de opvang van het kind.

De andere voorwaarden en modaliteiten blijven van toepassing.

Bij afloop van de periode 2018-2019 vindt een evaluatie plaats van de kostprijs.

3. Respect KB Risicogroepen

Overeenkomstig het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) (B.S. 8 april 2013), dient 0.05% van de loonmassa, voorbehouden te worden ten gunste van één of meerdere groepen opgesomd in artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 februari 2013. Van de 0.05 % van de loonmassa waarvan hiervoor bepaald, dient de helft besteed te worden aan de werknemers bepaald in artikel 2 van het koninklijk besluit.

De sociale partners verbinden zich ertoe om voor de jaren 2017 en 2018 een sectorale cao te sluiten met respect van de risicogroepen zoals bepaald in het koninklijk besluit van 19 februari 2013, met vermelding van de initiatieven betreffende de kinderopvang, de bovenvermelde tewerkstellingspremies, zoals de andere bestaande initiatieven.

G. VERDERZETTING TUSSENKOMSTEN SOCIAAL FONDS

Onverkort de hierboven vermelde wijzigingen, blijven alle huidige tussenkomsten van het Sociaal fonds inzake tewerkstellingsmaatregelen, behouden bij ongewijzigde wetgeving en sociale lasten.

Overzicht van tussenkomsten van het fonds :

  • Beroepsopleiding
  • Aanvulling tijdskrediet
  • Definitieve arbeidsongeschiktheid
  • Aanwervingspremie jongeren - 26 jaar

Specifieke uitleg over toeslag tijdskrediet:

Rekening houdend met de wetgeving op moment van ondertekening van onderhavige cao, keert het fonds de aanvulling uit op de RVA-uitkering inzake tijdskrediet in volgende gevallen :

  • Halftijds tijdskrediet eindeloopbaan vanaf 60 jaar
  • Halftijds tijdskrediet eindeloopbaan vanaf 55 jaar in de specifieke gevallen van cao nr. 127: lange loopbanen, zware beroepen (nachtarbeid of ploegenarbeid) en ondernemingen in moeilijkheden/herstructurering

H. ONDERZOEK NAAR DE WERKBAARHEID VAN HET WERK DOORHEEN DE LOOPBAAN

Het Sociaal fonds zal een onderzoek laten uitvoeren door een externe partner, op grond van een lastenboek met tenminste de volgende punten:

  • Een ruim onderzoek voeren bij een representatieve groep van bedrijven van PC 202;
  • Binnen de bedrijven de functies of taken identificeren die het behoud op het werk tot de wettelijke pensioenleeftijd kunnen bemoeilijken;
  • De analyse voeren op grond van objectieve criteria;
  • Een analyse maken van de mogelijke oplossingen om de werknemers zolang mogelijk aan het werk te houden;
  • Een verslag opstellen in de twee nationale landstalen voor te stellen tijdens een seminarie.

Het Sociaal fonds zal een seminariedag organiseren voor de werknemers- en werkgeversvertegenwoordigers.

I. SECTORAAL KADER KLEDIJVERGOEDING

In toepassing van artikel 6, lid 2 van het koninklijk besluit van 6 juli 2004 betreffende de werkkledij kunnen ondernemingen die dit wensen de werkkledij laten onderhouden door de werknemers mits akkoord binnen de onderneming, voor zover uit de resultaten van de risicoanalyse blijkt dat de werkkledij geen risico vormt voor de gezondheid van de werknemer en zijn directe omgeving.

J. VEILIGHEID – AGRESSIE IN DE WINKEL

1. Seminariedag

Het Sociaal Fonds zal omtrent het thema van agressie in de winkel een seminariedag organiseren voor de werknemers- en werkgeversvertegenwoordigers met het oog op het uitwerken van concrete voorstellen en initiatieven die gericht zijn op het samenbrengen en het versterken van het opleidingsaanbod inzake preventie van agressie in de winkel.

De sociale partners bevelen de ondernemingen aan in hun opleidingsaanbod rekening te houden met deze veiligheidsproblematieken.

2. Risicoanalyse

De bedrijven die dit nog niet gedaan hebben, engageren er zich toe om een risicoanalyse uit te voeren om de problematiek van veiligheid (security), onder meer diefstallen, hold-ups en geldtransporten in kaart te brengen. De resultaten van deze analyse zullen gepresenteerd worden op het CPBW. De werkgevers verbinden er zich toe om op basis van deze risicoanalyse de nodige maatregelen te nemen om de in kaart gebrachte risico’s tot een minimum te beperken.
Het eindresultaat zal besproken worden op het paritair comité, inclusief en desgevallend een lijst van de bedrijven die bovenstaande bepalingen niet in acht genomen hebben. Deze bespreking zal gebeuren op initiatief van de meest gerede partij.

K. SOCIALE DIALOOG IN DE SECTOR

De sociale partners verbinden zich ertoe elkaar op regelmatige basis te ontmoeten om over de thema’s te spreken die in het bijzonder de sector aanbelangen, zoals winkelopeningstijden en zondagwerk, de structuur van de paritaire comités.

L. SECTORALE WERKGROEPEN

De volgende werkgroepen worden behouden:

  • Werkgroep interpretatie sectorcao’s
  • Werkgroep functieclassificatie
  • Werkgroep over de toekomst van de paritaire comités van de detailhandel
  • Werkgroep sociale dialoog
  • Werkgroep opleiding

De volgende werkgroepen worden opgericht:

  • Werkgroep evolutie van de beroepen in de handel
  • Werkgroep re-integratie na langdurige ziekte en medische overmacht
  • Werkgroep arbeidsorganisatie

M. SLOTBEPALINGEN

1. Verlenging van de cao’s van bepaalde duur en/of akkoorden van bepaalde duur

De volgende akkoorden van bepaalde duur worden voortgezet voor de duur van dit akkoord:

Akkoord van 21 september 2015 over de toekenning van de aanmoedigingspremies voor tijdskrediet in het Vlaams gewest

2. Sociale vrede

De werknemers en de werkgevers verbinden zich ertoe de sociale vrede te bewaren in de ondernemingen en dit voor de gehele duur van het akkoord. Geen enkele nieuwe eis zal door de partijen worden ingediend op het niveau van de sector of de onderneming tijdens de duurtijd van dit akkoord.

N. DUUR VAN HET AKKOORD

Dit akkoord heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2017 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2019, met uitzondering van de andersluidende bovenstaande bepalingen.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
03/07/2017
Registratienr
140985
Geldig van
01/07/2017
Geldig tot
30/06/2019
Neerleggingsdatum
06/07/2017
Registratiedatum
10/08/2017
Onderwerp
sectoraal akkoord 2017-2018
BS Bericht van neerlegging
23/08/2017
Algemeen verbindend verklaring
-
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
05/07/2018
Gepubliceerd in het B.St. van
02/08/2018
Keywords
LONEN, ECOCHEQUES, EENMALIGE PREMIE, ALTERNATIEF VOORDEEL/BELONINGSWIJZE (EXCL. PREMIE, CHEQUE, BONUS), KOSTENVERGOEDINGEN (EXCL. VERPLAATSINGSKOSTEN), TIJDSKREDIET/LOOPBAANVERMINDERING, LANDINGSBANEN, OPLEIDING (EXCL. SYNDICALE VORMING), OUDERE WERKNEMERS-EXCL.AANV. PENSIOEN, BRUGPENSIOEN(SWT),TIJDSKREDIET, RISICOGROEPEN, WELZIJN OP HET WERK, ZIEKTE/ONGEVAL/OVERLIJDEN, STELSEL VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG (SWT), SYNDICALE VORMING, SYNDICALE PREMIE, WERKING PARITAIR COMITÉ, SOCIALE VREDE

Historiek
01/07/2023 30/06/2025 01 Sectoraal akkoord 2023-2024
01/07/2021 30/06/2023 01 Sectoraal akkoord 2021-2022
01/07/2019 30/06/2021 01 Sectoraal akkoord 2019-2020
01/07/2017 30/06/2019 01 Sectoraal akkoord 2017-2018
01/07/2015 30/06/2017 01 Sectoraal akkoord 2015-2016
01/12/2013 30/06/2015 01 Sectoraal akkoord 2013-2014
01/07/2011 30/06/2013 01 Sectoraal akkoord 2011-2012
01/04/2009 30/06/2011 01 Sectoraal akkoord 2009-2010
01/04/2007 31/03/2009 01 Sectoraal akkoord 2007-2008
01/04/2007 31/03/2009 01 Sectoraal akkoord 2007 - 2008
01/04/2003 31/03/2005 01 Sectoraal akkoord 2003-2004
01/04/2003 31/03/2005 01 Sectoraal akkoord 2003 - 2004