Nationaal akkoord 2023-2024

07/11/2023

In het Paritair Subcomité voor het koetswerk (PC 149.02) werd op 23 oktober 2023 een nationaal akkoord 2023-2024 afgesloten alsook een collectieve arbeidsovereenkomst inzake de koopkrachtpremie.

Wij geven u hierna een overzicht van de inhoud van het akkoord en de cao.

Koopkrachtpremie

In ondernemingen die in 2022 een hoge of een uitzonderlijk hoge winst hebben behaald, wordt een eenmalige koopkrachtpremie toegekend in de vorm van consumptiecheques:

  • Een onderneming heeft in 2022 een hoge winst behaald indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • het operationele bedrijfsresultaat in 2022 (code 9901) is gestegen met 15% t.a.v. het gemiddelde bedrijfsresultaat (code 9901) over de periode 2017-2021. Bedrag van de premie: 200 euro.
    • het operationele bedrijfsresultaat in 2022 (code 9901) is gestegen met 30% t.a.v. het gemiddelde bedrijfsresultaat (code 9901) over de periode 2017-2021. Bedrag van de premie: 300 euro.
  • Een onderneming heeft in 2022 een uitzonderlijk hoge winst behaald indien aan de volgende voorwaarde wordt voldaan:
    • het operationele bedrijfsresultaat in 2022 (code 9901) is gestegen met 60% t.a.v. het gemiddelde bedrijfsresultaat over de periode 2017-2021. Bedrag van de premie: 450 euro.

De som van de operationele bedrijfsresultaten in de voormelde periode 2017-2021 wordt steeds gedeeld door het aantal beschikbare jaarrekeningen om het gemiddelde bedrijfsresultaat te berekenen.

In geval van fusie of overname tellen we de codes 9901 en 9904 van de verschillende entiteiten op. Bij gebrek aan gegevens voor één van de entiteiten (micro-ondernemingen, het niet bestaan, aankoop van een activiteitenbranche, …) worden enkel de gegevens van de overnemer in rekening gebracht.

De voorwaarden worden getoetst op niveau van de juridische entiteit.

Plafond: de totale kost van de koopkrachtpremies toegekend aan alle werknemers kan niet hoger zijn dan 15% van de winst na belastingen (code 9904) van de onderneming in 2022. Bij het einde van het boekjaar op 1/7 telt de jaarrekening van het boekjaar dat eindigt in 2022. Bij overschrijding van het plafond wordt het beschikbare bedrag van de koopkrachtpremies geproratiseerd onder de gerechtigden.

De premie wordt uiterlijk 31 december 2023 toegekend aan de arbeiders op basis van onderstaande modaliteiten:

  • Om gerechtigd te zijn op de premie dient de arbeider met een arbeidsovereenkomst verbonden te zijn op 30 november 2023. De uitzendkracht moet niet in dienst zijn op deze datum, maar minstens één dag prestaties geleverd hebben in november 2023.
  • Minstens 60 effectieve arbeidsdagen gepresteerd te hebben in 2023 waarvan maximum 30 gelijkgestelde dagen (de dagen tijdelijke werkloosheid en gewaarborgd loon). Een dag die werd begonnen, wordt als effectief gepresteerd beschouwd.
  • De premie is pro rata uitbetaald volgens het arbeidsregime.

Op ondernemingsniveau kan een betere regeling bedongen worden (met een maximum van 750 €) uiterlijk op 30 november 2023. Het recht op een verhoogde premie ontstaat op grond van een collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsvlak of een schriftelijke individuele overeenkomst in de ondernemingen zonder syndicale delegatie.

De door de onderneming reeds toegekende koopkrachtpremie kan in mindering worden gebracht van de sectorale koopkrachtpremie.

Sociaal fonds

  • Oudere arbeiders die hun arbeidsduur in het kader van cao nr. 103 van 27 juni 2012 verminderen met 1/5de of de helft omwille van opname van een landingsbaan tijdens de periode vanaf 1 januari 2024 tot en met 30 juni 2025 hebben recht op een aanvullende vergoeding betaald door het sociaal fonds voor het koetswerkbedrijf. Deze aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf 60 jaar en, overeenkomstig cao nr. 170 van 30 mei 2023, vanaf 55 jaar voor een 1/5de loopbaanvermindering en voor een 1/2de loopbaanvermindering, en dit tot de wettelijke leeftijd van het pensioen.
  • De arbeider die als gevolg van een loopbaangesprek of op eigen initiatief een beroep doet op loopbaanbegeleiding, kan tijdens de periode vanaf 1 juli 2023 tot 30 juni 2025 aanspraak maken op een terugbetaling van de kosten door het sociaal fonds voor het koetswerkbedrijf. Deze terugbetaling stemt overeen met de kostprijs van de door de arbeider bij de VDAB bestelde loopbaancheque(s). Voor arbeiders die geen recht hebben op loopbaancheques, bedraagt de tussenkomst maximum 80 euro per periode van zes jaar.
  • Vanaf 1 januari 2024 tot 31 december 2025 kunnen arbeiders aanspraak maken op een terugbetaling van de kosten voor kinderopvang. Het Sociaal Fonds voor het koetswerkbedrijf betaalt de kosten voor kinderopvang die in 2024 en 2025 plaatsvond terug op voorwaarde dat de arbeider, op het moment van de aanvraag van de terugbetaling, ressorteert onder de bevoegdheid van het paritair comité voor het koetswerkbedrijf.  Deze terugbetaling geldt voor de kosten voor opvang van kinderen tot de leeftijd van 12 jaar in een gezins- of groepsopvang die wordt erkend door Kind & Gezin of l’Office de la Naissance et l’Enfance, alsook voor voor- en naschoolse opvang, en bedraagt maximaal € 4 per dag/per kind, met een maximum van € 400 per jaar/per kind. Deze terugbetaling gebeurt op basis van het fiscaal attest met de uitgaven voor de kinderopvang waarop de dagen opvang worden vermeld voor het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het attest werd uitgereikt.
  • De aanvullende vergoedingen worden vanaf 1 januari 2024 geïndexeerd met 10% en als volgt verhoogd:  
    • Aanvullende vergoeding bij tijdelijke werkloosheid: € 13 per werkloosheidsuitkering en € 6,5 per halve werkloosheidsuitkering;
    • Aanvullende vergoeding bij volledige werkloosheid en voor oudere werklozen: € 7,3 per werkloosheids- en ziekte-uitkering en € 3,65 per halve per werkloosheids- en ziekte-uitkering;
    • Aanvullende vergoeding bij ziekte: € 2,73 per RIZIV-uitkering en € 1,36 per halve RIZIV-uitkering;
    • Aanvullende vergoeding voor oudere zieken: € 9,30 per RIZIV-uitkering en € 4,65 per halve RIZIV-uitkering;
    • Aanvullende vergoeding bij sluiting: € 353,62 + € 17,83/jaar met een maximum van € 1166,41;
    • Aanvullende vergoeding bij halftijds tijdskrediet: € 87,09;
    • Aanvullende vergoeding bij landingsbaan: € 88,41 voor 1/2de en € 35,35 voor 1/5de.

Eindejaarspremie

Onverminderd de in de onderneming bestaande voordeliger toestanden worden de jobstudenten vanaf 1 januari 2024 uitgesloten uit het toepassingsgebied.

Mobiliteit

Vanaf 1 juli 2024 wordt een fietsvergoeding van 0,27 euro per effectief afgelegde kilometer toegekend, voor maximaal 40 kilometer (heen en terug) per arbeidsdag, aan arbeiders die zich voor een gedeelte of voor de ganse afstand met de fiets verplaatsen.

Werkgroep functieclassificatie

Een werkgroep met experten functieclassificatie wordt opgericht die werk maakt van een actualisatie van de bestaande functieclassificatie met rapportage tegen uiterlijk 30 juni 2025.

Vorming en opleiding

Opleidingsinspanningen

Het individueel recht op opleiding wordt geleidelijk opgetrokken voor ondernemingen vanaf 10 werknemers.

  • Ondernemingen met minder dan 10 voltijdse werknemers, behouden het collectief recht op opleiding ten belope van 5 dagen en een individueel recht op opleiding ten belope van 2 dagen per 2 jaar.
  • Ondernemingen die tussen 10 en 19 voltijdse werknemers tewerk stellen, behouden eveneens het collectief recht op opleiding ten belope van 5 dagen en een individueel recht op opleiding ten belope van 2 dagen per 2 jaar met hieraan gekoppeld een groeipad waarbij het individueel recht op opleiding wordt vermeerderd met een halve dag in 2025 en 2026 en een halve dag in 2027 en 2028.
  • Ondernemingen met meer dan 20 voltijds werknemers verkrijgen vanaf 1 januari 2023 een individueel recht op opleiding van 7 dagen per 2 jaar dat gekoppeld wordt aan een groeipad waarbij het individueel recht op opleiding wordt vermeerderd met 1 dag voor de periode 2025-2026, 1 dag voor de periode 2027-2028 en 1 dag voor de periode 2029-2030.

Opleidingen dienen plaats te vinden tijdens de werkuren. Enkel indien dit niet mogelijk is en op vrijwillige basis kan de opleiding buiten de werkuren plaatsvinden. Hierbij heeft de arbeider de keuze tussen recuperatie van deze uren opleiding of uitbetaling.

Online opleidingen zijn mogelijk indien erkend door Educam of gegven door Educam en indien de opleidingen recht geven op een premiekrediet. De opleiding moet minstens 2 opeenvolgende uren betreffen.

De kosten voor verplaatsing door de arbeider gemaakt om de opleiding te volgen, worden door de werkgever terugbetaald.

Voor de opleiding komen zowel formele als informele opleidingen in aanmerking.

Het openstaand saldo van het opleidingsrecht wordt naar een volgende periode overgedragen.

Na verloop van 6 jaar wordt de teller van het opleidingsrecht op nul gezet.

Opleidingsplannen

Jaarlijks zullen bedrijfseigen opleidingsplannen worden opgemaakt in de ondernemingen met meer dan 15 werknemers. Voor ondernemingen met minder dan 15 werknemers wordt aanbevolen een opleidingsplan op te maken.

Het opleidingsplan zal, na raadpleging van de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, met de vakbondsafvaardiging, of na ontstentenis, met de arbeiders, uiterlijk op 15 februari worden overgemaakt aan Educam.

Vormingskrediet

De tussenkomst in het vormingskrediet wordt verhoogd van € 40 per dag naar € 45 vanaf 1 januari 2024.

Scholingsbeding

Gratis opleidingen georganiseerd door Educam, opleidingen waarvoor aan de werkgever een premie werd betaald en wettelijk of reglementair verplichte opleidingen worden vanaf 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2025 uitgesloten van de toepassing van het scholingsbeding.

Peterschapsopleiding

Elke onderneming heeft van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2025 recht op één peterschapsopleiding, georganiseerd door EDUCAM en die onder Vlaams Opleidingsverlof/Betaald Educatief Verlof valt. Ook de werkgever die instaat voor het peterschap, heeft recht op een peterschapsopleiding, georganiseerd door EDUCAM. In het kader van de peterschapsopleiding heeft een werkgever eveneens recht op 1 terugkommoment. Voor dit terugkommoment heeft de werkgever, vanaf 1 juli 2023 tot 30 juni 2025, recht op een premiekrediet van 100 euro voor een terugkommoment van 8u en 50 euro voor een terugkommoment van 4u. Indien de werkgever instaat voor het peterschap, is er voor een terugkommoment geen recht op het premiekrediet.

Risicogroepen

Verlenging van de maatregelen.

Werkbaar werk en instroom

Het opleidingsaanbod bij instroom van 4 opleidingsdagen voor de nieuwe arbeider en 1 bijkomende dag na 1 jaar waarvoor een vormingskrediet wordt toegekend wordt uitgebreid naar de arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur en naar de uitzendkrachten en verlengd voor twee jaar.

Verlof om dwingende redenen

De bestaande CAO inzake verlof om dwingende redenen wordt met twee jaar verlengd.

Tijdskrediet

De sociale partners tekenen op sectoraal vlak in op de NAR-kadercao nr. 170 inzake de landingsbaan.

In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 170 van de Nationale Arbeidsraad van 30 mei 2023, wordt de leeftijd op 55 jaar gebracht voor de periode van 1 januari 2024 tot en met 30 juni 2025 voor arbeiders die hun arbeidsprestaties verminderen met 1/5 of tot een halftijdse betrekking in het kader van een landingsbaan na 35 jaar loopbaan of in een zwaar beroep.

SWT

De sociale partners tekenen op sectoraal vlak in op alle NAR-kader collectieve arbeidsovereenkomsten rond SWT, inclusief de bepaling omtrent de mogelijkheid tot vrijstelling van aangepaste beschikbaarheid.

Outplacement

De CAO inzake outplacement wordt verlengd van 1 januari 2024 tot en met 30 juni 2025. Het bedrag van de tussenkomst in de kost van de outplacementbegeleiding vanwege het sociaal fonds wordt verhoogd van 1.300 € naar 1.500 € per arbeider. 500 euro blijft ten laste van de onderneming.

Sociale vrede

De sociale vrede in de sector wordt verzekerd tijdens de duurtijd van het akkoord.

Voor meer informatie, zie het hoofdstuk 01 van de sectorale documentatie.